De Mysterieuss Apache. Werkzaamheden voor de nieuwe Waalbrug te Nijmegen. Een allegorische optocht te Lochem. DE HERTOG VAN AOSTA inspecteert de eercwachfc van deelnemers aan dc automobiclwcdstrijdcn op het circuit van Pcscara in Italic, die dezer dagen gehouden zijn. DE DUITSCHE RIJKSKANSELIER ADOLF HITLER bestu deert te Nürnbcrg dc plannen voor den bouw der tribunes in verband met den op handen zijnden Rijkspartijdag. EEN ZEER GROOTE MENIGTE is naar Eislebcn gekomen ter viering van de Lutherfeesten. Een overzicht van het marktplein, geheel gevuld meö een belangstellende schare. DE INTERNATIONALE ZWEMWEDSTRIJDEN FRANKRIJK—NEDER LAND in het Olympisch zwemstadion te Tourellcs. Dc finish van het mtmmes 100-meter rugzwemmen voor dames, dat door mej. Oversloofc (Nederland) gewonnen werd. HET 700-JARIC BESTAAN van Lochem. Maandag werd in de jubileerende stad een grooce allegorische optocht gehouden, waarin vele aardige voorstellingen te bewonderen vielen VOOR DE NIEUWE BRUG over de Wna! te Nijmegen is men thans bezig met de werkzaam heden voor de peilers. Een overzicht, gemaakt vanaf de Belvédère. FEUILLETON ROMAN UIT DE PARIJSCHE ONDERWERELD DOOR H. LUCAS. (Geautoriseerde vertaling van H. Houben.) 48) ..En u liet. hem dien smaad ondergaan", zei Cornelia bitter. .Meent u soms. dat ik niet gestraft ben?" gilde Yvonne ais een bezetene. „lede ren dag, ieder uur heb ik hetzelfde ge leden als hij zal lijden, maar ik zeg u nog eens, dat het niet gemakkelijk is. je hoofd onder de guillotine te leggen", en ze brak in een waanzinnig snikken uit. Cornelia keek haar vast aan. „Die be kentenis moet openbaar gemaakt worden", zeide zij. ..Ka. wat kunt u daaraan doen?" en Yvon ne wierp het hoofd in den nek. Cornelia deed een pas achteruit en legde haar vinger weer op den belknop. .Luister", zei ze duidelijk. ..Als ik even op deze schel druk. komt er dadelijk hulp en kan ik u aan de politie overleveren, die heel gemakkelijk de waarheid uwer woor den kan achterhalen als ze eenmaal weet, wat u mij hebt- bekend". „Bel dan maar", schreeuwde Yvonne uit dagend. „Er is ook een andere mogelijkheid. Schrijf een korte bekentenis met de voornaamste -;i er staat pee en inkt op de tafel fi.t onderteekent u en geeft het aan mij en ik be'.oof u op mijn eerewoord, dat ik er ^geen gebruik van zal maken voordat u twee uur tijd gehad heeft om weg te komen. Nu kunt u kiezen". Yvonne staarde als verdwaasd rond. Ze was geheel ongewapend, want sinds ze een beter leven leidde, had ze zelfs geen dolk bij zich. Als ze op Cornelia toesprong en op haar meerdere kracht rekende om haar er onder te krijgen, wat haaT zeker zou luk ken zou ze haar toch niet kunnen be reiken. voordat, deze gebeld had, waarop de heele staf bedienden haar te hulp zou ko men. Zij was gevangen en nog wel door dat meisje, dat ze opnieuw haatte en verachtte. Ze trok haar bovenlip op en toonde met een katachtig gebrom haar spitse tan den. Cornelia gaf geen teeken van angst. „Nu?" vroeg ze koud. HOOFDSTUK XIX. Hereenigd. Yvonne wierp haar een blik vol onuit- 5prekelijken haat toe. „Ik kan schrijven", zei ze woest. „Wat moet ik zeggen?" „Wat ik u juist gezegd heb. Hoe en waar om u Gaston Débu neerschoot". Yvonne naai eeo stuk papier met het hctelhoofd er cp. nam de pen en doopte die in tien inktpot. Toen beyon se met veel om slachtigheid er. telkens weifelend aan haar bekentenis. Het duurde lang eer ze er mee klaar was, zóó lang, dat Cornelia die toe- onmiskenbare bekentenis. Cornelia's hart kalmte haar ging begeven. Eindelijk was het klaar. Yvonne legde de pen neer, her las wat ze geschreven had. en zette haar handteekening. „Ziehier!", zei ze en woedend smeet ze haar bekentenis voor Cornelia's voeten neer. Met haar hand nog op den belknop, bukte Cornelia zich om het op_te. rapen en las Jiet door. 't Was slecht geschreven en vol fou ten, maar het was toch een duidelijke en onmiskenbare bekentenis. Cornelia's haart sprong op van vreugde, want dit beteekende leven en vrijheid. Het papier stijf vast houdend. ontsloot ze de deur en hield deze wijd open. „Ga", beval ze. Yvonne ging zwijgend de kamer uit. Cor nelia zag niet eens den blik van felle woede, die haai bij het naar buiten gaan werd toegeworpen. Gedurende de twee volgende uren sloot Cornelia zich op in haar kamer. Zelfs Julia Lowson durfde ze niets te ver tellen uit angst, dat de bekentenis zou wor den gebruikt vóór de tijd. dien ze gegeven had. verstreken was. Haar vader zou nu spoedig terugkomen en hem zou ze het kost bare document laten zien en dan zouden ze te zamen naar de Süreté gaan. Ze liep onrustig door de kamer, ze kon niet stil blijven zitten van vreugde. Over een poosje, een heel klein poosje, zou hij vrij zijn en zij had hem gered. Ze dacht aan hun laatste ontmoeting een paar uur geleden en trachtte zich de volgende ont moeting voor te stellen. O. dat bracht haar bijna buiten zich zelf: van louter vreugde kon ze niet geregeld meer denken. Ze be tastte de bekentenis met bevende vingers en toen ze weer was gaan zitten, wipte ze stil met haar stoel heen en weer, in-geïukkig en vol overstelpende dankbaarheid. Teen Wild thuis kwam. waren de twee uren bijna verstreken. Sprakeloos van ver wondering luisterde hij naar hetgeen ze vertelde. Ze had nu uitgesproken en vóór hem lag de bekentenis, ,,'t Is bijna een wonder. Ik —ik weet heusch niet, wat ik daarvan zeg gen moet. Kleed je aan, we gaan onmid dellijk naar de Süreté". „Neen. pas over twintig minuten", ant woordde Cornelia opgewonden. „Ik heb mijn woord gegeven, dat za1ik niet breken". Hij keek haar aan, trotsch op zijn doch ter. Hij wist dat ze geen minuutje van den beloofden tijd zou afnemen, hoe zwaar het haar ook viel. Toch kon hij den angst voor den afloop van dit alles niet onderdrukken. Hij gaf zich alle moeite, zich nu geen zorg te maken voor de toekomst en alleen blij te zijn met de plotselinge verandering in het stralende meisje, dat voor hem stond. Toen de twee uren eindelijk verstreken waren gingen zij samen naar de Süreté en na het gewone wachten werden ze bij den Préfect de police binnengeleid. Vóór Wild iets kon verklaren, had Cornelia in één adem haar ervaring verteld en de be kentenis van Yvonne onder de verbaasde oogen van den Préfect gelegd. De Préfect las het aandachtig door en knikte gewichtig; toen hij aan de met moeite geschreven handteekening was gekomen keek hij zijn bezoekers aan. „Ik twijfel niet aan de waarheid, maar we moeten natuurlijk zekerheid zien te krijgen, we moeten nader onderzoeken. Ik kan u ech ter wel zeggen, dat we goed op de hoogte zijn 'van de daden dezer vrouw. Dit is kin derspel voor haar geweest". „Zult u zal hij kwijtschelding krijgen", stamelde Cornelia. „De executie zal natuurlijk worden uitge steld. Ik zelf zal onmiddellijk naar den mi nister. den „Ministre de Justice", gaan. Cornelia's gezicht, vertrok zich een weinig. Ze had gemeend dat l'Etranger Rouge on middellijk in vrijheid zou worden gesteld, zonder aan wettelijke omslachtigheid te denken. Wild richtte zich weer tot den Préfect. „Daar mijn dochter zelf deze bekentenis heeft bewerkt, zult u wel begrijpen, dat we dat we er groot beiang in stellen". De Préfect boog beleefd. „En daar wij er in betrokken zijn, dunkt mij, aatjiet_het teste.».4^^ u zeker wel bekend is, te vragen voor ons op te treden. U zult hem wel eenige inlich tingen willen geven". „Zeer zeker", beloofde de Préfect. Ze verlieten de Süreté en reden regelrecht naar het kantoor van Mr. Fleurie, die de geschiedenis met onverholen belangstelling aanhoorde. Hij greep Cornelia's hand en schudde die hartelijk. „Mijn gelukwenschen, Mademoiselle", riep hij uit. „Het was werkelijk knap werk zulk een vrouw te verschalken! Aan u en aan u alleen zal deze ongelukkige man zijn leven te danken". „Wanneer zal hij in vrijheid worden ge steld?", vroeg Cornelia rustig. Fleurie keek haar met een ondeugende flikkering in zijn oogen aan. „Een knappe, jonge man", zei hij niet zeer zakelijk. „Chère Mademoiselle, hij zal vrij komen, zoodra volgens de wet zijn onschuld is bewezen. Er zijn nu al detectives uitgezon den om die vrouw op te sporen en mij dunkt dat ze zeer weinig kans tot ontsnappen heeft". Zult u ons ieder uur den voortgang van zaken laten weten?" vroeg Wild. „Zcodra ik iets weet. zal ik u onmiddellijk opbellen", beloofde hij. „Weest u maar ge rust. Onze wet- is rechtvaardig, de waarheid zal zeker aan het licht komen". Maar rustig zijn kon Cornelia niet. Toen ze weer in het hotel terug waren, waar me vrouw Lawson hen opgelucht en blij af wachtte. bleef ze voortdurend in de buurt van de telefoon, vloog van het toestel naar het raam en weer terug, liet alle avondbla den halen en bleef steeds in een opgewonden afwachting. (Wordt ver-volgdü.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 8