BRIEVENBUS. r Brieven aan de Redactie van de Klnder-Afdeeling moeten gezonden Worden aan Mevrouw BLOMBERG ZEEMAN, Marnlxstraat 20. DE KLEINE VOGELVRIEND. Ik hoop, dat 't zonnetje op Hemel vaartsdag schitterend schijnen zal. Dan wordt 't voor jou vast een heer lijk dagje. Gaat broer ook mee? ZILVERSCHOON. Ja. dat ls goed. Stuur 't spreekwoord nog maar eens ln. KAPSTERTJE. Je zult zeker een heerlijken tijd ln Zandvoort hebben. ALs moeder geregeld Onze Jeugd meeneemt, kun Je ook mee blijven doen. Er zijn zooveel Rubrie- kertjes ln 't Kinderhuls geweest. En ze vonden 't er allemaal even pret tig. CHRISTIAAN W. Hoe gaat 't er mee Jongen? Wat scheelde eraan? Je bofte maar met zoo'n besten se cretaris. De raadsels behoeven juist niet ln volgorde opgeschreven te wor den. W. L. Er ls veel goeds ln Je ver haal. 't Boeit zeker. Maarde stijl ls niet altijd vlot en het onder werp is wel wat afgezaagd, 't Draagt de sporen van beglnwerk, al doende zal 't zeker beter worden. Ziehier mijn oordcel. Wat die periodieke steun betreft, dat zal ln dezen moei lijken tijd niet gaan. Je kunt 't echter probceren. OPTIMIST. De nieuwe wedstrijd ls reeds in zee. ZANDKEVERTJE. Je raadsel ls goed. NEVADA. Nu was Je er vlug bU Hartelijk geluk gcwcnscht met den verjaardag van Je broertje. Dat ls leuk. dat do Juffrouw ook Juist ja rig ls. DUINKONINGINNETJE. Wat gezellig, dat Je op 't zelfde naal- clubje bent als Juffertje Zwemgraag Ik ben benieuwd, waar Jullie naar toe zullen gaan met Pinkster. Hoe ls 't met Marsepelntjes moeder? WOUDBLOEM. Dat ls zeker lang geleden, sinds ik wat van je hoor de. Er ls ook heel wat ln Je leven tje gebeurd. Ik ben blij voor je. dat Je de dingen met andere oogen gaat zien. 't' Zal nu zeker alles goed wor den. Stort gerust Je hart rog eens Uit. Ik vind Je heusch geen naar spook. Ken je die spreuk: Wie zich zelf overwint ls sterker dan die een stad Inneemt? W. v. d. L. Natuurlijk kan een mensch het zonder geld niet stel len ln de wereld. Voor alles ls geld noodig. En toch zijn er schatten, die niet voor geld te krijgen zijn. In de eerste plaats gezondheid, dan een opgewekt humeur, een blij optimis me enz. enz. Als Je er zoo over denkt ls geld een ondergeschikt Iets. Be grepen? SCHRIKKELKINDJE. Wat heb ben ze Bep fijn ln de bloemetjes ge zet. Leuk hoor! Feliciteer haar maar yan me. BOSCHNIMF. Dat eerste raad sel was voor de helft zeker wegge wandeld. WIPNEUSJE. Wel Jammer, dat het reisje naar Gorsel niet doorgaat. Hebben Jullie vanmiddag een beetje leest gevierd op school? Ik had van dat spreekwoord over dat voorttrek kende varken ook nooit gehoord. Waar stond het ln vermeld? KERSTROOSJE. Heb Je Woens dagmiddag prettig gespeeld bU je Jarige vriendin? Zijn er nog poffer tjes gebakken? Ik heb nog niet veel van de bollenvelden gezien. JU wel? A. B. C. Nu schiet je flink op. t Zou heerlUk zUn. als Je later bij vader kon werken. Na deze tUden komen zeer zeker andere tUden. En wellicht betere. MADELIEFJE. 'k Wist niet, dat Je zus getrouwd was. 't Is te begrU- pen. dat ze zelf ook tegen het af scheid opziet. Als Je ervoor staat, is zes jaar een lange tUd. 't Gaat toch alt lid gauwer om. dan men denkt. HKIDF.PRINSESJE. Er ls nog heel wat te doen voor Je tuintje ge heel ln orde is. Als 't zonnetje nu maar gaat schUnen, zal 't gezaaide zeker gauw opkomen. KORFBALLER. Wat bon Je flink aangekomen. Nu maar dikke boterhammen eten en op tUd naar bed gaan. anders val Je weer af. Je raadsel ls goed. GWENDOLINE. Wel Ja. 't weer Bal heusch steeds beteer worden. De volgende week wordt er weer om de JRaadselprUzen geloot. Welk lied studecrcn Jullie nu ln? Als I Mei nu maar een echte Lentedag wordt hè? RANGEERDERTJE. 't Deed me genoegen weer eens wat van Je te hooren. Dus JU kan al gauw eigen gekweekte radijsjes eten. Die sma ken altüd dubbel lekker. Nu komen er zeker ook steeds meer tulpjes uit. Jullie hebben wel verscheidenheid van planten ln den tuin. GRUTTO. Speelt het kindje met 't wollen kuikentje? Ze ls er nog wel wat heel klein voor, hè? Je pop heeft dus haar bepaalde dag jurken. In de fluweclen zal ze het nu wel wat warm krUgen. ROZENKNOPJE. Wat een ko nijntjes hebben jullie. En groeien ze flink? Heb Je ze ook namen gege ven? Ben je al op de helft met je trui? Voor wie borduur je dat groote kleed? D. S. V.-ER. Ik denk, dat Willy die fcesteiyke thuiskomst nooit ver geten zal. Hangt Je schild er nog? Doe maar goed je best met Taal, dan behoef je or niet meer voor school te biyven. Leuk, dat je al zoo goed op je mondorgel kunt spelen, VADERS JONGEN. Misschien zie ik je wel eens ln je tuintje wer ken. Heb je Je voorletters gezaaid van tuinkers? WIM. Hoe grooter Je wordt, hoe netter Je zeker zult gaan schrij ven. Maar Je moet wel eerst even nadenken, voor Je de woorden neer- schrUft, dan komen er niet zooveel krassen. MIC HIEL DE RUYTER. Wat zUn er veel Rubrlckertjcs tuinman geworden. Jammer, dat je den MaartwedstrUd wel had gemaakt. PRES. KRUGER. Ik denk, dat de groene spruitjes het nog te koud vinden om boven den grond te ko men. Ze wachten op een zonnetje. Of ik Zondag gejuich gehoord heb? Ik wist precies wanneer er een goaltje gemaakt werd. SNEEUWKLOKJE. 'k Vond het zoo prettig weer eens wat van Je te hooren. En vooral zulk goed nieuws Heb je de eerste zwemles al gehad? Worclt Je ook lid van den Klndcr- bond? Ik had wel graag naar dc Lichthoeve-film gewild. Maar ik had geen tUd. BALLENBREISTERTJE. Wat ls dat aardig die onderlinge corres- j>ondentle. Jij hebt wel briefschrij ven geleerd, hè? Heeft poes al klein tjes? ZUn er al Jonge vogeltjes ln het nestje? Ik denk, dat GUs steed3 vlugger zUn huiswerk zal maken. Dat moet ook wennen. Groeit het kalfje goed? Ben Je prettig met moeder in de stad geweest? ACACIATAKJE. Nu komt het weer voor de fietstochtjes. Ik denk dat ze bang zUn dat er door kinde ren wat vernield wordt, omdat Je ln Thyse's Hof altUd onder gelelde moet wezen. Wat kun Je hcerhjke Pinksterdagen hebben. Dat Ls wel i-en groote tocht. Je mag dat ver haaltje ook wel typen. Maar dan aan één zUde van 't blad. BOERTJE. Maak morgen maar veel plezier. Op Jullanadag hadden Jullie zeker toch vrij. Leeft de bal nog? STRANDJUTTERTJE. Je ver haaltje is nog niet mooi genoeg om gedrukt te worden. Je raadsels zUn goed. HANDWERKSTERTJE. Nu ls moeder zeker door 't ergste van de schoonmaak heen. 't Is ln dezen tUd wel prettig om eens naar den IJweg te gaan. Wat heb Je HJne plannen voor de groote vacantle. Waar gaan jullie met de klas naar toe? GANZEHOEDSTERTJE. Dus nu ls 't leed geleden. Ziet Je negerpop er kleurig uit? Draag Je alle dagen moeders mooie pakje? Wat heb Je toch een knappen broer! Moeder was zeker wel blU met den stofdoe kenhanger. Is poes weer teruggeko men? LELIETJE VAN DALEN. Je moet niet op postpapier schreven, 't Mag best od een schrlftvelletje. POESENMOEDERTJE Die brand was zeker een prachtig gezicht. Toch wel heel erg Jammer dat die mooie oude molen nu verdwenen ls. PUCKIE EN ROODKAPJE. Ja, dat ls een heel goede schrUvcr. Daar keck Ik van op, dat Roodkapje naar Brederodeduln gaat. Was je den laatsten tijd niet zoo goed? 't Zal Je daar zeker best bevallen. WATERROTJE. Wat ben Jij verwend geworden op Je verjaar dag. 't Eene cadeau ls nog mooier dan 't andere. Schreef Je Je brief met de nieuwe vulpen? Die schrijft best? Heb Je alle dagen veel huls- werk? Wanneer moet Je examen doen? DE LOOZE VOS. Ik ken dien schrUver niet. Maar daarom kan 't wel een heel goede zUn. En heeft de bal nog geen verkeerde trappen ge had? SLAAPMUTSJE. Dat ls dus een reuze-succes geweest. Prettig. Wat gaan Jullie nu instudeeren? HAAKSTERTJE. De raadsels worden niet gemakkelUker, maar Je wordt knapper in 't oplossen. Is de blazer niet verregend? Of kan hU daar wel tegen? Hoe lang moet Je nog naar de Hellgymnastiekles? LUCIFER. 'k Wou dat ik Je Zondag gezien had met dat mooie nieuwe pak aan. Wees er maar net jes op. ROZEKROONTJE. Jou had ik graag willen zien met je nieuwe jurk. Welke kleur ls het? Vond je het ln Velserbeek niet prachtig? SERINGENKNOPJE en GELUKS- POP. Ik wensch Jullie Zaterdag avond veel plezier. Gezellig hè, zoo samen met vader uit. En wat zullen jullie er beeldig uitzien. ANSEPANS. Is de prijs naar Je zin? Ben Je dadehjk aan 't lezen gegaan? HANSJE TEDDYBEER. Geluk kig, dat de arm weer genezen is. Onze armen en beencn kunnen we maar moellUk missen. Voortaan zul je wel voorzichtig zyn met kokende melk. O RASPIEPER. Ja, raadsel I was onvindbaar. KLEIN DUIMPJE. Was JU ook in Je schik met Je boek? Ben je Zondag paan loopei) naar de bollen velden? Had je de zevenmyis-laar- zen aan? VADERS HULP. Je kunt dus ook wel vaders tuinman hecten. Groeien de poesjes goed? Mogen ze nog een poosje by de moeder biy- ven? ONDERWIJZERESJE. Ik denk, dat de mooie dagen allemaal nop komen moeten. Wat zal 't dan een heerlijke zomer worden. BKLLAROONTJE. Heb Je al ln je prys gelezen? Naar wat voor club ga Jc 's Woensdags? HEIDEBLOEMPJE. Waar was die film? Is moeder ook met je mee geweest? Misschien kwamen die ver sierde auto's heel ver weg. DE KLEINE SPORTMAN. Ben je naar dezelfde film geweest als Heidebloempje? Heb Je Woensdag nog gevoetbald? 't Was er Juist weer voor. KERSTPOP. De club heeft een mooicn en toepassciykcn naam. Wo nen de 5 clubgenooten dicht bU el kaar? Misschien ls het Zondag weer voor Kraantje Lek. MUURBLOEMPJE. Ja, lk weet nu wel wat Je bedoelt. Prettig, dat de Aardrykskundeproef goed ls af- gcloopen. Wat voor cUfers kreeg Je? Dat wa.T ook niet plezierig voor die fa milie, dat de ruiten sprongen van de hitte. Verder zUn er toch geen ongelukken gebeurd, hè? rROCIIEL. Wat ben je gelukkig geweest met de loterij. Jc mag best samen eens een verhaal maken. Hebben Lenle en haar zusje zich al aangemeld? DUINPIEPER. Nu 't ziek zijn maar afschaffen. De duinplepertjcs zUn nu zoo druk ln de weer. Heb JU cok nog wat van den brand gezien? DWERGKONINGIN. Gelukkig dat grootmoeder weer beter ls ge worden. Ja, Je moet Je Rull-aanvraag opnieuw opschrUven. Denk aan Je adres. Ik weet niet, wat Hennie v. d. W. van Je wou. Als ze dit leest, wil ze het Je misschien nader uitleggen. Natuurlijk mag Je ook voor een an der rullen. Haarlem, 29 April 1932 Marnlxstraat 20. W. BLOMBERG—ZEEMAN Een reuzen-kapitein. Dat was Jeffrey Hudson, die op 7-Jarlgen leeftyd zoo klein was, dat hU ver borgen was ln een pastel, die opge diend werd bU een gastmaal waar koning Karei I van Engeland en zUn gemalin aanzaten. De koning be noemde den dwerg tot kapitein der rultery. Nadat hU bU dc koninklUke faml'le In ongenade gevallen was, begon hy een zwervend leven te lelden en stierf op 63-Jarigen leef tyd ln 1682. UIT DE NATUUR. Onze duinstreken zijn thans weet het middelpunt der belangstelling. Duizenden en nog eens duizenden komen naar hier om de schitterende kleurenpracht der bloemenvelden te bewonderen. De wandelaars moe ten de rustige wegjes en kleine paadjes opzoeken om niet in 't ge drang tc geraken. Niet alleen de bloemvelden, doch ook de ontwaken de weilanden met hun frisch groen ln dë lagere landen aan den oost kant van onze stad hebben met hun mooie vergezichten hün bekoring. De zonnige kanten langs wegen en slooten zijn vaak een schittering van helder geel, doordat een paar vroeg-bloeiers n.l. speenkruid en op sommige plaatsen ook de dotter bloem den hoofdtoon aangeven. Speenkruid (Fecaria verna) fam. Ranonkelachtigen (Ranuncula- ceeën). Een van de aardigste voor jaarsbloemen, die zeer algemeen is. Wanneer tfe in Je tuin een hoekje hebt, waar veel schaduw is, zoodat lang niet alle planten daar willen groeien, plant daar dan maar een paar polletjes speenkruid. De goud gele bloemen, die vele smalle-lang- werpige bloemkroor.b'.aadjes teren en de rond-hartvormige bladeren, die glimmen alsof ze gepoetst zijn, vormen werkeiyk een schitterend^ geheel- De plant heeft in den groncr kleine knolletjes, die elk jaar weer uitloopen. In de oksels van de on derste bladeren vormen zich ook zulke knolletjes, die wanneer de plant Ls afgestorven, 't volgend Jaar weer nieuwe plantjes vormen. Van daar dat het speenkruid vaak ln groote hoeveelheden bij elkaar ge vonden wordt. BloeiMjd MaartMei (Zie fig. 1). Dotterbloem (Caltha palustrio) fam. Ranonkelachtigen (Ranuncu- laceeën). Een plant, die nauw ver want ls aan het speenkruid. In moe rassige welden en langs slooten komt ze algemeen voor. Hier ln do omgeving zien we haar veel in de buurt van de Lie. Dc bloemen geiy- ken veel op een boterbloem, doch zijn veel grooter. De kroonbladeren zijn helder geel, doch veel ronder dan het speenkruid. Ook de kelk ls geel. De bladeren zijn glanzend donkergroen; hart-eivormlg tot nlervormlg; de onderste gesteeld, de bovenste bijna of geheel zonder steel (zoogen. zittend). Het dichtst- bU ls deze plant in de stadskweekerij te bewonderen. Ook als sierplant komt ze veel voor soms met gevulde bloemen. Bloeltyd Aprll-Mei (Zie flg. 2). BIJVOECSEE No. 279 AAN ALLEN! Als jullie de vogels eens bekyken die b.v. in onze omgeving zUn, dan zul je wel bemerken, hoe verschil lend vogelpooten zijn. Eenden, gan zen en zwanen hebben zwempooten. Drie teenen zijn omgeven door een vlies en een klein achterteentje staat wat hooger. Pelikanen, die je b.v. in Arlis kunt zien hebben alle vier tee nen door Zwemvliezen verbonden. Dan spreekt men van roeipooten. In 't Spaarne zie je wel eens meerkoe ten. Deze hebben breede teenen met zwemvliezen. Dan spreekt men van gelobde zwemvoeten. Het spreekt vanzelf, dat vogels met zwem voeten zwemmen kunnen. Vogels met klimvoeten kunnen klim men, zooals de spechten. Spechten hebben twee teenen voorwaarts, twee teenen achterwaarts met scherpe klauwen, die je doen den ken aan haken. Met sprongetjes klimmen de spechten naar boven. Een koekoek heeft ook klimvoeten, maar een van zUn teenen is draai baar. Men noemt dat een keerteen. Roofvogels hebben zeer sterke poo- ten met klauwvormige teenen. ZU zyn dan ook de vogels, die zich met hun pooten verdedigen. De andere gebruiken als verdedigingsmiddel uitsluitend de snavels. Zoo als iedere vogelfamilie weer een ander soort pooten heeft, zoo zingt ieder ook an ders. 't Spreekwoord luidt: ..Ieder vogeltje zingt zooals het gebekt ls. Iedere vogel uit zich op de een of andere wijs. Dc koekoek roept, de nachtzwaluw ratelt, de vink slaat. De beteekenls der vogellulden Is niet gemakkeiyk te begrijpen. Nu ln de zen tUd klinkt 't meer alslokkend ge roep. Op een zonnigen dag hoort men dc echte zangers kweclen van vreugd. Men zegt, dat roodborstjes zelfs zingen, als ze ln gevecht zijn. Leeuweriken, winterkoninkjes en merels zingen op zijn mooist als ze angstig zUn. En toch, let maar eens op hoe er trillers van angst In lUstcr muziek weerklinken wanneer een kat in de omgeving ls 's Morgens vroeg zingen de vo- geLs 't mooist. Een uur ongeveer vóór zonsopgang. Vooral ln 't begin van Mei ls 't een lust ernaar te luiste ren. Boomleeuweriken zingen 't hcele Jaar door, zomer en winter, dag en nacht. Boomkruiper, pimpelmees en winterkoninkje zingen 's winters ook Een nachtegaal kan wel twee uur achter elkaar zingen. Steltloopers kun je 's nachts ook vaak hooren. 't Is wel geen melodieus geluid, maar .toch klinkt 't* niet onaangenaam. Bij helderen maneschijn hoort men vaak spreeuwen, merels en lijsters zingen. Jullie weet wel, dat leeuwe riken en piepers vliegend zingen. ZU zyn niet de eenige Zwaluwen, gras- musschen, koekoeken, rietzangers, vinken en nog vele andere kunnen het ook. Soms maken ze er nog vlieg kunsten bij. Hoe leeren de vogels zingen? Of leeren ze t niet? Kun nen ze 't reeds bij de geboorte? Jon ge vogeltjes kunnen wel zingen, maar toch wordt hun gezang bij 't ouder worden krachtiger en schoo ner. Ook heeft men waargenomen, dat vogels geluiden kunnen naboot sen. W. B.—Z. Een Chineesche badkuip. Deze ls hoog en rond, ïykt dus op een Urn. Men kan er dan ook niet ln zitten of liggen, doch moet er gehurkt In- Bitten. VRIENDSCHAP. Hoe het precies gebeurde kon geen hun drieën vertellen. Zooals gewoonlijk reden de onaf scheidelijke vrienden, Bob Swart, Walter Klein en Frits Kommers ln het middaguur met elkaar naar huls Ze voerden een druk na-gesprek over de wiskundc-repetltle die ze zoo juist achter den rug hadden. Mogciyk dat daardoor de aandacht wat afgeleid werd; hoe het ook zy. plotseling schoot uit een der dwars straten een auto naar voren. Frlts, die aan den uitersten kant reed, trachtte, door een wUde boog te be- schryven met zyn rijwiel, nog aan het gevaar te ontkomen. Bob en Walter remden uit alle macht en konden den snellen wagen nog juist aan zich voorby laten gaan. Door dc verschillende manoeuvres oer jon gens heel in de war gebracht, wierp de chauffeur hot stuurrad rap om en voor men eigenlijk goed wist „hoe" of „wat", lag Frits kermend naast zijn verbogen fiets op den grond, terwijl de auto met een gillend rem- gcluid stopte. De chauffeur kwam doodeiyk ver schrikt en doodsbleek aanrennen en boog zich zenuwachtig over den ge kwetsten Jongen heen. Ook Bob en Walter spoedden zich naar de plek, waar hun vriend met gesloten oogen en steunend van pijn op den grond lag. In een oogwenk had zich een dichte haag van toeschouwers ge vormd om de plaats, waar de aan- ryding plaats vond. Bob knielde bij zUn makker neer en greep voorzichtig diens rechter hand. Frlts! Kerel, wat ls er aan de hand? fluisterde Bob en bracht zUn gezicht vlak bij het oor van den gekwetste. O. myn been doet zoo'n onmen- scheiyke pUn; kreunde Frlts en hy drukte krampachtig de vrienden hand, die ln de zUne lag. De chauffeur, in zijn verbouwe reerdheid. trachtte Bob weg te drin gen, om den gewonde op te beuren. Ga eens opzij Jongeheer, zei hy barsch tot Bob, dan zal lk hem ln myn wagen brengen om naar een dokter te rUden. Dat gebeurt beslist niet, zei Bob ferm. Zonder dat er medi cus bij ls. mag myn vriend zeker niet opgenomen worden. Als U wer kelijk helpen wilt, chauffeur, tele foneert U dan zoo spoedig mogeiyk om de Eerste Hulpdienst. Aan den overkant, by den drogist, ls een te lefoon. De zenuwachtige autobestuurder wilde ruw uitvallen en maakte aan stalten Bob aan te grijpen, om hem zoodoende van den gewonde weg te sleuren. De zekere wijze echter, waarmee Bob te werk ging en de vastbeslotenheid welke in de stem van den Jongen lagen, brachten hem tot inkeer en hij begreep, dat de jonge II. B. S.er het bij het rechte eind had. Ook uit het publiek klon ken byvalsbetulgingcn aan Bob's adres. Een heer uit den kring maakte dan ook dc opmerking: Die jongeman heeft volkomen geiyk! Eerst en voor alles een dok ter, dan vindt de rest zich vanzelf! Intusschen behoefde de chauffeur geen moeite meer te doen. Walter was hem reeds lang voorgeweest. Nauwelijks had hij gemerkt, dat Frits zich nogal ernstig bezeerd had en klaagde over pUn in zUn been (en Frits was over het algemeen heelemaal niet klelnzeerlg) of hy had zich naar een der winkels ln de buurt gespoed, om vandaar uit het Gemeente Hospitaal van net ge beurde ln kennis te stellen. Dit alles vond natuuriyk ln een zeer korten tyd plaats. Een politie agent, die de opecnhooplng van men- schen uit de verte gezien had, kwam aangeloopen. zyn eerste werk was, de nieuwsgierige kijkers een flink stuk achteruit te drijven, zoodat de gewondo geen lasat zou hebben van al die vooroverbuigende menschcn- Uchamen, die zich om hem verdron gen en hem afsloten van de frlsschc lucht. Alleen Bob en Walter moch ten vlak by Frlts biyven en ook de chauffeur, die op een paar passen afstand, nog steeds doodsbleek en zenuwachtig stond toe te zien. Een tweede agent was komen aanrijden en die regelde het verkeer om de plaats des onhcils heen. Vlugger dan men had kunnen ver wachten, reed de roode-kruis-auto van het ziekenhuis aan. Onder lei ding van den arts, die meegekomen was, namen sterke en vlugge vcr- plegershanden Frlts van de stoffige straat en legden hem op de bran card. Dc gewonde Jongen had dc oogen gesloten en hy kreunde niet meer. De draagbaar werd ln de automo biel geschoven, de deuren klapten dicht, langzaam en voorzichtig gleed de groote ziekenwagen dc straat uit, waar het kluwentje menschen zich weer ontwarde en het verkeer zyn verderen gewonen gang ging. Een der agenten hield een gesprek met den ongelukkigen chauffeur, waarby de politieman verschil lende aanteekenlngen ln zyn zakboekje maakte. Bob was, op zijn verzoek, meegereden ln de Roode- krui.s-auto en nadat ook V/alter op enkele vragen van den agent geant woord had, reed hy met Bob's fkrts aan de hand huiswaarts. De chauf feur had zich met het vervoer be last van de deeriyk gehavende flets van Frlts. Nadat Walter Bob's flets had af geleverd waarbij hU de familie Swart van het gebeurde op de hoog te bracht, reed hy nog even snel naar het hospitaal, om te probceren of hy mLsschlen nog Iets naders vernemen zou over de verwonding van zUn vriend. In de wachtkamer trof hy Bob, die hem al kon vertellen, dat het wel niet zoo gevaariyk was, maar dat Frlts voorloopig toch het bod zou moeten houden. Een oogenblikje la ter kwam een verpleegster hen roe pen. Met een pijniyk verwrongen, maar dapper gezicht lag Frits tus- schen de blanke lakens- De drie vrienden wisselden een paar woor den en toen moesten Bob en Walter van het ziekbed weg. In de gang ontmoetten zy den heer en me vrouw Kommers, die zich vlug en verschrikt naar de ziekenzaal repten. De daarop volgende dagen be zochten Bob en Walter hun kame raad natuurlijk geregeld in het hos pitaal. Na een week oordeelde de dokter het reeds geen bezwaar meer, dat dc gewonde jongeman naar het huls van zijn ouders vervoerd werd. Het is een kwestie van rust houden, zei de dokter. Iets ernstigs was er bepaald niet mee gemoeid. Nu, rusthouden kon Frits in zUn eigen bed ook en zoo kwam hy voor de tweede maal in de ziekenauto te liggen, die hem naar huis reed. De dokter kwam tweemaal ln de week naar hem kyken. Wat Frits zelf be trof, die was den tweeden dag al weer de oude vrooiyke kwant van altyd. Het doet nog wel een beetje pUn. zei hy, maar dat zal nooit zoo lang meer kkunnen duren, zegt de dokter. Het was een dubbele beenbreuk. Ik heb zoowat een hall uur flauw gelegen van dc pijn. Maar nu gaat alles weer op rolletjes hoor, lachte Frlts. Alleen dat stilliggen ls om tureluurs te worden. Enfin, niets aan te doen. Tusschen twee haakjes, vertel eens hoe het met myn fiets afgeloopen Is. Walter schraapte eerst even ze nuwachtig zyn keel en draalde cr toen maar een beetje omheen. HIJ kon het niet over zich verkrygen Frlts te vertellen, dat het rUwicl heelemaal „ln puin" gereden was en dat de knapste en handigste re parateur het nog niet zou kunnen maken. Hy wist, hoe Frlts op zUn trouwe flets gesteld was en ook wist hy maar al te goed, dat er van een ..plaatsvervanger" geen sprake zou kunnen zUn. Dat had mijnheer Kommers zich al spytlg laten ont- valllen, toen hy de ruïne van Frits' flets eens in oogenschouw genomen had. 's Middags lagen Bob cn Walter ln het gras van het sportterrein er met elkaar over te praten. 't Is zoo reuze zuur voor h'm. Joh, zei Walter, dat lk het hem werkeiyk niet vertellen kon. Je weet wat voor een liefhebber van fiets tochten of Frlts altyd was En voor ons ls het ook alles behalve, antwoordde Bob. Fiets tochten of picknicken zonder Frltf lokt niet bepaald en zoo zal het met Jou ook wel zyn. Tja, konden we er maar Jet* op verzinnen, zuchtte Bob nu ook. Somber stilzwijgen viel tusschen de beide Jongens, die leder voor zich ln naargeestige gedachten verdiept lagen. Walter lag met zijn hoofd ln belde handen gesteund en st aarde zwaarmoedig ln dc verte. Bob ver- kauwde het eene grassprietje na het andere. Met een ruk zat Bob plotseling rechtop. Ik weet wat, riep hij verheugd uit. --We gaan een flets voor FritJ „verdienen". Walter keek zyn vriend verschrik!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1932 | | pagina 23