¥©@i^ DE WIÜOUW
ELISABETH BERCNER.
ICetskeiMjeli ermen
HAARLEM'S DAGBLAD
HOEDEN.
Naast de vele kleine hoedjes, die dit jaar
gedragen worden, zullen we dezen zomer ook'
breedgerande hoeden zien.
De eerste hoed is een stroohoed met een
breeden rand, en een bol van doorgestikte
zijde. Erbij behoort een shawl van genopte zij,
die in een lossen strik geknoopt wordt.
SrpnoAuaa uca et paoq s.tapue
stroo met een donker lint. Ook hierbij be
hoort een gebloemd zijden shawltje. De derde
teekening toont U een klein kapje van donker
stroo of vilt. Het laat de linkerhelft van het
gezicht geheel onbedekt. Een pikante lange
veer zorgt er echter voor, dat het geheel niei
te kaal lijkt.
MOOR WARM ZOMERWEER
!Wat zullen dezen zomer de bloemetjes wor
sen buiten gezet!
In overdrachtelijke beteekenis tenminste,
Gelet op de moderne bloempatronen, waar
mee de dunne zomerstofjes voor dit seizoen
Zijn bedrukt.
G-roote bloemen, kleine bloemen, zij zullen
allemaal zeer in trek zijn, wanneer over een
maand ook de meest sohuchteren hebben ont
dekt, dat het nu toch werkelijk zomer is ge
worden. Want al schijnt het zonnetje in Mei
nog zoo warm, en al is de temperatuur ook
om en bij de tachtig graden, zelfs zonder dat
Wij onze vingers op het kwik hebben gelegd
„ter algemeens aanmoediging" toch zijn er
nog velen die vóór Juni hun „hittegolf jurken"
zooals dat tegenwoordig heet, niet uit de kast
durven halen, omdat het weer ieder oogen-
jblik kan omslaan.
Maar in Juni dan zullen wë allemaal ge
bloemd te voorschijn komen, en de variaties
zullen eindeloos zijn zoowel wat kleuren als
Wat modellen betreft.
Korte mouwen, lange mouwen, heelemaal
geen mouwen, maar groote kragen of ca-
pejes; ronde halzen of V-vormige uitsnijdin
gen; zeer lange rokken, iets kortere mogen
ook; een hooge taille, of de ceintuur precies
in het middel, alles mag.
Alleen de ongelijke halsgarneering is voor
schrift en de wijdte van de rok, zoodat deze
in elegante plooien om ons heen valt of bij
een stevige bries als een dartel hoepeltje
Voor ons uitholt.
•Bij deze wijde rokken zijn de tricot onder-
Jurken eigenlijk niet meer geschikt, omdat zij
te nauwsluitend zijn. Dat is voor de taille wel
heel geschikt, maar voor de rok is het niet
moei, dus maken we van dunne en soepele
stof een onderjurk met een wijde rok. Het
beste model daarvoor is het prinses-model,
dat wil zeggen, het nauwsluitende, hoog ge
tailleerde lijfje met de klokrok die in ruime
golven neer hangt. Deze golven onderstreepen
de wijde rok van het dunne japonnetje,
geven er wat meer substantie aan, en maken
het geheel eleganter.
Zoo'n onderjurk behoeft niet kostbaar te
zijn: toile de soie, soepele kunstzij, waschzijae
en het duurdere crêpe de chine zijn er alle
uitstekend voor geschikt. Maar denk erom
dat een dergelijke wijde onderjurk niet ge
schikt is onder een linnen of cretonne jurkje
dat minder ruim valt: bij de minste bewe
ging, of bij het zitten gaan komt de rok van
de onderjurk te zien en dat staat erg onver
zorgd. Daarvoor is de tricot onderjurk nu
Weer de aangewezen dracht.
Bij het luchtige zomertoiletje behooren
Echte schoenen en kousen, en een groote
hoed. Witte hoeden zullen zeer in trek zijn dit
jaar, maar om één ding moeten wij denken,
ën wel, dat wie maar één enkele hoed kan
koopen, geen witte of heel lichte moet nemen.
Zoolang het warm weer is, zal het- bij het
japonnetje aardig staan, maar wordt het
weer guur en moet de zomermantel aan, dan
is zoo'n lichte hoed een zeer onflatteuse
dracht.
Neem dan liever een donkerder kleur, die
is voor alle doeleinden geschikt.
'De mode van dezen zomer is een aanwij
zing voor hen die het vergeten mochten zijn,
dat de zomer van 1932 warm is geweest, dat
is er duidelijk in te bemerken. Is een zomer
koud, dan kenmerkt de mode van den vol
genden zomer zich door veel bont en warme
stoffen. Maar nu 1932 warm was, zijn de mo
de-ontwerpers met groot enthousiasme ge
komen met alles wat maar lioht en luchtig is.
Als het weer ons nu maar niet in den steek
laat.
E. E. J.—P.
Met haar laatste twee sprekende films
„Ariane" en „Der Traümende Mund", ueide
en dat is een opmerkenswaardig feit
gemaakt naar gegevens uit een roman of een
tooneelstuk de eerste namelijk naar den
gelijknamigen psychologischen roman van
den verleden jaar gestorven Franschen
schrijver Claude Anet, de tweede naar het
tooneelstuk ,.Mélo" van den ook Franschen
Henri Bernstein, heeft Elisabeth Bergner, die
tot voor kort voor de meeste Hollanders
niet veel meer was dan een schim met een
beroemden naam, Holland veroverd. Eigenlijk
veroverde zij het al met „Ariane", zoodat
voor velen „Der Traümende Mund", dat nog
maar pas geleden in Haarlem vertoond
werd. slechts een hernieuwing van de ken
nismaking beteekende. waarop men zich iang
van te voren al gespitst had. Helaas loopt dat
van te voren spitsen uit den aard der zaak
meestal op een teleurstelling uit; en als men
dan in aanmerking neemt, dat de film „Der
traümende Mund" als film zeer zeker onder
deed vsor „Ariane" (wat waarschijnlijk te
wijten was aan de mindere kwaliteit van het
gegeven), dan pleit het des te meer voor Eli
sabeth Bergner's grootheid, dat zij en
eigenlijk zij alleen van „Der Traümende
Mund" een film maakte, die men twee, drie
keer zou willen zien, om er alle kleine de
tails volkomen van te genieten en niets aan
zich voorbij te laten gaan een compliment
dat men der film niet al te veel kan maken
in deze tijden van Lilian Harvey's Kathe von
Nagy's en Renate Müller's die lief en vrien
delijk en ongevaarlijk en verder weinig bij
zonders zijn; maar wie behalve bakvis-
schen en schooljongens zou het in zijn
hoofd halen om hen twee maal te gaan zien
om toch vooral niets van hun spel verloren
te laten gaan?
Aldus allerminst Elisabeth Bergner. Voor-
wie haar reputatie kent. en weet van de car
rière, die ze tegen de klippen op aan het veel-
eiscihende Berlijnsche tooneel heeft gemaakt,
mogen deze opmerkingen iet of wat overbo
dig klinken, en zelfs zij die haar naam niet
kenden, maar met eenig onderscheidings
vermogen gezegend zijn, zouden al aan ae
manier, waarop zij haar beide tegenspelers
Anton Edthofer en Rudolf Forster, in ver
fijning en raffinement van spel verre over
trof. beseft hebben, dat hier een tooneel-
speelster van zeer groote klasse de rol van
het kind-vrouwtje Gaby vervulde terwijl
toch vooral Rudolf Forster een acteur is,
zooals Duitschland er weinigen heeft!
niettemin is de toevloed van films tegen
woordig zoo overstelpend en wordt het pu
bliek zóó met steeds dezelfde superlatieven
alle diverse hoofdrollenspeelsters aangepre
zen onverschillig of zij nu Magda Schnei
der. Elisabeth Bergner of Joan Crawford hee-
ten, dat men vergeet, dat zij in zeer verschil
lende klassen onder te verdeelen zijn: Elk in
hun klasse zijn zij geen van allen onverdien
stelijk en de vraag, welke klasse hij prefe
reert. moet het publiek maar met zichzelf en
zijn persoonlijken smaak uitmaken. Voorwaar
zoo nu en dan geen grapje!
Als het mij dan van het hart moet de
mogelijkheid bestaat ook nog, dat ik mij met
de bekentenis blameer, want het is een cr.-
ontkenbaar feit, dat de Elisabeth Bergner's
films tot de door zooveel filmcritici ver
foeide categorie „gefilmd tooneel", desnoods,
zelfs „gefilmde psychologische roman" be
hooren dan verkies is Elisabeth Bergner
boven hen allen mogelijk is het daaraan,
dat u dit artikel dankt. Over smaak valt niet
te twisten, maar wie is bestand tegen de
charme van Elisabeth Bergner's spel. dat
mengsel van raffinement en kinderlijkheid
tegen die zware, maar buitengewone expres
sieve stem, die haar bij het begin van haar
carrière tot een bijna onoverkomelijk strui
kelblok is geworden tegen dat heele uiterst
nerveuze, overgevoelige temperament, dat
het temperament van zooveel vrouwen van
dezen tijd is? Het lijdt geen twijfel, of. zooals
meestal, is dat het vrouwentype, dat Elisa
beth Bergner het beste ligt, omdat het voor
e,en deel haar eigen type is: een beperking,
waaraan geen actrice, hoe groot zij ook is,
ontkomt. Vandaar ook. dat het vinden van
scenario's voor haar een uiterst moeilijk
werk is, te meer daar zij zelf op dat punt
hooge en moeilijke eischen schijnt te stellen:
vandaar waarschijnlijk ook, dat zij al haar
films speelde onder leiding van denzelfden
regisseur (Dr. Paul Czinner, met wien zij, een
behoeve van wie het interesseert, een paar
maanden geleden trouwde en dat zij, zoowel
op het tooneel als in haar filmrollen, buiten
gewoon veel met Rudolf Forster samenspeel
de. Allemaal verstandsmaatregelen, die be
wijzen dat Elisabeth Bergner ook dat scherpe
intellect bezit, dat- dikwijls samengaat met
een nerveus temperament: en dat zelfs in zoo
groote mate, dat zij in Duitschland doorgaat
voor de meest intellecfcueele actrice. Dat
noch dat temperament, noch dat intellect
iets aan haar groote tooneelspeelstersgaven
afdoen, is duidelijk zij dragen er integen
deel toe bij; en het feit, dat zij van te voren
haar rollen zoo doorwerkt en zoo doordenkt,
dat zij zichzelf op het laatst verpersoonlijkt
heeft, met de figuur, die zij voorstellen moet.
beletten haar niet om op het oogenblik van
het spelen zelf zich te laten gaan en niets te
zijn dan actrice, die geeft wat zij te geven
heeft, dat elk detail van haar spel van te
voren uren, dagen lang gewikt en gewogen
is.
De levensgeschiedenis van Elisabeth Berg
ner is. zooals één van haar levensbeschrijvers
het qualificeert, zoen beetje die van An
der sen's leeiijke jonge eendie. en inderdaad,
die op het oogenblik haar smalle, bijna lee
iijke gezicht met de groote oogen en het hoo
ge. ronde voorhoofd en haar gansch niet in
drukwekkend. maar eerder nietig figuurtje
ziet. kan zich indenken, dat zij. toen z:j
vijftien a twintig jaar geleden aan het too
neel wilde komen, overal uitgelachen en ge
hoond werd. Want ai zou men het haar .net
aanzien, Elisabeth Bergner werd in 1893 ge
boren en is dus vijf en dertig jaar oud. Ze
is Wienerin en stamt niet uit een familie van
tooneelspciers. maar eerder uit één, waar
men wel plichtsgetrouw zooveel maal in het
jaar naar den schouwburg ging, omdat alle
kennissen dat ook deden. maar waar een
dochter aan het tooneel heelemaal niet tot de
aspiraties behoorde. Het leeiijke jonge eendje
mager en onaanzienlijk bleef ze lang
kwam door een toeval in aanraking met de
tooneellitteratuur: een paar studenten, die
voorleesavonden op hun kamers organiseerden
leerden haar weten, wat zij wilde, en toen het
gaan naar de voorleesavonden ontdekt cn
verboden werd, kwam zij voor den dag met
haar wensen en kreeg ten slotte ook werkelijk
haar zin: zij ging naar een tooneelschool.
Nadat ze haar diploma had behaald duurde
het tijden, voor ze een engagement kreeg:
haar uiterlijk en haar stem schrikten alle
directeuren af, tot zij in Zurich een keer wér
kelijk een kans kreeg, en die ook duchtig ge
bruikte. Van dat oogenblik af begon haar
eigenlijke loopbaan die zijn hoogtepunt
vond in haar Berlijnsche tooneeljaren, die
tot op het oogenblik voortduren.
Het wonderlijke is, dat haar verovering
van de film dezelfde moeillijkheden oplever
de als haar verovering van het tooneel: men
dorst geen filmactrice aan zonder de ge
ijkte, uiterlijke schoonheid en met zóó'n
stem! Ook dat heeft zij doorgezet, koppig cn
volhardend; haar zwijgende films waren er
het resultaat van, nl. Nju (met Emil Jen
nings) „Llebe", „Der Geiger von Flórenz",
„Donna Juana", „Fraülein Else" (naar den
roman van Arthur Schnitzler). en vervolgens
in de laatste twee jaren „Ariane" en „Der
traümende Mund", die haar ook voor de Dui-
sche film maakten wat zij sinds lang voor het
Duitsche toonee.l is: en zeer aparte en zeer
groote verschijning, wier genre men mis
schien het best zou kunnen noemen de „psy
chologische" film. Alleen het woord is on
aantrekkelijk en haar niet waardig: beter
nog is het niet te trachten onder woorden
te brengen wat nu eenmaal niet onder woor
den gebracht kan worden en Elisabeth Berg
ner te nemen voor wat zij is: een actrice,
die iets bijzonders te geven heeft.
WILLYVAN DER TAK.
WANDELCOMPLETS.
Links een snoezig modelletje van warm-
beige wollen stof. Het blousje is van vuurroode
kunstzijden crêpe marocain met witte noppen.
De kleine pofmouwtjes en de groote strik ont
breken niet.
Midden: een complét van lichtgrijze stof
eveneens met een blousje van roode zijde.
De mouw is heel nauw en de rok loopt iets
klokkends uit.
Rechts een bolero-jasje over een vestje van
wit piqué. De revers en de manchetten zijn
van zwarte kunstzijde. Het materiaal van het
costuum is wollen stof met een klein tyit-je.
De knoopen zijn van paarlmoer.
Inktvlekken kunnen uit vloerkleeden ge
haald worden, als u er een prop watten
ophoudt die in rauwe melk gedoopt is, ze
daarna afnemen met zeepwater en nadro-
V V
Gekookte zwezerik met aspergepunten (4
personen): 2 kalfszwezerikken, zout, ui. wortel,
peterselie, 2 bossen asperges, 1/2 L. gezeefde
zwezerikbouillon, bloem, boter en 1 eidooier.
Zet. zoodra ge de zwezerikken hebt ontvan
gen. deze weg in koud water, totdat zij bereid
worden. Wasch de zwezerikken en zet ze op
met koud water. Breng ze snel aan de kook.
giet het water af, zet ze nu op met kokend
water, het zout en de kruiden en laat ze gaar
koken (1/2 uur).
Breek intusschen de houtige uiteinden van
de asperges af en gebruik deze om er soep van
te maken. Schil de aspergepunten, wasch ze,
en kook ze in ruim kokend water gaar (1/2 a
3/4 uur). Neem de gaargekookte zwezerikken
uit de bouillon, verwijder de taaie vliezen en
snijd ze in dikke plakken. Leg ze, in hun
oorspronkelijke model, op het midden van een
verwarmde schotel. Verwarm, roerende de bo
ter met de bloem, voeg langzamerhand de
gezeefde bouillon toe en laat de saus even
doorkoken. Roer er op het laatst voorzichtig
de eidooier door. Schik de aspergepunten in
nette stapeltjes om de. zwezerikken. heen; be
dek de zwezeri'kken geheel, en de asperge
punten gedeeltelijk (de koppen, die naar de
rand van de schotel moeten zijn gericht, niet)
met de saus.
Italiaansch macaronigerecht (4 personen):
1/2 pond macaroni. 2 a.L. melk, boter en
bloem. 1 blikje tomatenpuree, 1 uitje, 1/2 ons
geraspte kaas, peper, zout.
Breek de macaroni in groote stukken, zet ze
op met ruim kokend water en zout, laat ze op
een zacht vuur gaar worden (20 minuten),
breng ze over op een vergiet en overspoel ze
met koud water om samenkleven te voorko
men. Fruit het uitje in de boter lichtgeel,
voeg de bloem erbij, wat zout. peper en de to
matenpuree. Laat deze zeer dikke saus even
doorkoken en voeg ze bij de macaroni met de
melk; laat ze enkele minuten stoven en pre
senteer de macaroni met een schaaltje met
geraspte kaas.
Rijsttaart: l L. melk, 2 ons rijst, 2 a 3 eieren,
11 2 ons suiker, 1 ons boter, zout, wat vanille
of citroenschil. 1/2 ons amandelen (of 1 ons
natte gember, in stukjes gesneden).
Laat op een zacht vuur de gewasschen rijst
in de kokende melk met wat zout en de vanilie
of het citroenschilletje gaar koken; laat ze
daarna bekoelen: Roer de boter met de sui
ker zalfachtig, voeg éen voor éen de eidooiers
ONS WEKELIJKSCH
KNIPPATROON.
De blouse staat in het middelpunt der be
langstelling. Ook onze lezeressen zullen niet
graag zoo'n charmant dingetje uit hun garde
robe willen missen.
De beide hier afgebeelde blouses zijn bij
zonder mooie modelletjes voor den namiddag.
Het eene met pofmouwtjes is bedoeld voor de
warme dagen, terwijl het andere op koelere
middagen gedragen kan worden.
No. 159: deze blouse is gedacht van ge
bloemde crêpe de Chine of een andere soe
pele zij.
Heel modern is: de mouw met de ingeslikte
plooitjes, het schootje over den rok en de
doorgehaalde jabot.
Benoodigd materiaal: 1.90 M. van 100 c.M.
breedte.
No. 160: beeldige blouse van effen crêpe de
Chine of georgette.
Deze blouse zal bijzonder aardig zijn als ze
in een zachte pasteltint gekozen wordt. Grap
pig is de garneering van plooitjes, op den
schouder, en in de blouse.
Benoodigd: 2 Meter van 100 c.M. breed.
Beide patronen zijn tegen den prijs van 0.35
ets per stuk, te verkrijgen bij de ,.Afd. Knip
patronen" van de Uitgeversmaatschappij ..De
Mijlpaal" te Amsterdam, postbox 175. Het be
drag kan worden voldaan per postwissel, in
postzegels of wel per postgiro 41G32.
De lezeressen worden vriendelijk verzocht,
bij bestelling niet alleen 't nummer van het
patroon; maar ook de verlangde maat (borst-,
heup- en taillewijdte) op te gever-
Gelieve verder naam en adres duidelijk te
vermelden men voorkomt daardoor vertra
ging in de toezending.
toe, daarna de koude rijstebrij, de gemalen
amandelen of de gember en eindelijk he: stijf
geslagen eiwit. Dce het deeg in een met boter
besmeerde en met paneermeel bestrooide
springvorm en bak de taart in een matig war
me oven ongeveer l'/2 uur; neem hem na be
koeling uit den vorm en bestuif hem met ge
zeefde poedersuiker.
WEET U DAT
zilveren bestek bewaard moet wor
den in donker papier of stanniol? Daarmee
voorkomt men het zwart worden.
kastsloten beter werken, als u zc re
gelmatig vochtig houdt met machine-olie of
petroleum?
U gemakkelijk de vlschlucht van Uw
couverts kunt krijger., als U ze met kolen-
asch afwrijft en daarna in sodawater na
spoelt?
We hebben weer gestemd, mannen é.l
vrouwen. We hebben gebruik gemaakt van
een recht, dat wij moeizaam verkregen heb
ben.
Denken wij er nog wel eens aan hóe moei
zaam wc het verkregen hebben? Wij accep
teeren het maar en dat velen van ons het
niet weten te waardeeren is mij weer eens
bij deze verkiezingen gebleken.
Er zijn taüooze vrouwen die het niet schelen
kan op wie ze stemmen, die verklaren „niet
aan politiek te doen". Alsof de politiek, vooral
in den Legenwoordigen tijd, buiten het leven
staat!
Ondervinden wij niet dagelijks de gevol
gen van wat er in de wereld omgaat? Heeft
de vrouw niet even zeer te lijden onder de
crisis als de man? Merkt zij het niet het
eerst als de prijs van de levensmiddelen
stijgt, als de man minder verdient of zijn
steun verlaagd wordt?
Wat doet de vrouw in zulke gevallen? Ze
moppert, ze scheldt misschien op de re
geering, maar van de oorzaak der gebeur
tenissen van de noodzakelijkheid of willekeur
der maatregelen weet zij niet. Zij scheldt op
ae regeering, maar of een andere regeering
het, misschien beter zou doen en wat voor
een regeering dat dan zou moeten zijn, daar
kan ze u niet over inlichten.
„We doen niet aan politiek, laat de man
nen het maar opknappen". Maar als er straks
oorlog komt, zullen we dan ook zoo kalm zeg
gen, dat mannen het maar op moeten knap
pen, mannen, die echtgenooten, vaders, zo
nen en broers zijn? En denken we soms dat
een moderne oorlog ons vrouwen zal sparen?
Een moderne oorlog wordt niet meer op de
slagvelden uitgestreden, een luchtvloot kan
in enkele uren heele landstreken uitmoor
den.
Wat konden wij voel doen, wij vrouwen
met ons stemrecht! Wij vormen zoo'n groote
meerderheid. Maar het zijn maar enkelen
onder de vrouwen die dat beseffen, de mees
ten vragen raad aan de mannen, stemmen
blanco of „zoo maar iemand".
Dat raad vragen aan de mannen is heel
vleiend voor hen cn natuurlijk beter dan in
het wilde weg maar iemand kiezen. Maar
op deze manier krijgen we nooit een vrouwe
lijk element in de regeering. En het is toch
zeker geen dwaasheid zoo'n element te ver
langen nu de meerderheid van het volk uit
vrouwen bestaat!
Waarom elschten de vrouwen indertijd het
vrouwenkiesrecht? Om voor hun rechten op
te kunnen komen. En ze hebben hun rech
ten verkregen. Toen ze die rechten een
maal hadden, zijn ze weer lichtelijk inge
dut. Het strijden voor de rechten der vrouw
geldt in onzen tijd eigenlijk zoo'n beetje
voor onvrouwelijk. We kijken minachtend
neer op de „blauwkousen" van vroeger, wij
roepen niet meer, dat wij gelijk willen zijn
aan den man, wij willen weer graag er
kennen dat 't zijn speciale charme heeft om
vrouw te zijn. Maar terwijl wij dat erkennen
gaan wij door met van onze nieuwe rechten
te profiteeren als van iets dat van zelf
spreekt.
Wij werken op kantoor, in een winkel, op
een school, wij ontvangen daarvoor een sa
laris dat afhankelijk is van onze capaciteiten
en niet van onze sexc. Wij studeeren. wij
verrichten het werk waarnaar onze belang
stelling uitgaat. Wij denken er geen oogen
blik aan dat eens de vrouw als een minder
waardig wezen werd beschouwd, dat men
zelfs wel eens heeft willen bewijzen dat een
vrouw geen mensch Is.
En toch zou het wel goed zijn als we er
eens aan dachten. Want als we niet goed
opletten verliezen we vandaag of morgen de
rechten weer, die we nu zoo kalm aanvaar
den. In naburige landen is men al doende
de vrouw terug te dringen naar het huisge
zin. Voor de huisvrouw klinkt dat nu niet
zoo erg. maar ste! u eens voor, dat ge uit
financicele noodzaak voor uw gezin zoudt
moeten werken en het werd u onmogelijk
gemaakt omdat er voor vrouwen geen plaats
meer is in de maatschappij? En de duizen-
cie zelfstandige vrouwen die geluk en be
vrediging in hun werk vinden, zullen die
dan weer afhankelijk moeten worden, ergens
een huishoudentje beredderen voor een "oom
of tante, weer terug gaan naar de dagen
van de beklagenswaardige „oude vrijster?"
Vrouwen, kijkt eens om u heen! Er dreigt
gevaar. Direct gevaar voor u, vele gevaren
waaronder het oorlogsgevaar! voor u en
voor de uwen. voor de wereld. Bereid: u voor
om bij de volgende verkiezingen beslagen
ten ijs te komen.
Gc hebt daar nu ruimschoots den tijd
voor.
BEP OTTEN,