I VAN KLEI TOT PAN. InloPc BIJVOEGSEL VAN HAARLEM'S DAGBLAD -Qi ZATERDAG 2 JULI 1932 VIERDE BLAD Een bezoek aan een oude industrie in Alphen aan den Rijn. Uit het lage, vlakke land, waarop het zwart-bonte vee lui ligt te herkauwen op de zen loomen zomermiddag en de droog-grijze hooi-oppers een enkelen boerenknecht tot. een siesta verleid hebben, uit dat vlakke land. dat echt-Hollandsche laagland, doorsneden van slootjes en met hier en daar een boerderijtje met wat hoog hout er omheen, wat struiken, een hekje, uit dat lage land van Zuid-Hol land rijst plotseling achter <!e rechte spoor lijn het lieflijke plaatsje Alphen op. een lan ge. frissche streep groen, spitse torentjes er boven, eenige fabrieksschoorsteenen, daken. Alphen aan den Rijn. Kilometers ver strekt de plaats zich uit langs het water, wonder lijk mooi, met haar ophaalbruggen en pitto reske plekjes. Als men den weg volgt, den hoofdweg van Den Haag naar Utrecht, heeft men telkens en telkens verrassend-schoone kijkjes tusschen huizen en schuren door op den' Ouden Rijn. die in ongerimpelde rust nauwelijks een handbreed lager langs de tuintjes voortglijdt, langs de fabrieken, straks langs den molen van Rembrandt. Gemoedelijke plaats, vredig en peinzend, nog onbekend met het jachtende tempo der steden. Een omroeper doorscheurt met zijn blinkend koperen bord de landelijke rust en lokt de huisvrouwen aan deuren en ramen. En als wij passeeren, wandelend, dan groet men ons, wat aarzelend nauw merkbaar, en men spreekt over ons, vreemdelingen in het dorp. Het is een rustige plaats, maar geen doode. Er is industrie, van steenen en pannen voor namelijk en de fabrieken rijen zich aaneen. Zeker, ook hier doet de algemeene malaise zich gevoelen. Als wij door een kapotte ruit in een loods kijken, dan zien wij de machi nes in berustende werkloosheid staan, stoffig en er is geen leven in het gesloten gebouw. Maar ginds klinkt weer een sirene, rollen vrachtwagens, laadt men de producten in de schuiten. Daar in Alphen staat ook de oudste dak- pannenfabriek van Nederland, dateerend uit 1600, van de firma Oosthoek. Op dat terrein van 2 1/2 H.A. worden de pannen gebakken met een normale productie van tien millioen. de holle pannen, de verbeterde en opnieuw verbeterde holle, de tuiles du nord, de Oegst- geester en platte Friesche en gegolfde pan nen. de kruispannen en de Romaansche soor ten Ook leipannen, met rechte en ronde kan ten, vorsten voor bovenbedekking, nokvorsten en hoekkepers, zij pannen en onderste pan nen. zoowel rood en blauw als geglazuurd in alle denkbare kleuren. Het verschil ligt voor namelijk in de meer of minder versiering en dn de grootte. Zoo gaan op één vierkante me ter 21 tuiles du nord en 17 1/2 verbeterde holle. Het meest gevraagd worden de laatste twee genoemde soorten, de Romaansche en de kruispannen. Behalve voor de bovenbedekkin gen en zijpannen is het dus eigenlijk een kwestie van smaak, welke pannen gebruikt iworden. De bewerking der klei. „Het seizoen voor bakken is van Aoril tot September", vertelde ons de heer D. Falkena, die ons dien middag rondleidde en op de meest welwillende wijze ons in de geheimen van het pannen-bakken inwijdde. „Dit in verband met de dan voor het drogen gunstig ste weersomstandigheden. De klei wij ge bruiken de Rijnlandsche klei uit de omgeving wordt gedurende de wintermaanden aan gevoerd. Eerst komt ze, vermengd met een beetje zuivere, droge klei-poeder, in de klei- maalinriohting". Hij voerde ons al sprekend naar de betref fende machines en wij zagen een groote. haast zou ik zeggen, purée-machine. waaruit de klei, via een wals, die eventueele kluitjes plet, een pers bereikt, die ze als een lange koek zou uitdrijven, als niet een eenvoudig toestelletje de koek. onmiddellijk door middel van gespannen draden sneed in stukken van de grootte, vereischt voor de te bakken pan, walken genaamd. De holle pan is de oudste en de fabricage daarvan geschiedt nog precies zoo als in 1600, met de hand. Aan de platte walk wordt met een eenvoudig instrumentje den juisten om trek gegeven, de taaie walk wordt op een vorm tot een holle pan gebogen en op een droogrek gelegd, waar ze 8 a 10 dagen moet blijven liggen, alvorens naar de ovens te ver huizen. Nog als grijze pan. „Wanneer brengt u de kleurstof dan aan?" vroegen wij. De heer Falkena glimlachte. ,.De pannen krijgen hun roode en blauwe kleur alleen door de wijze van stoken in de ovens. Slechts de klei voor de donkerroode pannen ondergaat een klc^^a bewerking. Maar die js geheim!" De holle pan is de eenvoudigste in fabri cage, als boven geschetst. Betreft het nu een wat meer versierde pan. dan komen er ma chines in het spel. De walk wordt dan in de zoogenaamde revolverpers gelegd en deze drukt haar stempel aan beide zijden op de klei. Zoo'n pers. die door 2 man bediend wordt, kan een capaciteit van ongeveer 6500 stuks per dag ontwikkelen. Stuk voor stuk worden de walken ingelegd, gestempeld en uitgehaald. Voor de productie van andere mo dellen, worden er andere stempels in gemon teerd. Nauw verbonden aan deze groote capa citeit is het vlug leggen op de droogrekken. Hiervoor maakt men gebruik van een tran sportband. die in de lengte midden door de loods loopt. Men was juist, bezig aan het fa- briceeren van verbeterde holle in de Hol- landia-loods, een loods varn 16 M. breedte en 220 M. lengte. Hierin is droogruimte voor 220.000 pannen. Tot wanden hébben deze öroogloodsen rasters, die opengezet kunnen worden ais dat voor het drogen, gezien het weer gewenscht is. De pannen worden in hooge rekken gelegd op plankjes om ze de eerste week van het droogprooes wat steun te geven. Daarna worden ze van de plankjes afgehaald om zonder steun nog ruim een week te drogen en gaan dan naar ce ovens. Het drogen vereischt zorgvuldige regeling. Want bij felle wind of overmatige hitte zou een te vroeg openen der rasters bijv. barsten veroorzaken, wat vooral met de pannen die 't dichtst bij de wanden liggen toch nog voorkomt. Van deze mislukte pannen wordt een gedeelte tot het fijne kleipoeder gemalen en gaat de rest weer in de klemaaunrioh- ting. Het bakken in den oven. De oven, een gewelf met dikke muren, heeft een rooster tot vloer, waaronderHn het midden het rookkanaal loopt. Aan weerszijden onder in den muur bevinden zioh zes vuur monden tesamen dus twaalf. De vlammen stijgen op tusschen den wand en een binnen in den oven gebouwd muurtje, dat tot bijna de zoldering reiikt, en slaan dan in den oven over de pannen en er tusschen door. De naam is dan ook een overslaande vlam oven. In den oven worden de pannen opgestapeld, vlak tegen elkaar aan. een kleine 25000 per oven. Om nu de roode kleur aan de pannen te geven, wordt eerst met turf twee dagen drooggestookt. Dan dioht men de deurope ning met steenen waartegen aan de buiten zijde plavuizen met klei worden aangebracht, kleine openingen in het geweLf worden afge dekt met tegels en klei en gedurende één etmaal stookt men dan met steenkool, met een temperatuur van ongeveer 950 graden Na dien dag laat men langzaam de warmte schieten, door de gaten bovenin en de schuif in den schoorsteen geleidelijk heele- maal te openen. Dit neemt ruim 5 dagen in beslag, na welken termijn de pannen uit den oven worden gehaald en tot „gebakken fabri kaat" geworden zijn, rood van kleur. Voor blauwe pannen zijn sterker gebouwde ovens vereisoht, met muren meer dan een meter dik, gesteund door ijzeren banden. Het vooraf droogstoken van 2 etmalen ge beurt ook hier. Wanneer de temperatuur door den derden stook-etmaal tot 950 gr. is gestegen, gooit men op een bepaald com mando in alle 12 vuurmonden tegelijkertijd een hoeveelheid steenkool, de schoorsteen wordt gesloten en er komt nog wat extra zand op de gestopte boven-operiingen te lig gen. Acht dagen blijven de pannen in den geheel gesloten oven, dan worden ze er uit genomen. blauw gekleurd door de voortdu rende hitte en de gassen, die 8 dagen lang niet konden ontsnappen. „U fabriceert dus maar één kwaliteit?" „Neen", antwoordde onze geleider, „of eigenlijk ja. Wanneer de pannen gebakken uit den oven komen, worden ze op kwaliteit gesorteerd. We kennen vier kwaliteiten, naar gelang de meer of mindere gaafheid der pan, barstjes enz. Die vierde soort wordt bijv. gevraagd voor dammen en de vierde kwaliteit holle vooral voor de oestertcelt in Zeeland. Wat zelfs daar niet goed genoeg voor is, wordt gebro ken en als puin verkocht". „En de verglaasde pan?" „Daar komt nou voor het eerst kleurstof bij te pas. Het gebakken fabrikaat wordt aan ce bovenzijde ingesmeerd met glazuur, een dikke vloeistof. De pannen komen dan wéér in een oven. nu niet vlak op en tegen elkaar aan, maar een weing gescheiden door ijzer- draad. Anders zouden ze door het glazuur aan elkander vastbakken. De duur en de wijze van stoken is net als bij de roode pan. met dit verschil, dat alleen turf gebruikt wordt geen steenkool. We kunnen door de samen stelling van het glazuur alle gewenschte kleuren aanbrengen, zoowel dof als glimmend En dat is de geschiedenis van klei tot pan". We stonden buiten op den weg, in den zomernamiddag. Vóór ons, in den Rijn lag een der twaalf schuiten, die de pannen vervoeren. Het hoofdafzetgebied is Nederland, maar het fabricaat wordt ook naar Indie gezonden, naar het buitenland, Skandiavië. zelfs Argentinië. Het boemeltreintje voerde ons door de sappige weiden weg van Alphen. waar één dier vele industrieën is opgeborgen, die men te weinig kent. doch die door haar nuttig en mede daardoor belangrijke werk een nadere beschouwing overwaard zijn. A. J. C. VI. VLIEGTUIG TEGEN DUIF. Onlangs is een interessante wedstrijd ge organiseerd en wel tusschen een vliegtuig en een postduif, zoo op het eerste gezicht zou men zeggen dat de vliegmachine een over tuigende meerderheid zou toonen, want dit toestel heeft gewoonlijk een snelheid van 90 mijl per uur, terwijl de snelste duif niet meer kan halen dan 60 mijl. Maar dit verschil in snelheid werd wegge werkt. De piloot en de duiven werden uit Norwich /Engeland) het eindpunt van de race, in een gesloten wagen, waarvan de gordijntjes neergelaten waven, weggevoerd. De auto stopte op een afstand van 70 mijl van de stad, bij een weide waar de vliegma chine klaar stond. Daar werden de duiven losgelaten, terwijl de piloot terzelfder tijd startte. Hij wist niet waar hij was en moest zich dus eerst oriën- teeren. Het was een prachtige dag, zoodat de zon hem daarbij behulpzaam kon zijn. Ook zag hij spoedig een hem bekend punt. Toen kon hij kosrszetten. de duiven achterna, die van het eerste oogenblik af onmiddellijk in rechte lijn op het doel afgegaan waren en dus een grooten voorsprong hadden. Toch sloeg hij de snelste duif nog met een kwar tier. Zoodanige wedstrijden hebben een werke lijke waarde. Zij oefenen den piloot in het noodzakelijke oriënteeringsvermogen. HET OOG DAT ZIET. DE HOND ALS BLINDEN-LEIDER. Er is een merkwaardige schooi in de buurt van Lausanne, een school, waarop honden geleerd worden om blinde menschen te lei den. Eenige jaren geleden is een Amenkaan- sche daarmee begonnen, mevr. Harrison Eustis en zij heeft er goede resultaten mee bereikt. De „leerlingen" zijn Duitsche herdershon den. omdat dit soort honden een bijzonde ren aanleg heeft voor blindcnleiden. De blinde kan elke beweging voelen van den hond voor hem. Het dier heeft geleerd De- paalde signalen te geven. Het zal de hjn aantrekken om hem langs lantaarnpalen brievenbussen en andere hindernissen te brengen Ook weet het nooit onder een haag of dak, of balkon te mogen doorgaan, opdat de blinde zijn hoofd niet sioot. Voor het kruisen van een weg staat het even stil. Het wijst treden aan, door er voor te blijven zitten. Deze hond-leerlingen van L' Oeil qui volt (Het oog. dat ziet), zooals de school is ge noemd. leiden tegenwoordig duizenden blin den in Dultschland en Centraal-Europa. Zc zijn zóó verstandig en goed gedresseerd, dat de blinden hen zonder betaling In tram en trein mee mogen nemen. Deze resultaten worden slechts verkregen na lange, zorgvuldige oefening. Eerst moet de hond zijn plichten kennen, en dan moe ten man en hond samen oefenen tot ze el kaar volkomen begrijpen. HOE VISSCHEN DOOR LICHT WORDEN GEVOED. Van het bekende feit, dat de mot in het licht vliegt, heeft men in Amerika voor het telen van visch op eigenaardige wijze ge bruik gemaakt. Men heeft in stroomen van het Lakeside Park van Fort Wayne, in den staat Indiana, sterke electrische lichtbron nen van verschillende kleuren aangebracht De bezoekers van het Park gelooven wel licht. dat deze kleurrijke lichteffecten in hei water dienen om de natuurschoonheid te verhoogen, maar dat is toch niet het voor naamste motief. De reden voor het, aan brengen van deze installatie is, dat deze meren en stroomen voornamelijk dienen voor het telen van visch. Nu moet de visch goed worden gevoed en ze eten het liefst insecten. Daar het groote aantal visschen een groo te hoeveelheid insecten noodig heeft, moest men er voor zorgen dat zooveel mogelijk In secten worden aangetrokken. Toon kwam men op het denkbeeld licht te gebruiken en men heeft zich niet vergist. Groote zwer men insecten vliegen naar het verlichte wa ter. Misschien zou de verlichting boven het water voldoende zijn geweest, maar men wil de ook de broedende visschen tegemoet ko men en daarom werden op den bodem even eens lichten aangebracht, Groote hoeveel heden insecten storten zich in het water om nader tot het licht te komen. En de visschen behoeven niet uit het water te springen om ze te bemachtigen maar kunnen zc nu ge makkelijk in het water pakken. De noodlottige vondst door K. R. G. BROWNE De heer Beedle zat op de pier van Weston en keek onverschillig naar de menigte, die voorbijging. Zijn financieele middelen be liepen namelijk op dit oogenblik drie shilling in zilver en twee pence in brons en had geen enkel vooruitzicht, dit bedrag spoedig te verhoogen. Zijn aanwezigheid op de pier van Weston was minder toe te schrijven aan de genoegens van deze badplaats dan aan het feit, dat tengevolge van bepaalde omstan digheden de grond in Londen te warm voor hem was geworden. Verschillende aangele genheden hadden zich voorgedaan, waarover de politie graag eens een onderhoud met hem had gehad, maar waaromtrent de heer Beedle als gentleman de uiterste reserve in acht nam. Het overhaaste van zijn vertrek uit het gewone jachtgebied was ook aan zijn geld gebrek toe te schrijven en dit had niet het minst bijgedragen tot zijn neerslachtigheid. Het was hem duidelijk, dat er iets moest ge beuren. maar over de verdere bijzonderhe den was hij het nog niet met zichzelf eens. Nu deed zich de omstandigheid voor, dat op de bank. die den heer Beedle gastvrij had opgenomen, nog iemand zat en juist nu stond deze andere op en slenterde langzaam weg. De heer Beedle wilde zich juist weer aan zijn sombere gedachten overgeven, toen hij op de bank een voorwerp bespeurde: een portefeuille, een groote portefeuille, die naar het scheen goed gevuld was en die de man naast hem had laten liggen. Hier bood de gunstige gelegenheid zich aan. Met de snelheid van het licht greep de hand des heeren Beedle naar de portefeuille; twee seconden lalter trok hij zich schielijk langs de pier terug, in de tegengestelde richting van een vroegeren eigenaar van de porte feuille- In een hoek ver van de menigte ging hij weer zitten om zijn schat te onderzoeken. En dezen keer had het lot het werkelijk gun stig met hem-gemeend, want de portefeuille bevatte: a. een menigte papleren met won derlijke teekens. die voor hem hieroglyphen waren: b. een half dozijn visitekaartjes met den naam „Wilburg Fentiman" en c. bank biljetten ter waarde van twintig pond. „Drommels!" zeide de heer Beedle. terwijl hij zijn vingers door de biljetten liet glij den. Hij had er nooit aan getwijfeld, dat on- j eerlijk het langst duurt, maar hel is altijd een troost, wanneer men een doorslaand bewijs krijgt van de juistheid van zijn stel lingen. Twintig pond! Hij deed de bankbil jetten weer in~de portefeuille, stak die zorg vuldig in den binnenzak van zijn vest en leunde, den heer Wilbur Fentiman innerlijk dankend, achterover. Terwijl hij daar zoo zat, dacht hij met geestdrift aan biefstuk, bier. uien en kaas. Hij glimlachte tevreden, liefkoosde de por tefeuille. stond op en maakte aanstalten, de pier te verlaten om zijn knorrende maag tot ^zwijgen te gaan brengen. Hij had misschien tien meter afgelegd, toen er iets gebeurde, dat hem ruw uit zijn gelukkige droomen wegrukte. In zijn onmid dellijke nabijheid ontstond plotseling bewe ging. die haar hoogtepunt vond in een on derdrukten kreet en het klateren van wa ter. De heer Beedel bleef staan en keek om. Hij stond nu op een punt van de pier, waar deze hersteld werd. Het werk was reeds zoover gevorderd, dat een deel van het hek was vervangen door touwen en dwars op el kaar gespijkerde planken. Deze tijdelijke af scheiding vertoonde nu een opening en duidde aan, dat iemand er te sterk tegen ge leund had en zoo den oceaan bereikt had. Nieuwsgierig naderde de heer Beedle de opening en toen hij er door keek, bemerkte hij inderdaad, dat zijn vermoeden juist was en dat iemand als speelbal van de golven, in het water rondspartelde. Terwijl hij aan den rand van de pier stond, keek hij koel en on verschillig naar den man. intusschen stroomde de menigte toe. Zij verzamelde zich om hem heen; ophelderingen en ad viezen. die er toe moesten bijdragen den ongelukkige te redden, weerklonken. De ver warring nam toe. Men zag. dat een matroos als een eik een boot van den oever stootte; hier en daar klonken toejuichingen. „Wat heeft dat te beteekenen?" dacht de heer Beedle met minachting. ,X>e man zal allang verdronken zijn voor de boot bij hem Is. Waarom springt niemand hem na?" vroeg hij verontwaardigd en hij voegde er met ge heel veranderde stem aan toe: „Pas in 's he melsnaam op!" De menigte achter hem nam namelijk ieder oogenblik toe en zij werd voortdurend belangstellender en de men schen. die achteraan stonden en spijt had den, dat hun een plaats In de eerste rij was ontgaan drongen en schopten. Deze geestdrift sloeg over op den heer Beedle; hij werd tot aan den rand van de pier gedrongen. Juist toen hij sprak, groeide de menigte weer aan en bracht hem uit zijn evenwicht. Beedle tuimelde voorover, sloeg om. stootte een snerpenden kreet uit, sloeg met de armen in de lucht, verloor den grond onder de voeten en plompte als een steen in de zee. Opnieuw spatte het water op. De volgende oogenblikken bracht de heer Beedle door in een toestand van sombere be nauwdheid. Hij nam zoo ongeveer waar. dat hij zwaar op iets week neerkwam, hetgeen inderdaad de andere ingezetene van het ka naal was; vaag voelde hij. dat hij op het bed van den oceaan neerzonk. Een eeuwig heid later steeg hy weer. krachtig omhelsd door iemand, die hem nooit was voorge steld, naar de oppervlakte; op hetzelfde ^ogenblik trof hem een verdoovenae slag als van een stoomhamer op het voorhoofd; het was echter maar een roeispaan en die werd door den matroos in de blauwe blouse, die zijn reddingswerk zeer ernstig opvatte, be wogen. Het werd zwart voor zijn oogen. „Voelt u zich nu beter?" Informeerde een stem, De heer Beedle ging overeind zitten, keek om zich heen en ontdekte dat hij het middelpunt vormde van een vrij groote me nigte. Een slanke jonge man steunde hem ter linkerzijde, een krachtige bejaarde man rechts. Niet ver van hem paste men op den anderen drenkeling kunstmatige ademha ling toe. ..Dat was flink van u, hem zoo plot seling na te springen", vond de slanke jon geman. Uit de menigte ging een gemompel van instemming op. „Wanneer wij eens voor hem collecteer den?" Dit initiatief stond den heer Beed'e buitengewoon aan. Hij hoorde het klinken van de muntstukken en het werd hem dui delijk, dat het vandaag werkelijk zijn ge luksdag was. Hij bemerkte, dat de slanke jongeman een notitieboekje voor den dag had gehaald en nu aan zijn potlood likte. „Aardig treft dat." zeide de Jongeman. „Ik ben namelijk verslaggever van de Weston Herald" en dit is een gezond hapje voor mij. „Een drama op de pier" of „De heldendaad van een moedig man". Zoudt u mij Iets na ders over uzelf willen mededeelen, meneer Fentiman?" De heer Beedle staarde hem aan. „Ik zag uw naam op een kaartje, dat uit uw porte feuille viel. toen wij u uit het water haal den," verklaarde de jongeman. ,.U neemt het mij toch niet kwalijk? Dus. Hij werd door den krachtigen heer. die den heer Beedle onder den anderen arm steun de, in de rede gevallen. „Heet u Fentiman?" vroeg hy den heer Beedle. ..Wilbur Fenti man?" De heer Beedle aarzelde. Antwoordde hy ontkennend, dan was het onaangename van het geval, dat hy niet in staat was de aanwezigheid van de portefeuille te verkla ren. dat zou hem in moeiiykheden kunnen brengen en hy voelde, dat er al meer dan genoeg reclame voor hem was gemaakt. Hy besloot derhalve, de zaak ontwykend te be handelen. „MUn naam." gaf hij met beschei den waardigheid te kennen, „doet niet ter zake. Ik begeer geen loon." „Goed zoo," zeide de krachtige man. „want het loon, dat u toekomt, zult u naar alle waarschynlljkheld later krijgen. Ik ben namelyk inspecteur Simmons van de politie in Loamshire en tegen u, mijnheer Fentiman is een bevel tot aanhouding wegens verduis tering cn bedrog uitgevaardigd. Dat is een gezond hapje voor mij, want de beschrüving die ik van u had. was eerlyk gezegd, niet al te nauwkeurig. Wanneer u zich nu droog genoeg voelt, zou ik u willen verzoeken, met ray mee te gaan." De werkeiyke Wilbur Fentiman, die zUn kleeren uitwrong, terwyl zijn vermeende redder zich beschaamd liet wegbrengen, kreeg meer en meer de overtuiging, dat dit werkeiyk zyn geluksdag was, was dankbaar dat alles zoo gemakkelyk voor hem was af- geloopen, zwaaide het water uit zyn ty- ven hoed en vertrok in de richting tegenge steld aan die, welke de heer Beedle met zijn ongewenschten begeleider was ingeslagen. «Nadruk verboden). UIT DE WERELD VAN DE FILM. Hoe leeren filmsterren hun rol Een accoustisch geheugen, en een fotografisch oog. Nog maar enkele Jaren geleden zou nie mand zich deze vraag gesteld hebben, maar Ln dezen tijd van sprekende films is het zoor belangrijk. Nu voor iedere film een lange dia loog van buiten geleerd moet worden, is een goed geheugen in Hollywood veel waard, ïecere geheugentruc of -systeem, die de we reld kent wordt in Hollywood gebruikt. Er zijn ..acoustlsche geheugens" cn „opti sche geheugens" in Hollywood. Ramon Novarro is een voor voorbeeld van een „acoustLsch geheu gen". Hij geeft er de voorkeur aan. dat zijn rol hem en kele malen voorgele zen wordt. Hij her haalt de zinnen en na enkele van deze repetities kan hij een heele scène zonder moeilijkheden spe len. Kamon Novarro. „Op deze wijze kan ik het zeer gemakke lijk onthouden", vertelt hij. „maar als ik probeer mijn rol in te studeeren door deze over te lezen blijkt het een onmogelijkheid". John Gilbert is een voorbeeld van een .op tisch geheugen", een soort „fotografisch oog". Hij leest zijn rol over en herleest telkens een bladzijde tot deze in zijn geheugen ge prent is als een fotografische afdruk. Gilbert is bekend als iemand, die nooit tijd verliest bij repetities of opnemingen omdat hij zijn rol niet kent, maar zegt. dat hij volgens de methode van Novarro geen woord zou kun nen onthouden. Hot Ls ook neel moeilijk voor hem om namen van personen, die aan hem voorgesteld worden te onthouden, tenzij hl] deze namen geschreven of gedrukt heeft ge zien, een kwaal van vele menschen. Reginald Denny. Jean Hersholt en John Miljon. alle oude tooneelspelers, volgen een combinatie van de hierboven beschreven methodes. ZIJ leeren hun rol door deze hardop te lezen. „Het ls misschien een vreemd gezicht een aantal acteurs te zien. die in zichzelf zitten :e mompelen", zegt Hersholt, ..maar het is de eenige methode, die gedurende mijn too- neelloopbaan bewezen heeft goede resultaten op te leveren. Sommigen Europeesche artisten a:e moeilijkheden ondervinden met de En- celsehe taal. laten gedurende de repetities hun rol in groote letters op een zwart bord schrijven Al dien tijd hebben zij do Engoi- sche woorden voor hun oogen en kunnen deze zonder moeilijkheden zeggen zoodra met de opnamen begonnen wordt. Deze me thode wordt o.a. gevolgd door Conchita Montenegro, een Spaansche. geboren in San Sebastian, die na slecht zes maanden En- gelsche les gehad te hebben, de hoofdrol kreeg in de EngClsch sprekende film ..Never the twain shall meet" onder regie van W. S. van Dijke. Het leeren van teksten ls geen bezwaar voor Anita Page. maar zij vergeet haar wacht woorden «wachtwoorden zijn het gedeelte van den dialoog van andere rollen, die een aanduiding geven voor de actrice dat zij een zin moet zeggen). Om haar geheugen te hulp te komen, maakt Anita gebruik van een bij de leerlingen van verschillende scholen zeer bekende methode. In de pa1™ van haar rechterhand heeft zij kleine kaartjes, waar op de wachtwoorden geschreven staan. Norma Shearer leert nooit haar rol van buiten ZIJ leest deze enkele malen door en na eenige re petities van een scè ne kent zij den dia loog goed genoeg voor de opname. Zij zegt. dat hierdoor de dictie frisscher blijft en men geen pape gaaien-uitspraak krijgt. Marlon Davles geeft toe. dat zij een vol gelinge Ls van een veeli geadverteerde methode. Het systeem, dat een zin in het geheugen verbonden wordt aan een voorwerp of nersoon, die tegelijker tijd gezien wordt. Het klinkt mLsschlen vreemd maar honderden beweren, dat dit de eenige methode is. en Marion Davles ls eén van hen. Men zegt, dat Lewis Stone het beste geheu gen heeft van alle acteurs ln Hollywood. Hij leest zijn rol over vlak voor met de opnamen begonnen wordt cn kent zc steeds woordelijk. Stone zegt. dat dit het resultaat is van zijn langdurige ervaring met reizende tooneelgc- zelschappen en dat het voor hem voldoende is te weten Ln welke studio hij werkt en ln welk costuum om direct een scène te kunnen spelen. William Haines heeft er ook bezwaar tegen zijn rol té goed te leeren maar om een an dere reden. Halnes ls een komisch acteur en zijn Ideeën voor lachsuccessen komen gedu rende de repetities. Hierdoor wordt dikwijls op het laatste moment een kleine verande ring in den tekst aangebracht en zou een vol komen van bulten geleerde rol hem van de wijs brengen. .Vrijwel Iedere filmster, welk systeem van rol instudeeren hij of zij ook heeft, leert niet meer van buiten dan noodig is voor de op name van één dag. De eenige uitzondering hierop Is Greta Garbo. Zij is bekend als de ernstigste werkster van Hollywood en als zij in de studio's komt voor de eerste opnamen van een film, kent zij reeds haar rol voor alle acten van buiten en kan elke willekeurige scène oogenblikkelijk repeteeren. Dit Ls zeer gemakkelijk voor den regisseur, die nog al dikwijls van idee verandert en 's avonds nog niet weet. welke scène hij den volgenden dag wil opnemen. Norma Shearer

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1932 | | pagina 13