EEN WONDERLIJKE GELIJKENIS. De Rallye naar Monte Carlo FEUILLETON Uit het Engelsch van JOSEPH HOCKING. (Nadruk verboden.) 3) „Je ziet er anders betrouwbaar genoeg uit een vent op wien men zich verlaten kan, sterk en flink." „Heeft dat iets te beteekenen?" „Dat beweren ze altijd." „Nu bij mij heeft het dan niet den minsten Invloed gehad." Richard nam een slok uit zijn glas voor hij voortging. „Er is een atmosfeer Harrow en Oxford aan je. „Clifton en Cambridge", was het antwoord. „Ik dacht wel dat ik niet zoo ver mis was. Ik was in Etonen Oxford". „Ja?" „Maar ik ben niet lang in Oxford geweest. Ben de laan uitgestuurd. Heb me nooit goed in de conventloneele regels kunnen schik kengeboren vrijbuiter, weet je? Met 'n vaartje van huis weggewerktniets van belang, maar het was beter dat ik er tus- schenuit kneep. Ik geloof dat 't het hart van mijn vader bijna gebroken heeftik ben eenige zoon De ander volhardde nog steeds in zijn stil zwijgen. hoewel het duidelijk genoeg was dat Richard naar een vertrouwelijk gesprek ver langde. „Het leven is allesbehalve een pretje voor me geweest de laatste zeven jaren. Ik heb gezworvenJoost mag weten waar ik niet overal gezworven heb! Soms zag ik kans, de toelage die me bestuurd werd, hier of daar op te pikken en een anderen keer was het weer een heksentoer om mijn mond open te houden. Ik ben van alles en nog wat geweest: mijnwerker, houthakker in het oer woud, matroos, taxi-chauffeur, hulp op een schapenfokkerij. Kortom, twaalf ambachten en dertien ongelukken." Een korte pauze: daarop: „Natuurlijk schreef ik van tijd tot tijd naar huis. maar ik was zelden lang genoeg op dezelfde plaats om de antwoordbrieven in handen te krijgen, de lust tot zwerven was nu eenmaal te sterk. Ik wachtte alleen op bericht van huis, wanneer ik totaal op zwart zaad zat." Een nieuwe stilte; toen weer: „O. ik weet dat Ik een idioot ben geweest; niemand weet dat beter dan ikzelf. Het geeft geen steek om daar nu over te gaan zitten jeremieeren, maar zie je, ik behoor tot een goede familie uit Devon. Misschien heb je wel eens van me gehoordde Dulvertons uit Devon zijn nogal bekend." Het was duidelijk, dat deze mededeeling den anderen man verraste, maar hij zei al leen maar: „Ja, ik heb dien naam wel eens gehoord." „De tak waaruit ik kom is ook financieel niet slecht er aan toe. Verscheidene van de beste boerderijen in Devonshire hooren eigenlijk van mij." ..Maar .Jk weet wat je zeggen wilt. Je vraagt je af, waarom ik dan hier ben? Maar ik ben er pas een paar dagen van op de hoogte. Ik ben op weg naar huls. Alsals ik ertoe in staat ben, rijd ik morgen naar Bellingham. Wanneer ik 'n beetje opschiet, ben ik er te gen den avond en vandaar kan ik verder met den trein gaan." De tweede gast zuchtte en er was iets van jalouzie in dien zucht. „Mijn vader was land jonker" zette Richard zijn verhaal voort, „hij nam een vooraanstaande plaats in den omtrek inhij regeerde als een soort ko ning over zijn bezit. Het is dan ook niet te verwonderen dat hij een trotsch man was.... dat is de reden dat hij mij een royale toelage gaf om te verdwijnen". „Wat had je uitgevoerd?" „O, er was een soort dronkemanspartij en ik had een beetje te veel notitie genomen van de dochter van een onzer pach ters. En de man. die met haar wilde trouwen, maakte ruzie met me we hadden allemaal een stevige borrel op„„ ik was toen een en twintig moet je weten." „En wat gebeurde er verder?" drong John. „Ik was sterk als een paard, toentertijd en vermoordde hem zoowat. Ik geloofde eerst dat ik hem werkelijk gedood had; hij lag uren voor dood. Er werd beweerd dat ik gemeene trucs gebruikt had en hem met een mes gestoken had, maar dat is een leu gen. Maar je begrijpt dat het een ontzaglijke herrie gaf en ik moest me verscheidene da gen achterbaks houden.en toen het zeker was dat Nick Brewer er weer bovenop zou komen gaf mijn vader me te verstaan dat ik ophoepelen kon." „En ben je sindsdien steeds van huis ge weest?" „Ja, zeven jaar. Ik was overigens blij dat ik gaan kon. Ik had heimwee naar de ruimte. En ik heb mijn deel gehad... ruimschoots!" „En heb je nooit vehlangd terug te gaan?" „Neen, mijn vader had een strenge levens opvatting en kon zich met mijn manier van doen niet vereenigen. Och, die geschiedenis met Marry Liddicoat, waarvoor hij me weg gestuurd heeft, had eigenlijk geen zier te beteekenener was welbeschouwd niets gebeurd tusschen mij en het meisje, maar mijn vader had er altijd zijn zinnen op gezet, dat ik met Miriam Donnithorne zou trouwen, de dochter van zijn naasten buur man, ook een rijken landjonker. Ze was een kind van vijftien, toen ik mijn biezen moest pakken, maar een mooi kind en ik had ook altijd zoo half en half het ge voel, dat ze een of anderen keer mijn vrouw zou worden. Ze moet nu een paar of twee-en twintig zijn. Haar vader en de mijne hadden dat zoo met elkaar bekokstoofd.... de twee aan elkaar grenzende landgoederen zouden op die manier op den duur vereenigd worden en dat heeft allerlei voordeelen." „Dus je vader is „Dulverton Bob Dulverton voluit Ro bert Granville Dulverton. Een goede naam, he?" „Een uitstekende naam!" Toen viel er een zwijgen, dat eenige mi nuten duurde. Dulverton laafde zich met grog, terwijl zijn metgezel somber in het vuur staarde. „Je schijnt niet erg nieuwsgierig," merkte Dulverton tenslotte op. „Waarom zou ik?" „Eigenlijk nergens om. maar aan den an deren kant. mijn geschiedenis is nogal ro mantisch, vind ik. Ik ben een soort verloren zoon, weet je?" „Je zei straks dat je op weg naar huis was. Dan zal je vader wel het gemeste kalf voor je slachten bij je terugkomst en je met mu ziek en dans ontvangen. Dat is immers zoo de gewoonte bij den terugkeer van verloren zonen!" „Mijn vader is overleden!" „Dandan „Ja! ik ben de landheer van Dulverton Ma- nor. Ik werd het gewaar laat eens zien verleden Maandag. Ik zat in de rimboe en kreeg toevallig een Engelsche krant in han den. waarin het een of ander verpakt was geweest. Er stond een verslag van zijn be grafenis in. Ik had een gevoel alsof ik een lap op mijn hoofd had gekregen. Ik zei er niets van. tegen niemand, ik kon eenvoudig niet, maar ik ging direct op weg. Zeg, denk je dat ik nog levend in Engeland zal aanko men?" „Waarom niet?" „Omdat ik kolossaal roekeloos met mijn gezondheid ben geweest, ik heb een gevoel alsof ik het niet lang meer maken zal." „Gesteld dat je niet komt opdagen wie krijgt het landgoed dan?" „Mijn neef Arthure denk ik. Dit wil zeggen, eerst komt het aan mijn oom Arthur en la ter aan mijn neef. Een mooi stel, die twee! Mijn oom is advocaatde grootste schob bejak, die hier beneden ooit heeft ademge haald en zoonlief is nog een graadje erger dan papa! Als mijn waarde oom er niet was geweest, wel, dan zou het met die historie met Nick Brewer nooit zoon vaart zijn ge- loopen. Hij stelde alles veel zwarter voor dan het in werkelijkheid was en ze geloofden hem natuurlijk, omdat hij advocaat was. Ik ben in mijn ziel overtuigd, dat hij het erop aangelegd heeft om mij uit Engeland weg te werken. Ik had nog liever dat een wildvreem de het landgoed kreeg, dan die twee schavuiten." „Dus je vaderlijk erfdeel wacht, om zoo te zeggen, op je?" „Ja, ik heb niets anders te doen dan terug te gaan en mijn aanspraken te laten gel den. Ik heb de brieven van mijn vader voor zoover die me bereikt hebben en een heele hoop andere documenten hier". Terwijl hij sprak, haalde hij een pakje pa pieren uit zijn zak en klopte er op. „Hier heb je alles bij elkaar", zei hij. „Maar je uiterlijk is toch waarschijnlijk veranderd in die zeven jaar", bracht de ander in het midden. „De meeste menschen veranderen sterk tusschen hun twintigste en dertigste de jongen is dan een man geworden. En je hebt in dien tijd heel wat doorgemaakt, zooals je zelf vertelt, en dat heeft ook invloed op iemands voorkomen.'1 „Je wilt zeggen, dat ze wel eens zouden kunnen beweren dat ik de rechtmatige erf genaam niet ben. zooals in een soortgelijk ge val al eens gebeurd is." „Het is gevaarlijk je aan voorspellingen te wagen „O, mijn oom zou er stellig niet tegen op zien mijn rechten te betwisten als dat aem mogelijk leek. Maar ik heb het typische Dul- vertongezicht en bovendien, de papieren slui ten iederen twijfel uit." (Wordt vervolgd.) DE HAVEN VAN ZWOLLE ligt in verband met tic vorst vol ingevroren schepen ■wachtend op dooiweer. Hoe lang zal het duren VOOR DEN AANLEGSTEI GER van de veerpont te Dordrecht wordt het jjs door eetï sleepboot geregeld in beweging gehouden, 0111 liet dichtvriezen te voorko men. DR. J. E. BARON DE VOS VAN STEENWIJK is met ingang van 1 Februari be noemd tot burgemeester van Zwolle. NU DE GOUWZEE IS BEVROREN wordt door de bevolking van Volendam volop DE 22ste AUTOMOBIELENTENTOONSTELLING in het R.A.I.gebouw te Amsterdam is Vrijdagmiddag geopend. Een over- genoten van de ijspret. zicht van de expositie. RUIM ZEVENTIG van de deelnemers aan de twaalfde rallye naar Monte Carlo zijn op de plaats van bestemming aangekomen. De .wage ns aan het einde van den grooten tocht. PER MUILDIER NAAR HET STEM LOKAAL tijdens de jongste verkiezin gen in Ierland.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 16