PER K.L.M. KIST NAAR INDIE. Rubriek voor Vragen. WOENSDAG 19 JULI 1933 HAARLEM'S DAGBLAD 6 Regelmaat verwondert niemand. Piloot Smirnoff De crew van ce r—'----- Rijstvogel bestaat uit gezagvoerder 3mir- noff, 2de piloot Vi- IVsjjftJJ® ruly radio-teleSTa- fist Koopman er. r? werktuigkundige •ar" WÉi Westraten- Voorts i vil twee passagier.^ voor y Schiphol—Batavia. Vj.2 De uoode kist. de Vj$ËT Wfmm Fokker F XVIII, de Rystvogel. Een arie- motorige vliegmachi ne. één motor aan deré* kop, twee ter weerszijden van den romp. Elke motor een Wasp, van 15G P,K. Elke schroef van zoo'n motor maakt ge durende een reis AmsterdamBatavia v.v. circa 10.800.000 omwentelingen. De zuigers in de drie motoren leggen gezamenlijk een af stand af van 150.000 K.M. Het landingsgestel kan niet ingetrokken worden. De zware wielen met de geweldige banden rusten op den grond. Wanneer er ge taxied wordt en het geheele vliegtuig op dit ingenieuse onderstel rust zijn zij in volle actie, om weldra „los" te raken. In de kist zijn drie scherp gescheiden dee- len. De cockpit met de beide stoelen voor ge zagvoerder en piloot, de cabine met de acht stoelen voor den radiotelegrafist, voor den werktuigkundige en voor de passagiers. Daar achter de provisiekast, het toilet, de jassen- kast en de bergruimte voor allerhande ingre diënten. De provisiekast is zeer ingenieus in gedeeld. Lepels en vorken zijn keurig op rek ken bevestigd, de papieren kroezen in lang werpige doozen opgeborgen, de bordjes (on breekbaar natuurlijk) hebben weer hun eigen plaats, terwijl allerhande blikjes met sardi nes, kreeft, zalm, ansjovis, vruchten enz. op rijen in het achterste gedeelte zijn opge borgen. gedragen worden, op verschillende vliegvel den is hij behulpzaam bij het invullen der lijsten, die ons als passagiers ter teekening worden voorgelegd. Zoo hebben, allen hun uren dubbel en dwars bezet. En eenmaal op den beganen grond aange komen zorgt de gezagvoerder voor onze huis vesting, hij rekent af, hij bestelt de proviand en de dranken voor den volgenden dag en is de hoofdkassier, die gewapend met aller hande geldsoorten ons bijspringt, waar zulks noodig is. Eentonigheid bestaat niet. Wij, als passa giers, bewonderen het landschap, lederen dag iets nieuws, nieuwe menschentypes, nieuwe vervoermiddelen, sterk varieerenden planten groei en huizenbouw en alles wat men in Oos- tersche omgeving kan vinden. Zijn wij moe, dan dutten wij een uurtje, wij lezen of leggen een kaartje, wij maken grapjes en wij verba zen ons weldra niet meer over de regelmaat, die dezen beroemden K.L.M.-dienst ken merkt. MOLLERUS. EXAMENS. Bij de onlangs te Haarlem gehouden exa mens, uitgaande van de Alg. Ned. Mode-vak school Vereeniging slaagden voor het diploma costumière de dames C. de Boorder, A. C. Gou- wentak, M. Kooiman. A. C. Versteeg, uit Haar lem, en C. C. Abspoel uit Velsen, allen leer lingen der mode-vakschool van mevr. de Braai Kloppersingel. Verder slaagde voor hetzelfde diploma A. M. van Eek uit Bloemendaal, leerlinge van mevr. Broekhuizen, Molenstraat, Santpoort. Ds. G. J. DUYVENDAK. Ds. G. J. Duyvendak te Haarlem komt voor op een drietal voor de Evangelisch Luthersche Kerk van Apeldoorn, Doesburg. De Rijstvogel (Type Fokker F XVIII Een uittrekblaadjc geeft den werktuigkun dige (want hij zorgt voor den inwendigen mensch) gelegenheid ons brood gereed te maken en de kaas in keurige blokjes te snij den. In groote thermosflesschen is ons koude en warme water geborgen. Wij drinken thee of koffie en 's ochtends worden wü gelaafd met bouillon. Onze stoelen gelijken op dekstoelen met leerbekleeding. De rug is verstelbaar, de stoel is ook van voren uit te trekken. Het is bijna mogelijk geheel gestrekt te gaan liggen; wat vooral in een stormperiode de aangenaamste houding is. Daar leven wij tezamen: bemanning en passagiers; dagen achtereen. Alleen 's avonds zijn wij op den beganen grond. Aan nacht- vliegen wordt met deze vliegtuigen niet ge- daan. Wat wij als passagiers doen? Allereerst in stomme verbazing onze oogen richten naar hen. die in de cockpit gezeten zijn. Onze lei ders. Zij kennen blijkbaar geen zenuwen meer. In moeilijke oogenblikken komt hun routine te hulp. hun groote navigatickunst. Zij met hun vieren vormen één geheel. Daar in schuilt een groote waarde. Zij brengen ons van het beginpunt tot het eindstation, zooals de bemanning van een Oost-Indië-vaarder dat doet. De passagiers raken aan hen ge wend. Het zijn iederen dag weer dezelfde ver trouwde gezichten. De Imperial Airways doet dat niet. De Engelsche piloten bevliegen maar een bepaald gedeelte van hun route, om daarna de kist aan anderen over te dragen. Men ontmoet verschillende kapiteins. Ik prefereer het K.L.M.-systeem. De uitste kende onderlinge verstandhouding tusschen de leden der bemanning vormt daarbij een waarborg voor een goeden overtocht. De ge zagvoerder heeft en bij het opstijgen en bij het dalen het stuur persoonlijk in handen. Gedurende het vliegen wordt hij op geregel de tijden afgewisseld door den tweeden piloot. Hij kan zich dan zelf een oogenblik verpoo- zen. Bovendien neemt de radiotclegraflst een zeer belangrijke plaats in. Hij is vlak achter den gezagvoerder gezeten, doch in de cabine, en is gedurende het vliegen voortdurend in verbinding met de verschillende radiosta tions, die hem van berichten voorzien. Om trent wolkenvorming, slecht zicht, moessons, zandstormen, de geaardheid de vliegterrei nen, waar wij moeten dalen is hij voortdu rend georiënteerd. Van welk een groot be lang een dergelijk permanent contact Is, kan hij het beste begrijpen, die een dergelijken vliegtocht zelf heeft medegemaakt. De lange antenne, van circa 40 Meter, die hij van bin nen uit het toestel kan laten afrollen, wordt ingehaald, zoodra wij boven steden komen, waar van een kortere antenne bovenop de kist gebruikt wordt gemaakt. De werktuigkundige, die ons voedt en laaft, heeft buitendien de zorg voor de machine. Op de tusschenstations, waar wij neerkomen om te tanken, is hij, met den radiotelegrafist in actie, om bij het benzinevullen te controlee ren. Wanneer het dagtraject is afgelegd, blijven zij op het. vliegveld achter om de motoren tc controleeren en alles gereed te maken voor den volgenden dag. Want het is iederen dag vroeg uit de veeren; de ochtenduren zijn de beste vlieguren. Het administratieve werk is van een om vang, waarvan een buitenstaander zich moei lijk een denkbeeld kan vormen. In hoofdzaak komt dit voor rekening van den tweeden piloot. De paspoorten der passagiers, hun doktersverklaringen, omtrent inenting tegen pest, cholera, typhus en pa ra-typhus zijn onder zijn berusting. Hij heeft de uitgebreide lijsten bij te houden van de afgegeven en «Ipuw binnengekomen poststukken, voor ver zending der noodige telegrammen moet zorg MOTORDIENST. De dienstplichtige sergeant J. W. Diephuls, dienstplichtige sergenten titulair N. Ie Grand, G. G. Blaupot ten Cate, W. van Dam. J. Israëls, G. J. Kolff, H. de Roos, R. E. Prager, J. W. Smits, W. J. H. van Hees, J. P. Kool en P. T. Bierema zijn met ingang van 19 Juli a.s. benoemd tot dienstplichtig vaandrig, de dienstplichtige serge anten-titulair A. W. Kuyvenhoven en P. G. Vreede, eveneens met ingang van 19 Juli. tot dienstplichtig vaan drig technisch opzichter, bij de Schoolcom- pagnie van den motordienst. MOTORRIJDERS BIJ ALKMAAR VERONGELUKT. BIJ PASSEEREN TEGEN ELKAAR OP. Maandagavond is op den Bergweg bij Alk maar de motorrijder J. H. uit Alkmaar toen hij een voor nem rijdende auto trachtte te passeeren in bo' üng gekomen met een van den anderen kant komenden motorrijder F. O. eveneens uit Alkmaar. H. bekwam een ernstige schedelbreuk en werd in zorgwekkenden toestand naar het ziekenhuis vervoerd evenals de andere mo torrijder die een been gebroken had. GEEN AUDIëNTIE MINISTER DE WILDE. De gewone audiëntie van den minister van Binnenlandschc Zaken zal tot nader aankondiging niet plaats hebben. INGEZONDEN Voor den inhoud dezer rubriek stelt de Redactie zich niet verantwoordelijk. Van ingezonden stukken, geplaatst of niet geplaatstwordt de kopij den inzender niet teruggegeven. OVER SNELLE TAXI'S EN BUSSEN. Mijnheer de Redacteur. Met belangstelling heb ik in Uw geacht blad de verschillende berichten gelezen over stadsbuslij nen en sneltaxi's en ook het stand punt der Brockwaymaatschappij. Naar aan leiding hiervan wilde ik de vraag doen. of het snelle opkomen der kleine taxi's niet groo:- deels de schuld der Brockway zelf is. De tijd der trekschuiten en stoomtrams is voorbij, men vraagt nu om vlug en veilig ter plaatse te zijn. doch wil niet dat getreuzel waarain de bus lijdt. Zij die er druk gebruik van ma ken kunnen hiervan getuigen. Voorts is er nooit een reservewagen aan het einde Maas straat aanwezig, zoodat men wanneer er de fect is (wat natuurlijk niet altijd voorkomen kan worden), kalm moet wachten op den vol genden dienst, en dat is nu juist het moment waarvan alles wat een verhuurwagen heeft, gretig gebruik maakt om de ongeduldig wach tende passagiers op te pikken. Volgens mij zou de Brockwey er zeer mede gebaat zijn om in- plaats van den dienst met zijn mooie groote bussen, een 4 a 5 minutendienst te onderhou den met geriefelijke wagens van 14 a 18 per sonen. De chauffeur heeft niet zooveel opont houd met afrekenen en het publiek geniet van 2en vlugge overkomst. Uwe abonné, H. N. MASTENBROEK. DE CRISIS, HET PRIJSNIVEAU EN SUBSIDIES AAN ONDERNEMINGEN. Geachte Redactie, Wanneer men de berichten leest, die over de crisis en de pogingen van president Roo sevelt, om haar door werkverschaffing en geldverruiming te bestrijden, in de bladen verschijnen en de beschouwingen, die vooral ook naar aanleiding van het betoog van Dr. Deterding zijn ten beste gegeven, ontkomt men niet aan den indruk, dat de hoofdbe doeling er van is, de goe-gemeente vrees aan te jagen, door al wat naar geldverruiming zweemt inflatie te noemen, en hoewel het tegengestelde niet moeilijk zou zijn te bewij zen, een algemeene verarming als het eenig mogelijke gevolg van inflatie voor te stellen. De Telegraaf ging daarbij zelfs zoo ver van bedrog te spreken, als men er op wil aan sturen, de koopkracht van den gulden weer tot die van eenige jaren geleden terug te brengen. Indien het leven niet anders dan een loterij was, zou voor dit standpunt veel te zeggen zijn, want de debiteuren, die door den gang van zaken op ontstellende wijze verarmd zijn en de belastingschuldigen, die mede zullen moeten betalen aan de rente van de open bare schuld en de geleidelijke aflossing daar van, zouden hun ongeluk dan slechts aan de grillen van het noodloot hebben toe te schrij ven. Wij leven evenwel in een wereld, die naar men meent, geregeerd wordt en wij zien zelfs nu en dan de regeeringen in de prijsvorming ingrijpen door invoerrechten, productierege lingen, deviezenmaatregelen en wat dies meer zij. Hoe dwaas en noodlottig dit ingrijpen ook moge zijn, het kan moeilijk worden vol gehouden, dat wij alle ongerechtigheden maar als een spel van het lot hebben te aan vaarden, want de regeeringen wekken bij ons den indruk, dat zij het als haar plicht be schouwen, in deze matigend en regelend op te treden. Het standpunt, dat men de prijsvorming aan haar beloop behoort over te laten en al leen maar heeft te zorgen, dat de loonen met de prijzen in overeenstemming blijven, wordt dus blijkbaar door de regeering niet gedeeld en het komt mij zelfs voor, dat ook onze re geering dit reeds door vele van hare daden heeft getoond. Men kan ook het standpunt verdedigen, dat men den menschenlijken arbeid niet als een gewone koopwaar mag behandelen en daarom de loonen en salarissen in geld be hoort vast te zetten, terwijl men het niet aan het toeval mag overlaten, hoe de prijzen zich ten opzichte van de loonen zullen gedragen. Het is niet moeilijk in te zien, dat net be drijfsleven tot grooten bloei moet komen, wanneer het niveau van de prijzen, die door DUIDELIJK GESTELDE VRAGEN van alle Abonné's van Haarlem's Dagblad, zijn talrijke medewerkers zoo mogelijk en ten spoedigste beantwoord. De vragen moeten worden geadresseerd aan de Redactie, Groote Houtstraat 93, met duidelijke vermelding van naam en woon plaats. Vragen, waaraan naam en adres ontbreken, icorden terzijde gelegd. De antivoorden worden per auto GEHEEL KOSTELOOS thuis bezorgd. De namen der vragers blijven redactie geheim. RECEPTEN. VRAAG: 1. Hoe maakt men frambozen- en bessenjam? 2. Hoe aardbeienjam? 3. Mijn doperwten en worteltjes worden slecht in de flessehen. Wat kan daar de oorzaak van zijn? ANTWOORD: 1. Doe 2 K.G. goed schoonge maakte en gewasschen frambozen en 2 K.G. af geritste en goed gewasschen roode bessen met 3 K.G. suiker in een goed geëmailleerde pan. Breng het, met deksel er op. aan de kook en laat dan, zonder deksel, en af en toe roerend, inkoken, tot het zoo dik Ls dat een druppel er van, dien gij in een kopje koud water laat vallen niet uitvloeit, maar ln zijn geheel naar beneden zakt. Neem er dan, van het vuur, zorgvuldig het schuim af en vul er vlug de uitgekookte potjes mee. Sluit dadelijk met vochtig perkament af, 2. Als onder 1. Op 4 K.G, goed gewasschen aardbeien neemt gij 3 K.G. suiker. 3. Dat is zoo niet te zeggen. Het komt met doperwten meer voor dat zij niet op den goe den grond verbouwd zijn; gij moet ze dus aan een vertrouwd adres koopen. Het kan ook zijn dat gij niet vlug genoeg hebt afgewerkt of een andere fout hebt gemaakt. VRAAG: 1. In een wit zijden crêpe blouse zijn gele kringen van transpireeren. Zijn die te ver wijderen. zonder de blouse te wasschen? Liever gebruik ik geen benzine. 2. Hoe maakt men van rozeblaadjes parfum? ANTWOORD: 1. Leg de blouse met de vlek ken naar boven enkel en gladuit over een dub bel gevouwen, schoonen doek en bevochtig alleen do kringen met waterstof peroxyde 1 1/2 pCt. Laat dit 10 minuten inwerken. Spoel dan met ruim schoon water uit. Leg do natte PJek dan over een anderen drogen doek en bet met droge doeken droog, om te voorkomen, dat zich kringen vormen. Zoo noodig herhalen. 2. Dit is een onbegonnen werk. Parfum wordt gemaakt van verschillende dure aromatische oliën; het vervaardigen kan dan ook alleen loo- nend worden indien hot op groote schaal ge schiedt. VRAAG: Hoe maakt men de kraag van een grijs geruite gummi regenjas schoon? ANTWOORD: Stevig afsponsen met een schoo- ne spons, gedoopt in een lauw zeepsopje van ammoniakzecp. Is de kraag erg vuil, dan wrijfl gij de spons eenige malen over het stukje zeep en wrijft dan de kraag nog eens af. Spoel dan de spons ln schoon water uit cn wasch de kraag af, zoodat er geen zeepsop meer op blijft. Bet met een drogen doek droog. VRAAG: Hoo wascht men wit glacé handschoe nen? ANTWOORD: Roer magnesia met benzine op een steenen bord tot een niet te dun papje; leg de handschoenen gladuit op een schoonen hand doek en bedek ze geheel mot een laagje der pap. Vouw den doek dan dicht om de handschoenen en laat stil drogen. Klop dan do droge magne sia er af en wijf met een schoone prop watten na. Deze behandelius moet buiten in de schaduw geschieden en vooral geen vuur of licht ln de nabijheid, VRAAG: Hoe kan men tentlinnen waterdicht maken, zonder te oliën? ANTWOORD: Haal het linnen door warm zeepsop, dat gij verkrijgt door 2 ons zeep in 15 liter water goed op te lossen; daarna door een lauwwarme oplossing van 2 ons aluin in 15 liter water. Vervolgens weer ln het zeepsopbad en eindelijk weer in het aluinbad. Druk het een beetje uit en laat buiten drogen. VRAAG: 1. Hoe verwijdert men vulpeninkt uit een blauwe heerenjaa? 2, Hoe O.I, inkt uit een pluchê tafelkleed? 1. Met een immaculus inktstift. De gebruiks aanwijzing staat er op. 2. Voeg bij 1 deel zuiver zoutzuur (geen ruw) 8 deelen koud water; bevochtig de vlek er goed mee en laat 6 minuten inwerken. Spoel dan met ruim koud water uit en. is de vlek er dan nog niet uit, nog eens herhalen. VRAAG: 1. Hoe verwijdert men vetvlekken uit een zachtgroene crêpe de Chine jurk? 2. Hoe verwijdert men inktvlekken uit zijde en katoen? ANTWOORD: 1. Roer rauwe stijfsel met koud water tot een dik papje zonder kluitjes. Leg de jurk enkel en glad uit over een in vieren gevou wen schoonen doek met de vkkken naar boven bedek deze met een dik laagje van de pap. Laat minstens 12 uur zoo op een donkere plaats liggen, zoodat het langzaam droogt. Haal er dan voorzichtig de droge stijfsel af en schuier na. 2. Met een immaculus inkt stift. Do gebruiks aanwijzing staat er op. VRAAG: Hoe maakt men tulnboonen in? Kan dat in het zout, of moet het juist in flessehen? ANTWOORD: Gij kunt ze op de volgende ma nier in zout inmaken. Dit moet geschieden in flessehen met wijden hals. Voor 1500 tulnboonen is een pond zout noodig. Dop do tuinboonen. wasoh ze en leg ze laag om laag met het zout in de flessehen, die vooraf 20 minuten uitge kookt zijn. Giet er dan zooveel koud, gekookt wa ter over, dat de boonen juist onderstaan. Laat do flessehen eenige dagen staan om uit te gis ten. Sluit ze dan met afgeborstelde en uitgekook te kurken en dompel ze tweemaal in gesmolten lak. VRAAG: Hoo kan men een rood zijden japon wasschen? ANTWOORD: Laat de japon 10 min. dichtge- dekt, staan ln een steenen kom met ruim wasch- benzlne. Wasch dan eventueele vuile vlekken er uit en sla nog even door de benzine. Hang zon der wringen op een kleerhnnger te drogen. Deze behandeling moet buiten in de schaduw geschieden en vooral geen vuur of licht in de na bijheid. Strijken is niet noodig. VRAAG: Hoe kan ik een peau de pêche re genjas, met rubber gevoerd, schoonmaken? ANTWOORD: Afwrijven met een in petroleum aether gedoopten schoonen doek. Dit moet bui ten in de schaduw geschieden en vooral geen vuur of licht ln de nabijheid! VRAAG: Hoe verwijdert men roeslvlekjes uit oen katoen jurkje? ANTWOORD Met een immaculus roeststlft. D> gebruiksaanwijzing staat er op. VRAAG: 1. Hoe maakt men kersen op bran dewijn? 2. Hoe kruisbessenjam? ANTWOORD: 1. Maak de kersen schoon en wasch ze even met koud water af. Doe ze in een goed geëmailleerde pan met suiker naar smaak en een half kopje water per pond kersen. Laat zacht aan de kook komen, maar laat niet door koken. Laat bekoelen cn doe zc in een schoone flesch met wijden hals. Overgiet zc met brande wijn tot de vloeistof een paar c.M. boven de kersen staat. Sluit goed af. 2. Maak 4 K.G. kruisbessen goed schoon, wasch ze af en doe ze in een goed geëmailleer de pan met 2 kopjes water en 3 K.G. suiker. Breng met het deksel er op aan de kook en laat. zonder deksel, af en toe roerend, inkoken, tot het zoo dik ls. dat een druppel er van, ln een kopje water gedaan, niet uitvoeit, maar in zijn geheel blijft. Zet dan van het vuur, neem er het schuim af en vul er zoo vlug mogelijk de uitge kookte potjes mee. Sluit dadelijk met vochtig perkament af. PLANTEN. VRAAG: Mijn rozenboom is geheel bedekt met een witte laag, net meel. Er komen wel enkele roosjes uit, maar de meeste verdorren. Is daar iets tegen te doen?. ANTWOORD: Het ons toegezonden rozentakje zat vol meeldauw, ook wel wit genoemd. Dit komt thans heel veel voor, naar het schijnt ten gevolge van het vochtige weer. Het eenige wat gij er tegen toen kunt. is bij droog weer bestui ven met bioem van zwavel. Dit houdt uitbreidinj tegen. VRAAG: Mijn frambozenstruiken zitten vol luis en vol bromvliegen. Wat is daartegen doen? ANTWOORD: Daar kunt gij nu weinig meer aan doen. De scheuten, die vrucht gegeven heb ben, kunt gij al heel gauw afsnijden en oprui men. VRAAG: Wat is er te doen tegen slakken en luis op Dahlias en andere planten? ANTWOORD: De Slakken vangen en dooden; verder bespuiten met tabaksaftreksel of phyto phyline en daarna flink afspuiten met schoon water. Ook zult gij zc wei weg kunnen krijgen door herhaaldelijk te spuiten met een slang op de waterleiding. VRAAG; 1. Mijn Clivia's zijn reeds geruimen tijd uitgebloeid; de steelen zijn echter nog groen. Moeten zij nu bemest worden en veel of ■weinig water hebben? 2. Mijn Hortensias zijn in vollen bloei. Als zij uitgebloeid zijn, moeten zij dan kort worden af gesneden en wanneer? ANTWOORD: 1. De bloemstengels er uitsnij den en flink water geven tot half Augustus; dan dit gaan verminderen. Nu om de 14 dagen kunst mest of verdunde koemest geven. 2. Ja. kort insnijden en in den tuin uitplanten. Flink water geven en mesten. RECHTSZAKEN. VRAAG; Is een tapvergunning na de In wer king treding der nieuwe drankwet vatbaar voo: in beslag neming of executie, in geval van fail lissement van den eigenaar, op wiens naam de vergunning is gesteld? ANTWOORD: Neen. VRAAG: Heb ik het recht van het loon mijn dienstbode af te houden do waarde hetgeen zij in mijn dienst breekt? ANTWOORD: Ja. doch telkens niet meer dan 2/5 van het loon en alleen als de schade aan haar schuld te wijten is. VRAAG: Wij hebben een broer in het Prov Ziekenhuis. Zijn nu de broers en zusters ver plicht de onderhoudskosten te betalen? ANTWOORD: Neen. VRAAG: Vier jaar geleden leende ik Iemand renteloos 100.— op voorwaarde van geregelde afbetaling. In den eersten tijd ging dat ook gere geld, zood3t de schuld gedaald is tot 47.50. maar nu betaalt hij niet meer en zegt maar steeds: ik heb het niet en ik kan het niet missen. De man heeft een goed inkomen en is een ge trouw cafébezoeker. 1. Kan ik hem gerechtelijk laten vervolgen? 2. Hoeveel bedragen de kosten daarvan? ANTWOORD: 1. Ja. 2. Niet te zeggen, afhankelijk van de vraag, hoe ver laij het komen laat. alle ondernemingen (groot en klein en van welken aard ook) worden bedongen, hooger ligt dan noodig is om bij den stand uer loo nen een behoorlijke winst te maken. De nieu we ondernemingen rijzen dan als paddestoe len uit den grond op en de banken aarzelen dan niet om nieuw papiergeld beschikbaar te stellen om aan de toenemende credietaan- vragen te kunnen voldoen. De bezadigdste bankdirecteuren denken er dan nauwelijks aan de rente zoo hoog op te drijven, dat aan dien opbloei paal en perk wordt gesteld, want „zaken zijn zaken". Men kan dan zijn bespaarde geld tegen ruime rente beleggen, want het onderne mingsleven is „gezond", omdat er behoorlijke winsten worden gemaakt en de rente dus kan worden voldaan. Naar mate de onderne mingen zich uitbreiden en vermeerderen, komt er meer behoefte aan werkkrachten en vele werkgevers, die uit principe tegen vrou wenarbeid zijn, zien er dan geen bezwaar in ook vrouwen te werk te stellen, te meer om dat vrouwenarbeid toch altijd betrekkelijk goedkoop blijft. Maar ook de mannen, wier arbeidskracht of ijver beneden het middel matige blijven, vinden dan werk. omdat er zooveel kapitaal wordt gevormd, dat er schaarschte van werkkrachten door ontstaat. Van werkloosheid is dan zoo goed als geen sprake en doordat men elkander de beste krachten tracht afhandig te maken stijgen de loonen en worden daardoor de winsten kleiner. Door den grooten ondernemingsgeest en door het handelen zonder onderling over leg wordt evenwel in zoo'n bloeitijd zooveel vast kapitaal gevormd, dat het met de be schikbare arbeidskrachten niet volledig pro ductief kan worden gemaakt. Daardoor ont staat arbeidersnood en stijgen de loonen zoo hoog, dat zij de prijzen bij hunne stijging in halen en zelfs overtreffen. Zoodra dat oogenblik is aangebroken en vele ondernemers met verlies blijken te wer ken, komt er stilstand in de kapitaalvorming, wordt het nemen van credieten gestaakt en zelfs op ruime schaal met aflossing begon nen, voor zoover men daartoe in de gelegen heid is. Dan begint een periode van malaise en voortdurende prijzendaling, doordat voor ka pitaalvorming geen kooplust meer bestaat, terwijl ook de kooplust voor verteringen bij den voortdurend grooter verliezen lijdenden ondernemersstand vermindert. Voor „gezon de" geldbelegging bestaat geen gelegenheid meer dan alleen, wanneer openbare lichamen leeningen sluiten en men op hunne crediet- waardigheid voldoende vertrouwt om niet aan den veiliger weg van oppotten ae voor keur te geven. Daar de kooplust bij een prijzenniveau, dat beneden het loonenniveau gedaald is, steeds beneden de natuurlijke koopkracht blijft en de natuurlijke koopkracht met het prijzen niveau omlaag gaat, bestaat er voor de prij zendaling geen grens, indien niet door de overheid de kapitaalvorming en de productie weer op gang worden gebracht door hiervoor op aannemelijke voorwaarden geld beschik baar te stellen en zich dit geld door ieening of door eigen aanmaak te verschaffen. Door de op deze wijze gekweekte kooplust en geldruimte gaat het prijzenniveau omhoog en wordt de ondernemingsgeest opgewekt, zoodat het na eenigen tijd niet meer noodig is, de kapitaalvorming aan te moedigen. De verwachting van een betere toekomst zal ook degenen, die geld hebben gespaard, weer moed geven, dit geld aan de ondernemers uit te leenen, zoodat de geldruimte ook hierdoor toeneemt. Zoodra hierdoor het prijzenniveau voldoen de is gestegen ora nieuwe ondernemingen met kans op een behoorlijke winst te kunnen oprichten of bestaande ondernemingen door uitbreiding geschikt te maken voor het in dienst nemen van meer personeel, kan ver dere stijging geen nut meer doen en ligt in de opvordering van het voorgeschoten geld een middel om den ondernemingsgeest te remmen en daardoor verdere prijsstijging tegen te houden. Hoewel het de voorkeur zou verdienen het benoodigde papiergeld van Rijkswege aan te maken, zoodat de openbare schuld, hierdoor niet werd verhoogd, zal de verhooging van die schuld, die het gevolg is van geldleenin- gen voor dit doel, den druk van rentebeta ling en aflossing niet verhoogen. Integendeel. Wanneer het immers waar is, dat zulke geldleeningen het prijzenniveau opdrijven, zal men door voor dit doel f 500 millioen te leenen, de prijzen met b.v. 50 pet. kunnen verhoogen. Terwijl dus de openbare schuld van f 4500 millioen er door stijgt tot f 5000 millioen zal de druk worden teruggebracht tot die van een schuld van 2/3 van dat be drag, dus van f 3333 millioen. Oppervlakkig beschouwd kan men het doel ook bereiken door de loonen te verlagen of, zooals het euphemistisch heet, den levens standaard te matigen. Men vergeet dan even wel, dat door dit middel de totale kooplust nog verder naar beneden gaat en het prijzen niveau hierdoor nog sterker moet gaan da len. Door de verlaging der loonen vermindert niet direct de totale koopkracht, want wat de arbeiders aan koopkracht verliezen wordt door de ondernemers gewonnen. Maar de to tale kooplust vermindert wel, want de onder nemers zullen in de loonsverlaging niet direct aanleiding vinden om aankoopen voor kapi taalsuitbreiding of voor grootere verteringen te doen, zoodat het geld, dat zou zijn uitge geven, als het in de handen der arbeiders ware gekomen nu stil blijft liggen of ge bruikt wordt om bankcredieten af te lossen. Dit middel om het bedrijfsleven weer op gang te brengen is daarom volkomen on bruikbaar en kan alleen maar dienen om de positie van crediteuren en trekkers van vaste renten nog gunstiger, den toestand der met schuld belaste particulieren en volken nog wanhopiger te maken en de oppotters van geld in de gelegenheid te stellen van hun veilig in de safe opgeborgen geld door de waardestijging van het geld een hooge rente te trekken. Men moet daarom om de crisis op te lossen de ondernemingen subsidieeren om ze in staat te stellen, 'de werklooze arbeiders in dienst te nemen en het kapitaal te vormen, dat noodig is om die arbeiders volledig pro ductief werk te verschaffen. Dat men tegelijk tusschen de loonen (en salarissen) onderling een betere verhouding schept dan tegenwoordig, dank zij de vrije prijsvorming, bestaat, is volkomen te recht vaardigen, mits men er dan tevens voor zorgt dat in de toekomst aan die verhoudingen niet meer wordt getornd door partieele loons- verhoogingen en in het algemeen zorg draagt dat het loonenniveau in zijn geheel op de zelfde hoogte wordt gehandhaafd. Het spreekwoord dat het beter is te voor komen dan te genezen geldt ook ter dege op dit gebied, want het is gemakkelijker het evenwicht tusschen het loonen- en het prij zenniveau in stand te houden dan het te herstellen als het verbroken is. Haarlem, 16 Juli 1933. Ir. C. NOBEL.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 6