De Mysterieuss Apache. Ned wielrenners naar Parijs. Vernietiging van groote hoeveelheden bloembollen. ^r? KONINGIN cn H. K. H. Prinses Juliana luisteren naar een uitvoering van The Norland Castle Band, het muziekcorps van het Leger des Heils te Londen) dat Maandag in ons land arriveerde tot het geven van concerten» en 'e middags in de Residentie concerteerde. VORSTELIJKE HULP. De koning van Engeland (x) en Prins George (xx) helpen de bemanning van de „Britannia" een handje tijdens de zeilwedstrijden van CoweS) waaraan ook het koninklijk jacht deelnam. TE HEEMSKERK worden groote hoeveelheden bloembollen die op de veilingen den minimumprijs niet kunnen opbrengen, vernietigd. De bollen worden op de vuilnisbelt geworpen en verbrand. DE FRANSCHE AVIATEURS CODOS (RECHTS) EN ROSSI (LINKS) die het lange-afstandsrecord verbeterden* FRANZ I, vorst van Liechtenstein •wordt 28 Augustus a.s. 81 /aar, FEUILLETON ROMAN UIT DE PARIJSCHE ONDERWERELD DOOR H. LUCAS. (Geautoriseerde vertaling van H. Houben.) 36) „Hij is dood", zei hij kort. Dan sprong hij overeind en keek weer vlug en voorzichtig de kamer rond. „Vlug nu, er is geen minuut te verliezen, als u hier gevonden wordt mot hem" hij schopte verachtelijk met zijn voet tegen den doode „zal het voor u zeer onaangenaam zijn, zoo niet erger. Doe gauw de deur open". „Die is op slot". Hij keek naar he stille, naar boven ge wende gelaa. „Den sleutel?", vroeg hij grimmig. Zij wees met een be venden vinger. „Die heeft hij". Handig doorzocht hij Debus zakken, vond den sleutel en liep naar ole deur. „Buiten staat een auto. Zeg niets tot den man aan het stuur, ofschoon u hem kunt vertrouwen", fluisterde hij, toen hij den sleutel in het slot. stak en langzaam den deurknop omdraaide. Cornelia knikte. Zij was nu weer bijna kalm. Waarom had zij niet eerder aan zijn belofte gedacht? Hij had haar immers, toen zij op weg was naar deze afschuwelijke plaats, gezegd, dat hij in de burut zou zijn. Deze man misleidde haar niet. Waarom had zij er niet aan gedacht? Dan was haar veel bespaard gebleven. „De man buiten zal u regelrecht naar uw hotel brengen, maar eerst moet u mij iets beloven", zei hij met diepe, dringende stem. „Ja?" fluisterde zij en keek hem in de oogen. „Beloof me, dat, wa er ook gebeure, u niets zult zeggen van uw bezoek hier; nu zal er veel, dat verborgen was aan het licht komen. Ik heb u vannacht gevolgd, omdat ik den waren Débu ken niet den man, dien den wereld ken. Wilt u me dit belo ven?" „Maar vader weet het; mevrouw Lawson ook de andere twee misschien niet, maar „Zij moeten zweren, dat zij zullen zwijgen, kind, u kent de gevolgen voor u zelf niet, u was met hem alleen, denk daar aan als het puubliek wordt zijn stem werd haastig en dringend. „Ja, ik beloof he u". „Zweer het", en hij bracht zijn gezicht vlak bij het hare. „Ik zweer", herhaalde zij flauwtjes. Met een lichten hofdknik opende hij de deur en bleef staan luisteren. Er kwam geen enkel gerucht uit het stille huis, hij knielde neer om zijn schoenen uit te trek ken en raadde haar aan, het ook te doen „De voordeur is recht voor ons uit", fluis terde hij in haar oor; „loop achter mij aan. tot we er zijn en hol dan naar de auto Waar is uw mantel?" „In een kamertje bij de vordeur", fluister de zij terug. Zij slopen de gang in en begonnen hun vreemden tocht. Nauwelijks op weg zijnde hoorden zij even wel eenig gerucht en ergens boven werd een licht aangeknipt. „Gauw!" fluisterde l'Eranger Rouge. Cornelia verhaastte haar stap. maar liep tegen een piëdestal aan, een. porceleinen beeld begon te wankelen, kantelde om en viel met gerinkel op den grond. Een oogen- blik bleef ze verlamd van schrik en met angstig kloppend hart stil staan en terwijl ze zoo aarzelde, hoorde zij een schelle stem roepen: „Jules! Henri! Houdt den dief. Uit een ander gedeelte van het huis werd een antwoord teruggeschreeuwd; een twee de licht verscheen op het bovenste trappor taal, deuren werden geopend en stemmen naderden. „Courage!" fluisterde l'Etranger Rouge, die haar bijna droeg, „we zijn er bijna. Uw mantel.— hier?" Hij lichte een gordijn op tastte in den blinde rond tot z'n hand de plooien voelde van een zijachtig weefsel. Hij wierp het over haar schouders. Een streep maanlicht viel juist boven hun hoofd. Zonder nog voorzichtigheid in acht te nemen rukte l'Etranger Rouge de deur open en "duwde het meisje voor hem uit het ter ras op. „Naar de auto God helpe u", en hij sloot de deur achter haar dicht. Van alle kanten kwamen lichten en een knecht sprong de trappen af. De mannen sprongen op hem toe, ook hij kwam dichter bij hen. Met zijn rechterhand sloeg hij handig den eersten tegen den grond, zette zijn voet op den enkel van den tweeden en liet hem met een slag val len. doch, voordat hij zich kon omkeeren. had een derde hem te pakken en hij was hopeloos buiten gevecht gesteld. Geboeid en hulpeloos keek hij hen aan met een glim lach op zijn mager gezicht. „Wat wilt u van mij?", vroeg hij rustig. De man, die hem gevangen had, ant woordde buiten adem: „Je bent een dief, een inbreker, wat heb je gestolen?" „Een dief", riep een heesche stem, „hij is een moordenaar", en de stem werd zoo hoog dat het. eerder op gillen leek. .Mr. Débu is dood, hij is in den rug ge schoten!" Er heerschte een oogenblik van stilte en schrik. Dë mannen want er scheen geen vrouwelijk personeel in het huis te zijn bromden en redetwistten onder elkaar en eindelijk ging er één naar de telefoon om de politie te waarschuwen, terwijl een andei l'Etranger Rouge bleef bewaken. „Die koorden zitten erg vast" zei hij, „u zoudt mij zeer verplichten, ze wat losser te maken, met drie stevige kerels om me te bewaken, kan ik toch geen kwaad doen". Ze gingen niet in op zijn verzoek en schouderophalend bleef de gevangene kalm de komst der politie afwachten. Cornelia was gered, verder gingen zijn gedachten niet. Men had haar niet opgemerkt, in zoo ver dus was hij geslaagd. Zij was nu goed en wel op weg naar Parijs. Zijn ooren waren gespitst gebleven, zelfs onder het vechten met zijn belagers en hij meende de auto te hebben hooren wegrijden. Eindelijk kwam een politieagent, zeer ge wichtig en onder den indruk van den ernst der zaak. Toen hij getracht had iets van de waarheid uit het verschrikte personeel te krijgen, beval hij, dat de gevangene, die nog steeds gebonden was, naar de kamer zou worden gebracht, waar het doode lichaam van Gaston Débu lag. „En weet u" zei een der knechts opge wonden, „hij schoot hem achter in den rug, die schurk! Mijn arme meester kon zich dus niet verweren". „Iets gestolen?" vroeg de agent. „Wij hebben nog niets nagezocht, maar de dief heeft zeker zijn zakken volgestopt". „Men zal hem doorzoeken; intusschen ar resteer ik hem voor moord". „Ik ben onschuldig", zei de gevangene; „ik was buiten, toen ik het schot hoorde en daar ik een ongeluk vermoedde, klom ik door het raam om te zien, wat er gebeurd was". „Een zeer aannemelijk verhaal", antwoord de de gendarme, „u kunt dit de commis saris nog eens opdisscben". „Uw naam?" L'Etranger Rouge lachte hem ironisch toe. „U weet zoo veel, ik twijfel niet, of u komt daar ook wel achter", zeide hij. „Ha, de politie heeft uw dossier zeker al", zei de agent triömfantleijk. Toen richtte hij zich weer tot het personeel. „Had hij een medeplichtige?" „Nleen, we hebben niemand gezien, hij moet alleen zijn geweest". L'Entranger Rouge slaakte een zucht van verlichting. Voor het oogenblik was dit alles wat hij verlangde te hooren. Later zou hij al zijn krachten wijden aan zijn eigen zaak. Hij was leelijk in 't nauw gejaagd en hij zou al zijn bedrevenheid al zijn verstand noodig hebben, om zich er uit te redden. „Dus, hij is de eenige misdadiger", ver kondigde de agent, „ik zal hem meenemen. U zorgt er voor dat er in dien tusschentijd niets wordt aangeraakt, niets, begrepen?" L'Etranger Rouge onderwierp zich aan het onvermijdelijke. Een dokter was reeds onderweg; daarna zou de commissaris komen voor het onderzoek, het verhoor en die zou mogelijk vaststellen, hoe de misdaad was geschied. „Ik ben gereed", zei hij koel. Toen de deur achter Cornelia was dicht geslagen, had een hevige angst haar bevan gen. Het tooneel met Débu, zijn dood, haar vlucht, dit alles had er toe bijgedragen om haar ongevoelig te maken voor alles. Zij was zich alleen bewust van een hevig verlangen weg te gaan, zoover mogelijk van de be- weginglooze figuur op den grond, een ver langen, dat samenging met een beangsti gende ongeschikheid om te denken of te redeneeren als in een vreeselijk nacht merrie. De toestand van haar redder, de mogelijke gevolgen van haar daad. haar eed, alles was voor het oogenblik weg§9- vaagd! Zij zal alleen die strakke, wijdopen oogen. sWoröl ▼ervolgdi. TER GELEGENHEID van het 35-jarig bestaan van de Amsterdamsche sportclub „Olympia" werden Maandag langs den Ringdijk om den Haarlemmermeerpolder wielerwedstrijden gehouden om den gouden Englebert-band en andere fraaie prijzen. Amateurs onderweg. DE NOORD-NEDERLANDSCHE DEELNEMERS aan de Internationale Wielrenkampioenscbappen zijn Maandag van het Centraal-Station te Amsterdam naar Parijs vertrokken. Het gezelschap op het perron even voor het vertrek van den trein.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 8