mmum
OPEL
N.V. Autohandel Mij. „Haarlem"
U.té&stez
Öléf&kfêh
$mytüa-wiek
Lemte^LaecL
DE ECONOMISCHE WAGEN
Telefoon 117 81
Julianalaan 293 >301
ROBES ET MANÏEAUX
|ÉbJ;
Alle reparaties aan
automobielen en carrosserieën
Kunt U denken aan
zonder te denken aan
N'
Staat in het middelpunt v. d. belangstelling
Keuze uit een zestiental Luxe modellen vier- en zes-
cylinder-wagens. Prijzen van f 1095.- tot f 2195.-.
Vrachtwagens 3 en 3 en half ton, buschassis voor 27
personen f 2795.- wielbasis 4.60 M.
Cursus automobielrijden, vraagt nadere inlichtingen.
Luxe verhuur nieuwe wagens 4 pers. Coach, 4 pers.
Sedan, per week, per maand en per jaar.
Waterdichte grijze Ouslio-
mtr Colberts 4.75
id. Pantalons4.50
Zijn soepel en kunnen ge-
wasschon worden.
Juist ontvangen:
fJesu-, links Ui a Pantalons,
ook waterdicht 5.50
;,!'l:liim|lTS!!l Ml
lilililllllililliilllllllliillllllllllllllllHHIII
Wit en KCkl. Sport-SliiHs
muut 50 vanaf 0.70
Jongens Overhemden (lo
rt a n thrc ii)in a a t, 05
vanaf ƒ1.24
jongens-Blouses „Weineo",
Popelt li, int, 2, vanaf 1.35
Jongens Knlcbrockjcs en
Rijbroeken groote keuze.
Trainings Costuuni, in 3
vcrschlll. Uw. (ook do echte
„Twekn") vanaf leeft. pl.m.
5 jaar f 1.54
Tu rnpa kjes Voetbal broekjes
Schoterweg^t5
HOCK VROOMST RAAJ
Extra Aanbieding!
Dames Tweed japon
nen, kleine maat 2.50
groote maat 2.75
\ardige gevlochten
Raffia Hoedjes 1.85
Ziet onze juist ontvangen
Da nies-Japonnen Pull- en
Slip-ovei-s en Blouses
Schoterwefl45
IIOtN VROÖbfTRó^
GROOTE HOUTSTRAAT 19
DE NIEUWE MODELLEN IN
CLltWcc»jnhji!>-3Ü4Fri^
Goeden Nacht!
Zware Sloopen, met boven
vermeld opschrift, sl. 0.59
SchoierwB5^t5
HOCK VROOMSTRAAT
Dames zwarte Sanella
Stoijassen
Zware kwaliteit. 3.75
Verder groote sorteering
Schorten.dril en witte Jassen
Kleurecht Japon-Schort 0.»5
^ro!.
HOCK VROOMSTRAAT
Enorm is onze verkoop
in VITRAGE, EXAMINE,
MADRAS enz.
Oo-k voor U hebben wij nog
iets moois.U slaagt goedkoop
per el
Stores 170 c.M. hoog 39 ct.
Madras Indanthren14 ct.
Schoterwe£|45
HOCK VROOMSTRAAT
Kruideniers- en Slagers
Jassen
Prima Jeans 2.55
Zwaar sat. Jeans 3.75
Lange Jassen4.35
Ook groote en buikmaten
voorradig
akken.
I
ONDERHOUDSPOLISSEN verkrijgbaar met door General
Motors vastgestelde prijzen.
Uw wagen keurig gewasschen met onze nieuwste electri-
sclie waschmachine, binnen een uur gereed.
Steeds te Uwer beschikking. BEKWAME en VER
TROUWDE CHAUFFEURS, bekend met de-wegen in 1
geheel Nederland.
Prima huurwagens, met en zonder chauffeur.
Privé-les in autorijden door specialen instructeur.
Voor deze en alle andere diensten op automobielgebied,
N.V. Autogarage v. LENT - Heemstede
RAADHUISSTRAAT 55 65
TEIEF. 28070
Off. vertegenwoordiger BUICK en CHEVROLET
AUTOMOBIELEN.
'n Nieuwe Lente 'n nieuw geluid,
'n Oud adres voor 't beste fruit.
FRANS FONVILLE,
ZIJLSTRAAT 55 Telefoon 11767.
Ctmaï
aar onbekende bestemming varen wij
door Lenteland.
Het kostte nogal moeite om scheeps
gelegenheid te krijgen. Wie een paar
jaar niets meer met de binnenschipperij van
doen heeft gehad, kan zich nauwelijks voor
stellen, hoe deze tak van volkswelvaart is
achteruitgegaan.
Men belt stoombootmaatschappijen op,
wier naam alleen al een traditie is en ver
neemt, dat op het adres sinds maanden een
garage gevestigd is of een poffertjesbakkerij
of een zaak in net gedragen heerenkleeding
maar geen binnenbeurtvaart meer. Of de
maatschappij geeft wel gehoor, maar haar
naam is veranderd en wat minder langzaam
geworden dan vroeger, gelijk ook het ver
voer, dat zij onderhoudt, verloor aan plecht
statigheid. Op trajecten, waar haar verschij
ning zoo regelmatig was, dat men er zijn
siësta naar kon inrichten en er den middag-
pot bij opzetten, bij wijze van spreken, komt
zij ineens niet meer, zoodat het met de siësta
en den middagpot misschien wat in de war
geloopen is toen zij begon niet meer te
komen, en met dat al is het een smartelijk
verlies, dat het landschap er bij geleden
heeft. Een stoomboot gleed statig door het
water met zijn hoogen schoorsteen, en hoe
zenuwachtig is een motorboot daarbij ver
geleken met haar irriteerende pufpijpje en
haar onzindelijke lucht. Historie en eerbied
waardigheid vergleden beide, toen de stoom
boot zich voor 't laatst een weg door 't water
baande en met hen verdwenen wonderlijk
genoeg rust en bedrijvigheid tegelijk. „Alles is
kapot", zeggen de schippers, „alles stuk
gemaakt door de auto" en het eenige, dat
bleef, was blijkbaar het beweeglijke water
zelf. en een enkele boeg, die er door ploegde,
zoodat het schuim wegspatte als bruisend
bier.
Het eenige, dat elk jaar terugkwam was de
lente, lente op het water, een fluïdum van
warmte en licht en geuren. Nog meer dan
over het land kwam de lente over het water,
omdat het water nu eenmaal stemmingen
wekt en stemmingen vasthoudt veel intenser
en veel gevoeliger dan het land.
Wij begonnen in de groote stad met haar
havens en dokken en het vertier op het
water, wij zagen schepen met de sleepvlag en
tankbooten met de roode vlag en de teekenaar,
die niet thuis is op het water, vroeg of er
revolutie was op die schepenVoor het
overige was het een weinig opwindende vaart
in de groote stad, de kranen en elevators
aan den wallekant merken er weinig van de
lente, zij werken in den zomer niet harder dan
in den winter, gesteld al, dat zij werken,
hetgeen op het oogenblik nog lang niet zeker
is. Want er stonden er vele met opgeheven
armen, maar slap neerhangende takels en
zulgbuizen, zoo dood als een pier.
Van de havens kwamen wij in groot en
gunstig gelegen vaarwater, met fabrieken en
pakhuizen en een enkele molen, dien men
vergeten had te sloopen, en de eerste sluis.
Op de sluis staan groote steenen wapens
van het Hoogheemraadschap en zoo, en
hardsteenen tableaux met al de namen van
hen. die het Hoogheemraadschap beheerden
in den loop der jaren en hunne kindskinde-
renAls ge schutten moet, gaat het
verkeer van de andere zijde altijd voor en
zoo duurde het een half uurtje voor onze
motorboot tusschen de sluisdeuren en een
vlet en de Jonge Jacoba door gelaveerd was,
en in de kolk lag, zoodat de schippershondjes
neus aan neus een korte wijle van vriend
schap konden beleven, van boord tot boord.
In de sluis heeft men gelegenheid om de
lieden die over de windassen gebogen den
toestand in de scheepvaart bespreken en
zich laten stoven in de eerste zon van dit
voorjaar, wat op te nemen en zij doen het
ons. „Seker een paar blinde passagiers" zeg
gen zij over ons tegen elkaar, hoewel wij toch
terdege onze passage betaald hebben, maar
het is nog vroeg in het jaar en passagiers-
accomodatie kan men ons niet aanbieden,
zoodat wij ons maar op wat lijnkoek en een
paar vloerdelen gevleid hebben en in dezen
toestand moet men zich wel alles laten ge
zeggen, hoewel het niet aangenaam is.
Aan het fabriekswater staan groene hui
zen met vlonders en stoepjes in 't water en
steenen tuinhuisjes met den voet in de ri
vier en witte koepeltjes, waar straks de
vruchtboomen met duizendvoudige bloesem
een passende lijst om zullen zetten. De
knoppen botten nu al uit, wij kunnen ze van
het water af zien, als de boot wat dicht langs
vaart om een vrachtje op te pikken, een vat
zeep of een kratje met flesschen limonade,
of ander stukgoed. Het wordt alles al een
beetje teer en milder, nu de lente gekomen
is, er staan gele narcissen voor de kleine
ruiten en op de vlonders is allerlei vrouw
volk, dat water put uit de rivier en het met
emmers vol langs de ramen laat plensen.
Vroeger, met de stoomboot, gleed men zoo
vredig langs al deze arcadia als in een gon
del, nu met de motorboot glijdt men niet,
maar stampt en dreunt, want er is koolaan
slag in de cylinders, zegt de schipper en met
koolaanslag kan het vanzelf niet vredig zijn.
Het eenige, dat gelijk is aan vroeger, is liet
kielzog, dat de maagden op de vlonders ver
rast en in allerijl doet vluchten en den schip
per lentevreugde schenkt.
Als aan het fabriekswater een einde is ge
komen. komt voor de fabrieken en de huizen
het polderland in de plaats, het wijde lente
land met de kalveren en de lammetjes, de
wilgenkatjes en de paardebloemen. Eerst
strekt de vaart zich nog tusschen twee rech
te dijken met gele grintwegen er op en
schapen aan den voet met haar kroost, het
symbool van de lente, maar dan wordt het
water breeder en blauwer en de blik wordt
wijder, de oevers wijken met de huizen en de
dorpjes, tot zij niets meer zijn dan een streep,
met hier en daar een torentje en een blin
kend hoog gebouw. Op de schorren aan de
kanten en op de eilandjes in den plas be
gint het riet omhoog te schieten, daar ko
men nu de vogels broeden en de boeren
jongens eieren rapen met gevaar voor ver
drinking en met doodsverachting. Een rij
knotwilgen aan het water buigt zijwaarts af,
diep het land in, naar een brugje en een
hek. De schipper zegt, dat het hier ondiep is,
en hij wijst op de branding, die op de kanten
slaat en de eerste sprietjes van het jonge
gras bespoelt. Men voelt het ook aan het
zwaarder stampen van de boot, zoodat de
teekenaar. die niet thuis' is op het water,
zegt, dat hij aan zeeziekte begint te lijden,
zeeziekte op een Hollandschen polderpias.
Nochtans, de lentelucht maakt duizelig, zoo
als zij om u heen bruist op het water, waar
de wind witte kuifjes opjaagt en waar man
nen van den betonningsdienst werken aan
een nieuwen lichtopstand, want iederen Zon
dag kunnen nu de zeilers komen en de mo
torbooten, en men zit hier gauw aan lager
wal. Zwart op den blinkenden plas komt een
andere motor aangestampt, eenzaam sil
houet op het water, symbool van stoere
werkzaamheid in een zonvergulde wereld.
„Dat is je weertje, kappie", roept de schip
per en wij roepen iets dergelijks terug, zooals
men dat gemeenzaam doet op het water,
maar de schipper discht onderwijl verhalen
op van dezen winter, toen het stikvol ijs zat
in dit open gat en het slop dicht vroor ach
ter de schuit en van den herfst, toen het zoo
hard waaide, dat de schipper zijn nieuwe
leeren jas er bij verspeelde en de dek
last kletsnat werd van het buiswater.
De boot vaart nu weer hoog boven het
land, in een tusschen dijken gevatte streep
water, die de polders scheidt. Er zijn lieden,
die niet van den polder houden, maar de
polder is van een ai-verbluffende schoon
heid, en het water geeft er relief aan, geeft
relief aan een enkel huis met een paar boo-
men, en een watei stoep met melkbussen en
zeker aan den molen, den Hollandschen mo
len, die er zich zwart in spiegelt.
Aan het einde van het water en den rand
van den polder, ligt.de stad. De kleine stad,
die leeft bij de gratie van het water. Nim
mer maakte men wreeder en ellendiger ver
gissing, dan wanneer men het water weg
nam uit de kleine stad, want waar het water
stierf, stierf de schoonheid en de stad werd
er belachelijk en onbeduidend. Er zijn ste
den, die belachelijk en onbeduidend willen,
zijn en er alle moeite voor doen, zij verdie
nen tegen zich zelf beschermd te worden.
Hier, in de Hollandsche stad, waar wij bin
nenvoeren, stonden langs het water statige
huizen, het groen, dat aan de boomen begon
uit te schieten, teekende teere contouren om
de witte leuninglijnen op sierlijke brugbor
gen. Lente was bezig de stad te tooien en
gansch het stedeke verheugde zich daarop.
De zon gaf aan de groen begroeide daken
wat warmte en aan het patin van de ver
weerde gevels wat gloed.
Als de eene ophaalbrug zich sloot achter
onze laadmast deed de andere gele brug zich
reeds voor ons open, de stad bediende ons -
snel en zonder te laten wachten, fcooals een
stad betaamt, die van en aan het water en
de schepen leeft. Er kwamen bruggen en
nog eens bruggen, tot wij aanlegden aan een
gracht, waar een draaiorgel speelde met een
paard er voor, en waar café naast café in
goede buurschap leefde. De teekenaar kon
niet nalaten het te teekenen en toen de
menschen dat zagen begonnen zij te dan
sen. want er was geen agent in de buurt. Zij
dansten voor den teekenaar tusschen de
oude pakhuizen, de schuiten met de hennep-
trossen, de zuivere lijnolie en de kunstmest;
zij dansten uitbundig en naar plaatselijke
traditie, met één hand boven het hoofd en
één aan de rokken. En de schipper en zijn
knecht dansten na de vaart van uren op het
eenzame water bij het orgel met het paard
er voor.
Zoo dansen zij nu in alle steden, waar ze
een orgel hebben of een harmonica, het
lentefeest.
De carillons spelen hoog in oude torens in
de warme lucht een eigen wijs en als op heel
slag de ruitertjes naar buiten komen en hun
ronde doen, steekt op den trans een bazuin
engel haar vergulde trompet in de zon, dat
het blinkt en er komt een roes van vreugde
over de stad.
De lente is gekomen.
K. Pk.