EMGELSCHE
AftSTH RAG 1 ET
N.V. STEENKOLENHANDEL v.h. J. H. KRUL Jr.
De Afsluitdijk officieel
opengesteld.
Bierstatistiek.
De vi jfde dag te Leipzig.
Hei Bdmtpijkste
51e Jaargang No. 15416
Verschijnt dagelijks, behalve öp Zon- en Feestdagen
Dinsdag 26 September 1933
HAARLEM S DAGBLAD
Directie; P. W. PEEREBOOM
en ROBERT PEEREBOOM.
UITGAVE LOURENS COSTER MAATSCHAPPIJ VOOR
COURANT-UITGAVEN EN ALGEMEENE DRUKKERIJ N.V.
Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM.
ABONNEMENTENper week 0-25, per maand 1.10, per 3 maanden
ƒ3.25, franco per post 3.55, losse nrs. ƒ0.06. Geïllustreerd Zondagsblad:
per week ƒ0.05, per maand 0.22, per 3 mnd. ƒ0.65. franco per post f 072S4.
Bureaux: Groote Houtstraat 93 p Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12
Telefoon Nos.: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600
Drukkerij: 10122, 12713 Administratie: 10724, 14825 Postgiro 38810
ADVERTENTIëNi5 regels ƒ1.75, elke regel meer f035. Reclame»
ƒ0.60 per regel. Reductie bij abonnement. Vraag en aanbod 14 regels 0.60,
elke regel meer ƒ0.15, buiten Arrondissement dubbele prijs. Onze Groentjes
(iederen dag) 1—3 regels ƒ0.30, elke regel meer ƒ0.10, uitsluitend a contant.
Gratis Ongevallenverzekering voor Maand- en Weekabonnés. Levenslange ongeschiktheid en Overlijden f 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog f400.-. Duim f250.-. Wijsvinger f 1 50.-, Elke andere vinger f 50.-, Arm- of Beenbreuk f 100.-.
idem voor Abonnés op het Geïll. Zondagsblad: Levenslange ongeschiktheid f2000.-. Overlijden f 600—. Verlies van Hand, Voet of Oog f400—. Verlies Duim f75.-. Verlies Wijsvinger f75.-. Verlies andere vinger f30.-.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWAALF BLADZIJDEN.
HAARLEM, 26 September.
Nederland en de Duitsche
Joden.
,,De vraag of door het Nederlandsch initia
tief het lot van de Joodsche vluchtelingen
onderwerp van bespreking op de veertiende
Volkenbondsvergadering zal'uitmaken, blijft
iji groote mate de belangstelling in Volken
bondskringen bezatten. Minister De Graaff
hoopt vandaag of morgen over dit onderwerp
een onderho.ud met von Neurath te hebben
en indien dit bevredigend zal verloopen mag
verwacht worden dat de Nederlandsche dele
gatie op de Volkenbondsvergadering het voor
stel zal indienen, dat de Volkenbond een
commissie benoemen zal die onderzoeken zal
op welke wijze de moeilijkheden het best
zouden kunnen worden ondervangen die door
het vertrek van duizenden Joden en andere
vluchtelingen uit Duitschland ontstaan zijn;
moeilijkheden niet alleen voor deze uitgewe
kenen zelf, maar ook voor de staten waar
heen zij hun toevlucht hebben genomen.
De te benoemen commissie zal een ruime
opdracht moeten hebben ten aanzien van de
voor te stellen maatregelen, die o.a. zouden
moeten betreffen de verdeeling van de vluch
telingen in de verschillende landen; de ver
schaffing van werkgelegenheid aldaar, de
bevordering van de emigratie naar Palestina
en de hun te verstrekken paspoorten. De stu-»
die zal niet slechts tot'; de Joodsche vluchte
lingen beperkt moeten blijven, maar ook tot
diegenen die uit andere overwegingen Duitsch
land hebben verlaten. In de hoogste kringen
van het Volkenbondssecretariaat schijnt men
het voorgenomen Nederlandsche initiatief
met groote instemming te begroeten, terwijl
ook uit het overleg met de regeeringen van
andere staten, waar Duitsche vluchtelingen
•in grooten getale verblijven, zooals Frankrijk,
Tsjecho-Slowakije en Zwitserland, gebleken
is, dat hetook door de delegaties van deze
landen ter Volkenbondsvergadering gaarne
ondersteund zal worden".
Dit bericht de Geneefsche correspondent-
van het Alg. Hbl. De practische tusschen-
komst van Nederland ten bate van de uitge
weken Joden is een taak, die zeer kenmerkend
op onzen weg ligt. Het mag. "ons verheugen
dat- een dergelijk 'initiatief van onze regee
ring uitgaat en we kunnen er gerust bijvoe
gen: „Wij hadden ook niet anders verwacht".
Nederland is immer de veilige toevlucht voor
verdrukten en vervolgden in andere landen
geweest; het is niet meer dan logisch dat het
zich ook voor hun toekomst interesseert, en
de andere regeeringen oproept om gezamen
lijk die te verzekeren. Alleen kunnen wij dat
niet. Wij zijn een klein volk, en als een acht
maal zoo groot volk een aanval van rassen
haat krijgt en de Joden verdrijft kunnen wij
de gevolgen van dit ziekteproces niet alleen
voor onze rekening nemen.
Het zal den te. Genève bijeengekomen
staatslieden overigens ook wel duidelijk zijn
dat wie zulke daden bedrij'fït er eenige ver
antwoordelijkheid voor heeft te dragen, en
het as.dus te verwachten, dat de Duitsche.
ministers zal gevraagd worden wat Duitsch
land eigenlijk zelf denkt te doen om de
materiëele gevolgen van de zaak op te
lossen.
Overigens is het te hopen dat het bij deze
practische uitwerking van de zaak niet zal
blijven. Het Rijksdagbrand-proces bewijst
dat men ten langen leste in Duitschland be
nauwd is geworden over de opinie in het
buitenland.
Ten aanzien van de Jodenvervolgingen is die
opinie veel onverdeelder en positiever. Zij
houdt daar niet maar slechts twijfel en ach
terdocht in. maar vrijwel algemeene veroor
deeling. Het zal zeer gewenscht zijn dat op
de eerste Volkenbondsvergadering, die na deze
vervolgingen gehouden wordt, de overige na
ties zeer duidelijk aan Duitschland te kennen
geven wat zij ervan denken.
Genève is steeds bedoeld als een centrum
r.iet alleen van internationale zakelijke on
derhandelingen. maar ook van ontwikkeling
der internationale cultuur, die door de Duitsche
De- IteHnismakutfr mei
Uaadem-'s Dag-Wad
wordt vandaag voortgezel door een aan
tal a.s. abonnés wij hebben het
vertrouwen dat zij het zullen worden
die het voor de vierde maal ontvangen.
In de zes nummers van ons blad, die
hun worden toegezonden, zullen zij met
belangstelling bijdragen vinden van
onze kunstcritici. De namen dier vaste
medewerkers aan ons blad zullen zij
dadelijk met herkenning begroeten, om
dat de arbeid onzer critici hen overal
bekend heeft gemaaktook binten onzen
vasten lezerskring, ook buiten dit district
waarin Haarlem's Dagblad als Eerste
Dagblad geldt.
De heer en J. B. Schuil (Tooneel).
Karei de Jong (Muziek), J. H. de Eois
Schilderkunst en Litteratuur)G. J.
Kalt (Muziek) en H. G. Cannegieter
Tooneel en Filmkunst) verzorgen ge
zamenlijk een Kunstrubriek, die tot de
allerbeste in Nederland behoort. Als gij
ook van hun werk in Haarlem's Dagblad
de trouioe lezer wordt zult gij de zeker
heid hébben helder en volledig op kunst
gebied voorgelicht te worden door men-
schen van diepgaande studie en groote
ervaringenthousiasten voor de Kunst
die hun lief is.
Uw haard of kachel gedurende den
geheelen winter aan te houden.
Slechts 's morgens en 's avonds een
weinig Uw rooster schudden en
b ij vu 11 e n met onze
afm. 15-20 m.M. a 1.60 per H.L.
IPP00 franco bergplaats. a"^[
OVERVEEN, TELEFOON 11617-T4I06
Aangenamer en I
goedkooper dan I
welk systeem van
rwar m ing ook
(Adv. Ingez. Med.)
Jodenhetze een trap in achterwaartsche rich
ting heeft gekregen. Hoe eerder dit tot de
Duitsche regeering doordringt, hoe beter. Ten
slotte zal zij toch onvermijdelijk bakzeil
moeten halen. Het gaat zoo niet, en we leven
nu eenmaal in de twintigste eeuw, en niet in
de tiende.
R. P.
Het monument ingewijd.
Meer dan driehonderd genoodigden uit alle
deelen van het land hadden zich na de zeer
scherpe controle van de marechaussee aan de
beide kanten van den afsluitdijk te hebben
gepasseerd Maandagmiddag tegen dire uur
verzameld op de plaats, waar op 28 Mei van
het vorige jaar des middags te 13.02 uur het
laatste sluitgat van den afsluitdijk in den
Vlieter was gedicht.
Onder hen bevonden zich tal van autoritei
ten de vroegere ministers van Waterstaat
König, Bongaerts en Reymer, tal van leden
van de Eerste en Tweede Kamer, de Commis
sarissen van de Koningin in de provincies
Noord-Holland Jhr. Röell en Friesland Jhr.
Harinxma thoe Slooten, familie van wijlen ir.
C. Lely, leden van den Zuiderzeeraad met diens
voorzitter ir. A. Wortman, leden van de Com-
missie-Lorentz, leden van de Zuiderzee-
commissie voor Defensiebelangen, Mr. G. Vis
sering en leden van de naar hem genoemde
commissie, vertegenwoordigers van de Gene
rale Commissie Zuiderzeesteunwet, de meeste
ingenieurs van den dienst der Zuiderzeewer
ken, de directie van de Nederlandsche Spoor
wegen, burgemeesters van tal van gemeenten
uit Friesland en Noord-Holland en tal van
andere vooraanstaande personen van vele
diensten, die direct of indirect in verbinding
stonden met de Zuiderzeewerken.
Na de rede van ir. De Blocq van Kuffeler,
waarvan wij reeds den korten inhoud ver
meldden, heeft gesproken mr, J. H. Telders.
als president-commissaris van de Maatschap
pij tot Uitvoering van Zuiderzeewerken.
De opdracht aan den ontwerper, architect
Dudok, was, dat het aan te bieden monument
eenvoudig zou zijn, dat het niet mocht her
inneren aan de crisisneerslachtigheid, doch
aan het werk van een krachtig volk. Spr. ge
loofde, dat de ontwerper daarin alleszins ge
slaagd was. Van denzelfden geest getuigt de
reliefplaat, die zal worden aangebracht onder
een aan den toren, die het monument vormt,
gebouwde luifel, ontworpen door den beeld
houwer Hildo Krop, en waarop de voortduren
de uitbreiding van zijn grondgebied symbo
lisch is weergegeven door drie steenzetters,
waarboven als spreuk is geplaatst „Een volk
dat leeft, bouwt aan zijn toekomst".
Het monument is geplaatst op de plek, waar
op 28 Mei 1932 de afsluitdijk van de Zuiderzee
werd gesloten. Ter weerszijden van een toren,
waarvan het hoogste punt ongeveer 25 M.
boven den waterspiegel is gelegen, leiden
breede trappen naar een bordes op ruim 6 M.
boven den waterspiegel, uitzicht gevende over
het IJsselmeer. Van dit bordes af geven twee
teakhouten deuren toegang tot een wentel
trap in den toren, welke aan de Waddenzee
zijde opzettelijk gesloten is gehouden en aan
de IJsselmeerzijde van glas is voorzien; naar
boven gaande verwijdt de blik zich dan alleen
over het IJsselmeer.
Ter hoogte van ongeveer 18 M. boven den
waterspiegel krijgt men van een platform een
onverwacht weidsch uitzicht over de Wadden
zee, terwijl zoowel naar het Oosten als naar
het Westen het machtige dijkslichaam als
een rechte streep vervaagt, slechts aan de
Oostzijde door het Breezand en door het Korn-
werderzand onderbroken om aan den horizon
zich op te lossen in de nauw zichtbare aftee-
kening van het oude land.
Aan de Waddenzeezijde is tegen den toren,
in een golfmotief van de hand van den beeld
houwer Hagedoorn een gedenkblok van
Beiersch graniet aangebracht, waarop de
woorden „Hier werd de dijk gesloten 28 Mei
1932".
De voorzitter van het Comité tot oprichting
van een gedenkteeken op een afsluitdijk, jhr.
mr. J. M. van Beyma, burgemeester van
Leeuwarden, verzocht den minister namens
het comité te aanvaarden twee bronzen pla
quettes ter plaatsing in de heftorens van de
uitwateringssluizen in het Westen bij Den
Oever en in het Oosten op het Kornwerder-
zand. De beide plaquettes vermelden als op
schrift; „Tijdens de regeering van Koninging
Wilhelmina is deze afsluitdijk, hoofdwerk van
de gedeeltelijke droogmaking der Zuiderzee,
rechtstreeksche verbinding van Noord-Holland
naar Friesland, in 5 jaren tijd tot stand ge
bracht door het vernuft en den arbeid van
Nederlandsche ingenieurs, aannemers en
werklieden. Ter herinnering hieraan is deze
plaat door tijdgenooten aangebracht".
Jhr. Beyma bood den minister een bijbe-
hoorend album met de namen der schenkers
ter plaatsing in het archief der Zuiderzee
werken aan.
De minister deelde medfe, dat dr. Colijn, oud
voorzitter van den Zuiderzeeraad tot zijn
leedwezen verhinderd was; hij herdacht dr.
Lely, en somde devoordeelen van de Zuider
zeewerken op, 'al vergat hij de nadeelen voor
de visschersbevolking niet.
Tenslotte deed hij mèdedeeling van de
onderscheidingen, die de regeering van haar
kant heeft gemeend aan de Koningin te
moeten voorstellen.
Te 16.20 verklaarde de minister den af
sluitdijk voor het publiek geopend, waarna
de Marinekapel onder leiding van den heer
L .H. f. Leistikow het Wilhelmus speelde.
Aan beide zijden van den dijk stonden
reeds auto's te wachten.
Vele bewoners van Den Oever hadden de
vlaggen uitgestoken.
Benoemd is tot ridder in de Orde van den
Nederlandsehen Leeuw Ir. W. Kamp te
's-Gravenhage, hoofdingenieur bij den Dienst
der Zuiderzeewerken, ir. J. H. Telders te Be
verwijk, voorzitter van den Raad van Be
stuur van de Maatschappij tot uitvoering van
Zuiderzeewerken en ir. N. de Ronde Bresser
te Wassenaar, secretaris van den Raad van
Bestuur van de Maatschappij tot Uitvoering
van Zuiderzeewerken.
Benoemd zijn tot officier in de Orde van
Oranje Nassau ir. J. Lely te Wieringen, di
recteur-hoofduitvoerder van de Maatschap
pij tot Uitvoering' van Zuiderzeewerken, ir.
J. C. Pannekoek te 's-Gravenhage eerstaanwe
zend ingenieur bij den dienst der Zuiderzee
werken en ir. J. F. R. van de Wall eveneens
eerstaanwezend ingenieur bij den dienst dei-
Zuiderzeewerken.
Verder is toegekend de eeremedaille, ver
bonden aan de Orde van Oranje Nassau in
goud aan den heer D. ten Veen te Haarlem,
hoofdmachinist in dienst bij de M. U. Z.
Volgens een statistiek ivordt in
België het meeste bier gedronken.
n.l. 165 L. per hoofd per jaardan
volgt Engeland met 70 L. en onder
aan de lijst Nederland met 20 LJ.
Voor statistische gegevens
Raak ik altijd weer in vuur,
Zie bijvoorbeeld nu dit epos
Van de bierliter-atuur.
België 'drinkt dus het hardste
Van het schuimend gerstenat,
Hond'êrdvijfenzestig 'liter,
Ieder jaar, dat is je wat.
En per hoofd van de bevolking,
Inclusief de zuigeling.
Elk volwassen hooiki is. practisch,
Dus een okshoofd niet gering.
't Zou misschien nog juister wezen,
Als men zei: zooveel per buik,
Hoe dan ook, die brave Belgen
Hebben een bar bierverbruik.
Wij volstaan met heel wat minder,
Matig zijn wij toch, nietwaar,
Eiken dag een heel klein slokje,
Twintig liter in het jaar.
Nationale trotsgevoelens
Wellen op, als je dat ziet.
Statistieken van jenever
Maakt men nog gelukkig niet.
P. GASUS
Van der Lubbe beantwoordt
vragen.
Een andere methode van verhoor.
(Zie ook pag. 3)
LEIPZIG. 26 Sept. (V.D.i Hedenmorgen, op
den vijfden dag van het proces te Leipzig in
verband met de brandstichting in den Rijks
dag. was de belangstelling wederom zeer groot-
en reeds geruimen tijd voor de opening van
de zitting was in de zaal geen plaat-s meer on
bezet. Ook de pers is weer in grooten getale
aanwezig, aangezien men verwacht dat Van
der Lubbe nog vandaag verhoord zal worden
over de zaak van de brandstichting zelf.
Voor de opening der zitting zag men Van
der Lubbe's verdediger opvallend lang in ge
sprek met den gevangenisgeneesheer Dr.
Schuetz en den Oberreichsanwalt Dr. Werner.
Bij de opening der zitting te ongeveer kwart
voor tien. deelde de- President Dr. Buenger
mede. dat men de methode van verhoor van
Van der Lubbe had moeten wijzigen. De be
klaagde heeft, in tegenstelling tot de verhoo-
ren tijdens het vooronderzoek, toen hij zijn
verklaringen vlot, uitvoerig en samenhangend
aflegde, in het proces zelf tot nog toe slechts
haperend en gedeeltelijk onverstaanbaar ge
antwoord. De Senaat, heeft daarom besloten
bij het verdere verhoor van Van der Lubbe de
personen., die hem de vroegere verhoeren
hc-bben afgenomen, te betrekken. In de eerste
plaats is dat de rechter van instructie Lands-
gerichtsdirector Hoch en verder eenige re
cherche-ambtenaren. Zij zullen morgen uit-
genoodigd worden. Het verhoor van Van der
Lubbe zal dan aldus geschieden, dat hem ge
vraagd wordt, wat voor den gang van het
proces noodzakelijk is, doch dat tegelijkertijd
de ambtenaren, die hem vroeger verhoord
hebben, zullen worden gehoord. Daarmee
wordt niet gezegd, dat de verklaringen van
Van der Lubbe zonder beteekenis zullen zijn.
Het Hof is van meening, dat Van der Lubbe
alles verstaat en dat een observatie van eenige
dagen duidelijk getoond heeft, dat hij het pro
ces volgt en de antwoorden die hij geeft in het
algemeen in het volle bewustzijn van wat hij
zegt. De wijziging in de methode van verhoo
ren maakt ook een wijziging in den gang van
het proces noodzakelijk. Daarom zullen thans
de vier afzonderlijke brandstichtingsgevallen
worden behandeld.
Dimitroff verheft zich van zijn zetel en
roept; Ik zou graag een verklaring afleggen.
Voorzitter: Dat sta ik niet toe, U hebt, niet
het recht bij elke voorkomende gelegenheid
verklaringen af te leggen.
Ik zal volgens de proces-orde vaststellen
wanneer U verklaringen kunt afleggen.
Dimitroff: Ik moet verklaren, dat op Za
terdag
Voorzitter: Ik sta dit niet toe; vandaag
wordt Van der Lubbe verhoord.
Dimitroff: Ik stel vast, dat ik niet in de ge
legenheid ben
Voorzitter: U hebt hier niets vast te stel
len, U hebt zich ten minste'eerst tot Uw ver
dediger te wenden.
Dimitroff: Ik verdedig mijzelf hier:
De voorzitter roept thans beklaagde Dimi
troff tot de orde en gaat dan door met het
verhoor van Van der Lubbe over zijn daden.
Een bekentenis.
De President wendt zich tot Van der Lubbe
en zegt:
„Luistert u eens precies naar wat ik vraag
en geeft u ons uitvoerig antwoord. Wij heb
ben de vorige maal nagegaan wat u gedaan
hebt tot Vrijdag toe. Wat deed u nu op Zater
dag' 25 Februari? Was u in den nacht, van
Vrijdag op Zaterdag' misschien in het tehuis
voor mannen in de Alexanderinenstrasse?"
Van der Lubbe: (luid) „Ja".
President: „Waarheen hebt ge u toen be
geven?"
Van der Lubbe: „Naar het centrum van de
stad"
President: „U kwam daarbij voorbij het
Raadhuis en het Slot?"
Van der Lubbe: „Ja".
President: „Wilde u toen al de beide ge
bouwen in brand steken?"
Van der Lubbe: „Neen".
President: „Wanneer is dat denkbeeld bij
u opgekomen?"
Van der Lubbe: „Later".
President: „Was dat niet al op Woensdag?"
„U was dien dag toch op het crisisbureau en
had daar van anderen gehoord, dat openbare
gebouwen in brand moesten of konden wor
den gestoken".
Van der Lubbe: „Neen".
President: ..Toen hebt u lucifers en vuur
makers gekocht. Herinnert u zich dat?"
Van der Lubbe; „Ja".
President: „In welke straat?"
Van der Lubbe weet dat niet meer.
De president verklaart aan de hand van
de acten. dat. het in de nabijheid van de
Alexandrinenstrasse. geweest is, Van der
Lubbe heeft twee pakjes vuurmakers ge
kocht. Van der Lubbe geeft dit toe, doch hij
weet niet meer of hij nadrukkelijk pakjes
vuurmakers met het etiket „Rote Flammë"
heeft gevraagd. Wel weet hij nog. dat een
koopman, bij wien hij vuurmakers had ge
kocht., hem gevraagd had of hij Hollander
was en dat hij toen geantwoord had, dat hij
Rijnlander was.
President: „Had u toen het besluit om
brand te stichten dus reeds genomen?"
Van der Lubbe: „Nog niet heelemaal".
President: „Waarheen bent u toen ge
gaan?"
Van der Lubbe: „Naar de Hermannplatz".
President: „Ja. doch verder ook nog naar
het crisisbureau aan den Mittehveg in Neu-
köln".
Van der Lubbe: „Ja".
De Afsluitdijk opengesteld voor alle verkeer.
Gedenkteeken onthuld en vele onderschei
dingen toegekend.
pag. I
De Haarlemsche Kruideniersbeurs is gisteren
geopend.
pag. 7
De Ned. Mij. van Nijverheid en Handel pu
bliceert een aantal suggesties voor bezuini
ging op onderwijs.
pag. 8
Nederlandsche regeering verzoekt het presi
dium der Volkenbondsvergadering de kwes-
tis der Joodsche vluchtelingen op de agenda
te willen plaatsen.
pag. 3
In het proces te Leipzig is gisteren de vroegere
communistische Rijksdagafgevaardigde Torg-
ler gehoord.
pag. 3
Belangwekkende publicaties over v. d. Lubbe
in zijn Leidschen tijd.
pag. 4
Gespannen toestand op Cuba. Engelsclien en
Amerikanen door communisten bedreigd.
pag. 3
Onderhandelingen tusschen Vaticaan en
Moskou?
pag. 3
De Mexicaansche stad Tampioo is opnieuw
door een wervelstorm geteisterd.
pag. 3
ARTIKELEN, ENZ.
R. P.: Nederland en de Duitsche Joden.
pag. 1
Dr. J. Roorda: Oorlogsprophylaxis.
pag. 7
B. de Jong van Beek en Donk: De veertiende
Volkenbondsvergadering.
pag. 3
J. B. Schuil; XIoc Amsterdam mevr. De Boer
van Rijk huldigde. Het ensemble Julia dc
Gruyter met Joop ter Heul.
pag. 1
Laatste- li/e-e-U iemee^cif-ze^
ECHTE WAL E S-AN TH RACI ET
o.a. a f 2.40 Geldig lot I October
WITTOP KONING - HAARLEM
HARMENJANSWEG 67A - TELEFOON 16100
(Adv. Ingez. Med.)
President: „Dat is een groote honderd a
honderdtwintig meter lange houten barak. U
hebt vroeger gezegd, dat het nog te licht was,
zoo dat u maar weer weg ging.'Hoe- laat was
het toen u terug kwam?"
Van der Lubbe: „Dat kan ik niet zeggen".
President: „Ongeveer half zeven?"
Beklaagde: „Ja".
President: „Om het crisisbureau is gedeel
telijk een schutting. Hoe bent u op het terrein
gekomen?"
Van der Lubbe: „Over de houten schut
ting".
Tegenstrijdige verklaringen.
President: „Weet u nog in welke volgorde
u daar de pogingen tot brandstichting hebt
gedaan? Tot een brand is het er niet geko
men".
Van der Lubbe zwijgt
President: „Bent u achterom gegaan?"
Van der Lubbe: „Neen".
President: „Maar dat hebt u vroeger ge
zegd. Hebt u daar niet. een raam open ge
vonden?"
Van der Lubbe: „Dat kan zijn".
President: „Hebt u toen een half pakje
vuurmakers, dat later gevonden werd. bran
dend naar binnen gegooid?"
Van der Lubbe: „Ja".
President: „Dit brandende pakje is aan den
overkant tegen een gesloten deur blijven lig
gen en heeft daar nog een tijdje gebrand.
Hebt u dat kunnen zien?"
Van der Lubbe: ,Ja, dat heb ik gezien".
De brand werd ontdekt door een burger, die
een in de nabijheid op wacht staande opper
wachtmeester van de politie hierop opmerk
zaam maakte op de brandende vuurmakers
op het dak.
Deze heeft toen met een aantal burgers den
brand gebluscht en heeft bij deze gelegenheid
de plaatsen waar de brand gesticht was vast
gesteld.
De voorzitter verklaart thans, dat indien
deze brand niet tijdig ontdekt was, deze een
zeer grooten omvang had kunnen aannemen,
aangezien naast het vertrek, waar het paket
was neergeworpen, vele licht brandbare stof
fen waren opgeslagen.
De verdediger van van dor Lubbe, dr. Seuf-
fert, vraagt thans aan beklaagde, of deze ge
merkt heeft, dat het*vertrek, waar hij brand
stichte als woonvertrek werd gebruikt.
Beklaagde antwoordt hierop bevestigend.
De voorzitter behandelt thans de derde
brandstichting van beklaagde op dezen avond,
n.l. in het Berliner Slot.
Van het Raadhuis is beklaagde naar het
Slot gegaan. Aan het westfront van het ge
bouw was een bouwsteiger opgesteld.
Hierlangs is beklaagde naar het dak geklom
men en heeft door een openstaand venster
een hoeveelheid brandende vuurmakers naar
binnen geworpen, waardoor het kozijn vlam
vatte.
Vervolgens trachtte hij een hekwerk tegen
den muur. waarlangs in den zomer klimplan
ten groeien in brand te steken, doch dit mis
lukte door den sterken wind.