REISBRIEVEN UIT RUSLAND. Over Indië. BIJVOEGSEL VAN HAARLEM'S DAGBLAD Van alles en nog wat. VIJFDE BLAD. ZATERDAG 29 OCT. 1932 Fouten en tekortkomingen van het Russisch bewind. Bij het reizen door Rusland waren aan verschillende leden van het gezelschap de fouten en tekortkomingen van het nieuwe bewind niet ontgaan. Daar een dergelijk be stuursapparaat, veel meer doet dan een ka pitalistisch land, fabrieken bouwt en be stuurt, bijna alles tot in détails en liefst uni form (voor een gebied van 20 millioen K.M.2) laat uitvoeren, moet het ook meer fouten maken. Bovendien heeft Rusland te kampen met de onvolmaaktheid, de weinige ontwik keling en scholing van zijn ambtenaren. Be velen worden soms zoo letterlijk uitgevoerd uit angst voor straf, dat men zich afvraagt of hier gezond verstand dan wel kadaver discipline heerscht. De Vössische Zeitung van 1 September gaf daarvan een typeerend voorbeeld. De rijks architect Walther Schulz beschrijft daar het volgende: „Op een werk moesten tegelijk drie graan silo's gebouwd worden van gewapend beton. Het aanwezige materiaal was (zooals veelal c.s.) slechts voldoende voor één. De ongeluk kige uitvoerder van het werk hield zich ech ter letterlijk aan zijn opdracht, en maakte alle drie silo's voor 1/3 klaar. Natuurlijk kon het bedrijf daarmee niets beginnen, terwijl met één silo ten minste één derde van den graanvoorraad ondergebracht had kunnen worden". In de Moscou Daily News vind ik een klacht dat een nieuwe Russisch-Engelsche diction- naire geen uitspraak aangeeft van het Rus sisch. terwijl een eerder uitgegeven dito En- gelsch-Russisch dit wel van het Engelsch aangeeft. Nu doet men moeite deze eerste te verkoopen aan niet-Russen, ook buiten Rus land. die Russisch leeren. maar de bruik baarheid is sterk verminderd doordat de uit spraak der Russische woorden.er niet uit blijkt. Verder is vooral de Deutsche Zentral Zei tung critisch. Zij schrijft over den tabaks oogst in de Krim d.d. 5 September: Bijzonder achtergebleven zijn de Soviet- tabaks-boerderijen. die hun „plan" slechts voor 12.4 pet. verwezenlijken. De oorzaken van dit onbevredigde tempo zijn de volgende: miserabele arbeids-organi satie in de Kolchosen en Sovchosen (Collec tieve- en Staatsboerderijen), de nog op veel plaatsen bestaand? gelijkheid in salariéering. j ontbreken van stukloon, onbevredigende op voeding van de collectivisten, onvoldoende betrekking van de vrouwen in het productie proces. Het een en ander leidde tot een ver vulling van 56 pet. van hun plan. I In een boerderij was deze vervulling slechts 3 pet. Ook ontvangen de collectivisten hun meel- en geldvoorschotten niet op tijd. Deze fouten en tekortkomingen zijn typisch voor veel andere boerderijen, ook buiten het rayon van Simferopol. Niet zelden blijft de tabak buiten liggen, prijsgegeven aan rezen en wind, wat de kwa liteit belangrijk vermindert. Ook speculanten en smokkelaars worden niet energiek bestreden. De diefstallen be gonnen reeds den eersten dag van den ta baksoogst. De collectivisten worden daarbij doov misdadige .elementen uitgebuit". Weer een ander bericht klaagt over een met name genoemd partijgenoot die opdracht kreeg om met 1792 roebel, die hem verstrekt waren, schadelijk gedierte te verdelgen. Hij vergenoegde zich met ..aan de collec tivisten bevelen uit te deelen. deed zelf niet het geringste en reed wat rond. Volgens opgave zouden 12000 stuks scha delijk gedierte, muizen e.d. verdelgd moeten worden. Er werden er echter slechts 1500 ver delgd. De vergiften, die overgebleven zijn lig gen nog ergens en niemand bekommert zich er om." Weer een ander inzender klaagt over de spaarbanken en schi'ijft: „Onze financieele specialisten zijn voor een deel niet tegen hun taak opgewassen en kunnen in de periode van socialistischen opbouw hun werk niet goed verrichten". Al deze fouten besueuren wij in het bij zonder in de Republiek van Wolga-Duit- schers. Honderdduizenden, ja millioenen roe bels liggen opgehoont in de Kolchosen. door den coöperatieven handel. Men verstaat de kunst niet. deze middelen te mobiliseeren en bemerkt aan den anderen kant een groote behoefte aan geld. waardoor vertraging in de uitbetaling van d? salarissen, onregelma tigheid in de geldverschaffing aan de in dustrie, nieuw-gebouwde steden enz. ont staan. Nog een paar voorbeelden uit de nraktijk. Een cliënt komt aan d? snaarbank van I Engels en vraagt 40 roebel. De ambtenaar zegt. „wij geven slechts 25 roebel".' Dit geschiedde in de Centrale Soaarbank. De afdeeling Marienthal van de Staats bank volgde den weg van den geringsten weerstand op het gebied van mobilisatie van financiën en schreef van de loonende giro rekening van het Doros-Soyiet. zonder dat dezp er iets van wist. haar schulden aan de p^ '^bank af. wat overigens ook in strijd met de verordeningen is. daar dit slechts door het gerecht gelast kan worden. De voorzitter kwam het „toevallig" te we ten. Dit zijn voorbeelden hoe men niet werken moet; men moet juist het vertrouwen van de inleggers verkrijgen. Een zeer ernstige quaestie is de voorberei ding van het kader van de financieele in stellingen. Ten opzichte van deze vraag staat men nog zeer onverschillig. Heeft de Wolga- republiek het noodige kader on dit gebied0 Neen. Zijn de bevoegde organen bezig de?° te vormen. Ook dit kan niet. beweerd wor den. Naar de woorden van enkele deskundi gen zijn de gewestelijke administraties slechts voor 60—70 pet. compleet. In dc financieele afdeeling van Balz wer ken in plaats van 18 slechts 5 personen, in de afdeeling Markstadt van de Staatsbank 21 inplaats van 15. Velen worden voor over werk van 35 uur niet betaald en zoo is het verloop van personeel groot. Voor het Volks-Commissariaat voor finan ciën van de Republiek van Wolga-Duitschers, is het vraagstuk aan de orde van het organi- seeren van een Duitsche financieel-econo- mische Universiteit (i.c Teehnicum C. S.). Men stelt zich op het standpunt „Tijd zal raad schaffen, Moskou zal wel helpen". De voluit onderteekenende inzender ves tigt daarmee de aandacht op het groote ge brek aan kader, aan menschen met erva ring en in staat tot organiseeren en met ge noeg moed zelf op doeltreffende wijze ini tiatief te nemen, op alle gebied in Rusland. De Duitschers in Rusland zeggen van de be ambten: „Sie sind unzuverlassig": „men kan hun niets overlaten, men kan niet op hen aan" en deze klacht is in het algemeen juist. Men moet niet meenen dat de Rus niet be gaafd is. Integendeel. Hij leert, gemakkelijk talen, wiskunde, biologie, maar in het alge meen is hij philosophisch, bespiegelend en aan den sentimenteelen kant. De meesten met verantwoordelijke posities hebben weinig onderwijs genoten en weinig ervaring en al- gemeene ontwikkeling. Het intellect van vóór de revolutie stelde zich ook maar voor eep deel ter beschikking van het nieuwe be wind en als het zich ter beschikking stelde werd het dikwijls niet geaccepteerd, wegens werkelijke of vermeende anti-communisti sche opvattingen. De salarieering was zeer slecht. Zij is wel beter geworden doch deze verbetering is door woningnood en dure le vensmiddelen weer te niet gedaan. Mijn stel lige indruk is dat er op alle mogelijke ge bied in Rusland minder hard gewerkt wordt dan in Duitschland, Italië en West-Europa. Dat zit niet in den 7-urigen werkdag, noch in het feit dat men op iederen 5den in plaats van op iederen 7den dag een vrije dag heeft, maar het hangt samen met het karakter van den Rus. dat ik boven beschreef en het wordt verergerd door onvoldoende voeding. In Mos kou was maanden lang geen boter of ander vet te krijgen, terwijl in Nederland in dien zelfden tijd Russische boter was gekomen. In Moskou waren eieren zeer duur of niet te krijgen, terwijl men in Berlijn voor 6 pfen nig Russische eieren kocht in de winkels. Ieder die in Rusland reist merkt dit alles dagelijks. Men geeft, verkeerde inlichtingen, helpt in winkels 2 a 3 klanten tegelijk, houdt niet rechts in het verkeer, ieder voelt dat alles stroef loopt en een Nederlandsch eco noom in Moskou, goed vriend van Rusland, constateerde met spijt dat een al te groot gedeelte van alle energie weer verdwijnt door slechte organisatie van hoog tot laag, in 't klein en in 't groot. Ik zou hier ook vele staaltjes aan kunnen vastknoopen. Het verkeer in Moskou is In een snel tempo gemoderniseerd. Waar vóór de revolutie nog zandwegen waren, alleen berijdbaar als het droog of vriezend weer was, ligt nu asphalt of graniet-plaveisel, er zijn verkeers-siena- len en wie er doorrijdt gaat op de bon. Maar waar geen politie is (en er kan toch niet overal politie staan.) rijdt men met auto's zoo onverantwoordelijk dat vreemdelingen er niets van begrijpen en het ongevallen- cijfer zeer hoog is. Op één tramrit hadden twee opstoppingen plaats omdat een auto en een tram in elkaar gekneld zaten en een paard en wagen, zonder remmen van een heilig afrijdend, op een tram gereden was. Het dier moest met een gebroken poot, hin kend op zijn éénen, nog goeden, achterpoot, weggevoerd worden, terwijl het gebroken lichaamsdeel er bij bungelde. Men verstaat, zooals ik dit eerder beschreef ook de kunst niet. snel even maatregelen te nemen om on danks zoo'n ongeval den dienst snel te her vatten. neen, er wordt over gepraat door de conducteurs en in een oogenblik staan een dozijn trams met wel duizend passagiers te wachten. C. SIPKES. EEN STEEN BENZINE! „Wilt U mijn banden even nakijken, en drie steenen in de tank doen?" Dit zal misschien het soort verzoek zijn, dat binnen enkele jaren de automobilist doet aan den garagehouder. Aldus Tit Bits. De steenen zijn niet van het baksteentype: het zijn blok ken benzine. Veel gevaar van brand bestaat al niet meer in de moderne auto's. Maar brand komt toch nóg wel eens voor, en dan kan het te wijten zijn aan een lek, waardoor de vloeibare benzine in aanraking komt met een heet voorwerp. Na een intensief onderzoek van eenige ja ren is een scheikundige er in geslaagd om benzine in vasten toestand te produceeren. Het groote voordeel is, dat het niet kan smel ten en vloeibaar worden. Zoo'n blok benzine levert het gas, benoodigd voor het aandrijven van den motor zonder in vloeibaren toestand te komen. Naar verluidt zijn de voorloopige proeven goed uitgevallen. En als de blokken voldoen en in gebruik komen, dan zullen ze de voor naamste kans op brand in vliegtuigen zoowel als auto's wegnemen. EEN SCHAT IN HET BAIKALMEER. In de Russische pers doet de avontuurlijke geschiedenis de ronde van een goudschat, die roovers 28 jaar geleden hebben laten zinken in het Baikalmeer en die nu weer zal worden opgehaald. Zooals bekend is, trokken voor den oorlog in Siberië talrijke rooverbenden rond. Toen nu in 1904 een groot goudtransport van Rus land naar Noord-Siberië werd gezonden, had men voor een gewapende geleide gezorgd. Maar dat geleide bleek toch niet sterk ge noeg te zijn. In de nabijheid van het Baikal meer werd het transport aangevallen door een groot aantal strafkolonisten, die zich van wapens hadden weten te voorzien. Na een verbitterden strijd dolf het geleide het on derspit en maakten de roovers zich van den schat meester. Zij brachten het goud in boo ten en begaven zich daarmee op het meer. Plotseling brak echter een zwaar onweer los, dat gepaard ging met hevigen wind. De boo ten der strafkolonisten sloegen om en de goudschat zonk op den bodem. De roovers brachten er het leven af en gingen op de vlucht, na op een kaart van het meer nauw keurig de plaats van het ongeluk te hebben aangegeven, natuurlijk met het plan, de schat later weer te lichten. De Russische re geering liet langen tijd naar het goud zoe ken, maar tevergeefs. Zoo raakte de roof overval langzamerhand in het vergeetboek. Totdat eenige' weken geleden een man in de Staatsbank versoheen, die de oude ge schiedenis vertelde en bovendien meedeelde, dat hij van een der roovers de waardevolle kaart had gekregen. De regeering stelde een onderzoek in; een aantal duikers werden naar het Baikalmeer gezonden en spoedig bleek, dat de kaart de juiste plaats aangaf. Reeds is een belangrijke hoeveelheid goud naar boven gebracht en binnenkort zal de geheele schat geborgen zijn. Wanneer men zoo genoegelijk in den fami liekring zit en onder het. genot ran een Men gelberg-concert door middel van dc radio, en een lekker glaasje, met het-een-of-ander. liefderijk geserveerd door de vrouw des hui zes, in dc gezellige blauwe vlammetjes van den haard zit te knipoogen, dan valt het moeilijk, zich voor te stellen, dat de toestan den aan de andere zijde van onzen aardbol vaak zoo gansch en geheel verschillend kun nen zijn. Dat alle geestelijke gaven, welke hier als doodgewoon gelden en nauwelijks de aan dacht trekken, zooals concerten, lezingen, volksuniversiteiten, schouwburgen, openbare leeszalen enz. zonder welke men zich eigen lijk geen beschaafde maatschappij kan den ken, dat deze daar slechts in heel enkele groote steden en dan nog maar op zeer be scheiden schaal te vinden zijn. terwijl in ver reweg de meeste streken de Europeanen het zonder een enkele dezer cultuuruitingen moeten stellen. Het is dan ook niet te verwonderen, dat de eerste jaren van het verblijf in Indië vaak zoo heel moeilijk zijn. vooral voor hen. die op een niet te laag geestelijk peil staan en die in het moederland gewoon waren aan hun muzikale en intellectueele ontspanning. Ik zeg, „gewoon waren". Het hoorde nu eenmaal zoo bij hun ge wone levenswijze en het werd niet eens bi zonder op prijs gesteld: men went nu een maal heel gemakkelijk aan luxe, in welken vorm dan ook. En dat dit inderdaad een soort luxe is, be merkt men eerst dan, wanneer de toestanden veranderen en men het absoluut zonder moet stellen en geheel op zichzelf aangewezen is. Wanneer men b.v. in Indië als jongste employé op een onderneming hoog in de bergen en ver van een Europeesch centrum wordt geplaatst, moederziel alleen op een ver verwijderde afdeeling, in een slordig in elkaar getimmerd en slecht geverfd houten huisje, bestaande uit een paar hokjes van kamertjes met. een klein stukje voorgalerij en achter een rijtje wiebelende bijgebouwtjes. Ja, lezer, ge kunt U zooiets misschien niet voorstellen, dat is ook moeilijk, wanneer men van dergelijke toestanden absoluut geen idéé heeft, maar ik verzeker u, dat Iemand, die voor het eerst in dergelijke omstandig heden verkeert en noodgedwongen in zoo'n stal moet leven, een gevoel krijgt, geheel al leen op de wereld te zijn achtergebleven, ver laten van God en alle menschen. Hier begint in normale tijden en onder normale toestanden de loopbaan, van den a.s. administrateur, de man. die de groote tantièmes ontvangt en die dan binnen wei nige jaren steenrijk in de „Witte" troont. Maar hoevelen brengen het tot die hoog ste en meest begeerde betrekking? Ik heb vele jonge menschen, hoopvol en met illusies naar de tropen zien varen, maar ook velen van hen later weer teruggezien in geheel andere betrekkingen, dan die, waarvoor ze waren uitgekomen. Ze hadden de eenzaam heid niet kunnen verdragen, ze misten de kracht, om zich dat te verschaffen, wat ze hier in Nederland als vanzelf toeviel, en waarvoor ze in het verre land met alle ener gie moesten vechten: geestelijke ontwikke ling en ontspanning. Maar het afmattende dagelijksche leven van werken van den vroe gen morgen tot den avond, had alle kracht en energie van hen weggezogen. Op zoo'n onderneming is geen volksuniver siteit, daar zijn geen schouwburgen of con certzalen, hoogstens is daar een „leestrom mel". een particulier leesgezelschap van den administrateur en de emplové's waarin de Vie Parisienne het meest bekeken, niet eens Het leven in de rimboe. gelezen, blad is. Maar op de kleine plantages is ook die trommel niet voel zaaks. Men moet het dus hebben van zelfstudie en eigen lief hebberijen. Lezen, lezen en nog eens lozen, dat is het eenige middel om niet van de be schaafde wereld te vervreemden, om „bij" te blijven. Men leeft van verlof op verlof van boeken, kranten en tijdschriften. Wie dus niet van lezen houdt, moet dat lee ren. of houdt het in de eenzaamheid niet uit, degenereert, of moet het leven van cultuur man vaarwel zeggen. Een oogenblik leek het, dat de eenzamen uit hun isolement zouden worden verlost en zouden worden opgevroolijkt door een gere gelde radioverbinding met Nederland en een tijdlang zorgde de Fhohi onder leiding van den voorti-crrelijken omroeper Jhr. v. Heurn voor distributie van kunst en genot in de tropen. „Haalt de wereld in uw huls", was de leuze (van Philips* en de aanvraag om ontvang toestellen was enorm, ondanks de slechte kwaliteit, van het materiaal. Maar helaas, de verrukking was niet van langen duur. Zoolang deze uitzendingen kon den plaatshebben als experiment, ging alles prachtig, maar tenslotte kwam hieraan een eind. de offlcleele zendvergunning moest worden aangevraagd, enfin, ik zal dit drama niet aan de vergetelheid ontrukkende Phohi ging door de welwillendheid van den Minister ter ziele en daarmee eindigden de schaarschc uren van genot, van zoo menig eenzaam gezin in ons verre Oosten. De terug val tot het oude werd zwaar gevoeld en be treurd. Alom vernam men van de zijde der radio liefhebbers de leuze: Indië los van Holland! Indië kan zichzelf wel aan radio helpen! Doch het staat zeer te bezien, of dit Inder daad zal blijken, waar te zijn. we willen het. hopen, doch het Ls zeer twijfelachtig. Het vraagstuk van de ultra-korte golf is er een, dat nog op lange na niet is opgelost, en de zoo zeer begeerde zender, welke alle deelen van Indië kan bereiken, is nog steeds een pig afgesloten van de bewoonde wereld en moet leven op lectuur, en herinneringen aan het vorig en plannen voor het volgend verlof, utopie. En zoo blijft de man in de rimboe voorloo- Kort geleden hoorde ik nog iemand met pathos beweren: Indië is geheel in cultuur gebracht en geciviliseerd, de Indische pionier is een legendarische figuur geworden. Ik heb dezen Indië-kenner voorgesteld, eens een vacantie te gaan doorbrengen op de ontginningsterreinen in Zuid Sumatra en in de buurt van de Korintji, dan zou hij wel tot andere inzichten komgn. Een stevige waardeering voor de planters, vooral in dezen tijd van dubbel werk voor minder dan half salaris, is heusch niet on verdiend. W. Puddingdie voorbij gaat door Vr. S. Hij liep in een onplezierig humeur en ta melijk verstrooid het restaurant binnen, om dat hij een zwak voor pudding had een eigenaardige afwijking voor iemand die in granen doet, een onmannelijke afwijking bovendien, en hij daar indertijd eens erg goed had gegeten. Vreemd overigens, dat zijn oog ineens op dit restaurant gevallen was en hij zich dat van die pudding zoo onverwachts herinner deHij had toch waarachtig heel andere dingen aan zijn hoofd. Met de zaken ging het niet florissant. Kort geleden was hij blij ven zitten met een heele partij graan, omdat iemand toevallig ontdekte, dat de voorraad waaruit hij verkocht niet deugde en nu was een collega hem weer net voor geweest en had een voordeelige lading voor zijn neus opgekocht. Werkelijk het een na het ander liep mis, zooals hem vroeger alles meeliep. Daar was nu letterlijk voor een eerlijk zaken man geen brood mee te verdienen, in graan tenminste niet. En wat kon je er allemaal aan doen? De kellner presenteerde de spijskaart en plaatste zich in eerbiedige afwachting ter zijde. Hij wierp een haastige blik op alles wat er gedrukt stond, bestelde vluchtig en zonder bedenken een diner en met zijn vin ger nadrukkelijk wijzend: „Hier. ober, die moccapudding". Dan dook hij weer behaag lijk in zijn eigen tevredenheid weg. Aan het tafeltje naast het zijne verzekerde een jon geling een blauwoogig meisje, dat ze de mooi ste oogen van de wereld had. Hij dacht aan de slechte zaken, aan zijn zoon die geen energie, zijn dochter die geen verstand en zijn vrouw die voor de zooveelste maal weer geen hoed had. waarmee ze uit kon gaan. Ja een groene had ze wel. en dat erijsie was desnoods ook nog te dragen, en die paarse nou ja, maar een klein zwart hoedje had ze noodig, en direct noodig.anders kon ze dood eenvoudig niet uitgaan. „En als je dan eci^s niet uitging?" Maar dat was natuurlijk be lachelijk, zoo'n antwoord, dat kwam niet eens in aanmerking. „M'n beste, dan moet je natuurlijk een hoed koopen", zou hij zeggen. En zij zou triomfantelijk de kamer uitloopen en terugkomen met den hoed. dien ze noodig had parmantig op haar hoofd en ondeugend zeggen, dat ze hem maar al vast gekocht had. Altijd hetzelfde. En zoo gaat het niet alleen met hoeden Zijn gedachten tolden rond, draaiden weer om het graan dat niets meer opleverdePlotseling schoof hij alles van zich af. al dat naargeestige gepie ker en verheugde zich op de pudding die hij had besteld Gek toch. van zijn prilste jeugd af. had hij dat zwak voor pudding gehad. Op zijn verjaardag koos hij steevast: pudding, en met een juichkreet placht hij bij zulke gelegenheden de lepel in de lucht te zwaaien voor hij zich als eerste van de lekker nij bediende. Nu zat hij hier allerminst op zijn verjaardag en verbeidde met niet minder ongeduld zijn lievelingsgerecht. Waar bleef die kellner eigenlijk. Het was bepaald wel een half uur geleden dat. hij het laatste doperwtje naar binnen slikte. Ja. waar bleef die pudding eigenlijkl Het was Inderdaad lang geleden dat hij de laatste hand aan zijn maaltijd had gelegd. Aan het tafeltje naast het zijne, waar de Jongeling het blauwoogige meisje verzekerd had, dat ze de mooiste oogen van de wereld had. had een jongeman een bruinoogig meis je al reeds hetzelfde verzekerd met niet min der overtuiging; daarna had een echtpaar er zwijgend en onaandoenlijk de maaltijd ge bruikt en nu liet een meisje met donker- golvend haar en een trotschen mond zich er door twee blonde studentjes meedoogenloos het hof maken. De man die in granen deed. als er in gra nen iets te doen viel, begon zich te ergeren. Af en toe meende hij een blik van d<m kellner in zijn richting te voelen, maar zoodra hij op keek om dien blik te vangen, zweefde ze af wezig ver over hem heen. Telkens en telkens weer kwam hij balanceerend met schalen op zijn tafeltje aan, zwenkte, en gleed sierlijk voorbij, kwam terug en verdween weer. Toen v/;rd de vriend van pudding, die anders steeds een vriend van rust en orde lijkheid was, verschrikkelijk boos en dreigend riep hij den kellner ter verantwoording en zei. dat- het geen manier was iedereen hier te bedienen, terwijl hij al wel een half uur op zijn pudding wachtte. Zoo duidelijk zag bij plotseling de heele situatie voor zich, toen hij één keer zijn reprimande begonnen was, dat hij buiten zichzelf raakte van woede, en mededeelde, zooals je in dergelijke stemming je mededeelingen doet, dat hij er doodeen voudig niet over dacht om na zoo'n behande ling iets te betalen. De kellner schrok eerst om dien plotselin- gen aanval, maar dan zich herinnerend hoe hij om dat tafeltje heendraaide' in de hoop. dat die kerel eindelijk zou afrekenen, kon hij zijn plezier met moeite tot een bin nenpretje beperken. Op een toon die om ver ontschuldiging vroeg, deelde hij hoffelijk mede. dat hij een half uur geleden mocca- pudding-speciaal door meneer besteld had gebracht en een half uur op enkele minuten na een totaal leeg schaaltje en bordje weer had wegenomen. Verbaasd en kwaadaardig over zooveel bru taliteit ging de man in granen, die een lief hebber van pudding was. recht overeind zit ten en vroeg luidkeels hoe hij zoo onbe schaamd dorst zijn te beweren, dat hij moccapudding had gegeten: doperwtjes en biefstuk was het laatste geweest. De kellner onderbrak hem met een vriendelijke glim lach: „Pardon, u hebt heelemaal geen dop erwtjes gegeten. Het was andijvie en ge mengd koud vleesch en tenslotte op uw uit- drukkelijken wensch: moccapudding". De man in granen voelde zich duizelig: Van de hoogste toppen der woede viel hij pijlsnel omlaag, naar de laagste diepten van twijfel en daar erkende hij zijn eigen ver strooidheid. Hij had zich door de slechte za ken. de hoed van zijn vrouw en zijn graan op den kop laten zitten; zóó, dat de smaak van pudding onopgemerkt voorbij was gegaan, zoodat hij schaamrood en met een inbewust gegeten pudding het restaurant verliet èn de kellner; die een visioen had een kort visioen gelukkig van alle d,on Pluk te en aangebrande gerechten en wien het het hart in het lijf speet, dat hij ze den man in granen in dat halve uur niet stuk voor stuk had voorgezet. Huilende inbrekers. Een gaskannonetje tegen inbrekers verwekt te Berlijn opzien. Inplaats van ammunitie vuurt dit apparaat traangas op den In breker af, hetgeen hem den verderen ..in brekers-arbeid" onmogelijk maakt. De Engelsche geoloog dr. L. F. Noble, voor spelt het Jap arische eilandenrijk een droe vig lot. Hij beweert dat Japan cp zijn laatst over ihonderddarizend jaar, in de Tuscarara- diepte zal verdwenen zijn. Door verscheidene aardbevingen zal deze verzinking der eilanden plaats hebben. Bij dc laatste aardbeving zonk de bodem der Sagani-Baai van Yokohama van een diepte van 200 tot een van 1000 voet. En nog zoo'n aardbeving zou een totale ver zinking van het land tengevolge hebben cn nog slechts dc top van den Foedjijama zou boven hot water uitsteken. Maar dat beleven wij niet meer. De internationale omroep. De „National Broadcasting Company", de grootste Amerikaansc-he omroep, heeft be sloten, een vasten vertegenwoordiger naar Europa te zenden, die in Londen zijn intrek zal nemen. Hot, is Frederick Bale;een /*m"ri- kaan, die sinds 1912 in Europa woonachtig en met alle naties vertrouwd is Na de oor logsjaren was hij generaal-secretarLs der herstel-conferentie in Oostenrijk. De reden van deze aanstelling is. dat de N.B C. de internationale nrozramnnn utw'^sellng wenscht uit te breiden, waarbij tevens de uitzendingen van Amerikaan rchen oorsprong meer naar voren gebracht moeten v--i. Onafhankelijk van deze aanstelling zal dc Duitsche journalist Dr. Max Jordan als voorheen de vertegenwoordiging van de N. B. C. in Europa behouden cn in het bij zonder bij uitzendingen van en naar Dultsch sprekende landen fungeeren. Het aantal luisteraars in Duitschland. Naar de statistiek vermeldt is het aantal luisteraars in Duitschland sterk gedaald, ter wijl het aantal niet-bctalendc luisteraars vrij aardig is toegenomen. Op 1 October waren er in totaal 4.077.347 installaties, waarvan 481.627 vrij van betaling (werkloozcn, oorlogsinvali den etc.*. Tegenover 1 Juli is een teruggang van 42.1184 installaties te constateeren en een toeneming van 69.450 „vrije" installaties. Het spreekt dus vanzelf dat ook de inkom sten van den Dultschen omroep evenredig verminderen. De totale afneming van het aantal luisteraars in het laatste half jaar dus van 1 April bedraagt 91.093. Draadlooze energie-overbrenging? Een schoenmaker te Viborg (Jutland) zou een apparaat uitgevonden hebben, met be hulp waarvan hij draadloos energie kn over brengen. Bijzonderheden over deze uitvinding zijn nog niet bekend. Er gaat een gerucht dat Henry Ford voor de uitvinding een groot be drag wil betalen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1932 | | pagina 15