VENEZUELA. H.D. VERTELLING UIT DE WERELD VAN DE FILM. ZATERDAG 30 JULI 1932 BIJVOEGSEL VAN HAARLEM'S DAGBLAD VIERDE BLAD Naar Caracas en Maracay. Rrrrt, alweer een ander mouvement! De j toerist in West-Indië heeft wel zwaar werk, zoo de eerste dagen na de groote zeereis. Eerst het gezellige Barbados, met zijn heer lijk grijnzende negertronies, dan het fantas tische Trinidad met zijn steile rotsen en reu- zenboomen en nu het grootsche Venezuela Grootsch in alle opzichten. Een land, waar wij weer verbaasd staan over alles wat ons onder de oogen komt, omdat alles zoo anders dan anders is en steeds grooter dan wij dach ten en machtiger. Wanneer wij de kust naderen, rijst Zuid- Amerika voor ons op. Een geweldige rots muur staat daar vóór ons, duizend, twaalf honderd, vijftienhonderd meter hoog; kaal, bijna loodrecht en toch nog geravineerd en blinkend in allerlei kleuren. Helder groen alleen waar meer wat water langs vloeit en roodbruin op de graten en ruggen, waar de zon het onbarmhartigst schijnt. Als wij het anker werpen op de reeds van La Guaira is er nog veel meer kleur te zien. Overal langs de roode helling liggen houten huisjes ver spreid, geschilderd in alle denkbare kleuren, maar meest lichtgroen, lichtblauw of geel. Een uurtje later kunnen wij vertrekken naar de kade en zetten voet aan land op Zuid- Amerika's bodem met een vrijgeleide-pas van het ministerie in Caracas, die ons in staat stelt de douane-formaliteiten over te slaan en in een minimum van tijd zitten wij in een geriefelijke president Studebaker en suizen omhoog langs uitstekende wegen. Welkome gasten worden in Venezuela zeer vlot en prettig behandeld!! Maar wat een merkwaardige natuur. Waar Trinidad ons echt Tropenweelde toonde, geeft de Noordrand van Venezuela een beeld dat bijna een cactus-woestijn kan worden ge noemd. Metershoog verheffen zich overal de kandelaberachtige staaf cacteeën LCereus re- pandus en grisens) als domineerende factor in het landschap. Eerst bij nader toekijken zien we hier en daar wat bladerlooze strui ken en vooral ook agaven met hun meter- lange bladeren in zware rozetten. De weg slingert de eerste tien kilometer langs de kust omhoog, uitzicht gevende op de haven ach ter ons, op een paar rijen cocospalmen langs het strand en op een steeds breeder worden de vlakte, ruig met cactusboomen begroeid, waar middenin een groot bleekgeel vliegveld is uitgespaard, dat er keurig uitziet. De weg is ook prima. Flink breed, forsch van aanleg, op de steilere gedeelten uitgeribd beton om slippen te voorkomen bij nat weer, in één woord: In orde! Telkens als wij even een ravijntje in- zwaaien is er weer plantengroei. Water schijnt hier alles te zijn en dat wordt nog duidelijker als wij ombuigen naar een Zuid- West helling, die lang niet zoo sterk aan de zonnestralen is blootgesteld. Daar groeien bananen en mais en bloemen in kleine tuintjes, terwijl aan den overkant van het dal weer woestijnkarakter heerscht. En zoo gaat het steeds stijgende voort, tot mijn ba rometer 900 M. hoogte aanwijst. Dan een paar scherpe dalingen en wij rijden Caracas binnen. Wéér een verrassing. Een keurige stad! Breede straten, flinke pleinen, aardige plantsoenen, mooie groote gebouwen en ach ter dat alles steil oprijzende berghellingen, door talrijke ravijnen doorploegd. Bijna zon der plantengroei. Zou het waar zijn, dat de Spanjaarden dit allemaal hebben ontboscht? Het is haast niet te gelooven. Het zal wel dezelfde roofbouw zijn geweest, die wij haast overal in de tropen door de Inlanders zien plegen. Platbranden van het bosch om een paar jaar mais of pinda's te planten en dan verovert dc graswildernis het vrijkomende terrein en verstikt alles wat weer probeert op te schieten. Maar ondertusschen is het heelc Noordelijk deel van Venezuela ont boscht en moet waarschijnlijk daarin de re den worden gezocht, dat de kuststreek en de daarvóór liggende eilanden zooveel minder regen krijgen dan vroeger het geval was. Een drukke, gezellige stad, met een bevolking, die mij sterk aan Spanje, maar ook aan Marok ko, bijv. Tanger herinnert. Zoowel de stroo- hoeden der mannen, als de kanten sluiers der dames herinneren sterk aan het Zuid-Oosten van Europa. Alleen, hier is alles ordelijker, het verkeer bijv. beter geregeld en dank zij de voortvarendheid van President Gomez en de ruime middelen, waarover deze, dank zij de olie, kon beschikken, maakt Caracas een uitstekenden indruk. De buitenwijken der stad, waar de employés der Caribbean Oil Co. wonen en waar zoowel Europeanen als Vene- zolanen hun clubs hebben, behoeven voor de beste wijken van Soerabaja, Batavia of Me- dan niet onder te doen. Na de lunch gaan wij verder om over Ma racay naar Porto Cabello te rijden en daar ons schip weer op te pikken. De weg loopt grootendeels door of langs de hellingen van een rivierdal. Daar is water en dat is in deze streken het eenig noodige om weelde rig groen tc voorschijn te roepen. In de val lei suikerrietvelden in alle tinten van groen, langs de hellingen in de tuinen veel Bougaln- villea., Koningspalmen, enz. Veel Eucalyptus- boomen herinneren er aan, dat deze streek vroeger sterk door koortsen geteisterd werd, maar dat is ook al weer overwonnen. Ook de dorpen waar wij doorkomen hebben een Spaansch cachet, de huizen, de kerken, de ezeltjes; alleen verzorgder, niet zoo armoedig en vooral kleuriger, doordat de vrouwen naar mate zc donkerder van huidskleur zijn, hel kleuriger hoofddoeken, haarkammen en ja ponnetjes dragen. Want de Venezolaanschc kleedt zich graag goed: hier geen witte soep jurken, zooals bij de negers van Trinidad en Barbados. Wij stijgen boven de dalwanden uit. Een tijdlang loopt de weg over een berg kam met vrij uitzicht over tientallen kilo meters bergland, alles kaal geladangd zeg gen wij in Indië. Alleen in steile ravijntjes groeit nog wat bosch. Dan dalen wij weer: de weg wordt overschaduwd door de in In dië ingevoerde regenboomen en loopt door bebouwde velden, uren en uren lang. Steeds beton en asfaltweg; zoo om de 20 of 30 KM. een politiepost, waar autonummer en chauf- feursnaam en inzittenden worden genoteerd. Je kunt hier geen slippertje maken hoor! Het is al donker als wij Maracay binnen rijden, een soort zomerresidentie van Pres. Gomez met een prachtig hotel op een schit terend plein met groote kazernes en andere openbare gebouwen. Overal mooie plantsoe nen, standbeelden, waterfonteinen enz. Als wij na den eten nog een blokje omloopen, vinden wij op het geluid drie soorten pad den, oenk-oenk, puut puut en err-orr. Een merkwaardig concert. Dan komt de maan op en beschijnt het 1001 nacht tafereel: het groote hotel, rondom een groote binnen plaats met bloembedden en vijvers en wij gaan voor het eerst slapen onder de klam boe, het muskietengaas na een wilde jacht op een half dozijn kakkerlakken. Dat begint op tropenland te lijken. 's Morgens om zes uur staat onze Stude baker weer klaar voor het hotel te Maracay en al spoedig gaat het weer met een 60 K.M. vaartje er van door. Maar niet lang. Het wordt t e interessant. Gister in halfduister soezerig van den wind van een paar honderd kilometer in een open wagen, was het niet zoo tot ons doorgedrongen: dat is nu de echte Savannah, waar de groote Hacienda's staan. Die veeboerderijen van tientallen vier kante kilometers met duizenden stuks vee, die rondzwerven door de onafzienbare wei landen, onoverzichtelijk vooral doordat er telkens eenzame reuzenboomen in staan. Re genboomen meest, met een rijkdom van rose scheerkwastjes getooid, met wijd uitstaande takken, de schaduw waarvan straks in de heete middaguren het vee zich zal verzame len. .In de Cactusheggen die den weg begren zen. wemelt het van vogels. Gele en roode troepialen we vervogels parkieten, soms papegaaien. In de grootere boomen zitten gieren, bij de bloeiende struiken suikervo- gcltjes in schitterende kleuren met een fijn gebogen snaveltje. Telkens vliegen duiven over. Op de telefoondraden langs den weg zit net als bij ons de klauwier. Dan verandert het landschap weer; eerst heuvels, dan bergen, zeer steile kalkrotsen nu bij Juan las Moras en dan dalen wij nog een heel eind af in het stroomgebied van den Orinoco om een zijweg te vinden, die ons achter het meer van Valencia om zal voeren. De chauffeur aarzelt, vraagt, aar zelt nog eens en gooit dan ineens het stuur om, rijdt dwars door een riviertje, dat het water over de treeplank spat, den steilen overkant op, dwars over een groot stuk prairie en verzeilt midden tusschen een troep van een tweehonderd wild uitziende runderen, die door een viertal vaquero's te paard worden bijeengedreven juist voor den ingang van onzen weg. Wijde broekspijpen, breedgerande hoeden, de lasso aan den zadel; eenige typen, die aan de boeken van Aimard en Karl May herinneren. De „zijweg" is nu eens een karrespoor over breede grasvlakten, half verdord natuurlijk, dan weer een soort van trap langs een ra vijnkant; het eene oogenblik jagen wij ge weldige stofwolken op van de bruingebran de prairie, even later plonzen wij weer door een beekje heen totdat wij de breede Sa- vannenstrook rond het meer van Valencia bereiken Aan den rand van Savannah en heuvelland liggen daar nog de Indianendor pen. Een merkwaardig menschentype, maar wel heel veel anders dan de verhalen van Buffalo Bill. Het gezicht is hoekig, vaak ge sierd door den arendsneus en de prachtige doordringende bruine oogen. Maar de klee ding is vereuropeescht. Ik heb op dezen heelen tocht van 500 a 600 K.M. door Vene zuela geen vrouw zonder ,.jurk" en geen man zonder langen broek gezien. Runderen en ezels, kippen en varkens, cacteeën en veel mooie wilde vogels houden onze aandacht voortdurend bezig Dan vol gen de prachtige panorama's over het meer van Valencia en als de groote weg bereikt is ook al spoedig Valencia zelf. En daar rijden weer mannen en vrouwen op ezeltjes ter markt, daar gaan in kanten sluiers gehulde dametjes winkelen, daar is een wemelende drukte in de hallen, die de plaats van onzen marktdag innemen. Tot het laatste bedrijf begint: de afdaling van het hoogland naar de kust onder begeleiding van een geweldi ge regenbul. die ons noodzaakt de beroemde zwavelbronnen te laten schieten. Maar als wij beneden aankomen in de heete kustvlak te. waar haast niet-s dan cactussen groeien, dan is daar weer geen droppel gevallen en stof en hitte begeleiden ons van haven naar consul en consul naar gouverneur en gou verneur naar douane, want vergunning om Venezuela te verlaten wordt niet gemakke lijk verkregen. Maar ook dit lukt en wij ver laten de Venezolaansche kust, die zich in regen en donder hult, vol respect over het vele mooie en goede, dat hier in de laatste jaren is tot stand gebracht. Venezuela, voor zoo ver ik het gezien heb, is een kleine staat, maar één die mee kan doen, evengoed als menigeen onzer Europeesche mogendheden. VAN DER SLEEN DE SCHRIK VAN DE ARGENTIJNSCHE MISDADIGERS De strafkolonie Ushuaia bevindt zich in Vuurland, het land van den eeuwigen wind. Aan dc zeezijde liggen vulcanische rotsen, die door de ijskoude golven glad gepolijst zijn en aan de landzijde wordt de kolonie afgesloten door een steilen bergwand, waar achter in een omtrek van 500 kilometer een verlaten steenwoestijn ligt, zoodat aan een vlucht niet te denken valt. De kolonie zelf bestaat uit eenige massieve gebouwen, die door hun bruine kleur de troosteloosheid van het gebied nog vergrooten. Moordenaars en andere zware misdadigers zijn hier opgesloten, te zamen met politieke gevangenen. Zij hebben wat groenten en bloemen geplant op een plekje, dat men met een sterke verbeelding tuin zou kunnen noemen. De bewakers houden zich bijna uit sluitend bezig met de r.ieuw aangekomenen. daar slechts bij hen het gevaar voor ont vluchten bestaat. De andere „bewoners" heb ben al lang ingezien, dat van een vlucht geen sprake kan zijn. Het werk. dat de gevangenen moeten ver richten is niet zwaar, en de behandeling der gevangenen kan niet al te streng worden ge noemd. Er heerscht een ijzeren tucht, die echter hoofdzakelijk uit verbodsbepalingen bestaat, en niet uit bevelen. Het zijn niet de werkzaamheden, en het ondergaan van de opgelegde straf, die van de gevangenen in eenige maanden levende lijken maken. De weinigen, die van Ushuaia zijn terugge keerd, dragen op hun gelaat het brandmerk der slaven, zonder ooit als slaven te zijn be handeld. Onafgebroken fluit de wind tusschen de rotsen en de ijzeren tralies der cellen. Het ge huil van den wind is het eerste dat men bij het ontwaken hoort en waarmee de dag: wordt besloten. Voortdurend vervolgt dit ge luid de gevangenen, zoodat zij tenslotte vaiv zelf hun mond houden. Slechts de nieuwe lingen spreken, hoewel niemand hun ant woord geeft. Na verloop van eenige weken zijn ook zij verstomd en kunnen niet begrij pen, dat zij vroeger hebben getracht een gesprek te voeren. De gevangenen, die zich eenige Jaren ach tereen onberispelijk hebben gedragen, mo gen hun cellen verlaten en een der kleine hutten bewonen, die voor dat doel zijn ge bouwd. Hoewel dit ongetwijfeld een ver lichting beteekent, komt die weldaad meest al te laat en het komt slechts zelden voor, dat de een of andere daardoor aan zijn droefgeestigheid wordt ontrukt. Ondanks alle protesten zal de strafkolonie toch wel niet worden afgeschaft. Aangezien Argentinië de doodstraf niet kent. is het zenden naar die kolonie de meest afschrik wekkende straf van het Argentijnsch ge recht en de justitie is van meening. dat zij van dit middel geen afstand kan "doen. Br andver zekering door B SERPHOS. Het gesprek liep over verzekeringen en er waren enkelen in het gezelschap, die zich onvriendelijk uitlieten over het langdradige onderzoek, dat sommige maatschappijen in stellen. alvorens zij tot gedeeltelijke betaling der rechtmatige claim ovengaan. ,-Op zoo n manier", beweerde Brugman, ..zou je de lust vergaan de hooge premies te betalen, wanneer je in geval van brand of diefstal zoo lang op je geld moet wach ten". De verzekeringsagent Banning stak lachend een sigaar op en zeide: „Jullie hebt allemaal goed praten en je zoudt willen, dat de assurantie-maatschap pijen maar oogenbiikkelijk de geleden schade volgens je eigen opgave vergoedden en de mogelijkheid van kwade trouw uitschakelden. Als dat gebeurd?, zou er na enkele jaren geen enkele dergelijke zaak meer bestaan. En als' je een voorbeeld wilt, luister dan maar eens naar het volgende: „Enkele jaren geleden woonde er in de provincie G. een schatrijk zakenman, die behalve een prachtig landhuis, dat meer op een kasteel geleek. hond?rden hectaren grond bezat. De man had kantoren in alle groote handelssteden en was bekend om zijn ver zameling antiquiteiten. Vanzelfsprekend had hij huis en inboedel zwaar verzekerd en bijna e'.k jaar verhoogde hij deze verzekering, om op deze wijze het. risico van de afgelegen lig ging zijner bezittingen zooveel mogelijk te verminderen. Het kwam herhaaldelijk voor, dat onze cliënt voor langen tijd in het buitenland vertoefde, doch nimmer was er ook maar het minste of geringste voorgevallen. Bij de beurskrach van twee jaar geleden d "den allerlei geruchten de ronde, waarbij ook de bedoelde persoon, die toen in Amerika ver toefde. betrokken werd. Echter kwam hij tegen Kerstmis welgemoed naar ons land terug en in zijn levenswijze wees niets er op. dat hij financieel geleden zou hebben. Hij bracht de Kerstdagen op zijn land goed door en gaf groote 'diners, waarbij hij zijn plan te kennen gaf. om met dat ellendige weer, zijn huis te sluiten, het personeel vrij af te geven zelf voor enkele maanden naar Zwitserland te gaan. En direct na de feest dagen vertrok hij naar Davos Jullie zult ongetwijfeld den geweldigen brand herinneren, die op Oudejaarsavond het afgelegen kasteel geheel en al verwoestte, waarbij het feit. dat het gebouw onbewoond en deugdelijk afgesloten was, er veel toe bij droeg dat het vuur pas ontdekt werd, toen er geen redden meer aan was. De schade beliep, vooral door de waarde der kunst schatten. ongeveer ccn milliocn. en het was ontroerend te zien, ho? de direct teruggeroe pen eigenaar zijn onherstelbaar verlies be treurde. Immers, de verzameling antiquitei ten was zeldzaam en niet door geld te ver vangen. Maar jullie weet, hoe het in dergelijke gevallen gaat. Het groote publiek praat graag en zoo deden er al gauw geruöhten de ronde, als zou onze cliënt bij de bmrs-krach bijna zijn geheele vermogen verloren hébben. Een en ander werd gecombineerd en de direc teuren der betrokken verzekeringsmaatschap pijen lieden door een deskundig speurder een nauwgezet onderzoek instellen, hetgeen, ge- zen de bijkans totale verwoesting, geruimen tijd vorderde. En wat werd tenslotte on.tdekt? Onze cliënt, had een keurige etectrische geleiding aangelegd, welke aan de eene zijde in verbin ding stond met zeer brandbaar materiaal en aan d* andere zijde met de bel van de tele foon. Zoodra hij in zijn hotel in Zwitserland was aangekomen, had hij zijn huis opgescheld en het overgaan van de telefoonbei had het contact veroorzaakt, waardoor de brand was ontstaan Het bleek, dat onze vernuftige cliënt al zijn geld had verloren en op deze manier had getracht, zijn brandkast ten koste der verzekeringsmaatschappijen te vullen. In plaats daarvan kreeg hij één jaar en zes maanden. TWEE TROUWE KAMERATEN „Wij probeeren geen kunst te brengen" zeide Oliver Hardy, „ons coel is het publiek te laten lachen Stan Laurel knikte instemmend. De twee komieken rustten tusschen opne mingen van hun nieuwste film in het ge luidsstudio. De grondslag van de kluchten vap dit po pulaire tweetal is het beproefde recept van rondvliegende taarten, vallen, modderpoe len en brekende ruiten. Toch ontvangen zij brieven over de geheele wereld geschreven door serieuze zakenmenschen, doctoren ad vocaten, bankiers, professoren en werklieden en zelfs zeelieden. De sympathie voor Laurel en Hardy is al gemeen en zij slaagden, waar anderen geen succes hadden. Zij probeeren niet meer in hun spel te leggen, dan het bekende type van twee ongelukkige hulpelooze zwervers. De grondslag van hun succes is hun kennis van het publiek, het leven en den mcnsche- lijken aard en bovendien hun aangeboren gave voor echt komisch spel. Zij maken van te voren uit wat hun filmpersoonlijkheden moeten doen en welk type zij moeten zijn. Zij nemen dit type aan en volgen conse quent de handeling van de uit te beelden personen. De meeste menschen lachen om Laurel en Hardy en vragen zich later af, waarom zij eigenlijk gelachen hebben. Zij lachten om dat zij toestanden en personen, die zij zich in hun eigen omgeving konden indenken op het witte doek gezien hadden. Voor het amusement van het publiek hebben deze twee mannen ons gebracht een paar zwer vers; hun zeldzame gave van kluchtspelers heeft hen in staat gesteld iets komisch menschelijks uit te beelden en een naïeve jeugdige verwondering over omstandighe den rond hen. Zij hebben dit moeten vergrooten en ver sterken om filmeffecten en komische hoog tepunten te kunnen bereiken, maar zij ver persoonlijken dc eenvoudige kinderlijkheid en de gretige verwondering, die onbewust in de meeste menschen is. Laurel en Hardy maken geen kluchten zoomaar lukraak. Iedere film van hen wordt ernstig overwogen en een grondidee is de basis voor iedere geschiedenis. Hardy, de „gewichtige" helft van het tweetal, zegt dat een zekere spontaniïteit het geheim is van een goede klucht. „Wij werken altijd volgens hetzelfde prin cipe. Wij beginnen met een gegeven, dat wij samen uitgedacht hebben en iedereen geeft zijn meening te kennen of oppert nieuwe ideeën Als de basis vastgesteld is beginnen wij met de opnemingen en worden de details gedurende het spel verder uitge werkt. ..Eigenaardig is. dat het woord klucht een soort uitdaging voor het publiek schijnt te zijn net als een strijdkreet, de bioscoopbe zoekers nemen dikwijls de houding aan: Laat ons zien wat U kunt en laat ons lachen als U kunt., en wij moeten steeds opnieuw door deze hindernis heenbreken en het pu- blieik voor ons veroveren." Ook Stan Laurel gaf zijn opinie te ken nen. Eigenaardig is Laurel's diepe muzikale stem in het privéleven. Hij zeide: „Als je denkt, dat je iets ge weldig goeds kunt brengen, is bij het pu bliek meestal weinig te bereiken, maar als je gewoon mcnschelijk bent cn je hebt en kele ideeën, die lachsuccessen betcckcnen, heb je publiek gauw op Je hand. ..Toen wij besloten samen te gaan wer ken". vervolgde Laurel ..waren Oliver cn ik het eens. dat wij voor alles moesten stre ven naar natuurlijkheid. Wij moesten be grijpelijk zijn cn door het publiek herkend worden." ..Iedereen kent ergens ln zijn omgeving een Stan en een Oliver", zegt Hardy, „wat wij doen. zou door iedereen gedaan kunnen wor den. Wij moeten natuurlijk het komische iets aandikken, maar niet meer dan noodig is. Het dcek verlangt een scherper omlijnd beeld, dan hel gewone leven' Gewoonlijk is Oliver spraakzamer dan Stan. Als deze laatste echter op zijn kalme manier iets uitlegt, is er een zekere autori teit in zijn woorden, doch ook Oliver kan een zaak zeer serieus bekijken. Als men met deze beide mannen eer. rustig gesprek heeft, kan mer. zich haast niet voorstellen, dat het de zelfde personen zijn. elie avond aan avond in duizenden theaters lachstormen weten te ontketenen. D</.c twee zijn de eenige komie ken. die jarenlang succesvol samen gewerkt hebben. Met iedere nieuwe film zijn zij meer populair gewore.cn. Misschien is het. omdat zij ze'.f zoo goea de grenzen van hun eigen mogelijkheden kennen en daarbinnen weten te blijven. IETS OVER ACHTER SLOT EN GRENDEL. De opnemingen voor de eerste, groote, Duitsch sprekende film van Stan Laurel cn Oliver Hardy duurden bijna een half jaar. Dit is niet zoo ncel lang, als men in aanmer king neemt, dat de film in vijf verschillende talen werd opgenomen, n!. Engelsch, Duitsch, Fransch. Spaansch cn Italiaansch. De Engelsche editie werd het eerst opge nomen en vervolgens verfilmde men dc vier andere edities tege'.ijkortijd.ci.w.z. iedere scène werd vier maal achtereenvolgens in verschil lende talen opgenomen. Intusschen hielden Laurel en Hardy persoonlijk toezicht op het mor.teeren van de Engelsche editie. Op het laatste moment werd een scène in- gelascht. waarvoor men op een katoen-plan tage moest werken. Er was niet veel tijd meer en dus moest men hot noodige in de onmid dellijke omgeving van Hollywood zoeken Na vier dager, vond men ccn geschikt veld met bloeiende katoen-struiken, dit werd gekocht en reeds den v I -enden dag werd begonnen de struiken met wortel cn al uit te graven en over te brengen naar het terrein van dc Mc- tro-Goldwyn-Mayer studio's, waar ze opnieuw geplant werden. Dit werk nam twee dagen in beslag en toen kon met de nieuwe scène be gonnen worden. De gevangenis, waarin een groot gedeelte van de film speelt, werd gebouwd naar foto's, gemaakt van dc bekende Amerikaansche ge vangenis Sing-Sing en ook de verschillende details zijn zuiver gecopicerd. Enkele beamb ten van een gevangenis kwamen naar Holly wood om inlichtingen over voorschriften cn gewoonten te geven. BUSTER KEATON GESCHEIDEN. Mevrouw Nathalie Talmadge. zuster van Norma en Contance Talmadge. heeft een ac tie tot echtscheiding ingesteld tegen haar man. Buster Keaton. Zij beschuldigt hem van ..geestelijke wreedheid en verkeerde behan deling". aldus de News Chronicle. In April was er een oneenigheid tusschen de echtgenooten. Buster vloog '.oen met zijn beide zoontjes naar zijn ranch in Mexico. Op verzoek van zijn vrouw hield de politie in San Diego hem toen vast: zijn vrouw had geklaagd, dat hij de kinderen van haar weg wilde nemen. Toen ontkende zij te willen scheiden, zij wenschte hem alleen te verhinderen dc kinderen in een vliegtuig mee te nemen. Veertien dagen geleden echter is uitgelekt, dat zij gescheiden waren. Buster zeide van zijn vrouw: „Zij heeft me r.!et meer noodig. Ik kan gaan. Zij zegt, dat ik een nietsnut ben en dat ze r.iet op me rekenen kan. Ik ben overcompleet. Gisteren Maurice Chevalier, heden Buster Keaton, morgen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1932 | | pagina 11