PER K.L.M. KIST NAAR INDIE.
Rubriek voor Vragen.
WOENSDAG 19 JULI 1933
HAARLEM'S DAGBLAD
6
Regelmaat verwondert niemand.
Piloot Smirnoff
De crew van ce
r—'----- Rijstvogel bestaat uit
gezagvoerder 3mir-
noff, 2de piloot Vi-
IVsjjftJJ® ruly radio-teleSTa-
fist Koopman er.
r? werktuigkundige
•ar" WÉi Westraten- Voorts
i vil twee passagier.^ voor
y Schiphol—Batavia.
Vj.2 De uoode kist. de
Vj$ËT Wfmm Fokker F XVIII, de
Rystvogel. Een arie-
motorige vliegmachi
ne. één motor aan
deré* kop, twee ter weerszijden van den
romp. Elke motor een Wasp, van 15G
P,K. Elke schroef van zoo'n motor maakt ge
durende een reis AmsterdamBatavia v.v.
circa 10.800.000 omwentelingen. De zuigers in
de drie motoren leggen gezamenlijk een af
stand af van 150.000 K.M.
Het landingsgestel kan niet ingetrokken
worden. De zware wielen met de geweldige
banden rusten op den grond. Wanneer er ge
taxied wordt en het geheele vliegtuig op dit
ingenieuse onderstel rust zijn zij in volle
actie, om weldra „los" te raken.
In de kist zijn drie scherp gescheiden dee-
len. De cockpit met de beide stoelen voor ge
zagvoerder en piloot, de cabine met de acht
stoelen voor den radiotelegrafist, voor den
werktuigkundige en voor de passagiers. Daar
achter de provisiekast, het toilet, de jassen-
kast en de bergruimte voor allerhande ingre
diënten. De provisiekast is zeer ingenieus in
gedeeld. Lepels en vorken zijn keurig op rek
ken bevestigd, de papieren kroezen in lang
werpige doozen opgeborgen, de bordjes (on
breekbaar natuurlijk) hebben weer hun eigen
plaats, terwijl allerhande blikjes met sardi
nes, kreeft, zalm, ansjovis, vruchten enz. op
rijen in het achterste gedeelte zijn opge
borgen.
gedragen worden, op verschillende vliegvel
den is hij behulpzaam bij het invullen der
lijsten, die ons als passagiers ter teekening
worden voorgelegd. Zoo hebben, allen hun
uren dubbel en dwars bezet.
En eenmaal op den beganen grond aange
komen zorgt de gezagvoerder voor onze huis
vesting, hij rekent af, hij bestelt de proviand
en de dranken voor den volgenden dag en is
de hoofdkassier, die gewapend met aller
hande geldsoorten ons bijspringt, waar zulks
noodig is.
Eentonigheid bestaat niet. Wij, als passa
giers, bewonderen het landschap, lederen dag
iets nieuws, nieuwe menschentypes, nieuwe
vervoermiddelen, sterk varieerenden planten
groei en huizenbouw en alles wat men in Oos-
tersche omgeving kan vinden. Zijn wij moe,
dan dutten wij een uurtje, wij lezen of leggen
een kaartje, wij maken grapjes en wij verba
zen ons weldra niet meer over de regelmaat,
die dezen beroemden K.L.M.-dienst ken
merkt.
MOLLERUS.
EXAMENS.
Bij de onlangs te Haarlem gehouden exa
mens, uitgaande van de Alg. Ned. Mode-vak
school Vereeniging slaagden voor het diploma
costumière de dames C. de Boorder, A. C. Gou-
wentak, M. Kooiman. A. C. Versteeg, uit Haar
lem, en C. C. Abspoel uit Velsen, allen leer
lingen der mode-vakschool van mevr. de Braai
Kloppersingel.
Verder slaagde voor hetzelfde diploma A. M.
van Eek uit Bloemendaal, leerlinge van mevr.
Broekhuizen, Molenstraat, Santpoort.
Ds. G. J. DUYVENDAK.
Ds. G. J. Duyvendak te Haarlem komt
voor op een drietal voor de Evangelisch
Luthersche Kerk van Apeldoorn, Doesburg.
De Rijstvogel (Type Fokker F XVIII
Een uittrekblaadjc geeft den werktuigkun
dige (want hij zorgt voor den inwendigen
mensch) gelegenheid ons brood gereed te
maken en de kaas in keurige blokjes te snij
den. In groote thermosflesschen is ons koude
en warme water geborgen. Wij drinken thee
of koffie en 's ochtends worden wü gelaafd
met bouillon.
Onze stoelen gelijken op dekstoelen met
leerbekleeding. De rug is verstelbaar, de stoel
is ook van voren uit te trekken. Het is bijna
mogelijk geheel gestrekt te gaan liggen; wat
vooral in een stormperiode de aangenaamste
houding is.
Daar leven wij tezamen: bemanning en
passagiers; dagen achtereen. Alleen 's avonds
zijn wij op den beganen grond. Aan nacht-
vliegen wordt met deze vliegtuigen niet ge-
daan.
Wat wij als passagiers doen? Allereerst in
stomme verbazing onze oogen richten naar
hen. die in de cockpit gezeten zijn. Onze lei
ders. Zij kennen blijkbaar geen zenuwen
meer. In moeilijke oogenblikken komt hun
routine te hulp. hun groote navigatickunst.
Zij met hun vieren vormen één geheel. Daar
in schuilt een groote waarde. Zij brengen ons
van het beginpunt tot het eindstation, zooals
de bemanning van een Oost-Indië-vaarder
dat doet. De passagiers raken aan hen ge
wend. Het zijn iederen dag weer dezelfde ver
trouwde gezichten. De Imperial Airways
doet dat niet. De Engelsche piloten bevliegen
maar een bepaald gedeelte van hun route, om
daarna de kist aan anderen over te dragen.
Men ontmoet verschillende kapiteins.
Ik prefereer het K.L.M.-systeem. De uitste
kende onderlinge verstandhouding tusschen
de leden der bemanning vormt daarbij een
waarborg voor een goeden overtocht. De ge
zagvoerder heeft en bij het opstijgen en bij
het dalen het stuur persoonlijk in handen.
Gedurende het vliegen wordt hij op geregel
de tijden afgewisseld door den tweeden piloot.
Hij kan zich dan zelf een oogenblik verpoo-
zen.
Bovendien neemt de radiotclegraflst een
zeer belangrijke plaats in. Hij is vlak achter
den gezagvoerder gezeten, doch in de cabine,
en is gedurende het vliegen voortdurend in
verbinding met de verschillende radiosta
tions, die hem van berichten voorzien. Om
trent wolkenvorming, slecht zicht, moessons,
zandstormen, de geaardheid de vliegterrei
nen, waar wij moeten dalen is hij voortdu
rend georiënteerd. Van welk een groot be
lang een dergelijk permanent contact Is, kan
hij het beste begrijpen, die een dergelijken
vliegtocht zelf heeft medegemaakt. De lange
antenne, van circa 40 Meter, die hij van bin
nen uit het toestel kan laten afrollen, wordt
ingehaald, zoodra wij boven steden komen,
waar van een kortere antenne bovenop de
kist gebruikt wordt gemaakt.
De werktuigkundige, die ons voedt en laaft,
heeft buitendien de zorg voor de machine. Op
de tusschenstations, waar wij neerkomen om
te tanken, is hij, met den radiotelegrafist in
actie, om bij het benzinevullen te controlee
ren.
Wanneer het dagtraject is afgelegd, blijven
zij op het. vliegveld achter om de motoren tc
controleeren en alles gereed te maken voor
den volgenden dag. Want het is iederen dag
vroeg uit de veeren; de ochtenduren zijn de
beste vlieguren.
Het administratieve werk is van een om
vang, waarvan een buitenstaander zich moei
lijk een denkbeeld kan vormen. In hoofdzaak
komt dit voor rekening van den tweeden
piloot. De paspoorten der passagiers, hun
doktersverklaringen, omtrent inenting tegen
pest, cholera, typhus en pa ra-typhus zijn
onder zijn berusting. Hij heeft de uitgebreide
lijsten bij te houden van de afgegeven en
«Ipuw binnengekomen poststukken, voor ver
zending der noodige telegrammen moet zorg
MOTORDIENST.
De dienstplichtige sergeant J. W. Diephuls,
dienstplichtige sergenten titulair N. Ie Grand,
G. G. Blaupot ten Cate, W. van Dam. J.
Israëls, G. J. Kolff, H. de Roos, R. E. Prager,
J. W. Smits, W. J. H. van Hees, J. P. Kool
en P. T. Bierema zijn met ingang van 19
Juli a.s. benoemd tot dienstplichtig vaandrig,
de dienstplichtige serge anten-titulair A. W.
Kuyvenhoven en P. G. Vreede, eveneens met
ingang van 19 Juli. tot dienstplichtig vaan
drig technisch opzichter, bij de Schoolcom-
pagnie van den motordienst.
MOTORRIJDERS BIJ ALKMAAR
VERONGELUKT.
BIJ PASSEEREN TEGEN ELKAAR OP.
Maandagavond is op den Bergweg bij Alk
maar de motorrijder J. H. uit Alkmaar toen
hij een voor nem rijdende auto trachtte te
passeeren in bo' üng gekomen met een van
den anderen kant komenden motorrijder
F. O. eveneens uit Alkmaar.
H. bekwam een ernstige schedelbreuk en
werd in zorgwekkenden toestand naar het
ziekenhuis vervoerd evenals de andere mo
torrijder die een been gebroken had.
GEEN AUDIëNTIE MINISTER DE WILDE.
De gewone audiëntie van den minister
van Binnenlandschc Zaken zal tot nader
aankondiging niet plaats hebben.
INGEZONDEN
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
Redactie zich niet verantwoordelijk.
Van ingezonden stukken, geplaatst of niet
geplaatstwordt de kopij den inzender niet
teruggegeven.
OVER SNELLE TAXI'S EN
BUSSEN.
Mijnheer de Redacteur.
Met belangstelling heb ik in Uw geacht
blad de verschillende berichten gelezen over
stadsbuslij nen en sneltaxi's en ook het stand
punt der Brockwaymaatschappij. Naar aan
leiding hiervan wilde ik de vraag doen. of het
snelle opkomen der kleine taxi's niet groo:-
deels de schuld der Brockway zelf is. De tijd
der trekschuiten en stoomtrams is voorbij,
men vraagt nu om vlug en veilig ter plaatse
te zijn. doch wil niet dat getreuzel waarain
de bus lijdt. Zij die er druk gebruik van ma
ken kunnen hiervan getuigen. Voorts is er
nooit een reservewagen aan het einde Maas
straat aanwezig, zoodat men wanneer er de
fect is (wat natuurlijk niet altijd voorkomen
kan worden), kalm moet wachten op den vol
genden dienst, en dat is nu juist het moment
waarvan alles wat een verhuurwagen heeft,
gretig gebruik maakt om de ongeduldig wach
tende passagiers op te pikken. Volgens mij zou
de Brockwey er zeer mede gebaat zijn om in-
plaats van den dienst met zijn mooie groote
bussen, een 4 a 5 minutendienst te onderhou
den met geriefelijke wagens van 14 a 18 per
sonen. De chauffeur heeft niet zooveel opont
houd met afrekenen en het publiek geniet van
2en vlugge overkomst.
Uwe abonné,
H. N. MASTENBROEK.
DE CRISIS, HET PRIJSNIVEAU
EN SUBSIDIES AAN
ONDERNEMINGEN.
Geachte Redactie,
Wanneer men de berichten leest, die over
de crisis en de pogingen van president Roo
sevelt, om haar door werkverschaffing en
geldverruiming te bestrijden, in de bladen
verschijnen en de beschouwingen, die vooral
ook naar aanleiding van het betoog van Dr.
Deterding zijn ten beste gegeven, ontkomt
men niet aan den indruk, dat de hoofdbe
doeling er van is, de goe-gemeente vrees aan
te jagen, door al wat naar geldverruiming
zweemt inflatie te noemen, en hoewel het
tegengestelde niet moeilijk zou zijn te bewij
zen, een algemeene verarming als het eenig
mogelijke gevolg van inflatie voor te stellen.
De Telegraaf ging daarbij zelfs zoo ver van
bedrog te spreken, als men er op wil aan
sturen, de koopkracht van den gulden weer
tot die van eenige jaren geleden terug te
brengen.
Indien het leven niet anders dan een loterij
was, zou voor dit standpunt veel te zeggen
zijn, want de debiteuren, die door den gang
van zaken op ontstellende wijze verarmd zijn
en de belastingschuldigen, die mede zullen
moeten betalen aan de rente van de open
bare schuld en de geleidelijke aflossing daar
van, zouden hun ongeluk dan slechts aan de
grillen van het noodloot hebben toe te schrij
ven.
Wij leven evenwel in een wereld, die naar
men meent, geregeerd wordt en wij zien zelfs
nu en dan de regeeringen in de prijsvorming
ingrijpen door invoerrechten, productierege
lingen, deviezenmaatregelen en wat dies meer
zij. Hoe dwaas en noodlottig dit ingrijpen
ook moge zijn, het kan moeilijk worden vol
gehouden, dat wij alle ongerechtigheden
maar als een spel van het lot hebben te aan
vaarden, want de regeeringen wekken bij ons
den indruk, dat zij het als haar plicht be
schouwen, in deze matigend en regelend op
te treden.
Het standpunt, dat men de prijsvorming
aan haar beloop behoort over te laten en al
leen maar heeft te zorgen, dat de loonen met
de prijzen in overeenstemming blijven, wordt
dus blijkbaar door de regeering niet gedeeld
en het komt mij zelfs voor, dat ook onze re
geering dit reeds door vele van hare daden
heeft getoond.
Men kan ook het standpunt verdedigen,
dat men den menschenlijken arbeid niet als
een gewone koopwaar mag behandelen en
daarom de loonen en salarissen in geld be
hoort vast te zetten, terwijl men het niet aan
het toeval mag overlaten, hoe de prijzen zich
ten opzichte van de loonen zullen gedragen.
Het is niet moeilijk in te zien, dat net be
drijfsleven tot grooten bloei moet komen,
wanneer het niveau van de prijzen, die door
DUIDELIJK GESTELDE VRAGEN
van alle Abonné's van Haarlem's Dagblad,
zijn talrijke medewerkers zoo mogelijk en
ten spoedigste beantwoord.
De vragen moeten worden geadresseerd
aan de Redactie, Groote Houtstraat 93, met
duidelijke vermelding van naam en woon
plaats. Vragen, waaraan naam en adres
ontbreken, icorden terzijde gelegd.
De antivoorden worden per auto GEHEEL
KOSTELOOS thuis bezorgd.
De namen der vragers blijven redactie
geheim.
RECEPTEN.
VRAAG: 1. Hoe maakt men frambozen- en
bessenjam?
2. Hoe aardbeienjam?
3. Mijn doperwten en worteltjes worden slecht
in de flessehen. Wat kan daar de oorzaak van
zijn?
ANTWOORD: 1. Doe 2 K.G. goed schoonge
maakte en gewasschen frambozen en 2 K.G. af
geritste en goed gewasschen roode bessen met 3
K.G. suiker in een goed geëmailleerde pan.
Breng het, met deksel er op. aan de kook en
laat dan, zonder deksel, en af en toe roerend,
inkoken, tot het zoo dik Ls dat een druppel er
van, dien gij in een kopje koud water laat vallen
niet uitvloeit, maar ln zijn geheel naar beneden
zakt. Neem er dan, van het vuur, zorgvuldig het
schuim af en vul er vlug de uitgekookte potjes
mee. Sluit dadelijk met vochtig perkament af,
2. Als onder 1. Op 4 K.G, goed gewasschen
aardbeien neemt gij 3 K.G. suiker.
3. Dat is zoo niet te zeggen. Het komt met
doperwten meer voor dat zij niet op den goe
den grond verbouwd zijn; gij moet ze dus aan
een vertrouwd adres koopen. Het kan ook zijn
dat gij niet vlug genoeg hebt afgewerkt of een
andere fout hebt gemaakt.
VRAAG: 1. In een wit zijden crêpe blouse zijn
gele kringen van transpireeren. Zijn die te ver
wijderen. zonder de blouse te wasschen? Liever
gebruik ik geen benzine.
2. Hoe maakt men van rozeblaadjes parfum?
ANTWOORD: 1. Leg de blouse met de vlek
ken naar boven enkel en gladuit over een dub
bel gevouwen, schoonen doek en bevochtig alleen
do kringen met waterstof peroxyde 1 1/2 pCt.
Laat dit 10 minuten inwerken. Spoel dan met
ruim schoon water uit. Leg do natte PJek dan
over een anderen drogen doek en bet met droge
doeken droog, om te voorkomen, dat zich kringen
vormen. Zoo noodig herhalen.
2. Dit is een onbegonnen werk. Parfum wordt
gemaakt van verschillende dure aromatische
oliën; het vervaardigen kan dan ook alleen loo-
nend worden indien hot op groote schaal ge
schiedt.
VRAAG: Hoe maakt men de kraag van een
grijs geruite gummi regenjas schoon?
ANTWOORD: Stevig afsponsen met een schoo-
ne spons, gedoopt in een lauw zeepsopje van
ammoniakzecp. Is de kraag erg vuil, dan wrijfl
gij de spons eenige malen over het stukje zeep
en wrijft dan de kraag nog eens af. Spoel dan
de spons ln schoon water uit cn wasch de
kraag af, zoodat er geen zeepsop meer op blijft.
Bet met een drogen doek droog.
VRAAG: Hoo wascht men wit glacé handschoe
nen?
ANTWOORD: Roer magnesia met benzine op
een steenen bord tot een niet te dun papje; leg
de handschoenen gladuit op een schoonen hand
doek en bedek ze geheel mot een laagje der pap.
Vouw den doek dan dicht om de handschoenen
en laat stil drogen. Klop dan do droge magne
sia er af en wijf met een schoone prop watten
na. Deze behandelius moet buiten in de schaduw
geschieden en vooral geen vuur of licht ln de
nabijheid,
VRAAG: Hoe kan men tentlinnen waterdicht
maken, zonder te oliën?
ANTWOORD: Haal het linnen door warm
zeepsop, dat gij verkrijgt door 2 ons zeep in 15
liter water goed op te lossen; daarna door een
lauwwarme oplossing van 2 ons aluin in 15 liter
water. Vervolgens weer ln het zeepsopbad en
eindelijk weer in het aluinbad. Druk het een
beetje uit en laat buiten drogen.
VRAAG: 1. Hoe verwijdert men vulpeninkt
uit een blauwe heerenjaa?
2, Hoe O.I, inkt uit een pluchê tafelkleed?
1. Met een immaculus inktstift. De gebruiks
aanwijzing staat er op.
2. Voeg bij 1 deel zuiver zoutzuur (geen ruw)
8 deelen koud water; bevochtig de vlek er goed
mee en laat 6 minuten inwerken. Spoel dan met
ruim koud water uit en. is de vlek er dan nog
niet uit, nog eens herhalen.
VRAAG: 1. Hoe verwijdert men vetvlekken
uit een zachtgroene crêpe de Chine jurk?
2. Hoe verwijdert men inktvlekken uit zijde
en katoen?
ANTWOORD: 1. Roer rauwe stijfsel met koud
water tot een dik papje zonder kluitjes. Leg de
jurk enkel en glad uit over een in vieren gevou
wen schoonen doek met de vkkken naar boven
bedek deze met een dik laagje van de pap.
Laat minstens 12 uur zoo op een donkere plaats
liggen, zoodat het langzaam droogt. Haal er dan
voorzichtig de droge stijfsel af en schuier na.
2. Met een immaculus inkt stift. Do gebruiks
aanwijzing staat er op.
VRAAG: Hoe maakt men tulnboonen in? Kan
dat in het zout, of moet het juist in flessehen?
ANTWOORD: Gij kunt ze op de volgende ma
nier in zout inmaken. Dit moet geschieden in
flessehen met wijden hals. Voor 1500 tulnboonen
is een pond zout noodig. Dop do tuinboonen.
wasoh ze en leg ze laag om laag met het zout
in de flessehen, die vooraf 20 minuten uitge
kookt zijn. Giet er dan zooveel koud, gekookt wa
ter over, dat de boonen juist onderstaan. Laat
do flessehen eenige dagen staan om uit te gis
ten. Sluit ze dan met afgeborstelde en uitgekook
te kurken en dompel ze tweemaal in gesmolten
lak.
VRAAG: Hoo kan men een rood zijden japon
wasschen?
ANTWOORD: Laat de japon 10 min. dichtge-
dekt, staan ln een steenen kom met ruim wasch-
benzlne. Wasch dan eventueele vuile vlekken er
uit en sla nog even door de benzine. Hang zon
der wringen op een kleerhnnger te drogen.
Deze behandeling moet buiten in de schaduw
geschieden en vooral geen vuur of licht in de na
bijheid. Strijken is niet noodig.
VRAAG: Hoe kan ik een peau de pêche re
genjas, met rubber gevoerd, schoonmaken?
ANTWOORD: Afwrijven met een in petroleum
aether gedoopten schoonen doek. Dit moet bui
ten in de schaduw geschieden en vooral geen
vuur of licht ln de nabijheid!
VRAAG: Hoe verwijdert men roeslvlekjes uit
oen katoen jurkje?
ANTWOORD Met een immaculus roeststlft. D>
gebruiksaanwijzing staat er op.
VRAAG: 1. Hoe maakt men kersen op bran
dewijn?
2. Hoe kruisbessenjam?
ANTWOORD: 1. Maak de kersen schoon en
wasch ze even met koud water af. Doe ze in een
goed geëmailleerde pan met suiker naar smaak
en een half kopje water per pond kersen. Laat
zacht aan de kook komen, maar laat niet door
koken. Laat bekoelen cn doe zc in een schoone
flesch met wijden hals. Overgiet zc met brande
wijn tot de vloeistof een paar c.M. boven de
kersen staat. Sluit goed af.
2. Maak 4 K.G. kruisbessen goed schoon,
wasch ze af en doe ze in een goed geëmailleer
de pan met 2 kopjes water en 3 K.G. suiker.
Breng met het deksel er op aan de kook en laat.
zonder deksel, af en toe roerend, inkoken, tot
het zoo dik ls. dat een druppel er van, ln een
kopje water gedaan, niet uitvoeit, maar in zijn
geheel blijft. Zet dan van het vuur, neem er het
schuim af en vul er zoo vlug mogelijk de uitge
kookte potjes mee. Sluit dadelijk met vochtig
perkament af.
PLANTEN.
VRAAG: Mijn rozenboom is geheel bedekt
met een witte laag, net meel. Er komen wel
enkele roosjes uit, maar de meeste verdorren.
Is daar iets tegen te doen?.
ANTWOORD: Het ons toegezonden rozentakje
zat vol meeldauw, ook wel wit genoemd. Dit
komt thans heel veel voor, naar het schijnt ten
gevolge van het vochtige weer. Het eenige wat
gij er tegen toen kunt. is bij droog weer bestui
ven met bioem van zwavel. Dit houdt uitbreidinj
tegen.
VRAAG: Mijn frambozenstruiken zitten vol
luis en vol bromvliegen. Wat is daartegen
doen?
ANTWOORD: Daar kunt gij nu weinig meer
aan doen. De scheuten, die vrucht gegeven heb
ben, kunt gij al heel gauw afsnijden en oprui
men.
VRAAG: Wat is er te doen tegen slakken en
luis op Dahlias en andere planten?
ANTWOORD: De Slakken vangen en dooden;
verder bespuiten met tabaksaftreksel of phyto
phyline en daarna flink afspuiten met schoon
water. Ook zult gij zc wei weg kunnen krijgen
door herhaaldelijk te spuiten met een slang op
de waterleiding.
VRAAG; 1. Mijn Clivia's zijn reeds geruimen
tijd uitgebloeid; de steelen zijn echter nog
groen. Moeten zij nu bemest worden en veel of
■weinig water hebben?
2. Mijn Hortensias zijn in vollen bloei. Als zij
uitgebloeid zijn, moeten zij dan kort worden af
gesneden en wanneer?
ANTWOORD: 1. De bloemstengels er uitsnij
den en flink water geven tot half Augustus; dan
dit gaan verminderen. Nu om de 14 dagen kunst
mest of verdunde koemest geven.
2. Ja. kort insnijden en in den tuin uitplanten.
Flink water geven en mesten.
RECHTSZAKEN.
VRAAG; Is een tapvergunning na de In wer
king treding der nieuwe drankwet vatbaar voo:
in beslag neming of executie, in geval van fail
lissement van den eigenaar, op wiens naam de
vergunning is gesteld?
ANTWOORD: Neen.
VRAAG: Heb ik het recht van het loon
mijn dienstbode af te houden do waarde
hetgeen zij in mijn dienst breekt?
ANTWOORD: Ja. doch telkens niet meer dan
2/5 van het loon en alleen als de schade aan
haar schuld te wijten is.
VRAAG: Wij hebben een broer in het Prov
Ziekenhuis. Zijn nu de broers en zusters ver
plicht de onderhoudskosten te betalen?
ANTWOORD: Neen.
VRAAG: Vier jaar geleden leende ik Iemand
renteloos 100.— op voorwaarde van geregelde
afbetaling. In den eersten tijd ging dat ook gere
geld, zood3t de schuld gedaald is tot 47.50.
maar nu betaalt hij niet meer en zegt maar
steeds: ik heb het niet en ik kan het niet missen.
De man heeft een goed inkomen en is een ge
trouw cafébezoeker.
1. Kan ik hem gerechtelijk laten vervolgen?
2. Hoeveel bedragen de kosten daarvan?
ANTWOORD: 1. Ja.
2. Niet te zeggen, afhankelijk van de vraag,
hoe ver laij het komen laat.
alle ondernemingen (groot en klein en van
welken aard ook) worden bedongen, hooger
ligt dan noodig is om bij den stand uer loo
nen een behoorlijke winst te maken. De nieu
we ondernemingen rijzen dan als paddestoe
len uit den grond op en de banken aarzelen
dan niet om nieuw papiergeld beschikbaar
te stellen om aan de toenemende credietaan-
vragen te kunnen voldoen. De bezadigdste
bankdirecteuren denken er dan nauwelijks
aan de rente zoo hoog op te drijven, dat aan
dien opbloei paal en perk wordt gesteld, want
„zaken zijn zaken".
Men kan dan zijn bespaarde geld tegen
ruime rente beleggen, want het onderne
mingsleven is „gezond", omdat er behoorlijke
winsten worden gemaakt en de rente dus
kan worden voldaan. Naar mate de onderne
mingen zich uitbreiden en vermeerderen,
komt er meer behoefte aan werkkrachten en
vele werkgevers, die uit principe tegen vrou
wenarbeid zijn, zien er dan geen bezwaar in
ook vrouwen te werk te stellen, te meer om
dat vrouwenarbeid toch altijd betrekkelijk
goedkoop blijft. Maar ook de mannen, wier
arbeidskracht of ijver beneden het middel
matige blijven, vinden dan werk. omdat er
zooveel kapitaal wordt gevormd, dat er
schaarschte van werkkrachten door ontstaat.
Van werkloosheid is dan zoo goed als geen
sprake en doordat men elkander de beste
krachten tracht afhandig te maken stijgen
de loonen en worden daardoor de winsten
kleiner. Door den grooten ondernemingsgeest
en door het handelen zonder onderling over
leg wordt evenwel in zoo'n bloeitijd zooveel
vast kapitaal gevormd, dat het met de be
schikbare arbeidskrachten niet volledig pro
ductief kan worden gemaakt. Daardoor ont
staat arbeidersnood en stijgen de loonen zoo
hoog, dat zij de prijzen bij hunne stijging in
halen en zelfs overtreffen.
Zoodra dat oogenblik is aangebroken en
vele ondernemers met verlies blijken te wer
ken, komt er stilstand in de kapitaalvorming,
wordt het nemen van credieten gestaakt en
zelfs op ruime schaal met aflossing begon
nen, voor zoover men daartoe in de gelegen
heid is.
Dan begint een periode van malaise en
voortdurende prijzendaling, doordat voor ka
pitaalvorming geen kooplust meer bestaat,
terwijl ook de kooplust voor verteringen bij
den voortdurend grooter verliezen lijdenden
ondernemersstand vermindert. Voor „gezon
de" geldbelegging bestaat geen gelegenheid
meer dan alleen, wanneer openbare lichamen
leeningen sluiten en men op hunne crediet-
waardigheid voldoende vertrouwt om niet
aan den veiliger weg van oppotten ae voor
keur te geven.
Daar de kooplust bij een prijzenniveau, dat
beneden het loonenniveau gedaald is, steeds
beneden de natuurlijke koopkracht blijft en
de natuurlijke koopkracht met het prijzen
niveau omlaag gaat, bestaat er voor de prij
zendaling geen grens, indien niet door de
overheid de kapitaalvorming en de productie
weer op gang worden gebracht door hiervoor
op aannemelijke voorwaarden geld beschik
baar te stellen en zich dit geld door ieening
of door eigen aanmaak te verschaffen.
Door de op deze wijze gekweekte kooplust
en geldruimte gaat het prijzenniveau omhoog
en wordt de ondernemingsgeest opgewekt,
zoodat het na eenigen tijd niet meer noodig
is, de kapitaalvorming aan te moedigen. De
verwachting van een betere toekomst zal ook
degenen, die geld hebben gespaard, weer
moed geven, dit geld aan de ondernemers uit
te leenen, zoodat de geldruimte ook hierdoor
toeneemt.
Zoodra hierdoor het prijzenniveau voldoen
de is gestegen ora nieuwe ondernemingen
met kans op een behoorlijke winst te kunnen
oprichten of bestaande ondernemingen door
uitbreiding geschikt te maken voor het in
dienst nemen van meer personeel, kan ver
dere stijging geen nut meer doen en ligt in
de opvordering van het voorgeschoten geld
een middel om den ondernemingsgeest te
remmen en daardoor verdere prijsstijging
tegen te houden.
Hoewel het de voorkeur zou verdienen het
benoodigde papiergeld van Rijkswege aan te
maken, zoodat de openbare schuld, hierdoor
niet werd verhoogd, zal de verhooging van
die schuld, die het gevolg is van geldleenin-
gen voor dit doel, den druk van rentebeta
ling en aflossing niet verhoogen. Integendeel.
Wanneer het immers waar is, dat zulke
geldleeningen het prijzenniveau opdrijven,
zal men door voor dit doel f 500 millioen te
leenen, de prijzen met b.v. 50 pet. kunnen
verhoogen. Terwijl dus de openbare schuld
van f 4500 millioen er door stijgt tot f 5000
millioen zal de druk worden teruggebracht
tot die van een schuld van 2/3 van dat be
drag, dus van f 3333 millioen.
Oppervlakkig beschouwd kan men het doel
ook bereiken door de loonen te verlagen of,
zooals het euphemistisch heet, den levens
standaard te matigen. Men vergeet dan even
wel, dat door dit middel de totale kooplust
nog verder naar beneden gaat en het prijzen
niveau hierdoor nog sterker moet gaan da
len. Door de verlaging der loonen vermindert
niet direct de totale koopkracht, want wat
de arbeiders aan koopkracht verliezen wordt
door de ondernemers gewonnen. Maar de to
tale kooplust vermindert wel, want de onder
nemers zullen in de loonsverlaging niet direct
aanleiding vinden om aankoopen voor kapi
taalsuitbreiding of voor grootere verteringen
te doen, zoodat het geld, dat zou zijn uitge
geven, als het in de handen der arbeiders
ware gekomen nu stil blijft liggen of ge
bruikt wordt om bankcredieten af te lossen.
Dit middel om het bedrijfsleven weer op
gang te brengen is daarom volkomen on
bruikbaar en kan alleen maar dienen om de
positie van crediteuren en trekkers van vaste
renten nog gunstiger, den toestand der met
schuld belaste particulieren en volken nog
wanhopiger te maken en de oppotters van
geld in de gelegenheid te stellen van hun
veilig in de safe opgeborgen geld door de
waardestijging van het geld een hooge rente
te trekken.
Men moet daarom om de crisis op te lossen
de ondernemingen subsidieeren om ze in
staat te stellen, 'de werklooze arbeiders in
dienst te nemen en het kapitaal te vormen,
dat noodig is om die arbeiders volledig pro
ductief werk te verschaffen.
Dat men tegelijk tusschen de loonen (en
salarissen) onderling een betere verhouding
schept dan tegenwoordig, dank zij de vrije
prijsvorming, bestaat, is volkomen te recht
vaardigen, mits men er dan tevens voor zorgt
dat in de toekomst aan die verhoudingen
niet meer wordt getornd door partieele loons-
verhoogingen en in het algemeen zorg draagt
dat het loonenniveau in zijn geheel op de
zelfde hoogte wordt gehandhaafd.
Het spreekwoord dat het beter is te voor
komen dan te genezen geldt ook ter dege op
dit gebied, want het is gemakkelijker het
evenwicht tusschen het loonen- en het prij
zenniveau in stand te houden dan het te
herstellen als het verbroken is.
Haarlem, 16 Juli 1933.
Ir. C. NOBEL.