vr£ ABR. MEIJER KINDERLIEDJES. SINT NICOLAAS ZONDER GELD. HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 24 NOVEMBER 1932 WAT ZULLEN WE „HEM" GEVEN. t Is de bekende vraag, die we onszelf elk Jaar weer stellen, als St. Nicolaas nadert. Si- j garen, sigaretten of rookgerei zijn wel ge- makkelijke en meestal ook zeer welkome ca- deaux, maar er zijn ook heeren die weinig J of in het geheel niet rooken, of die een der gelijk presentje een beetje prozaïsch vinden, j En in die gevallen wordt de beslissing voor het meisje of de vrouw moeilijker, tenminste dat lijkt zoo. Als we echter bedenken dat de meeste heeren ook een héél héél klein beetje ijdel zijn (al willen ze dat natuurlijk niet be- I kennen!), dan wordt de keuze al minder moeilijk. Alles wat we dan nog noodig heb- ben is de wetenschap wat op dit oogenblik voor de heeren modern is en daarom willen we dit hier even bespreken. We dienen er allereerst op te letten dat overhemden en dassen niet al te kleurig mo gen zijn, zooals trouwens alles wat de moder ne man op dit oogenblik draagt, zich ken merkt door voornamen eenvoud. Op de tee- kening zien we verschillende moderne artike len, en wel: geheel links: Een stevige paraplu Lin ons landje altijd te gebruiken!) en een paar degelijke handschoenen. Boven links: een modern boord met zelfstrikker in ruit- motief. Beneden links: het nieuwe vest voor rok of smoking. Het vest met twee rijen knoopjes is van voren gelijksluitend, dat met één rij heeft korte punten. Boven rechts: een breed gestreepte sjaal of halsdoek van wol, een geschenk dat in het koude jaargetij de graag gezien is. Daarnaast voor de zeer koude dagen, warme, gevoerde handschoe nen. Beneden rechts: overhemden om bij rok of smoking te dragen. Het overhemd dat bij den rok wordt gedragen, heeft een stijve borst en twee knoopjes, dat voor de smoking heeft slechts één knoopje en afgeronde man chetten. Het boordmodel is voor beide cos- tuums hetzelfde, namelijk niet t-e hoog en omliggende punten. Voor colbertcostuums e.d. wordt het overhemd en de das liefst gekozen in kleuren die harmonieeren met die van het costuum. YAN OUD WEER NIEUW MAKEN. In de kast hangt misschien nog een jurk van den vorigen winter destijds hoogst modern uit fluweel of zijde, met twee smalle schouderstukken. Nu lijkt ze in onze oogen meer op een onderrok. Wat kunnen we er eigenlijk nog mee doen? Wel, we kunnen het nog best gebruiken, want dat oude jurkje heeft het groote voordeel, dat de coupe van den rok nog goed is- In dit opzicht heeft de mode zich zoo goed als niet gewijzigd. En als bovendeel dragen we dan een moderne blouse Voor overdag, op straat, of op kantoor, het liefst een heel eenvoudige witte of effen ge kleurdeblouse met een leuk kraagje, dat in een strik eindigt. De wijde mouwen met de nauwsluitende manchetten geven de moder ne lijn aan. Voor den namiddag of in gezel schap draagt men de witte of gekleurde blouse van glanzende zijde en met revers- omslagen, die tot aan .de taille reiken, waar ze worden geknoopt, 's Avonds dragen we er dan de zeer elegante witte blouse zonder mouwen bij. Zoo is ook het jurkje van verle den jaar nog best te modemiseeren. OM ZELF TE MAKEN. Een aardige brieventasch, voor de jongens- of meisjeskamer. Het. schild wordt gemaakt uit ee"n stukje gewoon stroocarton, dat ver volgens wordt overtrokken met kleurig lin nen. Van een stukje gaas wordt de tasch ge maakt. die dan met stof wordt overtrokken. Er kan ook nog een applicatie of borduur- seltje op worden aangebracht. De tasch wordt aan den wand gehangen, r.aast de schrijf gelegenheid op de kamer van broer of zus. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. WEEKNIEUWS CR. HOUTSTRAAT 16, HAARLEM U doet verstandig, nu Uw St. Niko- laas-inkoopen te doen. Het is nog niet zoo druk en U kunt dus beter en meer op uw gemak geholpen worden. Boven dien is de keuze nu grooter. Voor practische cadcaux zult U bij ons uitermate geschikt slagen. Wij kunnen U een overvloed van groote en kleine geschenken toonen. Jumpers, truien en vesten, mutsen en shaivls, 'chique en warme peignoirs, hand schoenen, zakdoeken, en honderd an dere artikelen. Ons goed heeft een bizonder cachet en de prijzen kunnen niet anders dan meevallen. De kleinste zoon des huizes komt naast me staan, en drukt me een boekje met Sin terklaasversjes in de hand: wil je die eens zingen, vraagt hij met zijn liefste stemmetje. Als ik in het boekje blader, vind ik er allerlei oude bekenden in: Zie de maan schijnt door de boomen; Sinterklaas kapoentje en der gelijke. Maar er staan er ook heel wat in, die ik heelemaal niet ken, en daar er geen in strument bij de hand is, begin ik maar met de maan die door de boomen schijnt. Maar dat is de bedoeling blijkbaar niet. het blad wordt ongeduldig omgeslagen, en ik ga ge trouwelijk aan de volgende bekende begin nen. Weer mis blijkbaar, het boekje wordt wat dwingend ergens anders opengelegd, maar het goede is blijkbaar niet te vinden. Als we hem animeeren om dan zelf eens een Sinterklaasliedje te zingen, gaat. hij rechtop op de punt van een stoel zitten want hij is altijd tot. zingen bereid.— en begint: Ich möcht' heiraten, heiraten, heira ten. aber reichenzoovoorts min of meer tot verbaasde pret van de aanwezigen. Als hij de woorden niet verder meer weet. hindert dat niets, dan gebruikt hij tot in het oneindige die, welke hij wel kent. en daar de wijs geheel zuiver is. maakt dat het effect nog dwazer. En toch weten wij, dat de kleine jongen heel aardig Sinterklaasliedjes kan zingen, woorden, melodie en al. Tenslotte brengt zijn moeder de oplossing: het Sinterklaasversje waaraan hijzelf de voorkeur geeft, kent hij nog niet genoeg om het na te zingen, zoodat iedereen het hem nu moet voordoen, maar men moet ernaar raden, wat de bedoeling eigenlijk is, als hij met het bewuste boekje komt aandragen. Een klein meisje toonde eenige j aren gele den een zeer uitgesproken voorliefde voor ..Trink, trink Brüderlein trink maar daaren tegen ook voor alle mogelijke kinderversjes, die zij alleen maar hoorde: en die zij met groote zuiverheid al spoedig kon nazingen. Een jongetje had als favoriet in zijn lie- aerenkeuze ..Oh Donna Clara", wat ook niet bepaald verheffend en zeker niet kinderlijk kon worden genoemd. Al deze kinderen hebben behoefte gehad aan zingen in een of anderen vorm. Hebben zij ouders, die zelf muzikaal zijn, of is er iemand anders in huis die wat moeite voor ze wil doen. dan kan zoo'n kind een schat van aardige kinderliedjes leeren, die hem voor een groot deel zijn heele leven zullen bijblijven. Er zijn er tegenwoordig zooveel, die werkelijk aardig zijn, met eenvoudige wijsjes en echt kinderlijke woorden! Maar bemoeien de ouders zich in hei ge heel niet met de zangneigingen in hun jon gen of meisje, dan gaan die wat anders op zoeken dat ook zingen i>s. maar met kinder lijkheid niets te maken heeft; dan piepen ze na. wat ze het dienstmeisje van de buren hooren galmen, of wat de jongens op straat zingen als er een orgel staat te spelen. En dan vinden zij zichzelf net als de groo- ten, dan hebben zij het gevoel dat zij ook al aardig volwassen zijn. en vooral ais er dan gelachen wordt om de meer dan dwaze tegen stelling van het liedje en het kleintje dat het ten beste geeft, voelen zij zich gesterkt in dat idee van groote-menschenachtig te doen. Ook al zingt de kleuter aardige, kinderlijke versjes, maak u dan niet bezorgd over ..Donna Clara" of ..Ich hab dich einmal ge- küsst" of iets dergelijks weinig verhevens. Van de pox'tee van het lied begrijpen ze niets, al zou je willen probeeren het ze uit te leggen, zij geven het geheel onbewust ten beste, omdat ze bemei'ken dat zij er succes mee oogsten. Maar de echte kinder liedjes maken wel degelijk indruk op ze: menig kind vraagt precies wat bedoeld wordt in het versje, dat ligt binnen hun begrips sfeer, en daar hebben ze wei'kelijk wat aan. Daarom zijn de Sinterklaasversjes en de kerstliedjes een o\vezochte aanleiding om dit bij ze te ontwikkelen. E. E. <T.P. Hansje heeft een leelijk woord gezegd. Een heel leelijk woord. De familie zwijgt ontzet. Hoe komt hij er aan! Natuurlijk op straat gehoord. Maar dat hij juist dit onthoudt, dit woord branie-achtig, maar toch ook een beetje angstig zijn op xiiets voorbereide familieleden in het gezicht slingert! Is Hansje er dan speciaal op ingesteld om het slechte te ontdekken en te onthouden? Is er reden je ongerust te maken over Hansje's mentaliteit? Die ongei*ustheid zal wel vei'dwijnen als de familieleden eens verder kijken, eens infor- meeren naar de woordenkeus van andere kinderen. Het is misschien overdreven te zeggen, dat alle kinderen gi-aag „slechte" woorden gebruiken, maar de meeste doen het toch zeker. Liefst op de meest ongelegen tijd stippen, liefst als er vreemden bij zijn. Waar om juist dan? Omdat het werkelijk enkel branie" is, omdat, ze groot willen doen. Een groote. poctige werkman op strait hebben ze zoo'n woord hooren gebruiken, misschien heeft vader of een oom, groot en machtig in hun oog, zich het laten" ontval len. Dan zeggen ze het na omdat het zoo flink klinkt, zoo echt „groot". Ze denken, dat ze er indruk mee zullen maken, dat de mi-n- schen zullen denken: „hij is toch geen kind meer". Daarom zeggen ze het 't liefst in ge zelschap .als er vreemden-zijn die ze willen imponeeren. omdat ze eigenlijk wat verlegen voor hen zijn. Ook hopen ze dikwijls dat er gelachen zal worden. Om dat lach-succes uit te lokken ge bruiken ze dan „vieze" woorden, die mag je niet zeggen eix als je het toch doet toon je je moed, je durft wat. Misschien durven die gi'oote menschen het niet eens en het lijkt buitengewoon grappig midden in hun ge sprek heel onverwacht zoon woord te zeg gen. Menschen lachen om vieze woorden, heeft het kind ontdekt dus is het geestig. Maar als we niet lachen, integendeel heel ernstig zijn en hun hun kinderachtigheid verwijten, zullen ze zich schamen, voelen dat ze een figuur geslagen hebben en het waar schijnlijk geen tweeden keer probeeren. Als het kinderachtig en gek is nee, dan is er niets aan. Een kind wil nu eenmaal graag groot zijn; als het nalaat wat het niet. mag, voelt het zich klein, „zoo'n echt zoet kind". Het wil voor vol aangezien worden en denkt dat te bereiken door groote wooi-den te gebruiken. Hoor maar eens hoe gx~aag kinderen de stemmen van den bloemenventer, van den dokter en van den winkelbediende nadoen. Daar wordt om gelachen. Maar als er dan eens een minder parlementair woord tus- schendoor loopt, krijgen de kinderen een standje. Toch hoort dat bij dat zelfde imitee- ren waar we om gelachen hebben. Zijn we dan eigenlijk wel rechtvaardig? Dat kinde ren denken dat bij volwassen-zijn het ge bruik van leelijke woorden hoort is niet hun schuld. Leelijke woorden klinken akelig uit een kindermond, alleen als die mond nog héél klein is klinkt het wel eens grappig om het contrast. Lach er toch niet om! Dat lachen zou een aanmoediging zijn die het kind niet licht vergeet. Neem het ook niet te ernstig, het kind moet niet denken, dat het zooiets buitenge woon belangrijks op zijn geweten heeft. Pro beer liet- aan het verstand te brengen, dat het onbeschaafd en kinderachtig is zulke woorden na te zeggen. Héélemaal niet groot en gewichtig. Leg daar den nadruk op. Want daar gaat het bij hen om. BEP OTTEN OM ZELF TE MAKEN. In den winter waardeeren we de gezelige huiskamer dubbel en 'i zijn juist de kleinig heden, waaraan de handige huisvrouw denkt, die de gezelligheid nog verhoogen. Een paar bloemen hier en daar gerangschikt, een knus kamerhoekje voor liet bridge- of kaart avond je, daardoor krijgen we de echte, pret tige sfeer. Iets bijzonders voor het kaart- avondje zien we hieronder afgebeeld. Twee aardige kussens en een kleedje met toepasse lijke versiering. Het kleedje dient om op de theetafel te worden gelegd, die in de nabij heid van de spelers is geschoven en de kus sens gaan op de stoelen van de gasten. Het tafelkleedje dat we hier zien, is van crème-kleurig linnen met applicaties van flu weel of satijn, liefst in twee kleuren, rood en zwart. De kussens zijn van fluweel of satijn en uit hetzelfde materiaal zijn de applicaties gemaakt, echter in een andere kleur dan die van het kussen. Zoo kunnen we natuurlijk meer kussen bewerken, bijv. vier stuks met verschillende applicaties, namelijk klaver-, schoppen-, ruiten- en harten-motieven. Zoo'n stelletje kussens maken, neemt haast geen moeite en het ziet er buitengewoon aardig uit. We zullen er het eerstvolgende kaart avond je plezier van hebben. Hetgeen het probleem van zeer velen zal zijn dezen winter. Sint Nicolaas komt, Kerst mis komt we hebben altijd, ieder jaar. aan Sint Nicolaas en aan Kerstmis gedaan, we wilden vanwege de dierbare traditie ook zoo graag dit jaar aan Sint Nicolaas en Kerstmis doen en dus zetten we ons op een regenachti- gen achtermiddag met onze geldkist, een groote blocnote en een potlood in een ge- makkelijken stoel en rekenen. Wc rekenen alles zoo optimistisch mogelijk uit, we rc- duceeren de uitgave tot. het- kleinst mogelijk minimum, we stellen de inkomsten zoo roos kleurig mogelijk voor. niettemin: meer dan een tientje houden we niet over. Bovendien is er dan nog een stem achter in onze her sens. die ons zegt, dat we niet de minste Kans hebben, dat deze papieren berekening ooit werkelijkheid worden zal, aangezien het le ven eenmaal het leven is. Als we verstandige, en ook weer niet al te verstandige menschen zijn, mogen we rekenen op vijf gulden. En wat doet men met vijf gulden? Wie moeten er wel allemaal begiftigd worden door Sin terklaas of het Kerstmannetje? We tellen het zuchtend af op onze vingers, die na ge bruik met een mismoedig gebaar in elkaar klappen en schijnen te zeggen: „Mensch. maak je niet. dik, en probeer niet het onmo gelijkeVijf gulden!" We besluiten dit jaar onze goede gaven uitsluitend tot het ge zin te beperken, en komen dan nog. o Satan! tot minstens vijf personen, die bedelen om een cadeautje in hun sohoen. Vijf personen voor vijf gulden dat is ieder een gulden, Voor een gulden kan men heel aardige klei nigheden krijgen, als men er zich in een mid dag van af wil maken, maar helaas zijn er andere dingen dan kleinigheden van noode... Gij ï'ekenaarsters, die daar met een diepen rimpel tusschen uw oogen en angstig snel werkende hersens zit te rekenen, hebt ge het er voor over om van nu tot Sinterklaas al uw vrijen tijd door te brengen al breiende en hakende en bordurende in de afzondering van de eetkamer, een slaapkamer, desnoods de keuken en de gang, al naar de nieuwsgie righeid van uw gezin het eischt? Dan kan ik u helpen, en mogelijk, dat ge van uw vijf gul den nog wat overhoudt Voor uw man adviseer ik oen stevige, mouwloo- ze pull-over in één van de kostelijke kleuren, die den laatsten tijd ook het kleurlooze rijk der mannenmode binnengedrongen zijndon ker rood donker- of koren- blauw, niet al te don kergroenGe breit hem recht toe recht aan, met een vrij breeden boord van twee recht, twee' averecht, in dikke vierdraads- wol; de pull-over zelf wordt recht, dus aan den voor kant recht en aan den achterkant ave recht gebreid, voor de armsgaten hecht ge op de be kende wijze een achttal steken af, de halsopening maakt ge voor de variatie rond in plaats van puntig. Ge moet er wel aan denken, dat, ook voor de variatie, de biezen, die hals en armsgaten af werken er aan worden gezet, en vervolgens teruggeslagen op het breiwerk en ook aan den anderen kant vastgezet. Ze worden geheeel recht gebreid, en moeten dus ongeveer even lang zijn als de openingen. Tot slot de heele pull-over behalve de boord, uitstrijken onder een natten doek. Volgen uw twee dochters die bakvisschen zijn en niet ontbloot van de ijdelheid den bak visschen eigen. Niettemin, peinst ge een beetje boos, en hoewel ze het altijd afgeslagen heb ben en prefereeren rond tc loopen in wat gij „flodders" pleegt te noemen, zouden ze een paar door moeder zelf gebreide camisool- t-jes uitstekend kunnen gebruiken. Alleen ze moeten er een beetje smakelijk uit zien, want anders trekken ze ze toch niet aan. Gaat u gerust naar den winkel, en koopt rose camisoolwol, alstublieft heel bleek rase, want anders smalen ze op de bessensapkleur. Er zijn twee manieren om ze te maken. Ge kunt gewoon twee lappen, op heel dikke pen nen breien aan beide kanten recht, ze aan elkaar zetten en ze aan den bovenkant al- werken met een breedc. dubbele band toile de soie, waarvan ge ook de schouderbandjes maakt. De tweede manier is ingenieuzer en gaat sprookjesachtig gauw: ge zet het aantal vcreischte steken op, breit ongeveer vijf cen timeter. breit, een heele pen lang gaatjes lom slaan, minderen) bi*eit redht door tot men de helft van de vereischte lengte heeft, laat om den steek een pen lang een steek vallen en hecht af. Men trekt, en trekt aan de lap. die men heeft., tot men alle gevallen steken heeft laten vallen tot onder aan de gaatjes toe, en men heeft een lap, die tweemaal zoo lang is als eerst, en in een buitengewoon aardige open steek. Eerst probeeren op een proeflapje ver volgens. als men ook de tweede lap heeft, als men wil, op bovengenoemde wijze afwerken met rase toile de soic. Volgt nog een kleinigheid voor beide, om de degelijkheid van dit cadeau weer een beet je goed te maken. Ge koopt voor elk de lengte van de pas van een onderjurk in ecrukleurlgc, in de vereischte breedte tullc. die hiervoor verkrijgbaar is faalt ge er in. dan knipt ge ze zelf. daar ze toch als entredeux gebruikt moet worden, en kunt ge alleen witte krijgen, dan haalt ge ze door thee. Op de plaats, waar „middenvoor" zoowat komt. borduurt gc in de broderie a la minute, waarvan het recept hier beneden volgt, wat bloemetjes en blaadjes op de Fransohe manier, en verblijdt zc daarmee: ge zult verbaasd staan van het effect, dat zoon kleinigheidje heeft, en voor de charme van lingerie met. een Fransch bijsmaakje is geen meisje ongevoelig. Het recept der broderie a la minu te. waarvan al eens een werkteekening verscheen, is als volgt: men stookt de naald in de stof van onderen af naar boven precies op de eerste plaats. De naald niet door trekken. maar hal verwege in 't goed laten zitten. Vervol gons windt men de draad teen enkele moullnédraad) tien maal om de naald, schuift de tien om draaiingen met den nagel naar bene den. en blijft ze vasthouden, terwijl men do naald door trekt. Vervolgens klapt men. om zoo te zeggen, het daar door gevormde boogje terug, en steekt de naald naar beneden op de tweede plaats. Ook even oefenen op een proeflapje uit de teekonlng be grijpt men vanzelf, hoe men de bloemetjes maakt. De blaadjes worden gemaakt met een kettingstekje. Vervolgens komt uw jongste spruit aan do beurt, waarvoor ge in oen wip een paar grappige wanten fabriceert, half gehaakt, half gebreid. Ge neemt het patroon van zijn handen af. door hem die op een stuk pa pier te laten leggen met uitgespreide duim omtrekken, en flink wat grooter uitknip pen. De wanten worden gehaakt in de tuni- sche of desnoods ook gewone haaksteek van vasten de boord er twee recht, twee averecht aan gebreid. Uit praktische overwegingen maakt ge ze in een donkere kleur, donker blauw, donkerbruin, of zwart, en garneert ze volgens de teekening met een bovenop gebor duurd takje in vroolijke kleuren wol en een draad, die rondom over de naad loopt, en vast gezet wordt met kruissteekjes er over heen. Tot slot uw zoon. die. hoewel gc hem nog steeds een klein kind vindt, mannelijke nei gingen begint te vertoonen. Ge zult hem dan voor dezen keer ook maar eens daarin stijven, en een echte „mannen" das voor hem breien, in een vroolijke streep. Zacht geel met groen en rood voor de streep is aardig, wit met rood of lichtblauw en donkerblauw idem dito. Ge breit hem meteen dubbel: door beurt om beurt van Iedere pen de helft van de steken recht te breien en de andere helft af te halen. Aan den achterkant breit men de afgehaalde ste ken en haalt men de gebreide af. HIJ wordt dus in de lengte gebreid, men zet het dubbele aantal steken op. goede maten zijn: 120 bij 20 c.M. Afwerken met franje in alle gebruikte kleuren. Ik wensch u allen succes, een vlot verloop van de zaken, een kostelijke Sinterklaas cn een even zoo kostelijke Kerstmis! WILLY VAN DER TAK.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1932 | | pagina 13