BRIEVENBUS
Brieve.i aan de Redactie van de
Kinder-Afdeeling moeten gezonden
v,orden aan Mevrouw BLOMBERG
ZEEMAN, Marnixstraat 20.
BIJENPRINSESJE. Je raadsels
Bljn goed.
GELUKSPOP. Dus jullie hebben
een fijne vacantle achter den rug.
Heb je nu ook weer een mooi boek
uit de Bibliotheek? Zijn jullie met
frisse hen moed naar school gegaan?
GOUDEN REGEN. 't. Deed me
plezier weer eens wat van je te hoo
ien. Ik begrijp best, dat je nu veel
loeren moet. Naar welke school wou
je gaan?
de kleine vogelvriend.
Jij, als buitenmannetje, weet wel,
hoe erg er naar regen verlangd werd.
P, valt je op de Avondschool na
tuur' ijk weer best. Hoe lang duurt
't nog?
NEVADA en UITIOOPER Ik
hoop. dat de raadselprijs in den
smaak zal vallen. Lekker uitgerust
in de vacantie?
DUINKONINGINNETJE. Heeft
do fiets al goede diensten bewezen?
Nu maar zorgen, dat hij netjes blijft.
c. d. W. Je raadsels zijn goed
't Doel me plezier, dat jij genoten
hebt van je vacantie.
KERSTROOSJE. Jij hebt ook
fijne daagjes gehad, hè? Pas maar
op, dat je niet in 't vijvertje valt,
als je aan 't visschen bent. De visch-
jes zullen wel stlekum gelachen heb
ben om die slimme visschertjes.
RITMEESTER. Je raadsels zijn
goed. Ik hoop. dat de raadselprijs
naar je zin is.
ROZEKROONTJE. Ja hoor. je
mag tante boven Je briefje zetten.
Kon ie in IJnuiiden ook al zien, dat
hei Lente werd?
LUCIFER. Je mag ook tante
zeggen, als je maar niet zooveel
fouten schrijft.
ZILVERSCHOON. Je raadsel Is
goed.
ANSEPANS. Ik wil graag gdooven,
dat jij genoten hebt in 't Haagje
niet vader en Joop. Heb jij ook ge
voetbald? Zoo'n kleine Ausepans?
Ze mogen je thuis wel wat helpen
met dat versje.
HAAKSTERTJE. Nog wel gefe
llclteerd met den verjaardag van je
kleine 'u. Ze balt nu zeker alle da
gen. Heeft grootc broer 't naar zin
gehad in IJ muiden?
DUINPIEPER. Op school ben je
zeker al weer gewend. Hoe is het
Woensdag gegaan? Olng 't piano
spelen van een leien dakje0
BELLAROONTJE. De vorige
week kreeg ik jo briefje te laat.
H gaat 't met Bubo?
KORFBALLER. Hartelijk dank
voor die gezellige kaart van "t Kolo
niehuls te Bergen. Je zou zoo mee
willen spelen met al die zandgra-
vertjes Bevalt je zeker bost9 Kom
Je flink aan?
STR A X DJ LTITERTJF., Ik wil
dolgraag katjes van je hebben. Mis
schien komen Danseresje en Prinses
Zonneglans je van den zomer wel
eens opzoeken. Een bezoek aan Zand
voor! lokt nu nog niet zoo aan. Moe
ders Krullebol slaat wel eens een
keertje over. Ik kan niet vooruit be
loven. of je verhaaltje ln de Ru
briek komt. Ik moet, 't eersrt eens
lezen. Je raadsel is goed
ACCACIATAKJE. Zoo'n klein
clubje lijkt me ook heel gezellig. Bij
wie is de club? Of gaat. 't om beur
ten? Staat er al veel in je dagboek?
Je was nu prachtig op tijd
WATERROTJE. Jij bent zeker
oed bekend in Amersfoort. Je
lïausche proeven heb je or schitte
rend afgebracht, hè. Je rapport
mocht ook gezien worden. Je Kunt
nog een weekje over den Paaschwec-
strijd nadenken. Hoc was *t orxest?
HANmVERKSTERTJE. - Ben Je
al aan 't borduren van de bloemen
begonnen? Heb je prettig in den
Haarlemmermeer gelogeerd9 Waar
woont je tante? Wat heb Je fijne
plannen voor de zomervacantie.
Schrijf je wel eens aan Hans en
Wout?
MACIïTELD. Je mag best Je
eigen naam onder briefje en raad
sels zetten.
WU.I.EM III. Of ik je nog ken
Hoe lang is het geleden dat de voet-
baLschorn door de winkelruit ging?
ANNIE TEN H Dat zijn groot-
sche pl innen. Als je werkelijk wilt,
••elool .1: -oker, dat Je veel bereiken
kunt. -Schrijf je geregeld met ae
^Luchtpost?
MELOENTJE. Leoik, dat Je !n
Haarlem logeerde en me nog eens
schrijven wou. Ik kan me best be
grijpen, dat je nog wel eens verlan
gen kunt nog een klein schoolmeisje
te zijn, dat tollen mag en hoepelen.
HAARKNIPSTERTJE. Ik ben
heel verlangend te hooren, hoe jul
lie uit die afgesloten kamer zijn be
vrijd. Hoe is 't nu met de hoofdpijn?
Als je hoofdpijn hebt, kun je na
tuurlijk geen raadsels oplossen.
HEIDEPRINSESJE. Je raadsels
zijn goed. Ik had langen tijd niets
van je gehoord. Hoe gaat 't met de
Fransche les? Waarom behoef Je
nu geen huiswerk meer te maken?
GWENDOLINE. Jij bent er gauw
achter met de raadsels. Welke ope
rette hebben jullie opgevoerd? Zijn
jullie nu weer aan wat nieuws be
zig? Je strikvragen zijn goed.
BOERINNETJE. Die arme Oma!
Heeft ze veel pijn? Moet ze nu steed3
rust houden? Je raadsels zijn goed.
Hoe was de gym-uitvoering? Doe je
ook mee aan den zwemwedstrijd?
PRINSES MARSEPEINTJE. Je
raadsel is goed.
PRICHEL. Ben je weer heele-
maal beter? Had je pijn met slik
ken? Ga je met Prochel mee om
Emmabloempjes te verkoopen? Ben
Je al weer gewend op school?
W. L. Leuk, dat je de Dik-Trom-
.serie nu compleet hebt. En nog leu
ker Is het. dat je te kort gedekt is.
Misschien wordt Knipperdolletje een
boek. De boeken van Top Naeff zul
len zeker een aanwinst zijn.
JUFFERTJE ZWEMGRAAG. Je
hebt gelijk, dat je wat zuinig bent
op jo mooie schoenen. Wat zal die
2de Pinkersterdag een gezellige dag
worden. Nu maar mooi weer bestel
len. Wat wordt er op 19 April ge
daan?
SCHRIKKELKINDJE. Ik denk.
dat de schildpad nog niet uitgesla
pen ls. Als je hem in een warm
hoekje zet, wordt hij misschien
wel wakker.
MANDARIJNTJE. Wat prettig
dat jij ook op de koperen bruiloft
mag komen. Wat voeren Jullie op?
Je rullaanvraag kan ik niet plaat
sen. want je geeft geen adres op.
Jc raadsels zijn goed.
SLAAPMUTSJE. Ben je al weer
gewend op school? Flink zoo, dat Je
moeder goed geholpen hebt in ae
vacantie. Als .ie zooveel van huis
houdelijke bezigheden houdt, zal 't
Je oi) de huishoudschool zeker be
vallen.
ZANDKEVERTJE is welkom en
mag haar schuilnaam houden.
KONINGIN LENTE. Je gaf geen
adres op. Zonder adres kan ik geen
Ruil-aanvraag plaatsen.
HAAKSTERTJE. Ditmaal zul je
de raadsels wel heel gemakkelijk
vinden. Je moet nu nog eenige
weekjes wachten, voor het loten ls
van de raadselprijzen. Wat een heer
lijk vooruitzicht, dat je van den zo
mer zoo'n groote wandeling met
vader en broer gaat maken. De
Paaschwcdstrijd valt heusch wel
raw.
ONDERWIJZERESJE. Jullie
hebt maar een bovenst-besten oom
om je zooveel mooie boeken cadeau
te doen. Nu behoef je je geen enke
len dag meer te vervelen.
VADERS HULP. Kun je de raad
seis al oplossen zonder vaders hulp.
't Zal je misschien plezier doen, dat
er ln Onze Bibliotheek nog een boek
van Dik Trom ls opgenomen. Je
raadsel is goed.
GOUDHAARTJE. Ik heb Jullie
niet ln de krant zien staan
PRINSES ZONNEGLANS. Dat
zal zeker een vroolijke logeerpartij
zijn geweest. De regen zal jullie wel
niet gehinderd hebben.
GOUDLOKJE. Is a s. Zondag de
uitvoering? Dan wensch ik Je heel
veel genoegen
BELLEFLEUR. Ik dacht ook al:
als jullie zooveel geloopen hadden,
kwam Je zonder beenen thuis.
KERSTPOP. Ja. berg voortaan
je krantje maar dadelijk op. Ik kan
me Indenken, dat 't droeve Paasch-
dagen zijn geweest. Gelukkig, dat
grootmoeder niet veel heeft gele
der.. Je raadsel is goed.
GRASPrEPER. -- Ik moet jouw
schuilnaam toch niet veranderen ln:
Hollebolle-Gljs?
BOSCH VIOOLTJE. Hoe maakt
Loekle het9 Wat aardig, dat ze zoo
sprekend op de vorige Loekle lijkt.
Je raadsels zijn goed
CROCUS JE. Prettige vacantie-
dagen gaan in den regel te gauw
voorbij. Wat fijn. da» i'he al een
dag ln de duinen hebt doorgebracht.
CONCORDIAAN. Je bent op
school zeker ook een kei in gymnas
tiek.
GENTIAANTJE, Hoe gaat 't met
de kleine poes? Wat was er op de
bazar te zien? Wanneer is de zang
uitvoering?
TROSROOSJE. Je raadsel ls
goed.
BOSCHNIMF: Dat beviel jullie
natuurlijk wel nog zoo'n extra tijdje
buiten i,e mogen spelen.
LENTEKIND. Je hebt natuur
lijk een extra fijne vacantie gehad,
toen je nichtje bij je logeerde. Ik
begrijp best dat de raadsels er toen
bij inschoten. Wat voor bol heb je?
MICKEY MOUSE. Je fiets heeft
dus goede diensten bewezen ln de
vacantie. Waar gaat Turnstertje
naar toe?
WENDA. Nu is 't afgeloopen
met Billy Beer. Zeg, dat maar aan
broer. Er komt wel weer een ander
leuk verhaal.
ZWEMSTERTJE. Gelukkig, das
je keelpijn over is. 't Is maar pret
tig, dat jij je rapport zoo rustig te
gemoet ziet. Zoo Iets als: soedah,
laat maar zwemmen.
HANDBALLERTJE. Is jouw
hoesten nog maar niet over? Wat
vervelend hé? 't Is heerlijk, dat er
van Korfballertje zulke goede be
richten komen. Echt strandweer ls
't nog lang niet.
TALABOESIE. Dit keer zal je
de raadsels zeker niet moeilijk vin
den.
BLAUWOOGJE. -- Ben je nu weer
heelemaal de oude? Vermoeit het
werk je niet? 'k Wist niet. dat G- Je
vriendin was. We kunnen hot best
samen vinden.
MOEDERS KRULLEBOL. Waar
woon je nu?
DANSERESJE. Bevalt de nieuwe
woning goed? Die Prinses Zonne
glans heeft genoten bij jullie. Waar
ben Je nu op zang?
W. v. d. L Voor één dag ls Nij
megen wel een groote afstand. Aar
dig, dat je dien vriend nog ont
moette, Zoo ervaarde je al weer:
Hoe later op den avond, hoe schoo
ner volk.
ROODKAPJE en PUCKIE Zusje
speelt zeker dikwijls met je serviesje.
Houdt ze zooveel van cocosnoot?
POESENMOEDERTJE. Wat heb
jij prachtige cadeaux gehad. Draag
je 't horloge lederen dag? Ben ie
al aan 't borduren gegaan? Of aan
't schetsen?
L. v. D. Hoe gaat 't nu met Je
neefje? Zijn de zusjes weer beter? Ik
kan me voorstellen, dat Je blij zult
zijn. als Jc weer met ze kunt spelen.
TWEE BLONDJES. Op school
vinden jullie 't zeker ook weer ple
zierig. Wat hadden jullie prachtige
rapporten Dat heeft de vacantie ze
ker dubbel prettig gemaakt. Die
maand Mei wordt ook weer drie-dub
bel plezierig.
ROZENKNOPJE. Blijft het
goed gaan met moeder? Wordt het
hoesten minder? Heb je ln Amster
dam mooie winkels bekeken? Je
verlangt zeker ook erg naar Ganzen
hoedstertje.
ALBA. - Dat was dus lest best.
wat je vacantie betrof. Zusje vond
de speelgoed-afdeeling zeker 't mooi
ste van de heele Bijenkorf. In Je
wedstrijdwerk zit wel een foutje.
WIPNEUSJE. Ja. ik ben ook
wel eens ln Gorsel geweest, 't Ls daar
mooi en heerlijk rustig Wanneer
zou je er met de klas naar toe gaan?
En bleef je er dan logeeren? Flink
zoo, dat jc moeder geholpen hebt
met den schoonmaak. Ja dat is een
spreekwoord.
W. BLOMBERG-ZEEMAN
Marnixstraat 20
Haarlem, 8 April 1932.
Vroegere trartementen In de
16e eeuw verdiende een Amster-
damsch predikant jaarlijks f 200. de
koser f 50. de voorzanger f 26, de
klokluider f 24. de torenwachter f 20
en de hondeslager eveneens f 20 De
hondeslager was de opzichter, die
onder de preek de honden uit de
kerk moest houden en tevens moest
zorgen dat de jongens zich stil hiel
den.
Hen, die zich zelf kende. ..U mag
niet over dit veid rijden, mijnheer"
zei een schaapheder tegen een rui
ter, waarop de ruiter antwoordde:
„O. ik dacht, als er schapen op mo
gen, dan mag ik er ook wel op."
KNIPPERDOLLETJE.
door W. B. Z.
1
Dien Zondag op de Duinhoeve was
een feestdag voor Bouwe Wapstra.
Boer Veris liet hem de gansche om»
geving zien. Wat genoot hij van die
prachtige glooiende velden, van ae
begroeide duinen, van de eindelooze
zee.
„Je kunt er best nog een weekje
bij aanknoopen," noodde vrouw Ve» I
ris, toen ze bemerkte, hoe haar gas# I
zich bij hen thuis voelde.
Vast en zeker zou Bouwe dit ge
daan hebben, als er 's Maandags niet?
een brief uit Haarlem van zuster
Greet gekomen was.
Ze schreef:
Beste Bouwe,
't' Ls Zondagavond en ik moet jo
even een en ander vertellen van wat
wij dezen dag beleefd hebben. Van- i
middag ging ik met de beide jong-
sten eens naar de Vermeertjes. Ik
wou toch nog eens bedanken voon
alles, wat we met Kerstmis van ze 1
gekregen hadden. En ik wou ook
eens vertellen, dat jij er was. Die
menschen hebben altijd zoo met ons
meegeleefd, dat ik ze daar nu ook
niet buiten wou laten. Goed, ik stap
er met den wagen en Henkle op af.
Mevrouw was alleen thuis, dus IK
kon gemakkelijk over jou beginnen.
Later komt meneer. Mevrouw ver
telt in de gauwigheid over Jou enz.
Ook over de verhuisplannen. Opeens j
zegt meneer: „Ik weet een pracht- j
woning voor jullie. Niet ver van de
stad en toch ook weer heelemaal
buiten." We praten er over en weer.l
over en ten slotte zal meneer met
me meeloopen en aan den eigenaar I
vragen, of ik 't huis eens van binnen
mag zien, wat 't kost en zoo meer,
Dat is allemaal gebeurd. Ik heb het
huis gezien en Gijs heeft 't ook ge-
zien. En we zijn er vol over. Een
tuintje voor. een groote tuin achter.
Mooie kamers met openslaande ra-
men, een keukentje zoo fijn, dat jo
er een heelen dag in wou blijven zit-
ten. Volgens Gijs en meneer Vermeer
is de prijs zeer billijk. Natuurlijk I
kunnen we niets besluiten, zonder
jou. Haast je niet om terug te ko
men. Ik weet veel te goed. hoe neer-
lijk je het op de Duinhoeven zult
hebben. Geef ons maar sohrifio-
lijken raad- Soms zeggen we tegen
elkaar: 't is veel te mooi voor ons.
Maar als ik dan weer aan jouw plan
nen denk, begin ik toch weer te gc-
looven, dat het waar kan worden.
Schrijf je gauw terug? Ook alles
over Eefje en Veris en Brecon. Ket>
je de dames Wilkes nog gesproken?
Hoe gaat 't met je gezondheid? Niet
zoo gauw vermoeid? Wij maken 't
goed. Gijs gaat deze week wat meer
verdienen. We zijn heusch op weg
kapitalisten te worden. Groet allen
van ons. Geniet nog maar veel.
Je zuster Greet.
Pas had Wapstra den brief gele
zen, of hij liep ermee naar de .stal
len, waar de Verissen samen bezig
waren het vee te voederen. Natuur
lijk was er werkvolk, mannen en
vrouwen. Maar Eefje en haar man
werkten even hard mee.
Toch geen zwarigheid?" vroeg
vrouv; Veris, toen ze zc dat Bouwe
een bi in de hand hield.
,,'k Moet naar Haarlem terug,"
antwoordde hij.
„Oom moet hier blijven, hè tante?"
zei Maarten.
Bouwe vertelde nu in 't kort, wat
zijn zuster Greet schreef,
„Een dag korter of langer zal er
niet toe doen," dacht Verb, 't Was
vandaag zoo'n voorjaarsachtige dag
dat Veris al aan de vrouw had voor
gesteld nog eens wat rond te tuf
fen met zijn gast.
..Dan schrijf ik een kaart, dat *k
morgen kom."
Daar was niets op tegen. En de
Verissen zorgden er wel voor. dat
deze laatste dag voor Bouwe Wap
stra een onvergetelijke dag werd.
„Als 't huls me aanstaat, koop Ik
het." zei Wapstra. En hij liet er op
volgen: „Als t h -Xmaal aange
kleed ls. moeten juiilc ook komen.
Dan maken we er een feestdag van."
,.Dan kom Ik ook." zei Maar'en
parmantig. De groote menschen de
den soms net. of hij er niet was,
maar hij begreep al heel wat van
hun gesprekken.
(Wordt vervolgd.»
B IJ VOEGSEL
VRIJDAC 8 APRIL 1932
No. 275
AAN ALLEN!
Een van mijn Rubriekertjes, die
uit Indië is gekomen vertelt me heel
gezellig over de terugreis. Wat was
't leven aan boord prettig en afwis
selend. En toch was 't alleszins te
begrijpen, dat ieder blij was, als de
boot stillag en men weer eventjes
op 'L vasteland kon komen. Nu
schrijft ze me o.a.: ,,'t Speet me zoo.
dat we niet ln Mekka mochten kij
ken, want ik had zoo graag de Kaa-
toa gezien. Dat is een edelgesteente,
waarheen honderden pelgrims een
bedevaart maken." Dat is nu niet
heelemaal waar. De Kaaba ls een
meteoorsteen. Hij zit ingemetseld in
een gebouw. Hij is door de Moham
medanen heilig verklaard en daarom
trekken de pelgrims naar Mekka,
Wat een meteoorsteen is? Een
steen, die uit de hemelruimte valt.
Zoo'n steen bevat moesetal ook me
taal, ijzer en nikkel. Door de wrijving
met de dampkringslucht worden ze
gloeiend heet. Vandaar dat men ze
wel eens als vuurbollen ziet. Als ze
uiteenspatten lijkt het vaak een
schitterend vuurwerkverschijnsel. De
schietende sterren zijn misschien
ook wel meteoren. Zou je niet in
brand kunnen raken door zoo'n me
teoor9" hoor ik een bangerdje vra
gen. Ik heb er tot nog toe nooit van
gehoord. Wel heb ik een half jaar
geleden gelezen dat een meteoor
steen in Hamburg was neergekomen
en daar een gat van een 1/2 Meter
diepte in de straat had geslagen.
Een 25 jaar geleden heeft er een
meteoren-regen plaats gehad in Si
berië. Onlangs zijn er eenige natuur
onderzoekers heen geweest, om eens
te onderzoeken in hoeverre dit be
richt waarheid bevatte. Zij vonden
enorme steenmassa's van duizenden
en duizenden kilo's gewicht Op een
weg zoo groot als van Leiden naar
Rotterdam was alles verwoeset.
Heele wouden waren geveld en de
stammen lagen verschroeid ter aar
de. Niets groeide er meer. Te midden
van dit troostelooze landschap was
een gat geslagen van Meters omtrek.
Nikkel en ijzer lag alom verspreid. In
beschaafde landen zou 't een fortuin
vertegenwoordigen. Nu moest men
liet achterlaten.
Menschen woonden hier niet. dua
er was geen enkel bedrijf. Het ver
voer zou nog veel meer gekost heb
ben. dan de totale opbrengst der me
talen.
Jammer, dat die meteoorregen niet
in een beschaafd land was neerge
komen? Zeg liever gelukkig. Een be
schaafd land is een bevolkt land. Ak
kers en huizen, menschen en dieren
zouden totaal vernield en vernietigd
zijn geweest.
Metooorsteenen zijn hemelsteenen.
De Mohammedanen zouden zeggen
heilige steenen, wondere steenen.
Wij zullen niet als zij zoo'n steen
gaan vcreeren en toeh moeten we
beamen, dat zoo'n vallende hemel
steen een wonder der schepping, is,
evenals een zwellende knop, een
vogel* ie. dat 't el verbreekt, een vlin
der die uit de pop kruipt, een
Zie zelf om je heen. dan zul je moe
ten erkennen, dat de Schepping één
groot wonder is.
W. BZ.
Wist je dat? Een - alvlsch van
15 M. lengte weept ongeveer 64000
K.G en levert 21.000 K.G. traan en
J350 K.G. balein.
NAAR BUITEN.
Vader, zei Kees Wilkens, hè,
wanneer krijg ik nou een fiets?
Dat weet je wel kerel. Ik heb je
beloofd dat je er een zoudt krijgen
zoodra je op de Hoogere Burger
school zou komen.
Kees knikte van ja en slikte eens
even van spijt. Natuurlijk had hij
dit antwoord wel verwacht, maar er
was een heel flauwe hoop in hem,
dat het misschien anders zou kunnen
luiden.
Eigenlijk reuze flauw en kinder
achtig van me, dacht hij, daar
nog eens mee voor den dag te ko
men. Hoe kwam het eigenlijk dat ik
er weer over begon.
Dat scheen mijnheer Wilkens ook
graag te willen weten, want voor
Kees zijn gedachten behoorlijk ge
ordend had, klonk zijn Vader's stem:
Hoe kwam je er bij. daar nu
speciaal nog eens naar te vragen?
Ach, zei Kees een beetje onwil
lig 't Ls ook kinderachtig, dat ik
er over begon, maar zlet-u Vader,
wij zijn drie vrienden, Jaap Ver
schuur. Bart, Boutens en ik. Nu heeft
Jaap al heel lang een fiets, dat. weet
U en Bart vertelde mij gisteren, dat
hij er waarschijnlijk een zou krijgen
met de Paaschvacantie. Nou en
toen
Toen vond jij, dat Je er dan
meteen ook maar een hebben moest,
om niet bij het klaverblad ten ach
ter te raken. Is 't niet zoo?
Ja Vader, knikte Kees een beet
je verlegen. Ziet U. ik dacht zoo.
nu gaan Bart en Jaap fijn tochtjes
maken met zijn tweeën en ik kan
zoolang thuis blijven. Ik was er een
beetje verdrietig over. Ik voelde mij
een beetje achteruibgesteld en ik
geloof dat er een heeleboel Jalouzle
ook bij te pas kwam.
Hm. bromde mijnheer Wilkens
en keek door het groote hooge raam
van zijn studeerkamer naar bulten
in den tuin.
Kees meende, dat het gesprek hier
mede wel als afgedaan beschouwd
kon worden en liep naar de deur.
Toen draalde zijn Vader zich eens
klaps naar hem toen en zei:
Vertel es, hoe zat dat ook weer
met je cijfer voor Rekenen?
- Daar had Ik de vorige keer een
vijf voor. Vader, en de laatste maal
een zeven.
Hm. zei mijnheer Wilkens nog
maals en vervolgde toen: wanneer
krijg je je Paaschrapport?
De volgende week. Vader.
Hm. bromde Kees' Vader en draal
de zich weer naar het raam om uit
te zien in den tuin. Even keek Kees
nog met een stille hoop naar de
breede sterke rug, zuchtte toen eens
diep en ging de kamei uit
Het was de laatste dag voor de
Paaschvacantie.
Mijnheer Verdonk nam een sta
peltje rapporten uit zijn lessenaar,
tikte eens een paar keer op zijn ta
feltje en begon te spreken. Hij be
gon met te vertellen, dat er zooals
altijd leerlingen waren, die hij min
der goede cijfers had moeten geven
en dat er daarentegen weer anderen
waren, waarover hij zeer tevreden
was geweest en die daardoor enkele
punten vooruit waren gegaan. Hij
besloot met te zeggen: Het ls een
van de laatste rapporten Jongelui,
die Je dit Jaar nog van mij krijgen
zult. Ik hoop dat velen van jullie de
volgende rapporten ergens anders
in ontvangst zullen mogen gaan ne
men. Ik bedoel daarmee, dat Ik hoop,
dat ik velen van mijn leerlingen zal
kunnen afleveren aan H. B. S.-en
en Ambachtsscholen. Zij die dit
maal een goed rapport hebben ge
had behoeven zich geen groote zorg
meer te maken, alhoewel oppassen
natuurlijk de boodschap blij ft. De
anderen hebben hierbij de laatste
waarschuwing van goed aan pak
ken en den moed niet op te geven.
Er is nog veel, heel veel te redden.
Toen deelde hij de rapporten een
voor een uit. Bij Kees gekomen tikte
hij den Jongen eens lachend op zijn
schouder en zei: Ben je zoo van
die vijf voor Rekenen geschrokken
Kees? Je hebt zoo poot-an-gespeeld,
dat ik je ditmaal een flinke acht
heb kunnen geven. Ook je andere
cijfers zijn goed- Ga zoo voort en
Je zult spinazie eten. dacht
Kees stilletjes en hij grinnikte even
Maar mijnheer Verdonk besloot:
En Je zult op de TI. B. S. even
goede rapporten blijven krijgen.
Op dc H. B S.? Dan heb ik een
fiets! dacht Kees verrukt en hij
bloosde van de gelukkige gedachte,
die hij daar zoo ineens kreeg.
In die prettige geluks-stemming
bleef hij. Zelfs toen hij Jaap en Bart
die nu zijn nieuwe fiets bereed, naast
elkaar zag wegpeddelen.
Wacht maar mannetjes, dacht
Kees, een kort tijdje nog en dan
rij ik jullie grandioos voorbij.
Die gedachte maakte hem zoo blij
en opgeruimd, dat hij heel luid de
signaalroep van het Klaverblad van
Drie liet hooren. Jaap en Bart ke
ken om en wuifden. Kees wuifde uit
gelaten terug.
Fluitend, zijn handen in de zakken
liep hij naar huis toe.
Ls 't al zoo laat? riep zijn
Moeder uit, toen hij mot een paar
malle bokke.sprongen in de keuken
kwam. Hola. denk om mijn keu
kentafel, vroolijke mijnheer. Je zou
de heele boel ondersteboven gooien.
Best zin in hebben. lachte Kres
en hij gaf zijn Moeder een onstui
mige kus. Een liedje zingend greep
hij haar vast en begon een paar hoe
kige danspassen te maken.
Schei toch uit! Mallerd! lach
te mevrouw Wilkens. Vooruit ga
je handen wasschen, we gaan zoo
aan tafel.
As-Je-blleft Moeder, mijn
Paaschrapport. Hoe vind Jc 'L?
Mijnheer Verdonk twijfelt er niet
meer aan, of ik kom vast en zeker
op de H. B. 8- en hij zegt. dat ik
daar net zulke mooie cijfers zal kun
nen halen als deze keer Maar dat ls
van later zorg natuurlijk, eers', moet
ik zien dat ik op de Hoogere Burger
school word toegelaten. Want. dan,
sjonges, dan krijg ik een fiets, Moe
der!
Ondertusschen had mevrouw Wil
kens het rapport eens doorgekeken.
Het ziet er werkelijk heel goed
uit, Kees. Breng het meteen maar
even naar Vader toe. Hij zit in zijn
studeerkamer.
Kees danste met zijn rapport de
gang door en tikte op de deur van
het studeervertrek van Dr. Wilkens.
Toen ging hij binnen
Ik kom U even mijn Paasch
rapport laten zien Vader.
Ah! riep mijnheer Wilkens,
En?
Ik geloof wel goed, zei Kees.
Dr. Wilkens schoof de stapel boe
ken die hij voor zich had liggen een
beetje achter uit en nam het rap
port van zijn zoon voor zich op do
tafel. Met een ernstig gezicht bekeek
hij 't. Toen zag hij op en knikte
goedkeurend.
r Dat ziet er goed uit Kees. Mijn
complimenten. Heeft Moeder het al
gezien?
Kees knikte.
En? vroeg zijn Vader. heeft ze
niets gezegd?
O ja. dat het er goed uitzag zei
ze, geloof ik.
Dokter Wilkens schoof zijn zware
bureaustoel achteruit en wenkte
Kees met hem mee te gaan. In de
gang nam hij zijn hoed van den kap
stok en tot Kees verbazing de sleu
tel van de garage van het sleutel
rekje.
Ga Je ook mee Vrouw? riep
dokter Wilkens zijn echtgenoote toe.
Kees verbazing en nieuwsgierig
heid werd hoe langer hoe grooter.
Wat zou Vader gaan doen?
Zouden ze met hun drietjes een ritje
gaan maken in de auto? Maar waar
heen dan? Vader zonder jas aan en
Moeder zoo zonder hoed op? Hij be
greep er hoe langer hoe minder van.
Had hij zich misschien vergist? Was
het de sleutel van de garage mis
schien niet geweest? Maar Jawel hoor
ze gingen het tuinpad af, recht naar
dc garage toe. De sleutel knarste ln
het. slot. Dokter Wilkens deed do
zware deuren open.
Vragend keek Kees zijn Moeder
eens aan. Die stond daar met een
raadselachtig glimlachje om haar
mond en knikte hem alleen maar
eens toe.
't Was om te knappen van
nieuwsgierigheid, dacht Kees. Juiafc
stak zijn Vader het licht in de ga
rage op.
Ga daar eens achter de wagen
kijken, Kees. zei dokter Wilkens
Kees liep om de auto heen en daar
in het uiterste hoekje, diep achter
in dc garage, ln het heldere licht van
de electrlsche lamp, stond een prach
tige nieuwe fiets!
O! Dat was alles wat Kees kon
uitbrengen. Van verbazing en ver
rassing sperde hij zijn oogen wijd
open. Sliep hij? Hij droomde toch
niet? Hij kon het bijna niet gcloo-
ven en keek nogeens vragend ach
terom naar zijn Vader en Moeder,
die hem lachend stonden aan to
kijken.
Nou? vroeg dokter Wilkens. - - Bc-
valt-ie Je niet?
-- O maar Vader! Moeder! sta
melde Kees. Is die voor mij?
Ja Jongen, omdat Je zoo flink
Je best gedaan hebt, lachte Mevrouw
Met één sprong was Kees bij zijn
rijwiel.