I VOORJAARSNUMMER VAN HAARLEM'S DAGBLAD
Lentedag.
OOOO 0
m
Lente!
JZ
VOORJAAR
Snuif
meer
lente!
CONPERDAG 17 MAART 1932
VIERDE BLAD
nniHi
Wij hebben het nieuwe denkbeeld om een
voorjaarsnummer te geven tot uitvoering
gebracht, omdat wij zelf voelen dat in moei
lijke, ja critieke tijden als deze de lente met
grooter vreugde door ons allen verwelkomd
wordt dan ooit tevoren. Hoop op betere tij
den heeft ons nimmer verlaten. Wij weten
dat zij komen moeten, ondanks alle scepti
sche uitlatingen, ondanks alle pessimisme,
dat zoo vaak door de feiten gerechtvaardigd
schijnt, maar dat toch niet onze wezenlijke,
diepere overtuiging weergeeft. Lente komt
nu, is eigenlijk al gekomen in de blijde, zon
nige dagen die wij reeds hebben mogen be
leven. Zij is het feest der eeuwige verjonging.
Frissche energie, nieuwe moed om de moei
lijkheden tegemoet te treden en te overwin
nen, ontwaken in ons allen. Wij voelen ons
veerkrachtiger, sterker, wij zien de vele
lichtpunten die inderdaad, sinds de onmis
kenbare verbetering in den algemeenen toe
stand, dien de eerste maanden van 1932 ge
bracht hebben, talrijk zijn. Wij zien, rond
om ons, Mooi-Holland op zijn mooist tot nieu
wen bloei in jeugdige schoonheid ontwaken.
Dat blijde ontwaken te accentueeren, is
het doel van dit Voorjaarsnummer, dat geen
anderen titel dan Den te!had kunnen
dragen, cn dat op deze eerste pagina het de
vies vermeldt van dien steeds-jeugdigen-min-
naar en grooten kenner der levende Natuur:
Dr. Jac. P. Thijsse. Wij hebben hem gevraagd
zijn ex-libris met het woord „Onbekommerd"
dat op zijn briefhoofd voorkomt, ook te mo
gen plaatsen.
Zon. jeugd, lenteblijheid stralen door dit
V oorj aarsnummer.
Zij zijn in deze dagen overal- Zij dringen
door in de huizen en kantoren ook van hen,
die onder de zwaarste zorgen gebukt gaan-
Zij zullen ook het Palais des Nations in het
schoone Genève vervullen, en daar een zeer
heilzamen invloed kunnen uitoefenen. Ook
ministers, zelfs van de grootste mogendhe
den, zijn maar gewone menschenEn het
is en blijft Genève, waarheen onze hoop op
daden, op een nieuwe koers in de wereldpo
litiek uitgaat. Het begin dér Ontwapenings
conferentie, dat alle verwachtingen heeft
overtroffen en in de veelheid van de gedane
voorstellen doen blijken, dat er inderdaad
een algemeene wil tot handelen bestaat en
dat de mogelijkheid bestaat tot het slaan
van bruggen over de kloven, versterkt die hoop
De tijd is weer aangebroken waarin wij
onze zorgen kunnen vergeten door uit te gaan
in de blijde Natuur. Ook voor tienduizenden
sportsmen on sportswomen, die zich al spitsen
op hun cricket, tennis, golf. athletiek, zwem
men, roeien, zeilen. Ofschoon zelf geen zei
ler, verheug ik mij alweer bij voorbaat op
het schouwspel van de Kager Plassen, druk
bezeild door tallooze jachten van velerlei
makelijeen schouwspel dat ik, in zijn
landelijke omgeving, altijd als een apotheose
van Hollandsche schoonheid heb gezien.
21 Maart is de officieele datum van ui
trede van de Lente. Zij is vaak te laat. Dit
jaar is zij te vroeg niet voor ons. natuur
lijk niet, maar voor den kalender. Is dat een
goed voorteeken Wij verwachten het. Zelf
zijn wij met ons Lente-nummer den kalen
der vier dagen voor. U moge dat beschou
wen als een uiting van het optimisme, dat
Haarlem's Dagblad u altijd brengtniet
als een soort van methode, maar uit overtui
ging. Omdat pessimisme Dood is, en optimis
me Leven! R. P.
WPLLCZN
QONTWEQ^ECs
DAME<;KLEEDQCMAtf:p'..
UAADLEM
bacteljoci«;<;tq.q6-2»
NIEUWE MODELLEN
VOOR HET
Er 's een einde aan den winter
En de lente komt in Tt land,
Droomend ga^n onze verlangens
Naar de zee en naar het strand.
Naar het ruischen van de branding
Op het zondoorstoofde zand.
In gedachten gaan we weder.
In familie-karavaan,
Op een ^vrijen zonne-Zondag
Uit de heete stad vandaan,
Met ons natje en ons droogje
En de dunste kleeren aan.
En de kinders gaan aan "t spitten,
Bouwen bergen in een poe'.
En hun ouders gaan wat pitten
Lui in 't zand of in een stoel,
Of ze zitten maar te zitten
Met een heerlijk vrij gevoel.
4.
Dan besef je weer een poosje.
Dat je soms toch heerlijk leeft.
Dat liet menschzijn je naast zorgen
Ook nog weieens vreugde geeft,
Dat het droef begrip malaise
Naast zijn mal ook aise heeft.
En dan neem Je in de golven
Nog een lekker prikkelbad.
En je proeft een zout des levens.
Dat je lang niet hebt gehad,
Tot je gaar maar vroolijk weerkeert
Naar je werk en naar de stad.
Er 's een einde aan den winter.
Er komt prikkel ln je bloed.
Nieuwe warmte is in aantocht
En dat denkbeeld doet je goed.
Want ze geeft je nieuwe vreugde.
Nieuwe hoop en nieuwen moed.'
Nog is ee?i winterjas een aangename om
hulling, maar af en toe verrast dc frissche
wind door een klein vleugje zoelte uit Zui
delijker streken. Nog vliegt een schorre kraai
oor kale takken, maar in de verte kraait
al een haan trotsch en vol enthousiasme,
omdat straks klein kriebelend gebroed hém
weer uitbreiding van zijn heerschappij komt
bezorgen. Nog bieden de heesters weinig be
schutting, maar een zenuwachtige lijster
speurt al haastig wippend langs den grond
naar een veilige plaats, wat strootjes. De
zon wordt stralender, het licht feller, de lucht
ijler. Het kokette veertje op den hoed van
dc juffrouw begint wat verlept te lijken in
dit licht, maar in de hertekamp krijgen de
jonge herten een donker-glanzendcr huid,
en kiezen er een zonnige plek om er lui en
tevreden te zijn. Uit een voorbijvarende
schuit klinkt het sentimenteelc lied van het
roosje op de heide en het pruttelen van een
voorbijvarend motorbootje blijft lang en hoog
in de lucht hangen.
Tegen de strakke lucht blijken dc rechte
takken van dc populier vol bobbeltjes te zit
ten, waar straks overal jonge gele blaadjes
te voorschijn zullen schieten. Een draaiorgel
klutst schelle ongebonden maten met veel
opgewektheid door elkaar, en uit een mand
met bloemen stijgt een aroma van viooltjes
en narcissen. De aarde, die hard ivas en dor,
begint losser cn donkerder, zwart tc worden
en hier en daar schieten al lichtgroene bla
den van planten op.
Dc wereld wordt weer nieuw, de dingen
veranderen. De menschen krijgen weer een
kans. Wie grijpen kan, grijpc; of hij doet niet
meer mee. Dc atmosfeer prikkelt tot activi
teit en maakt tegelijk loom en verzadigd.
„Trek me es", zei zusje en leunde lui ach
terover in een wagen die zc eerst in hollend
tempo had geduwd. En twee fietsende school
jongens begonnen plotseling een geweldige
spurtom even daarna verveeld, traag ver
der te trappen.
„Hoe is het eigenlijk gegaan?" informeerde
een moeder bij haar zoon, die in zomersche
opwinding een kano naar buiten had ge
sleept cn over het water voor ecnigc uren
was verdwenen. „Het is niet gegaan", luidde
zijn landerig antwoordwaarna hij in een
stoel schoot, zijn wat- koude neus wreef,
beide beenen voor zich uitstak en zweeg. Om
zich na eenige uren het woord ongeloof
lijk" te laten ontvallen
Hier en daar gaan in dc huizen ramen
open. Een ijverige etude klinkt, of het stoeien
van kinderen. In een beschut hoekje bij een
donkeren muur staat een bescheiden prunus-
boompje schuchter gereed om zich bij de
eerste druppels van wat voorjaarsregen
feestelijk ln witte bloesem tc steken. Het
staat gereed, want iederen dag kan de ver
andering komen. En ondertusschcn droomt
het stilletjes van voorjaar. Van het vreemde,
voorjaar, dat overal verwachtingen wekt. Dat
zelfs een eerbiedwaardige dorpsdokter, die
met zijn vrouw een wandelingetje ln dc zon
maakte, dusdanig de realiteit deed vergeten,
dat hij zijn vrouw die even een buurpraatje,
was gaan maken zoek waande. Nog voor hel
voorjaar een uur ouder was ivas hij zijn
illusie kioijt en ontdekte hij zijn vrouio die
langs het tuinpad op het huis toekwam,
ivaarop dc lente zich zelf overtrof cn den
dokier verheugd op haar toe deed loopen om
haar lachend zijn rare vergissing te ver
tellen
Snuif de geurige voorjaarslucht.' Grijp de
lente, zoo ge haar grijpen kunt, ze stelt u
tot alles in staat
Vr. S.
VOORJAARSMIDDAG.
Een rieten dak met wilde-wingerd.
Een wiegje, dat er henen slingert.
Door 't. weeke lcover, dat al leutert;
Een kleine dreumes, die beteuterd
Naar 'n ietsje en *n nietsje ziet;
Een vogeltje van wiedewied!
Een gele 21011-verheugde ketel,
Een roode lap bij doovenetel,
Een appel, die te berste bloei"
In 't licht, dat met het windje stoei:
En fladdert in het glanzig veld
En van iets vriéndelijks verte',:
Een beetje stilt-e en zonnigheid.
Een klein beetje tevredenheid,
En overal die blauwe hemel
Met tintel-ver dat blond gewemel
Een veertje, dat er nederdwerelt
Er is iets heel liefs in de wereld!
(Uit den bundel ..Van zon en
zomer" van C. S. Adama van Scheltema».
EXUBRJ5
JACPTHIJSSE
Ex-libris van Dr. Jac. P. Thijsse, dut
geteekena is door den heer
B. W. Wicrink.
Goede verwachtingen voor 21 Maart
Wanneer wij straks op 21 Maart, de reke
ning opmaken, dan zal zij nog wel meevallen,
ondanks de stroeve zes weken die we nu
achter den rug hebben; wel veel zonneschijn
maar geen milde regentjes en de tempera
tuur altijd omtrent het vriespunt, soms zelfs
een heel stuk er onder.
De sneeuwklokjes bloeiden al in Januari,
ot eigenlijk toch niet van harte, want wei
hingen dc witte „sneeuwaruppels' buiten ae
bloeischeede, maar de bloembaaldjes zelf
spreidden zich niet uit of soms alleen mid
den op den dag. wanneer in beschutte hoek
jes de door de zon bestraalde grond de lucht
er boven verwarmde zoodat daar op die plek
"nee1, lijdelijk de gewenschte temperatuur
van 8 a 10 gr. C. bereikt werd. Door dezen
vertraagden bloei hebben zij nu echter het
voordeel, dat. één en hetzelfde bloempje ons
zes weken achtereen heeft kunnen verheugen.
Zoo is het ook gegaan met de Crocussen,
Winteraconletjes, Scil-
la's Sneeuwroem, al die
lieve vreemdelingen,
die ons den winter hel
pen bekorten.
Met onze inlandsche
planten gaat het even
zoo. De hazelaars heb
ben met horten en
stooten gebloeid en
staan nog gereed voor
een eindspurt. De elzen
blijven daarbij nog
even achter maar heb
ben toch al hier cn
daar hun katjes ge
strekt. Dc vroege wil
gen hebben dc schub
ben van hun bloei-
kuoppen afgestooten
en staan nu getooid
met de zilvergrijze kat
jes, die klaar zijn om
bij ae eerste dc beste
gelegenheid werkelijk
in bloei te komen met
groot vertoon van meel
draden en stampers en
honigdroppels. Maar ze
wachten op dc hommels
cn bijen, dc vlinders en
dc vliegen cn die wach
ten weer zeer beslist
en zeker op de be
roemde tien graden
Celsius. Dan komt ook
het Klein Hoefblad in
bloei dat nu al in dik
ke proppen boven den
grond komt en dan
opeens opent het ge
meenste onkruid met de
prachtigste bloemen.
Zoo staan ook a! de
andere vroege voor
jaarsbloemen te wach
ten.
De vogels hebben zich
niet bijzonder laten
ontmoedigen. Wanneer
ge even voor zonsop
gang op een gunstige
plaats saat luisteren
INHOUD.
iv. P.: Lente
(4e blad. lc pag.)
Dr. Jac. P. Thijsse: Lentedag.
(,4c blad, lc pag.)
C. Sipkes: Uit dc Natuur.
(4e blad, 3e pag.)
Van een deskundigeHet voorjaar in
Den Hout en dc Haarlemschc Plant
soenen.
'5e blad. 4e pag.)
Karei dc Jong: Muziek cn dc lente.
t e blad, 2e pag.)
C. J. van T.Lentevuren.
(6e blad, 3c pag.)
Vr. S.: Snuift meer lente.
(4e blad, lc pag.)
W. v. d T. H. D. Vertelling.
(6e blad. 2e pag.)
Pk Model932.
(6e blad, 2e pag.)
L. S. Voorjaar.
(6e blad. 4e pag.)
T. SchellingLente in onze tuinen.
(5e blad, 4e pag.)
J. C. E.: Langs dc Straat. Voorjaars-
leut.
(4e blad. 2e pag.)
Franz Molnar: Lcnteroes.
(4e blad. 4c pag.)
YvonneLente-Mode-Show.
(4e blad. 2e pag
Over watersport. Zonnige herinnerin
gen van
(5e blad, le pag.»
dan hoort, ge zang van groote lijster, zan.
lijster, merel, roodborst, winterkoning, hs.
gemnusch. pimpelmees, koolmees, boom-
kruiper boomklever, imissehen en spreeuwen.
De bonte specht roffelt, cie groene specht
joelt, leeuwerik ken zingen boven de weiden.
Een enkele bonte kraai heft een vreugde
zang aan die klinkt als een jammerklacht
en over het duin schalt de welluidende roep
van dc wulp. Maar de blinkende kievit., die
er rond loopt, vertoont nog niet de onrust
en lawaaierigheid van den broedtijd. Toch
:s dc gemiddelde datum voor h<eerste
kievitsei 15 Maart.
Nii, veel behoef; het niet te .schillen.
Wanneer de Pool lucht mee: wijken voor een
flink gebied van lagen druk uit den ALian-
tlsqhen Oceaan, on er komt wat regen en
daarna ePn zonnetje met de wind Z.Z.O. en
de thermometer omstreeks 10 gr. C.. dan ver
andert alles als met een tooversiag. Dan zijn
de sneeuwklokje-, in een week uitgebloeid
en duikelen opeens duizenden anemonen uit
den grond. De iepen langs de grachten, die
nu ook al stilletjes bloeien, zijn dan opeens
overtogen met dat onvergelijkelijk mooi"
Ula-rose waas. de elzen verbergen zich in et.n
sluier van katjes, het hoefblad str.ialt wijd
uit en de vroege wilg een cn a! gouden
schemering waarin de bijen en hommels,
vliegen er. vlinders ronddartelen. Let voor
al op die vlinders cn kijk of e: een Atalanta
bij is. want we weten nog altijd niet zeker
of die bij ons den winter kan doorstaan.
De vogels worden dubbel zoo levendig cn
zingen nu van een uur vóór zonsopgang tot
dat in den avond de- sterren van de tweede
grootte zichtbaar worden. Let daar eens op.
De kokmeeuwen, die Inmiddels zwarte kop
pen gekregen hebben vertoonen allerlei
vliegkunsten onder het uiten van rare ge
luiden en me; een paar dagen zijn ze ver
dwenen naar hun broedplaatsen aan de
Oostzee. De kokmeeuwen, die bij ons broeden,
komen nu terug uit hun winterverblijven ln
Frankrijk, Spanje. Zwitserland, Italic. Onze
reigers en aalscholvers hebben al nesten met
eieren, de wilde eenden en de roeken ook.
De kievit schermt en buitelt cn schreeuwt
boven de welden en heeft zijn schade dra
Ingehaald. In tuinen en bo.sciien en hagen
sleepen allerlei kleine vogels met bouwstof.
En wanneer alles goed gaat, dan hooren
we op een moolen morgen in dc week om
streeks 21 Maart den malschen roeo van de
tjiftjaf, het kleine slanke spitsbekklge groe
nig-bruingele vogeltje, dc eerste der zangers
die wc 's winters hier niet hooren of zien,
dus wel echt dc eerste lentebode!
JAC. P. THIJSSE.
Dr. Jac. P. Thijsse in „Thijssc's Hof' tc Bloem endaal.