Het drama te Putbroek voor het Bossche Gerechtshof
DE VIERDE MAN
EEN WANDELENDE RADIOTOREN. Als typische reclame voor
de groote Duitsche radiotentoonstelling, welke in Berlijn gehouden
wordt, wandelt een miniatuur radiotoren door de straten der stad.
CURIEUZE INZENDINGEN zijn te bewonderen op
de groote radiotentoonsteliing, welke op het oogen-
hlik in Olympia Hall te Londen gehouden wordt
bij gelegenheid van den tienden verjaardag van de
„British Broadcasting Corporation". Charmante
belangstelling voor een der stands.
DE MOORDZAAK TE PUTBROEK. - Een der getuigen. ihr.
van Aeffcrden. burgem;os!«r van Gcnlle, wilde schijnbaar niet
gefotografeerd worden en verliet derhalve het gerechtshof met eec
zakdoek over zijn yezn.hu
VOOR HET GERECHTSHOF TE 'S-HERTOGENBOSCH is Maandag dc behandeling in hoogcr beroep begonnen van het be
kende drama te Putbroek. De familie der slachtoffers begeeft zich naar de rechtzitting.
HET BEKENDE „ALFREDO'S GIPSY ORCHESTRA", dal op het oogenblik in ons land vertoeft, treedt des avonds in
twee plaatsen op, nl. in „Arena" te Rotterdam en in „Scala" te Den Haag. Nadat het optreden in „Arena" Is beëin
digd, gaat het snel per trein naar den Haag voor het spelen in „Scala".
FEUILLETON.
<Een geval nit de praktijk van Inspecteur
Sanders, lid der Centrale Recherche)
door UDO VAN EWOUD.
Nadruk verboden.
26)
Intusschen viel het niet te ontkennen, dat
hun kansen om de zaak tot een goed einde
te brengen de laatste uren belangrijk waren
verminderd. Zoolang de verpleegster in de
stad was geweest en onkundig bleef van het
feit, dat zij verdacht werd, bestond de moge
lijkheid, dat zij op een of andere manier met
haar medeplichtigen in aanraking zou ko
men. Maar nu? Ze had er de lucht van ge
kregen, dat zij bewaakt werd en had daar
om de vlucht genomen naar het buitenland,
waar niet alleen haar arrestatie heel wat
moeilijker zou zijn. maar bovendien de kans
bestond, dat.zij alle relaties met haar hand
langers voorloopig zou verbreken
Met dat al bleek het een interessant ge
val, dat zeker de moeite waard was om er z'n
gewone journalistieke bezigheden een paar
dagen voor aan anderen over te laten en het
vooruitzicht, dat het tweede bedrijf in het
buitenland zou spelen, vermocht de aantrek
kelijkheid voor een amateur-detective als hij
nog slechts te verhoogen
't Was tegen eenen voor hij eindelijk in
slaap viel en reeds een uur later waarschuw
de hem een ratelend afloopende wekker, dat-
het tijd was zich voor den nachtelijken auto
rit met inspecteur Sanders gereed te maken.
Schier geruischioos gleed de zware acht-
cylinder, die uiterlijk in geen enkel opzicht
aan een politie-auto herinnerde, de spaar
zaam verlichte stad uit. Een stoere chauf
feur in 't eenvoudige uniform, dat zijn vak
genoot en gewoonlijk plegen te dragen, hield
met. zekere hand het stuur, terwijl Sanders
en Wils. diep in de kraag van hun jas ge
doken. de beenen omhuld door een plaid, het
zich achterin zoo behaaglijk mogelijk had
den gemaakt
„Ik zou je den raad willen geven voorloopig
te trachten nog een paar uurtjes van je ver
loren nachtrust in te halen, wanneer ik niet
wist. dat je natuurlijk smacht naar eenige
opheldering met betrekking tot onzen nach
telijken tocht", zei Sanders, terwijl de laat
ste lantaarns langs den Amstel voorbij gle
den.
„Een beetje benieuwd ben ik wel, ja. Ove
rigens ben ik, ondanks je zwijgzaamheid, ge
durende de vijf minuten, die we in dezen zeer
comfortabelen wagen doorbrengen, toch al
weer iets wijzer geworden. De reis gaat naar
Duitschland en als je nu nog 10 minuten
wacht, kan ikje ook vertellen of Rijnland dan
wel Westfalen het doel van den tocht is",
antwoordde Wils.
„Zóó lang zal ik je geduld maar niet op
den proef stellen, beste jongen. Je hebt met
deze opmerking alweer zoo'n duidelijk bewijs
van je scherpzinnigheid geleverd, dat ik me
waarlijk gelukkig prijs zoo'n assistent in m'n
onmiddellijke nabijheid te hebben. Straks
zullen we den weg naar Utrecht inslaan en
daaruit volgt dus. dat we vermoedelijk eenige
dagen in het Rijnland zullen doorbrengen.
We gaan naar Düsseldorf. Miel; bij mijn te
rugkomst op het bureau heb ik bericht ge
kregen, dat zuster Robert daarheen getrok
ken is, misschien wel met het doel om het
carneval mee' te vieren".
Sanders gaf zijn metgezel nu een volle
dige explicatie van hetgeen zich na de mis
lukte huiszoeking in de woning van de ver
dwenen verpleegster had afgesoeeld. Deze
luisterde aandachtig tot de inspecteur zijn
verhaal geëindigd had en dit besloot met de
woorden
„Zóó Miel, staan op het oogenblik de zaken
en ik heb alle reden om aan te nemen, dat je
er geen spijt van hebt aan m'n invitatie om
mee te gaan gevolg te hebben gegeven".
„Niet het minst! Alleen hoop ik, dat onze
expeditie niet al te lang zal duren want ten
slotte bestaat er ook nog zoo iets van een
„Mercuur", die dergelijke uitstapjes van haar
redactieleden slechts waardeeren kan, wan
neer er voldoende copie inzit".
„Man", antwoordde de inspecteur lachend,
„als alles achter den rug is, heb je stof ge
noeg voor eenige tientallen kolommen, waar
de lezers van zullen smullen 't Moet je di
rectie tenslotte toch ook wat waard zijn
iemand in dienst te hebben, die zulke buiten
gewone speurderskwaliteiten aan den dag
legt en zijn relaties met het hoofdbureau zóó
netjes weet uit te buiten"
„Je bent nog steeds zeer optimistisch, Wil"
meende de reporter. De activiteit van dien
Arnhemschen speurder schijnt haar uitwer
king niet te hebben gemist, maar je vergeet,
dat er voor mij geen letter te schrijven is
vóórdat de dader goed en wel achter slot en
grendel zit. Tot zóólang is mijn werkzaam
aandeel in deze onderneming niet veel meer
dan liefhebberij en als zoodanig wordt het
door m'n directie zoowel als door m'n colle
ga's dan ook beschouwd".
Sanders gaf den reporter een bemoedigend
klopje op den schouder.
„Maak je maar niet ongerust, ouwe jongen!
Als de voorteekenen niet bedriegen, zal spoe
dig genoeg blijken, dat onze werkzaamheden
met de kwalificatie, liefhebberij, wel wat
heel laag getaxeerd zijn. Ik voorspel je, dat
binnen veertien dagen de naam van ..De
Mercuur" op aller lippen is, dank zij hot feit
dat een zekere meneer Emiel Wils als eerste
reporter aan dat blad verbonden is".
„Ik hoop het", antwoordde deze. „maar ik
wil je wel eerlijk bekennen, dat ik den toe
stand niet zoo rooskleurig inzie".
Ze reden nu door de geheel verlaten stra
ten van Utrecht en met onverminderde snel
heid zette de chauffeur koers in de richting
Arnhem.
Inspecteur Sanders scheen zich inderdaad
nergens ongerust, over te maken, want nau
welijks hadden zij de Domstad achter zich, of
het geluid van een regelmatige, diepe adem
haling naast Wils bewees, da diens reisgenoot
was ingeslapen.
De reporter trachtte dit voorbeeld te vol
gen, maar hoezeer hij zich ook 'moeite gaf.
de gedachte aan hetgeen hen in Düsseldorf
te wachten stond, uit zijn hoofd te bannen,
hij slaagde daarin niet. Bovendien was daar
nu weer de vraag, wat den inspecteur zoo
optimistisch deed zijn, welke zich telkens
weer aan hem opdrong en waarop hij het
antwoord schuldig moest blijven. Van welken
kant hij de zaak ook bekeek, er was, behou
dens het feit, dat men er in geslaagd was de
pseudo verpleegster te blijven volgen, geen
enkel lichtpunt. Verwachtte Sanders, daU;
juist daarin Düsseldorf iets ontdekt zou wor
den, wat hier voor allen een geheim was ge
bleven? Wist hij meer, dan hij hem, Wils.
verteld had? Had de huiszoeking misschien,
zonder dat hij of Han Adams er iets van be
merkt hadden, toch iets belangrijks aan het
licht gebracht?
Deze en dergelijke vragen Heten hem geen
rust, terwijl hij met gesloten oogen achter
over in de kussens leunde. Toen hij eindelijk
vermoeid van het denken, de oogen even op
sloeg, zag hij recht voor zich de onbeweeg
lijke gestalte van den chauffeur, die als een
standbeeld achter het stuurrad zat en zich
niet in het minst scheen te bekommeren, om
hetgeen zich achter zijn rug afspeelde Wi!s
trachtte zich in de duisternis te oriënteeren.
Een breede straatweg met zware boomen. die
als sombere schaduwen voorbij flitsten. Hier
en daar een buitenplaats, waarin wel alle
menschelijk leven gebluscht scheen, dan
plotseling meerdere huizen, tramrails en
straatlantaarns: ze naderden Arnhem.
Hij knipte het lampje in den wagen aan
en keek op zijn horloge. Bijna vijf uur. Nog
herinnerde slechts een enkele voorbij rate
lende wagen of een haastige, diep in de kraag
van zijn jas gedoken voetganger aan den na
derenden dag. De Wcstcrvoortsche Dijk lag
echter nog geheel vei-laten en voort ging het
weer, in een tempo van 70 K.M. in de rich
ting Zevenaar.
Het werd tijd Sanders te wekken, die zich
door niets in zijn gezonde slaap liet storen.
Toen Wils hem echter onzacht, door elkaar
schudde, was hij plotseling k'.aar wakker en
bewees slechts een onwelluidende geeuw dat
de behoefte aan slaap nog aanwezig was.
„We naderen de grens", zei Wils. toen de
inspecteur een blik naar buiten wierp en de
daar nog steeds heerschende duisternis, die
als een sluier om den wagen hing, trachtte
te doordringen.
„Dat begrijp ik, anders zou je niet zoo on
verstandig geweest zijn om me te wekken",
klonk het gemelijk.
Dc grenscontrole leverde geen moeilijkhe
den op. De legitimatiepapieren van den ln-
pectcur verrichtten wonderen en voorkwamen
zelfs, dat Wils en de chauffeur werden lastig
gevallen. Wel was op het gelaat van den Hol-
landschen zoowel als van den Duitschen
douane-beambte eenige nieuwsgierigheid te
lezen met betrekking tot het doel van deze
nachtelijke grenspassage, maar geen van bel.
den achtten zij zich bevoegd hiernaar te in-
formeeren.
Ruim een half uur vóór het vertrek van
den trein stopte de wagen voor En station
te Emmerik, en toen een roode gloed in het
Oosten den naderenden dag aankondigde,
waren zij reeds weer onderweg naar de plaats
van bestemming: Düsseldorf.
(Wordt vervolgd).