De Mysterieuse Apache. Dr. H. Colijn bespreekt de mogelijkheid tot verdaging Econ. Wereldconferentie. BESPREKINGEN hi Het GeoIogiscH Museum 6c Londen betreffende de mogelijkheid van Het verdagen dee Economische Wereldconferentie. V.I.n.r.Dr. H. Colijn, de Nederlandschc minister-president, Jung (Italië)Le Breton (Argentinië) en Bonnet (Frankrijk). EEN DER GROOTSTE ATTRACTIES van den Londenschen dierentuin is wel de chimpanse- familie. Vooral wanneer het gezelschap aan tehet tafelen" is, bereikt de belangstelling haar hoogtepunt. DE OOSTENRIJKSCHE REGEERING heeft den spoorwegaan- lagplcger Matuschka uitgeleverd aan de Hongaarschc overheid. Matuschka aan dc Hongaarschc grens. LONDENSCHE MARKTKOOPLIEDEN en straatventers hebben in schilderachtig costuum een grooten optocht door het Regcnta Park gehouden. KERSENPLUK IN BELGIË. - In dc provincie Brabant is de kersenpluk in vollen gang; typisch zijn vooral de korven waarin de kersen vergaard worden. FEUILLETON ROMAN UIT DE PARIJSCHE ONDERWERELD DOOR H. LUCAS. (Geautoriseerde vertaling van H. Houben.) 8) „Monsieur Le Roy zei ze met een lichtelijk verbaasd en geamuseerd lachje. Een oogenblik was de straat, de wachtende taxi, zelfs deze keurig uitziende man in conventioneel morgentoilet verdwenen, zij was weer terug in de opwindende cirkelin gen van den dans in den vorigen nacht. „Mademoiselle vindt het een beetje onaan genaam", ging de stem voort. Toen sprak 1' Etranger Rouge vlug door, met zijn rug naar de bloemenverkoopster, terwijl hij keek naar de taxi, waarin Julia Lawson zat, die niets vermoedend, een anderen kant op keek Wilde Mademoiselle hem niet toestaan haar andere van zulke belangrijke plaatsen en dingen te toonen, zooals zij vannacht had gezien, maar, natuurlijk zonder zulke on aangename gebeurtenissen als haar van nacht zoo van streek hadden gebracht? „Neen, neen, neen", lachte Cornelia, bij komend van haar verrassing. ..mijn vrien den zouden niets meer van zulke avonturen willen hooren", en, nadat zij haastig de vrouw betaald had, ging zij terug naar de wachtende taxi. „Mevrouw Lawson begon TEtranger Rouge, maar Cornelia, even verbaasd dat hij haar naam wist, onderbrak hem: „Mijn chaperonne 't laatst van allemaal'', zei ze glimlachend. „Mag ik me voorstellen. Mademoiselle", zei hij met een kleine, stijve buiging, toen streek hij met een plotselingen uitroep van ongeduld zijn hand over zijn voorhoofd. ..Mademoiselle", ging hij haastig voort en zijn oogen schitterden van plotselinge on deugendheid. „Als u niet bang van mij bent Cornelia rekte zich uit en trok haar wenk brauwen vragend op. „Zoo niet", ging hij onmiddellijk ernstig door, „dan heb ik u een klein genoegen aan te bieden. Een grijze auto zal iederen avond buiten bij uw hotel op u wachten; 't' gezicht van den chauf feur is vol litteekens, maar hij is geheel en al te vertrouwen. Hij kan iederen avond komen en u ergens brengen, waar ik op u wacht om u interessante plaatsen te toonen, vreemde, schilderachtige, ontoe gankelijke plaatsen, zooveel en zoo weinig als u zelf wilt maar mevrouw Lawson wacht u", en met een diepe buiging wendde hij zich af en liet haar alleen staan om deze eigenaardige uitnoodiging te verwerken. „Mevrouw Lawson wacht en dat is alles, wat ik voor 't oogenblik kan begrijpen", dacht Cornelia, terwijl zij, lichtelijk verbij sterd, zich terug haastte naar de taxi. „Wat een prachtige rozen", zei Julia zacht, toen Cornelia met haar bloemen in de auto stapte. „Maar je ziet er verhit en moe uit, lieveling als je thuis komt moet je een beetje gaan rusten" en Julia zelf leunde met gesloten oogen achterover. Terug in het hotel, haastte Cornelia zich naar haar kamer en stond rechtop in ge dachten voor het open raam. „Waarom zou ze niet", vroeg zij zich af. „Wat kon het de andere schelen, als ze een uurtje uitging om zich wat te vermaken". Zij keerde zich naar de toillettafel en haar oog viel op haar's vaders portret in ae zilveren lijst. Natuur lijk zou hij woedend zyn, als hij haar af wezigheid ontdekte, maar er waren hoopen dingen, die zij hem niet vertelde, zelfs thuis niet. en met een ietwat verhoogde kleur ging zij langzaam naar beneden voor de lunch. Dien avond om half elf, toen het viertal op Cornelia's verlangen van vroeg naar bed gaan (wel tot aller verwondering) zich in hun kamers hadden teruggetrokken, zat Cornelia op den rand van haar bed, een eindje verder, links van de hoteldeuren. Of schoon Cornelia eenige minuten besluiteloos met haar rug naar de ramen had gestaan, deed zij nu gauw een donkeren mantel aan en wond een sjaal om haar hoofd Met klop pend hart opende zij de deur, ging snel de trappen af door de bijna verlaten hal', en de straat op Voor het hotelstonden verschillende auto's te wachten, maar spoedig koos zij uit het donker een grijzen tweepersoonswagen, waarvan de chauffeur een met litteekens bedekt gezicht ophief om de rondschuiven- de menigte te overzien. Toen zij naderde, leunde de chauffeur voorover, keek haar strak aan en deed dan met een handige be weging het portier wijd open. „Stapt u maar in, Mademoiselle", noodigde hij. Met snelkloppcnd hart stapte Cornelia in en een oogenblik later suisde zij weg. Door een net van straten vloog de auto, tot zij eindelijk stil stond voor een half verlicht café. In de deuropening stond een slanke figuur met een breedgeranden hoed. Bij het knarsen van de remmen kwam de man vlug naar het portier van de auto om deze te openen. „Welkom. Mademoiselle", zei hij zacht. Cornelia keek schuw, doch vastberaden in het gezicht van l*Etranger Rouge. „Hier ben ik", lachte ze, terwijl hij haar hielp uitstappen. In de deur bleef hij staan. „Hier komen mijn vrienden bijeen om zaken te verhande len. Misschien interessen het u, ze te zien", zeide hij. Cornelia volgde hem. ze hoorde nu het ge klots van water en bemerkte den onmis- kenbaren reuk van een rivier, wat haar be wees, dat ze° ergens bij de Seine moest zijn. Door de eerste kamc-, die geheel ver laten was, behalve, dat er een gapende neger over de toonbank hing, volgde zij haar gids. Haar nieuwsgierigheid overwon bijna den geheimen angst, die zich toch van haar had meester gemaakt. Zij gingen door een gang en kwamen zoo in een binnenkamer met de gewone houten tafels en stoelen waar zich een menigte van dezelfde mannen en vrouwen verdrong, als ze den vorigen nacht- gezien had, juist zoo gekleed, 't zelfde in oppervlakkig voorkomen en toch ook weer zoo geheel anders. In „La Maison Diable" kwamen ze voor hun genoegen, hier in de. „Waterrat"; was het duidelijk te zien, dat zij kwamen voor zaken, moeilijke, dringende zaken Van alle kanten werden de hoofden opgelicht bij hun binnenkomst en glommen vijandige oogen in achterdochtige gezich ten, doch toen zij 1' EU-anger Rouge zagen, gingen zij weer aan hun verschillende bezig heden, niets meer dan voorbijgaande nieuws gierigheid toonende. L*Et ranger Rouge noodigde Cornelia te gaan zitten. Een slanke gespierde vrouw de vrijmoedige, onver schrokken oogen op Cornelia gericht, trad vervolgens op hen toe. „Wijn, Martha", beval hij. „wijn voor Le Roi" en" zijn oogen rustten op het meisje naast hem ..zijn vriendin'. Toen de wijn gebracht en de flesch ont kurkt was, begon TEtranger te sprei.en. .Mademoiselle", zeide hij. vaag door de kamer kijkend, „laat mij u iets vertellen van deze vreemde vrienden van mij. Ik ver zeker u. dat ik u vannacht laat zien, wat geen gids in Parijs u kan toonen. Den vori gen nacht zag u de apachen dansen van nacht zult u ze aan 't werk zien en in alle bei zijn ze natuurlijk". Cornelia keek langzaam rond, terwijl hij korte Levensbeschrijvingen van enkelen gaf. die hij uitpikte. De mannen en meisjes zaten in groepjes van twee of drie en allen schenen zij verdiept in wat zij deden. Twee apachen, jonge, lenige kerels, waren bezig een plan op te maken. Voor een ander paar lag een hoopje juweelen, dat zij plechtig verdeelden. Maar op één man, wiens eerste jeugd reeds voorbij was, zijn grimmig mager gelaat misvormd door een litteeken, dat van zijn oog tot zijn kin liep, bleven Cornelia's oogen 't langst rusten. Hij zat alleen en al zijn aandacht was in beslag genomen door een soort harnas, waarop hij heel dicht bij elkaar dunne, scherpe nageltjes naaide. Cornelia keek vragend naar haar geleider. L'Elranger Rouge fronste de wenkbrauwen en zijn oogen schoten vuur. „Hij hoort niet tot de mijnen ik ver bied dat", zeide hij. „Maar wat doet hij?" vroeg Cornelia. Hij heeft twee vijanden, zijn leeftijd cocaïne. Die twee samen maken het hem soms moeilijk aan dc politie te ontkomen, daarom maakt hij het harnas, dat u ziet, zoodat. wanneer iemand een hand op hem legt, hij deze snel terugtrekt". Cornelia sidderde. „Dit leven is ruw, Mademoiselle", fluister de TEtranger Rouge, „zij vragen niet wat zij graag hebben, mijn vrienden hier, z\J nemen het" Cornelia staarde peinzend rond; toen be merkte zij met schrik dat er al een uur voorbij was. „Ik moet terug gaan", zei ze snel. ..De auto staat tot uw dienst", antwoord de 1 "Etranger Rouge, opspringend. Hij bracht haar door een kleine zijdeur onmiddellijk naar de wachtende auto. Hij wenschte haar goeden nacht, terwijl hij zich over haar hand boog. i Wordt vervofedfc.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 5