DE AAP VAN OOM ED.
VRIJDAG 25 AUGUSTUS 1933
HAARLEM'S DAGBLAD
5
AAN ALLEN.
Als we lezen, hoe de Chineezen en Japan
ners elkaar voortdurend bestrijden en op
vaak onmenschelijke wijze schade berokke
nen, dan zou je zoo denken met onbeschaaf
de volksstammen te doen te hebben. Niets
is minder waar. Zij, die gereisd hebben in
China en Japan stonden verbaasd voor de
majestueuze bouwwerken, schilderstukken,
voortbrengselen van handwerkkunst enz.
"t Was vaak van een schoonheid, die de
Westerling gansch niet kent.
Het grootste bouwwerk der aarde, de Chi-
neesche muur is een onovertroffen verdedi
gingswerk. De lengte van den hoofdmuur be
draagt 3000 K.M., dat is ongeveer de af
stand van Londen naar Leningrad. De lengte
van het totale bouwwerk bedraagt 4000 K.M.
De geheele vorm doet denken aan een
reusachtigen draak. De rug is getand. Het
gaat bergop, bergaf; dan eens over rotsen,
dan over bruisende stroomen en ravijnen. Hij
wordt ook beschouwd als 't achtste wereld
wonder. Op schitterende wijze past hij aan
bij de grondsgesteldheid. En die is juist 't
tegenovergestelde van onze streken. Op som
mige plaatsen is er groot verval waar te ne
men. Dat is geen wonder, als men weet, dat
hij meer dan 2000 jaar oud is. Welk een ge
niaal man moet keizer Sjin Sji geweest zijn,
die pl.m. 200 jaar voor Christus order gaf
dezen muur te bouwen om alzoo China tot
een eenheidsstaat te maken. Hij noemde
zichzelf dan ook den eersten keizer. En 't is
jammer, dat deze knappe man iets heel
doms deed. Hij liet alle kunstwerken op 't
gebied van bouwkunde, litteratuur enz. ver
nietigen, opdat met hem een nieuw tijdperk
zou intreden.
Hij heeft werkelijk verstandige nieuwe
wetten gegeven. China was toen een land-
bouwstaat De akkerbouw stond op hoogen
tak en de bodem werd zoo goed bewerkt, dat
er steeds overvloedige oogsten verkregen
werden.
Ten N. van China strekte zich het einde-
looze steppen- en woestijngebied van Mon
golië uit. Daar woonden ruwe jagersvolken,
die wel uit stelen moesten gaan om in hun
onderhoud te kunnen voorzien. Vandaar dat
er vaak begeerige blikken naar 't rijke China
land geslagen werden.
Keizer Sjinsi heeft daarom in de eerste
plaats zijn grooten ijzeren muur gebouwd.
Een millioen arbeiders heeft hij daarvoor
nocdig gehad. Dit waren voor het grootste
deel krijgsgevangenen. Onder zijn regeering
kwam uc muur maar voor een klein deel ger
reed. Onder zijn opvolgers werd China door
binnenlandsche onlusten, geteisterd. In de
13de eeuw kwamen de Mongolen binnen en
de Groote Muur raakte in verval. Tusschen
de 14de en 17de eeuw werd hij weer hersteld.
Toen is de muur klaar gekomen. De basis
is 7 a 8 M. 't Zijn eigenlijk twee muren van
6 a 10 M. hoogte, opgebouwd uit~baksteenen.
De ruimte tusschen deze muren is opgevuld
met puin, leem, steenen enz. Bovenop is weer
geplaveic steenwerk. De muren loopen van
boven naar elkaar toe De borstweering is van
tin. Op regelmatige afstanden zijn op den
muur wachttorens gebouwd van twee ver
diepingen hoog. Ook deze zijn van borstwe
ringen voorzien. Vroeger zaten in deze to
rens de wachtposten. Door middel van een
vernuftig uitgedacht signaalsysteem kon er
onmiddellijk gewaarschuwd worden, als de
vijand naderde. De berichten werden van
den eenen toren naar den andere overge
bracht en zoo doorgeseind naar de hoofd
stad. Tegenwoordige ingenieurs beweren, dat
zelfs met de modernste werktuigen de
muur niet solider gebouwd, had kunnen wor
den. Granaattrechters wijzen er thans nog
op, hoe vaak .hij beschoten is geworden. He
laas zijn er ook vele gaten ontstaan in het
afbrokkelende bouwwerk. We zullen maar
hopen, dat de Chineezen van thans al 't
mogelijke in 't werk zullen stellen om den
Muur voor verder verval te bewaren. Een
Chinees is trotsch op zijn muur. Buiten zijn
muur is 't vreemde land. Hij beschouwt 't als
een groot ongeluk, wanneer hij zou moeten
sterven buiten den Muur. In ieder geval wil
hij binnen den Muur begraven worden. Daar
is 't land zijner vaderen.
W. B— Z.
WAT ONZE BELANGSTELLING
WEKT.
Hoe hoog kunnen vogels vliegen? Men
heeft de condor op 6800 meter aangetroffen,
de arend op 3000 meter, den leeuwerik op 1900
meter en kraaien op 1400 meter. De meeste
vogels bereiken de 1000 meter niet; vlinders
daarentegen treft men soms op 2009 meter
hoogte aan.
Over grotten. Men meende tot voor kort
dat de diepste grot gevonden werd in de na
bijheid van Triest; deze was 329 meter diep:
thans heeft men in 't Italiaansche schier
eiland Istrië een grot ontdekt- ter diepte van
360 meter.
Verkeersongelukken. Men zegt dat bijna
alle verkeersongelukken aan onvoorzichtig
heid zijn te wijten. Slechts 2 pet. zouden hier
buiten vallen.
De telefoon. Op 1 Januari 1925 telde het
aantal telefoonaansluitingen over de heele
wereld 26.038.508. Hiervan had men er in de
Vereenigde Staten van Noord-Amerika 62 pet.
en in ons land 0.78 pet.
Piano's. In Parijs telt men 150.000 piano's
en daar men er belasting heft op deze mu
ziekinstrumenten is dit voor de stad een
aardige bron van inkomsten; ze brengt n.l.
bijna 5 millioen francs op.
Een lange reis. De aarde doet haar reis
om de zon in 1 jaar maar Jupiter doet over
die reis om de zon 12 jaar.
MIJN VACANTIE-UITSTAPJE
NAAR DE VELUWE (VI)
door W. LASSCHUIT.
Getrouw aan de afspraak, stappen we nu op
voor de reis naar Arnhem, een 25 K.M. langs
den straatweg, maar wij maken er maar
eens een 40 KM. van. Daartoe nemen we
onzen ouden, trouwen weg langs Uchelen.
maar slaan nu den weg in naar Beekbergen.
We steken even voor dit dorp den rijksweg
over. fietsen over het asfalt naar Loenen,
waar we aleens geweest zijn. toen met het be
zoek aan dén Loenschen waterval en komen
weer aan den weg naar Woeste Hoeve.
Nu slaan we echter linksaf richting Apel-
doornsche Kanaal, passeeren het stationne
tje Loenen. steken het lokaalspoortje over
en komen dan langs Eerbeek. Dit plaatsje
ligt echter over het kanaal en doen we dus
niet aan, want we bleven aan den binnen
kant.
Laat ik nu het kanaal houden tot Laag
Soeren en jullie eerst eens wijzen op een
eigenaardig iets. waarop mijn aandacht viel,
namelijk deze: Aan mijn zijde, dus aan den
binnenkant van het water wisselde de hei
met hier en daar een weitje met een paar
koeien en het bosch het landschap af. maar
aan den overkant bleef het wei met koeien,
het voor mij als Haarlemmer zoo gewone en
toch mooie landschap.
Is het niet eigenaardig, dat dit kanaal als
het ware de scheiding vormt tusschen Ve-
luwe en Achterhoek, of liever gezegd: Het
Graafschap (De Achterhoekbewoners voelen
het anders als een beleediging. als je zoo
maar over een „Achter"-hoek durft te spre
ken
In Laag Soeren had ik wel het kanaal kun
nen houden, om dan zoodoende in Dieren en
later in Velp uit te komen, maar ik voelde
meer voor bosch en hei en dus sloeg ik
rechtsaf.
Hier splitste de weg zich in tweeën. Beiden
gaan naar Dieren, maar de eene loopt dooi
de Imbosch en is 7 K.M. langer. Ik besloot de
zen laatste te nemen. Dieren Dieren te laten
en door de Imbosch den straatweg naar Arn
hem te bereiken.
De tocht door de Imbosch is van niet-te-
beschrijven schoonheid. Het is al maar bosch
en nog eens bosch van een geweldige opper
vlakte.
Vyil je er 'van genieten, dan moet je het
ook zelf dqorfietsen/.
Ik zal me alleen maar bepalen, dat ik na
ruim 2 uur fietsen pas den straatweg naar
Arnhem bereikte.
Na even gerust te hebben, besloot ik nu re
gelrecht naar deze stad te rijden. Op z'n tijd
is zoo'n bezoekje wel eens aardig.
Je komt aan op een hooge brug, waar van
daan je een mooi gezicht op de stad hebt, Be
neden rollen'trams, autols, fietsen, wandelen
menschen en vlak langs je heen dito, dito,
behalve de tram.
Een eindje verder ontmoet je dezelfde
tramlijn, als deze een stukje naar boven is
„geklauterd",
Arnhem's straten gaan op en af, en voor
zien van zoo nu en dan een stukje glad as
falt ofakelig hobbelende keien.
Het is het knooppunt van vele tram- en
treinwegen. Er gaan b.v. trams die de ver
schillende stadspunten verbinden, een lijn
naar Velp. een eigenaardig soort-, ik denk,
benzine motorwagen met een soort schoor
steentje naar Doetichem.
Het bezit een mooi concertgebouw. Musis
Sacrum, waar de Arnhemsche Orkest ver-
eeniging in den regel concerteert. Het bezit
prachtige omstreken, om maar eens alleen
Sonsbeek te noemen.
Ik ging terug met de autobw fiets
wordt er dan opgelegd.
De mooie Julianatoren met zijn attracties
biedt voor de bezoekers van Apeldoorn een
aardig uitgaanspunt.
Je hebt er b.v. de beeldengalerij, waar ver
schillende „groote" personages uit de ge
schiedenis zijn afgebeeld, waar een ..onech
te" neger-jazz-band zijn afgrijselijke mu
ziek doet hooren.
De lachspiegels behoeven geen nadere om
schrijving. Iedereen kent ze. Het doolhof is
vermakelijk. Geregeld loop je met je neus te
gen een hooge heg op en dan maar terug,
totdat je eindelijk na lang gezoek het eind
punt. dat weer het beginpunt voor de grot
vormt, een reusachtig gewelf meteen
doorkijk in de huiskamer van een familie
ja, de naam ben ik werkelijk vergeten!
hebt gevonden.
De speeltuin biedt ook vele vermakelijk
heden.
.De volgende week gaan we de twee laatste
Veluwsche tochten maken, namelijk van
Apeldoorn over het Uddelermeer naar Gar
deren en Putten. Dan langs den beroemden
Postweg naar St-averden. Élspeet terug naar
Apeldoorn. Pl.m. 50 K.M. Daarna huistoe per
fiets tot Amersfoort over Kootwijk en Barne-
veld. die helaas met regen eindigde, maar
dat toch op zichzelf nog een mooie tocht
wordt.
En dan zullen we onze uitstapjes maar eens
besluiten.
STRAKS.
Straks gaan weer de schooldeuren open,
Straks vangt er het werken weer aan,
Straks is 't met pret en pleziertjes
Voorloopig voorgoed ..weer - gedaan.
Straks is het weer werken, en. leeren
Straks gaat alles juist weer op tijd.
En na zoo'n mooie vacantie
Zijn wij ook tot werken bereid.
Straks is de vacantie .verdwenen.
En allen gaan weer aan het werk.
Maar na zoo'n heerlijken zomer.
Voelt ieder zich krachtig en sterk.
Straks gaan weer de schooldeuren open,
Komt, vroolijk naar binnen gegaan.
Na al de pret en pleziertjes.
Maar dubbel ons best dan gedaan.
W. B.—Z.
AANKLEEDEN MET
HINDERNISSEN.
Rudolf logeert bij zijn Oom en Tante op
een boerderij. Op een dag is hij weggegaan,
heeft zijn barigoed meegenomen en is in
een beekje gaan zwemmen, want het is ver
schrikkelijk warm. Zijn kleeren heeft hij over
een laag hangende boomtak gehangen.
Na een poosje, als hij lekker verfrischt uit
het water komt en zich wil gaan aankleeden.
bemerkt hij tot zijn schrik, dat iemand een
groote hond aan den boom heeft vastgebon
den zoodat hij niet bij zijn kleeren kan.
Wat nu! Hij kan toch niet zoo naar huis
gaan. Er is geen sterveling in de buurt om
hem te helpen en zoodra hij'maar een po
ging doet om bij zijn kleeren te komen, be
gint de hond woedend te blaffen en laat zijn
tanden zien.
Maar Rudolf is niet dom. Plotseling krijgt
hij een schitterend idee. en werkelijk vijf
minuten later heeft hij zijn kleeren en kan
hij zich aankleeden.
Wie van jullie weet wat Rudolf deed?
Oplossing komt de volgende week.
TANTE TINE,
EEN PRAATJE OVER
ST. OEDENRODE.
Zoo waren we dan van Groesbeek vertrok
ken naar Sint Oedenrode. Eerlijk gezegd, was
dat eerst een teleurstelling. Het prachtige
Geldersche landschap om Nijmegen was zoo
weel grootscher dan de Brabantsche hei, bosch
en vennetjes, De gulle goedhartige Braban
ders en vooral ons meer dan goede pension
waren de oorzaak, dat we er toch geen spijt
van hadden hier te zijn gekomen Al wan
delende en speurende ontdekten we ook veel
natuurschoon. Je moet het zelf ontdekken,
„Oom Ed. vertel nog eens wat. Hè toe!"
vleiden de kinderen.
Oom Ed lachte:
.„Ach kinderen, ik weet niets meer. Ik heb
jullie al alles verteld!"
„Nee, dat is niet waar. Daar is niets van
aan!" werd er geprotesteerd en Tineke, Ooms
lieveling, ging aan zijn arm hangen.
„U hebt ons beloofd nog eens te vertellen
van Jokke, uw aap."
„Hè ja. van Jokke,*' riepen de anderen in
koor. „Toe Oom. van Jokke!!''
Tegen zooveel aandrang kon Oom Ed
niet op.
„Nu goed dan: maar dan gaan we in den
tuin zitten. Het is veel te mooi weer om bin
nen te blijven."
Stoeiend en ravottend holden ze den
tuin in.
Het was een heerlijke zomervacantie; alle
nichtjes en neefjes logeerden op het- groote
buiten van Oma en Opa. En Oom Ed. de
jongste zoon van Oma en Opa was toevallig
thuis. Oom Ed was stuurman op de groote
vaart en vertellen, dat hij kon
Zoo ook nu weer. Oom ging op de oude
bank zitten, die heelemaal aan het einde van
den tuin stond: blonde Tineke nestelde zich
dadelijk op zijn schoot, terwijl de andere kin
deren om Oom heen gingen zitten of staan.
Oom Ed keek eens lachend het kringe
tje van zijn jeugdige toehoorders rond. Blau
we. bruine en grijze kijkers waren vol ver
wachting op hem gericht.
Toen begon hij:
„Jokke was een middelmatig groot chim-
pansë, die ik eens van een paar negers in
Afrika had gekocht. Het was een trouw dier
en erg aan mij gehecht. MaarJokke zat
vol grapjes en dat was voor sommige men-
schen niet altijd aangenaam. Zoo gebeurde
het eens, dat ik van een reis terugkwam en
eigenlijk geen huis had. Jullie hoeven niet
zoo verwonderd te kijken! Dat kwam omdat
Oma en Opa juist op reis waren en ik had
geen zin om alleen in het groote huis te wo
nen voor die paar weken. Zoo besloot ik dan
zoolang maar ergens en pension te gaan.
Maar, nu kwam de groote moeilijkheid:
Jokke. Die meest met mij mee. Het dier was
zoo aan mij gehecht, dat hem onmogelijk in
een asyl of iets dergelijks had kunnen over
brengen. Dan had hij vast en zeker ziek ge
worden. En jullie weten, als apen uit hun
eigen klimaat eehaald worden, dan kunnen
ze niet veel hebben.
Na lang zoeken had ik dan eindelijk een
pension gevonden, waar ik Jokke bij me
mocht houden tegen goede betaling. Ik was
heel blij. want om jullie de waarheid te zeg
gen. ik had Jokke ook niet goed kunnen
missen.
Eerst was Jokkr wat schuw in de nieuwe
omgeving: maar dat duurde niet lang; want
spoedig begon hij zijn oude grappen weer
uit te halen.
Er waven in het. pension natuurlijk nog
meer menschen; daar was bijv. de dokter
Een vriendelijk man en erg stipt. Zoo had hij
de vaste gewoonte om "s morgens om acht
uur uit te gaan met zijn hoed op en dan in
den tuin rustig de kracht te gaan zitten le
zen. Was het weer te slecht, dan kroop hij
in het prieel. Jokke nu. was spoedig op de
hoogte met deze gewoonte. Het was een heel
verstandige aap.
Maar nu weten jullie nog niet. dat Jokke
vrij in huis mocht zijn. En 's avonds sliep hij
meestal op den divan in den salon, warm
toegedekt met een deken. Jullie weten, apen
zijn erg gevoelig voor kou.
Op een goeden ochtend nu. toen de dok
ter zijn hoed wilde pakken, om in den tuin
in het ochtendblad te gaan, lezen, hing deze
niet op de gewone plaats. Overal zocht hij.
geen hoed te vinden. Jokke lag rustiz oo
zijn divan te slaoen; later werd het heele
huis doorzocht. Maar de hoed was er niet.
Dien dag ging de dokter uit met een oude al
pinomuts op.
's Avonds, toen iedereen in het salon zat
en het lic.h; or)g°draaid werd. zae de dokter
nio?celing ziin hn-d .aan da Iamn handen.
Dat kon natuurlijk niemand anders dan
Jokke gedaan hebben. Die leeperd had zich
's morgens onschuldig slapend gehouden.
Maar er zou nog iels veel mooiers gebeu
ren. Toen we er een paar dagen waren, kwam
er een nieuwe gast, een dame. Maar een
vervelende dame; overal had ze iets op aan
te merken en te mopperen. Voor Jokke was
ze doodsbang en omgekeerd had Jokke een
hekel aan haar.
Verder was ze buitengewoon nieuwsgierig.
Men had er haar al een paar keer op be
trapt, dat ze achter de deur stond te luis
teren.
Eens op een avond zaten alle gasten'rus
tig te praten. Jokke was nergens te vinden
en de oude juffrouw was op haar kamer
naar alle waarschijnlijkheid.
Het licht brandde, de overgordijnen waren
gesloten.
Ik voerde juist een interessant gesprek met
den dokter over Afrika, waar hij ook geweest
was. toen er plotseling een gil weerklonk,
van achter de gordijnen, die plotseling heftig
begonnen te bewegen.We schrokken allemaal
op. de dokter sprong al in een dreigende
houding, toen vanachter de gordijnen.... de
oude juffrouw te voorschijn kwam. Maar,
met een kaal hdofd. Daar boven, hangend
aan de gordijnenroe. zwaaide Jokke triom
fantelijk meteen pruik.
Hij had opgemerkt, dat de juffrouw altijd
stiekum achter de gordijnen stond om te
luisteren, wat er gezegd werd en Jokke. met
zijn ondeugende streken had besloten haar
een poets te bakken. Toen ze er dien avond
weer stond, had hij er zich van te voren
verstopt en haar plotseling bij het haar ge
grepen. om haar te doen schrikken. Wat nie
mand wist. kwam toen uit; de juffrouw
droeg een pruik die losliet bij den hef-
tigen rak van Jokke.
Jullie kunt- begrijpen, dat ieder moeite
had om zijn lachen in te houden. De iuf-
frouw rende weg naar haar kamer en teen
lachte ieaeiecn hardop. Jokke was de held
van den avond iedereen verwende hem:
want om jullie de waarheid te vertellen, we
hadden allemaal een hekel aan de juffrouw.
Den volgenden morgen vertrok ze in alle
stilte: we hebben haar nooit meer gezien.'
..-En had ze haar pruik terug. Oom?"
vroeg Kansje.
Oom lachte luid
„Ja. Hansje. Die heeft de dokter haar per
soonlij': teruggebracht. Dokter was n.l. dol
blij, 'dat hij n'et het eenige slachtoffer was
van Jokkes grappen. Hij klopte heel beleefd
aan en op de vraag van de juffrouw, wie er
was. zei hij dat de pruik er was. De juffrouw
stak toen een hand om de deur en greep de
pruik zoo uit zijn handen. We hebben er. het
is misschien niet erg netje* nog heel lang
plezier over gehad." besloot Oom lachend
„Dat was dan dc straf voor haar luiste
ren,zei Else beslist.
(Wordt vervolgd.)
want een wandelkaart of gids bestaan hier
niet.
Op den eersten dag bezochten wc het kas
teel Henkenshagen. Het draagt de Gulicksche
kleuren rood en geel. "neeft ronde gekanteel-
dc torens en is door een gracht omgeven. Het
geheel maakt een somberen Indruk.
Er omheen is fraai geboomte, aardige zon
nige laantjes. Wat wij 'l allerprettigst von
den was. dat je er vrije wandeling had. Op
enkele hoogtepunten was een mooi panorama
van het welvarende St. Oedenrode. Ik heb
eens geïnformeerd, hoe men aan dezen naam
is gekomen Rode bctcekent woest. St. Oeden
komt van St. Oda. Oda was een Engelsche
prinses, die blind was en in 626 Engeland
ontvluchtte om genezig te zoeken. Ze stak het
kanaal over. en kwam vla België in Brabant
en tenslotte in Roy. Daar werd ze op wondere
wijze van haar biindheid genezen. Toen werd
ze patrones van het dorp. dat voortaan
heette St. Oda-rode en langzamerhand over
ging tot St. Oedenrode. Oda zelf sleet haar
leven in een hutje met als eenig gezelschap
een ekster.
Ze wordt ook nu nog afgebeeld met een
ekster in de hand. Ter harer gedachtenis is
hier een prachtige kerk opgericht, de Sint
Oda-kerk. Ook een zuivelfabriek draagt haar
naam. Dan is er nog een ziekenhuis, het St.
Oda-gestlcht.
Wij kijken juist op de markt, een groot
langwerpig plein. In 't midden staat een mu
ziektent. de kiosk geheeten. Alleen op groote
feestdagen wordt er muziek in gemaakt. Op
5 minuten afstand stroomt de Dommel, 't Is
eigenlijk maar een klein riviertje met veel
bochten. Soms kan ze toch nog lcelijk spo
ken. Aan weerskanten van den Domme! lig
gen de Sonsche en Vresselsche heide. Er is
een heel mooie weg langs een ouden arm van
den Dommel. Het landschap is zeer afwisse
lend, groene weiden aan den eenen kant,
woeste grond aan den anderen. Dan weer één
zandwoestijn en hei. En in de verte torentjes
van allerlei bekende en onbekende dorpjes.
Veel boerenwoningen met bemoste daken.
Ook de grpote korenschelven niet de spitse
stroodaken zijn zoo'n mooie stoffeering van
't landschap. We hebben ook nog gedoold op
een oude buitenplaats. Arbeidsrust. 't Was
er zoo stil en zoo vol van natuurschoon,
dat we ons verwonderd afvroegen, waarom
er niet meer wandelaars van deze plek ge
noten. Wij dachten zelf ook vaak. dat er
hier nog veel meer schoons te genieten viel,
maar nergens is een handwijzer te ontdek
ken. Bij 't heengaan betreurden we het. dat
hier in dit mooie, vriendelijke Brabantsche
dorpje zoo weinig gedaan wordt voor 't vreem
delingepverkeer. Wie van jullie een wandel
tocht of fietstocht door Brabant maakt, kan
ik zeer sterk een bezoek aan St. Oedenrode
aanbevelen. Rust da" uit in het Dorpshotel
Schoonhen. Wij voor ons hebben het gevoel,
dat boven de mooie omgeving de spontane
hartelijkheid, de bereidwilligheid en de gul
heid der Brabanders ging.
W. B— Z.
Boer tot zijn knecht: Krelis, ga eens gauw
naar de stad en kijk op den kerktoren, hoe
laat het is,
Krelis; Maar baas, ik heb geen horloge.
Boer: Wat doet dat er toe Krelis. Ik zal je
een papiertje en potlood meegeven en dan
schrijf je het daar maar op.
Chef tot zijn loopjongen: Je bent een uur
te laat. Piet.
Piet wrijvend over zijn pijnlijke knieën: Ja
meneer, dat komt omdat ik thuis van de
trap ben gevallen.
Chef: Dan had je hier nog eerder kunnen
zijn.
Dlck: Mammie, u hebt gezegd, als ik een
half uur zoet speel, dan mag ik kiezen, wat
ik van U hebben wil.
Mammie: Ja schat en wat wou je dan
graag?
Dick: Nou wou ik graag een uur stout zijn.
ONZE SERIE
SCHADUWBEELDEN.
Hier volgen:
DE KOE
Als julüe het vorige schaduwbeeld goed
besaideerd hebt. zoodat je dat nu zonder
moeite kunt vormen, komen hier weer een
paar nieuwe.
DE HOND
Een ervan is heel eenvoudig, terwijl het
andere een beetje meer moeite zal kosten.
Maar dat hindert niet. Geduld overwint alles