BIOSCOOP.
Radiomuziek der week.
INDRUKKEN.UIT PARIJS.
PU ROL
POEDER
ZATERDAG 8 JULI 1933
HAARLEM'S DAGBLAD
13
REMBRANDT-THEATER.
Hans Albers in Rauschgift
(Verdoovende middelen).
Hans Albers-,
Der Draufganger gaat er weer op los van
de week! Of hij hem van katoen geeft! En
evenals bij vorige gelegenheden heeft hij ook
ditmaal weer alle reden tot een krachtdadig
optreden. Zijn nobele hart, als een echte
stoere planter houdt hij van zijn moeder en
van zijn zusje, naar wie hij vijf jaar verlangd
heeft zijn nobele hart moet wel een schok
krijgen bij de ervaring, dat er van dat zusje
•niets dan een hoopje ellende is overgebleven.
En de reactie op een dergelijke schok bij Hans
Albers kent men. Dat loopt uit op een con
centratie van peezen en zenuwen, welke als
een onweerswolk in de hondsdagen op ont
lading wachten. En die ontlading is gewel
diger dan die van het hemelvuur. Wee de
stoel, welke Hans Albers bij dergelijke gele
genheden in handen valt, wee de tralies van
het venster, welke zijn vingers omknellen,
wee de paneelen en ruggen en buiken waar
tegen zijn voet trapt en de hoofden waarop
zijn vuist beukt! .Wie Hans Albers' nobel ge
moed van streek heeft gemaakt, is een kind
des doods.De eer mag hij meenemen ha 't graf,
want ook in zijn wraak blijft der Draufganger
ten slotte een goedige lobbes zijn slacht
offer gunt hij zelfmoord, als het in elk geval
maar van deze aarde verdwijnt.
„Wat zou jij doen", vraagt hij aan den ge
bochelden Peter Lorre, als het leven van je
zuster voorgoed bedorven was door een ploert
en je ontmoette dien ploert in denzelfden
trein?"
„Overhoop steken natuurlijk!" antwoordt
de gebochelde. En hij voegt er met zijn on
veranderlijk masker aan toe:
„Alleen zou ik zorgen, dat ik niet den ver
keerde. te pakken kreeg".
Hans Albers, alias Heini Giidemeister, heeft
gelijk vanzelf spreekt, tot de ontknoophig
van;het drama telkens den verkeerde te pak
ken. Als dit niet het geval was. zou de film
niet zoo spannend zijn. En spannend is ze
en goed gecomponeerd ook in haar genre. De
avond is om voordat men het weet. Men
krijgt het er koud van, en dat is op zichzelf
reeds iets waard tijdens een warme week.
Voor de koude-rillingen zorgt niet uitslui
tend Hans Albers. Deze is toch eigenlijk een
•te joviale vent om in een sensatie-verhaal
dienst te doen. Hij houdt zijn goed humeur
onder de hachelijkste situaties. En men weet
toch vooraf, dat hij het er goed afbrengt.
Alsof Hans Albers verdrinken kon als hij van
een mailboot over boord springt om een jon
getje te redden! Alsof hij van een trap kon
vallen of door een luik naar beneden kon
worden gesmeten, zoodat hij „knock out" zou
zijn! Voordat zijn belagers tot tien hebben
geteld, staat hij immers alweer vroolijk op
beide beenen en zijn guitige oogen loeren
reeds rond, waar hij de volgende opdoffer
kan plaatsen
Neen niet Hans Albers brengt tenslotte de
spanning, want men weet, dat zijn goede ge
sternte hem toch altijd weer beschermt en
dat hij als Draufganger verplicht is, de ronde
te winnen. Maar Lorre, Peter Lorre, met zijn
onverstoorbaar valsch gezicht, en dan nog
met een scheeven gebochelden schouder-, dat
is de man voor de koude rillingen. Peter
Lorre heeft eigenlijk ook een veel beter film-
gezicht dan Hans Albers, die het ook met de
lens niet zoo bijster zwaarwichtig opneemt.
Bij slot van rekening is in dit drama Peter
Lorre toch misschien eigenlijk de man. Hij
is op zijn manier ook een Draufganger; de
politie noch de recherche noch de rechter
doet hem iets. Ze moeten hem allen weer
loslaten en hun verontschuldiging aanbieden,
ofschoon ze weten-, dat hij de gemeenste
schurk is. Maar hij is hun allen nu eenmaal
te glad met zijn gladde kruin en zijn gladde
oogen als knikkers. Zijn baby-gezicht ver
toont nauwelijks een rimpeltje, maar dit
rimpeltje is dan ook zóó welsprekend, dat
men er kouder van wórdt dan van al Hans
Albers' gebaren.
Dat ééne onmerkbare rimpeltje doet het
hem telkens; daar kan geen detective, maar
ook geen bioscoopbezoeker tegen Dat is, wat
men noemt: groot spel!
In het voorprogram vraagt Po'ygoon de
aandacht voor de opening van het Biovacan-
tie-oord en voor het bezoek van Balbo met
zijn eskader. Betty Boop beleeft de gevaren
van een particulier secretaresse en Miss Ha
ring en haar beide boys doen ons versteld
staan van hun reuzezwaaien aan het rek.
H. G. CANNEGIETER
LUXOR THEATER.
De Spin met Edmund Lowe en De
zwarte Kameel met Warner Oland.
Een volle theaterzaalop het tooneel
een toovenaar en een gedachtenlezerde
toovenaar daalt af naar de zaalwat heb
ik hie plotseling gaat het licht uit....
een se. .1 een-gilals het licht opgaat,
ligi e toeschouwer ontzield ter aarde....
politieniemand mag de zaal verlaten.
de moordenaar bevindt zich onder de toe
schouwersonder het bewustelooze
lichaam van den helderziende op het tooneel
ligt de revolver, waarmee de moord ge
schiedde.... de toovenaar zal den dader ont
maskeren gedurende een nieuwe séance
achter elke pilaar en in eiken hoek een ge
wapend agentop het tooneel slechts
zichtbaar de bleeke gezichten van den toove
naar en zijn helper. op een bord schrijft
de helderziende den naam van den dader
neen..,, weer een schot.... het bord is
stukgeschotenopnieuw een poging
de dader bevindt zich waar?nogmaals
een schotde toovenaar is getroffen....
de dader wordt door de politie gearresteerd..
De heele film: De Spin speelt zich af in net
theater, maar de regisseurs hebben gewerkt
in deze beperkte plaats van handeling met
een raffinement, dat de film buitengewoon
spannend maakt. Met is geboeid van het be
gin tot het einde. Er zit een geweldige sfeer
van geheimzinnigheid in. die nergens wordt
losgelaten, zelfs niet in de komische gedeel
ten. Gij zit doodstil, als de toovenaar den
helderziende in
slaap brengt en hem
den naam van den
dader wil laten zeg
gen. Een rilling
strijkt langs u, als
op het geheel donke
re tooneel een witte
hand den naam op
het bord wil schrij
ven. In spanning be
kijkt ge de gezichten
van de toeschouwers,
F| die in het half don-
i§ ker aan u voorbij-
trekken, en ge mom
pelt: dat is de man,
nee. die.
Werkelijk voor
liefhebbers van sen
satie, van griezélën en geheimzinnigheid is
De Spin een bizonder genoegen. Edmund
Lowe geeft een volmaakte vertolking van den
toovenaar, mysterieus en voortvarend. Lois
Moran is een lieftallige jongedame, terwijl El
Brendel voor de komische noot .zorgt. Ver
melding verdient de naam van den schrijver
der geschiedenis, die iets goeds en iets span
nends waarborgt: Edgar Wallace.
De groote film voor de pauze heet De
Zwarte Kameel maar voor hem. die van
deze film daardoor een woestijndrama ver
wacht, zij gezegd, dat er niet één kameel in
voorkomt. De Zwarte Kameel is de'.Dood, die
in deze film eenige malen zijn luguber werk
doet, de eene keer met een revolver, .en dan
met een dolk. En ook deze beide moorden zijn
onder geheimzinnige omstandigheden ge
schied, zoodat de bekende Chineesche speur
der, Charlie Chan veel moeite heeft de ware
toedracht der zaak op te lossen. Maar het
lukt hem. Ook deze film zit vol geheimzinnig
heden en ook hier treedt een helderziende op.
Het schoone eiland Honolulu vormt de entou
rage, van deze in haar soort eveneens uitste
kende rolprent. Warner Oland is Charlie
Chan en Sally Exlex's we herhalen wat we
hierboven schreven is een lieftallige jonge-
dame.
Behalve eën aardig filmpje over visch-.
vangst is er nog het weeknieuws van Orion.
Profilti, dat o.a. het jubileum van den A.N.
W.B. vertoont eix Balbo's aankomst en ver
trek op en van Schellingwoude.
Edvumd Loioe.
CINEMA-PALACE.
Watt en Half Watt als blinde
passagiers.
Een film met Watt en Half Watt belooft
altijd een vertooning van de ingewikkeldste
en ïxieest verwarde situaties, die Watt en Half
Watt, in weerwil van hun onnoozelheid. zij
het langs ontelbare onverwachte zijwegen,
steeds weer gunstig weten op te lossen. De
combinatie van die twee zoo ongelijke figu
ren mist nooit zijn komisch effect op het
publiek. Dat ook in deze film Watt en Half
Watt zich van alle mogelijke soorten van zich
verplaatseix, bedieneix en dat wel op de hun
eigen wijze, zal niemand verwonderen, die op
de hoogte is van de speeltx-axxt van deze
heeren, evenmin, dat ze met alle regelen van
het verkeer spotten en alles wat hun in den
weg komt maar mir nichts. dir nichls over
rijden. zonder er. eenige notitie van te ne
men. Als zij zich eenmaal een doel hebben
gesteld, dan geldt xxiets meer voor hexx. dan
dat eene, letterlijk en figuxxrlijk gooiexi zij
alles omver, wat zioh tusschen hen en het
bereiken van hun doel stelt, en het moet
gezegd, zij slagen altijd, ongeacht, het aan
tal slachtoffers, dat hun manier van werken
oplevert.
Een Watt-film laat zich over het algemeen
niet vertellen, die moet men zien. De naam
van deze twee Dexxen nxoet al voldocxxde
klank hebben om de filmliefhebbers naar
het theater te lokkexx. Natxxurlijk is de nei
ging van de menschen bij dit voor ons zoo
ongewone heerlijke zomex-weer bij avond
meer naar bosch en zee daix naar bioscoop,
maar toch zou het jammer zijn. wanneer
niet heel velen om de twee ..blinde passa-
giex-exx" zoudexx gnuiven en schateren.
Polygoon brengt o.a. de landing van Balbo
op Schellingwoude, zelfs het ongelukkige ver
ongelukte vliegtuig, daarna de vroclijk
lachende, geaixinxeerd klinkende Balbo. net of
er geen hoopvol jong menschenleven zoo even
onverbiddelijk is afgesneden.
Nummer vier van het programxxxa geeft
een klucht in drie acten met Szöke Szokall,
„Strijkkwartet". Natuurlijk weer een aller
dwaast ding, waarbij men zich uitbundig
vermaakt.
De Italiaansche tenor van het Dajos Bela-
orkest Guiseppe Muratti zingt een drietal
liedex^en, die zeer in den smaak van het pu
bliek vielexx, getuige het hartelijk applaus.
VROUWEN IN POSITtt: moeten trachten
indien zolast .hebben vaiï moeilijken stoelgang,
daaraan een eind te maken, door het gebruik
van het natuurlijke „Franz- Josef'-bitterwater.
(Adv. lngez. Med.)
EEN VOORBESPREKING
door KAREL DE JONC.
Het eerste wat bij het doorkijken van de
nieuwe programma's mijn aandach: trok, was
een portret van Josef Penxbaur. den pianist
met de groote witte flapdas en de lange ma
nen. den ..geweldenaar die het eeixe oogen-
blik doet alsof het klavier een aambeeld is en
zijn beide handen twee voorhamers, het an
dere oogenblik alsof de toetsen rozen zijn.
waarvan hij den lieflijken geur wil opsnui
ven onoei-wijl dat zijn vingers de teere bloem
blaadjes streelen. Men nxoet dat zelf gezien
hebben om het naar waarde te schatten exx
vooral onx te beseffen hoe vreeselijk moeilijk
zelfs de eenvoudigste figuur of passage lijk:
ais Pembaur ze uitvoert.
Jammer genoeg brengt de radio dat zicht
bare moois vooralsnog niet over en kan de
bezitter van een ontvangapparaat vaix Pem-
baur's spel alleen het hoorbare deel genieten,
temxxinste als hij niet Zondag het. concert in
het Concertgebouw zelf bijwoont. Wat zal hij
dus te hooren krijgen? Wel, ik heb Penxbaur
tweemaal met orkest hooren spelen: de eene
maal had hij het 2de Concert van Brahxxxs op
het prcgraxxima laten zetten, xxxaar speelde hij
het 2de Concert van Liszt. naar het heette
omdat de orkestpartijen van Brahms niet xij-
dig meegekomen waren: de andere xxxaal speel
de hijhet 2de Concert van Liszt. ditmaal
zonder voorafgegane aankondiging van iets
anders. En dus wedde ik. volgens de regels
der waarschijnlijkheidsleer mijn kansen wik
kende. dat hij ons nu het 2e Concert van
Liszt zou laten hooren.Ik heb mijn wedden-
denschap glansrijk gewonixen. Het is Liszt.
het was Liszt en het zal wel Liszt- blijven. Hij
speelt dit werk dan ook zóó als niemand an
ders bij mijn weten het doet. Bij een gewoon
mensch. en ook volgens de opvattingen van
een buitengewoon mensch als Ferruccio Bu-
soni. die wel eenige autoritèit als Lisztspeler
bezat, neemt dit concert een speeltijd van on
geveer 20 minuten in beslag: Pembaur echter
bleek, zooals ik destijds gecontroleerd heb, in
staat te zijn ons er precies anderhalf maal
zoo lang mee bezig te houden en desondanks
den indruk te wekken dat alles extra moei
lijk was. Dit is natuurlijk zijn zaak. maar ik
vermoed dat qls een onzer landgenooten zou
probeeren om altijd en ovex-al met hetzelfde
voor den dag te komen, hij gauw voorgoed ge
daan zou k!\ijgen. Gelukkig hebben de Hol-
landsche pianisten een rijker repertoire.
In een vorig overzicht schreef ik eeix en
ander omtrent den bouw van Liszt's 1ste con
cert in Es. Ook het tweede vormt een door-
loopexad geheel dat uit vier thema's ontwik
keld is. maar het bouwplan is eenigszins an
ders dan dat van het eerste. Mexx kan er dui
delijk een inleiding, een langzaam gedeelte
en een finale in ondei'scheiden. De inleiding
bestaat uit 4 onderdeelen, die elk een der vier
thema's bevatten; 1, Adagio sostenuto A. gr.
t. 3/4, 2. Hetzelfde Tempo d kl. t. 3/4. 3. Alle
gro agitato b. kl. t. 6 8 (een springend motief).
4. Un poco piü mosso b. kl. t. 6 8. Dan klinkt
even. als improviseerend een fragment van 1.
onnxiddelijk gevolgd door een omzetting van
4 in xnajeur 4 4. die het tweede hoofdgedeelte
inleidt, waarbij wel Allegro moderato staat,
ïxxaar dat. toch het, karakter van een lang
zaam deel di'aagt. Even later treedt nog een
vijfde thema op. Een cadens van het "kla
vier leidt dan naar het Allegro decisodes gr. t
4 4. dat den overgang naar de finale voorstelt,
die evenwel pas definitief begint zoodra met
't Allegro marzialft de hoofdtoonsoox't d. gr. t.
De Muzelmannen en hun Moskee.
Toegangspoort tot het gebouwen complex van de moskee te Parijs.
In Parijs is een Muzelman geen bizoxxder-
heïd. De Fransche koloniën oixivatten een
talrijke bevolking, die den profeet Moham
med vei'eert. Voox'al sinds dexx oorlog zijn de
gekleux-de soldaten ook in Frankrijk zelx' bij
na evexx gewexxd geraakt als in het land van
hun oorsprong. De fez is een hoofddeksel,
even populair als de kepi.
En gelijk hier te lande uit den Oost veel
Indische jongelieden studeeren, verblijven te
Parijs tal van Marokkanen, Tunesiërs, Sene-
galeezexx. Algerijnen en andere inwoners uit
de Afrikaansche gebieden om aan de ver
schillende instellingen van onderwijs zich
voor een levenstaak te bekwamen.
Behalve deze soldaten en studenten herbergt
de wereldstad nog een heirleger van handel
drijvende Turken. Men ontmoet ze in aller
lei branches, in eerste klas zaken zoowel als
in den straathandel, waar ze behalve de be
kende Perzische tapijten ook Oostersche lek
kernijen eix pinda's venten. De venters met
„cacahuettes'' zijn het pexxdant van onze
Pindamannetjes; alleen hebben ze hun na
tionale dracht behouden en loopen ze niet
met zoon mooie broodtronxixiel. Zij zitten als
slangenbezweerders bij hun nxudzak van jute
op het trottoir, en doen af en toe met hun
bruine hand uit hun voorraad een greep om
daarmee klanten te lokken.
Al deze vereerders van Allah, die in Parijs
zoo omstreeks 5000 aanhangers heeft, hebben
nu ook hun gemeenschappelijk centrum ge
kregen. Ligt de Russische kerk in de aristo
cratische wijk van het noorden, de Musel-
mansche moskee is in de oudste en armste
volksbuurt van het zuiden gelegen. Dit was
de aangewezen plaats, want meer dan 3000
Mohammedanen hebben hun verblijf in dit
havelooze kwartier..
Des te grooter-is. de verrassing, wanneer
men in deze achterbuurt, waar men geen
luister verwacht, plotseling komt te staaix
voor de monumentale blankheid van de mos
kee. De voorbereidende tocht is geheel in stijl
nxet het kaï-akter van het bezoek. Moet nxen
eerst niet de oxxherbergzame, vale woestijn
doorkruisen oixx plotseling ovei'rompeld te
worden door de pracht van een tooverpaleis
uit de Duizend-en-één-Nacht?
De xnoskee te Parijs is geen nieuwtje meer.
Toch zijn er nog tal van overigens op alles
bedachte toeristen, die dit merkwaardige
plekje verwaarloozen. Het is nu alweer elf
jaar geledexx, dat de oriëxxtatie van het ge
wijde gebouw op plechtige wijze geschiedde.
De Moslims danken dit ïxxiddelpunt voor hun
godsdienstig levexi hoofdzakelijk aan het
initiatief van den op alle gebied onvermoeid
werkzamen Herriot, die met andere invloed
rijke personen een stichting in het leven
heeft geroepen om hen aan een bedehuis te
helpen
Zélf hebben de Moslims. de Turken al
thans niet bijster veel initiatief, en geld
hebben ze xiog minder. Het was eexx Fransch
architect. Eustache. die het gebouw naar de
moskee van Fez kopieerde. De regeering van
Frankrijk en die van Marokko steunden met
crediet exx subsidies, de gemeeixteraad van
Parijs stond het terrein gratis af. Maar nadat
alles eenmaal voltooid was, lieten ze de rest
aaxx de Moslims zelf over. Het zijn louter Tur
ken, die het gebouwencomplex bewonen en
beheeren. Men beschikt er over een iman,
een mufti en over muezzin, die op de daartoe
bestemde uren met de bekende formule het
gebed aankondigen.
Telkexx Vrijdag heeft er eexx godsdienst
oefening plaats, maar deze is uitsluitend voor
de geloovigen. Als men zelf geen Mohamme
daan is, zal het niet gelukken, er toegang te
krijgen. Al wordt het voor den deurwachter
wel moeilijker, geloovigen van ongeloovigen
te onderscheiden, daar de huidskleur geen
kenteeken meer is. Want onder de Europee-
sche Parijzenaars komt het Mohammedanis
me steeds meer in trek.
De moskee met omgeving is dan ook wel
een aanlokkelijk propaganda-middel. Wie in
dc oude Rue Geoffroy-Saint-Hilrüre recht
tegenover den muur, welke de Jardin des
Plantes omgeeft, net witte gebouwencomplex
aanschouwt, beseft reeds vooruit, dat hij
daarin een vreemde, geheimzinnige wereld
zal binnentreden. De sfeer van de Arabische
vertellingen belichaamt zich in dit stukje
Moorsche ai'chitectuur.
Behalve op Vrijdag kan men eiken middag
het bedehuis bezichtigen onder geleide van
Turksche tempelwachters, die helaas tezeer
aan het gebrek van hun ras. de spreek
woordelijke gemakzucht lijden om een be-
hoorlijkexx uitleg te geven van al do bewon
derenswaardigheden, welke dit interieur be
vat. Men moet over eenige fantasie beschik
ken. om zich deze bontgekleurde en toch zoo
voornaam en harmonisch aandoende ruimte
voor te stellen, bevolkt met een naar Oos-
tersch ritueel biddende en knielende menigte.
Zoo leeg en verlaten mist dit mooie bouw
werk de ziel, het leven, dat er de eigenlijke
beteekenis aan geeft. Maar ook zóó is het" al
indrukwekkexxd genoeg.
Maar de moskee is niet de eenige aantrek
kelijkheid van dit tooverachtige compiex.
Men heelt er ook een geheel in Moorschen
stijl ingericht en gemeubileerd restaurant.
Hier kan men zich verbeelden, in de vei'trck-
ken te zijn. waar dc geschiedenissen van
Khaliefexx, viziers en harem-prixxsessen zich
afspelen. Misschien spelen ze zich hier nog
wel af. Men heeft in Parijs tallooze gelegen
heden. waar minxxende paartjes ongestoord
rexxdez-vous kunnen houden. Maar geen plek
je is in heel deze wereldstad zoo beschut, zoo
afgezonderd, zoo eenzaam en daarbij met een
zoo poëtisch en schilderachtig kader omge
ven noch gedrenkt in zulk een weelderige,
exotische sfeer als dit Moorsche koffiehuis "in
de stille ochtenduren.
Des middags krijgt men er kans op be
zoek; dan komt er ook leven in het Ooster
sche tuintje, dat men op de binnenplaats
aangelegd heeft en waar Turksche muzikan
ten op hun wijze dat is in minimale dosis
en met minimaal élan concert geven. Maar
de Turksche versnaperingen en spijzen en de
thee op zijn Tarksch opgediend of de Turk
sche koffie maken dit gemis aan prikkels
voor de verbeelding weer goed met hun zon-
dexdinge aroma's en smaken.
Behalve door deze culinaire atti'acties kaxx
men zich nog vermeien in het Turksche bad
en in de Turksche bazaar, waar een goed
aardig en geenszins opdringerig koopman,
gekleed in dc gewaden der Duizend-en-één
Nacht, den bezoeker met Oostei'schc oarfum<
besprenkelt en hem, ook zonder dat hij klant
behoeft te worden, in het gebruik van de
vreemdsoortigste voorwerpen inwijdt.
Men kan Herriot prijzen om dc verdiensten
die hij als staatsman getoond heeft, maar
laat men hem daarbij tevens erkentelijk blij
ven oxn den eersten steen, dien hij gelegd
heeft bij de stichting van dit alleszins merk
waardige gebouw.
H. G. CANNEGIETER,
bereikt Is. Van nu af aan passeeren de
thema's l5 weer dc revue, het tempo onder
gaat meerdere wijzigingen, de toonsoort wordt
echter niet meer dan voorbijgaand verlaten.
Beide concerten van Liszt zijn in 184S ge
componeerd; het verscheen 1S57, het tweede
1863 ln druk.
Ofschoon Llszts's pianoconcerten door hun
bouw afwijken van vorige en dus historische
beteekenis bezitten worden ze in absoluut-
mu2ikale. algemeen-artistieke belangrijkheid
verre overtroffen door zijn 1854—57 geschre
ven Faust-Symphonie (Parijs rad. Maandag)
De drie „kerktafereelen", ..Faust",
.Gretchen" en „Mephlstopheles". die samen
het werk vormen, stemmen wel conlgermate
overeen met de gewone 3 hoofddoelen eencr
sonate, maar de inhoud, de behandeling der
stof dus. stempelt ze tot echte programma
muziek. Bewonderenswaardig is do kunst,
waarmee Liszt zijn thema's als muzikale uit
drukking der hoofdkarakters heeft weten te
kiezen; niet minder bewonderenswaardig, hoe
hij ze in verband met de situaties heeft weten
te vervormen. In beide opzichten toont Liszt
zich de oxxmiddellijke en groote voorganger
van Rich. Strauss. Het ongewisse, zoekende
en tastende uit een dalende reeks overmatige
drieklanken gevormde Faust-motief was des
tijds een unicum, welks nieuwheid opzien
baarde; hoe goed illustreert het Faust's men
taliteit! Niet. alle thema's uit dit eerste
hoofddeel zijn even oorspronkelijk maar zij
geven zijn streven, hopen cn wilskracht dui
delijk weer. Op geniale wijze teekent de com
ponist hoe Faust's natuur door den Invloed
der liefdesbegeerte zich wijzigt. Het aan
Gretchen gewijde Andaixte Is vol tccderheid
en liefelijkheid. Slechts door een altviool be
geleid exposeert de hobo het eerst thema, dat
later met die van P'aust en van zijn liefdes
begeerte gecombineerd wordt. Het meester-
lijkst is dc Mep'nisto-figuur behandeld, dc
..spotgebooi'te uit drek en vuur", de gluipe
rige. koude, drieste, fi'lvole patroon die al
mat mooi is mismaakt en al wat heilig is be
zoedelt. De thema's van Faust en Gretchen
keeren in dit hoofdstuk gemetamorphoseerd
terug. Het slot volgt, het gedicht; hot beeld
van Gretchen verschijnt iix ideale klaarheid,
orgeltonen ruischen en eexx maxxnenkoor
doet het „Alles vergangiiche ist nur eln
Gleichniss" hoorexx.
Een werk als dit bouwt voort op hetgeen
Berlioz in zijn Symphonic fantastique cn
Haroldsymphonie was begonnen. Het is ro
mantiek in merg en been. Men vergelijke
de Symphonie fantastique. die Woensdag
door Straatsburg wordt uitgezonden. Hoe con
servatief en klassïsistisch schijnt daarnaast
de lste Symphonie van Schumann, dien
nxen zoo vaak als den romaxxticus par excel
lence beschouwt, maar die in zijn plm 1840
geschreven symphonie niet veel gegeven
heeft wat zijn voorgangers niet even goed
of beter hadden gedaan. Een in vele opzich
ten (het minst qua instrumentatie) goed
werk is deze symphonie. en aangenaam om
te hooren is zij ook wel. maar groote kwali
teiten heb ik er nooit in kunnen oixtdekken.
fieer£yJc
bijzonder verzachtend,
opdrogend en reuk-
wegnemend. werkt
bij transpirecrendc
oksels cn voeten
Strooibussen 60 ct. en 1 gld.
Bij Apoth. en Drogisten
(Adv. lngez. Med.)
MUZIEK.
Concert der H. O. V.
Haarlem heeft een goede reputatie niet
alleen ixx de sport-, maar ook ln de zang
wereld: zou het dan verwonderen op ons
jjodiunx weer een stadgenoote te begroeten,
die. nu nog debutante, misschien eenixiaal
de Haarlemsche kleuren met cere zal ku:x-
nen helpen verdedigen? Eenige jaren ge
leden hebben we 't zelfde gezien en de
debutante van toexx is opgeklommen tot deix
hoogslen rang in 't gilde. Zóóver is mej.
Guus Max, de nieuwelinge op het H.O.V.-
concert van Vrijdagavond, nog lang niet.
maar haar steixxixxiddelen bergen schoone
beloften. Het geluid is in alle registers volu
mineus en edel vaxx timbre; de beheersching
echter is nog onvolkomen, waardoor de tooxx
niet immer staat, doch veelal flakkert. Ook
bevredigt de uitspraak nog niet alle wen-
schen: de vocaliseering is te dik. de mede
klinkers worden, onduidelijk uitgesproken.
Maar wat hier ontbreekt kan door voort
gezette studie verworven worden: de voor
naamste factoren n.l. een mooi stemorgaan,
gezonde muzikaliteit en een goed gehoor
zijn blijkbaar aanwezig. Zoo hebben we dc
vertolking der bekende aria's van Handel en
Glück als een schoone belofte aanvaard en
het auditorium is met bewijzen van ingeno
menheid niet karig geweest.
Van de drie orkestwerken waren twee „op
verzoek" geplaatst. Het is prettig te consta-
teeren dat de voorkeur der hoorders zoo ln
de goede richting gaat: waar zou het heen
als ze Ketelbey en Koennemann kozen?
Zoo'n man als Ketelbey schijnt in radio
kringen zeer geliefd te zijn: er gaat geen
we^k om zonder dat z'n kloostertuintje of
zijn Perzisch marktje op de radioproppen
komt. Maar ons H.Ó.V.-publiek blijkt kies
keuriger: dc stoere klassieke muziek der
Iphigenie-ouveriure is niet voor minnaars
van melige mopjes en Dvórak's Vijfde is
telkens weer frisch cn nieuw voor vakman
en leek. hoe vaak men haar ook hoort.
Bij deze twee gekozen werken had de diri
gent nog de prachtige Suite in D gr. t. van
Bach gevoegd exx zoodoende eén trits ver
kregen. die er zijn mocht. Exx hij dirigeerde
die met ieveixdigheid en zaakkennis cix het
orkest speelde xxxet toewijding; we mochten
dus over 't geheel over de uitvoering der
orkestwerken ook tevreden zijn, al liep ex-
wel eens een minder mooi moment tusschen
door. Bij een temperatuur als die van Vrij
dagavond is dat nog eerder te verontschul
digen dan in onze koude concertmoesson.
Men heeft ruimschoots genoten en er
hartelijk zijn dank voor betuigd.
K. DE JONG.