HET PROCES TE LEIPZIG. Paddenstoelen-tentoonstel ling. TAXI-LORENTZ DONDERDAG 5 OCTOBER 1933 H A A R L E M'S DAGBLAD 5 Waarom de zaak onmiddellijk bij het hoogste gerecht kwam. De ketenen der verdachten door Mr. B. W. STOMPS Een vraag, die bij velen in Nederland gere zen is, is, of het Reichs-Gericht te Leipzig wel de bevoegde instantie is, om over deze brand stichting te oordeelen. want het doet in Ne derland wel zeer vreemd aan, dat deze brand stichting terstond in eerste instantie voor het hoogste Gerecht wordt behandeld. Wij kennen in Nederland ook eenige gevallen, waarbij ons hoogste Rechts-College in eerste instantie kennis neemt van strafbare feiten en wel van ambtsmisdrijven en ambtsovertredingen, be gaan door de leden der Staten-Generaal, door Ministers, door de Gouverneurs-Generaal, de leden van den Raad van State en de Commis sarissen der Koningin in de provincies. Tevens neemt de Hooge Raad in eerste res sort kennis van misdrijven als zeeroof en kaapvaart. Van een vonnis van onzen Hoogen Raad in eerste en tegelijk: laatste ressort ge wezen, is geen hooger beroep en ook geen cas satie mogelijk. Het eenige wat een schuldig bevondene hiertegen nog doen kan, is revisie of gratie vragen. Het hoogste Duitsche Gerecht, het Reichs- Gericht te Leipzig, oordeelt in strafzaken in eerste en laatste ressort in gevallen van hoog verraad, landverraad, oorlogsverraad en spion- nage-misdrijven. Hoogverraad wordt in de Duitsche Strafwet in de artikelen 80 en volgende, omschreven. Artikel 80 kan buiten beschouwing blijven, want dit artikel slaat op moord en poging tot moord op den keizer, terwijl het eerste lid van art. 81 ook op het oogenblik geen waarde heeft, omdat het betreft ongeveer hetzelfde strafbare feit, gepleegd jegens een Bondsvorst. Belangrijk is echter het 2de lid van art. 81, dat als hoogverraad kwalificeert het geweld dadig het staatsbestel van het Duitsche Rijk veranderen, artikel 82 nu zegt, dat als een handeling, waardoor het misdrijf van hoog verraad voltooid wordt, moet worden beschouwd iedere handeling, waardoor het voornemen onmiddellijk tot uitvoering zal worden gebracht. Op het misdrijf van artikel 80 stond van oudsher als sanctie de doodstraf op het misdrijf van artikel 81, en ook van 82, stond als sanctie levenslange tuchthuisstraf, óf levenslange vestingstraf, en slechts, indien verzachtende omstandigheden in aanmerking genomen konden worden, kon vestingstraf van minstens 5 jaar worden opgelegd. Onder den druk der omstandigheden is op 28 Februari 1933 de straf voor hoog- en land verraad verscherpt, terwijl bovendien op 4 April 1933 een „Wet tot afweer van po litieke gewelddaden" is afgekondigd, die uit slechts 2 artikelen bestaat, waarvan voor ons slechts van belang is het 2de lid van artikel 1, dat zegt: Wie een gebouw, dat dienstig is voor open bare doeleinden, in brand steekt of in de lucht laat springen, of wie brand sticht, enz. met liet oogmerk bij de bevolking angst of schrik te verwekken, kan met den dood of met 'levenslange tuchthuisstraf, of met tuchthuis straf van 15 jaren worden gestraft, voorzoover tot dusver mildere straffen geëischt waren. Dit is dus het beruchte artikel in de Straf wet met terugwerkende kracht, waarover reedszooveel is geschreven, en hier moet ik een onjuistheid, die in de Nederlandsche dag bladpers heeft gestaan, weerleggen. Men heeft n.l. gezegd, dat ik het plan had om, indien ik als verdediger zou zijn toegelaten, in mijn pleidooi te zeggen, dat dit artikel niet zou gelden. Dit is onjuist. De wet is er nu een maal en de rechter moet de wet toepassen. Het eenige wat ik hieromtrent in een pleidooi zou kunnen zeggen, is, dat de wet er nu eenmaal is en dat zoo'n wet in een onrustigen tijd ge maakt is, maar dat ik dringend zou willen vragen zooveel maanden na den daad die wet niét in al haar gestrengheid toe te passen, omdat toepassing van deze wet strijdig zou zijn met het diepste rechtsgevoel. Deze nieuwe wet is. voor zoover ik weet, een unicum in de geschiedenis van het Strafrecht, want het is toch te allen tijde een van de fun damenten van het Strafrecht geweest, dat geen straf kon worden opgelegd, zonder voor afgaande strafbepaling, én ik geloof wel, dat de wereld buiten Duitschland deze wet, in al haar gestrengheid toegepast, een strafrech- tèlijk monstrum zou noemen, maar ik geloof niet, dat in Duitschland in rustigen tijd het elementaire rechtsgevoel zou verdwijnen, zoo dat wij deze wet moeten beschouwen als in revolutietijd geboren en als een wet, die moge lijk nimmer zal worden toegepast. Er is mij ook gevraagd, hoe het mogelijk is, dat de verdachten in dit proces zoo lang ge ketend zijn gehouden, en of dit geoorloofd was, en mijn antwoord hierop luidt, dat in derdaad de Duitsche wet de mogelijkheid tot deze o.i. barbaarsche handelwijze biedt. In art. 116, Strafvordering, wordt n.l. voorge schreven, dat de zich in hechtenis bevindende zooveel mogelijk van andere gescheiden moet worden gehouden en niet in de zelfde ruimte met straf gevangenen mag'vertoeven. Met zijn toestemming kan echter van dit voorschrift worden afgeweken. Aan de zich in hechtenis bevindenden mogen slechts zulke beperkingen worden opgelegd als dienstig zijn tot beveili ging van de hechtenis en tot bewaring van de orde in de gevangenis. Ketenen mogen den verdachte slechts dan worden aangelegd, wanneer het wegens de bijzondere gevaarlijk heid van zijn persoon, en met name ter bevei liging van anderen, noodzakelijk lijkt, of wan neer hij een zelfmoordpoging of ontvluch tingspoging heeft gedaan, of heeft voorbereid. Bij de behandeling ter terechtzitting moet hij niet geketend zijn. Hoe men echter wil goed praten, dat men deze 5 verdachten maanden lang (Torgler en Dimitroff zeiden beiden openlijk bij hun verhoor: „Vijf maanden lang!")dag en nacht op een buitengewoon hinderlijke wijze heeft geketend gehouden, is mij een 'raadsel. Men had hen namelijk een ketting om het middel gesloten, waaraan op de borst de beide polsen weer met stalen slo ten waren vastgemaakt. Het is mij opgevallen, dat toen op 21 September de terechtzitting begon, van der Lubbe, dus in strijd met arti kel 116, nog steeds op die wijze geboeid was, zooals de lezers ook uit de foto's in de dag bladen hebben kunnen zien; eerst later heeft men hem die ketenen afgedaan, eri bij de zeer passieve houding, die Van der Lubbe tijdens de zittingsdagen, die ik heb bijgewoond, heeft aangenomen, is het mij opgevallen, dat als Van der Lubbe opstond, hij als het ware in stinctmatig' zijn handen bracht in de hou ding, die zij blijkbaar 7 maanden lang, dag en nacht, .hebben gehad. Men moge verklaren, dat de verdachten nietzijnmishandeld, voor mijn gevoel staat een dergelijke behande ling gelijk met een mishandeling. (Nadruk verboden). HET TOONEEL De Amsterdamsche Tooneelvereeniging Schuld en Boete. In het leven van bijna eiken acteur met waarachtig talent komt eens bij den eene vroeg bij den andere laat de gelegenheid te toonen, wat hij als kunstenaar waard is. Deze gelegenheid heeft Ben Royaards thans in Schuld en Boete gekregen en hij heeft als Raskolnikov bewezen, dat ook hij van het echte ras is. Hij heeft den martelgang van de misdaad tot de boete in al zijn verschillende phases met meesterschap gespeeld en een voor heel zijn verdere carrière beslissende over winning weggedragen. Zijn Raskolnikov is een aangrijpende creatie en het opgetogen publiek heeft staande den jongen atf-eur aan het slot een enthousiaste ovatie gebracht. Dit over tuigend succes was wel het meest verheugende van den avond van gisteren, omdat wij na dezen Raskolnikov weten, dat de naam Royaards ook in de toekomst voor het tooneel beteekenis zal hebben. Het was gisteren een groote tooneelavond en de houders van-abonnementskaarten mo gen zich zeker geluKkig rekenen, dat de heer Deinu'm Schuld en Boete als eerste stuk van de serie had uitgekozen. De Amsterdamsche Tooneelvereeniging heeft in dit Russische werk weer bewezen, dat zij een heel uitzonderlijke plaats onder onze tooneelgezelschappen in neemt. De voorstelling van. Schuld en Boete is een nieuwe triomf voor Van Dalsum en De- fresne geworden en heeft ons vertrouwen in de toekomst van ons nationaal tooneel weer bevestigd. Het was een voorstelling, die zoowel in de details als in haar geheel zeer sterk boeide. ..Tconeelspel naar motieven van den roman Schuld en Boete" stond er terecht op "net programma. Het zal wel altijd onmogelijk blijven dezen roman in zijn geheel te drama- tiseeren. Toen de Russen indertijd te Parijs Schuld en Boete in een andere bewerking gaven, hadden zij de verschillende taferee- len over twee avonden verdeeld. Gaston Baty heeft zich' beperkt tot „motieven" en het drama blijft nog rijkelijk lang. Maar de groote deugd van deze tooneelbewerking is. dat zij een geheel is geworden. Schuld en Boete geeft nu eens niet zooals bijna alle tooneelbewer- kingen naar romans louter illustraties van een boek, het geeft het drama van Raskolni kov, aangrijpend ook voor hen, die den roman van Dostojewski nooit lazen. Het min "of meer fragmentarische, dat aan elke tooneelbewer king vast zit, hindert hier niet, omdat er toch een onmiddellijk ook dramatisch ver band tusschen de verschillende tafereelen be staat. Het is Baty gelukt de groote lijn, die in het boek is, ook in het drama te behou den. Men volgt Raskolnikov van zijn schuld tot zijn boete en zijn geestelijke bevrijding door de vrijwillige bekentenis aan het slot door deze tafereelen heen, al is er in de bewer king dan ook geen stijgende lijn. Men zou de rol van Son ja grooter hebben gewenscht en haar vooral geestelijken invloed op Ras kolnikov in nog klaarder licht hebben, willen zien. In de Russische voorstelling van Schuld en boete van 2 jaar geleden maakte het laatste, voor Raskolnikov zoo beslissend tooneel met Sonja dieperen indruk. Maar overigens welk een aangrijpend, sterk ontroe rend drama is deze tooneelbewerking van Schuld en Boete geworden. Wij hooren zoo dikwijls vooral van dames de klacht, dat men van het tooneel van tegenwoordig „niets naar huis meeneemt". Zoo is immers de uitdrukking? Welnu, van Schuld en Boete zal zeker niemand dit kunnen zeggen. Want het is een der groote verdiensten van Baty. dat hij niet alleen het uiterlijke van de handeling heeft gebracht, maar ook het innerlijke, de zielkundige ontleding van Raskolnikov's mis daad. zijn wroeging en bevrijding. Van de prachtige, tot het slot toe de aan dacht gespannen houdende voorstelling zullen drie rollen ook door het aangrijpende spel voor ons onvergetelijk blijven en wel die van Raskolnikov, Porphyrius den rechter van instructie en Marmaladov, den ouden dronkaard. Wat Ben Royaards, Van Dalsum en Jules Verstraete in deze rollen hebben ge geven, behoort tot het grootste, dat wij op ons tooneel hebben gezien. Ben Royaards noemde ik reeds. Hij gaf de tot een obsessie groeiende wroeging over de misdaad van Ras kolnikov zoo. dat wij dit proces door het ui terlijk spel ook innerlijk geheel volgden. Wij zagen hem in zijn geestelijken strijd groeien als mensc/h. Deze Raskolnikov van Ben Royaards bleef zooals eens Willem Royaards dit was als Fed ja in Het Levende Lijk ook in lompen de geestelijke aristocraat. Ook in zijn stille spel ik denk hier o.a. aan het tooneel van Raskolnikov met zijn moeder had hij prachtige momenten. Het was vooral de diepe ernst, het totaal overgegevene in Ben Royaards' spel, dat mij zoo sterk getrof fen heeft. Een creatie, die indruk maakte, omdat zij voortkwam ook uit een rijk gemoed. En welk een sterke, voorname rechter van Nieuwe „Beaeo: Tel. 13000 (Adv. Ingez. Med.) instructie stond tegenover deze Raskolnikov. „Wij zijn beiden gentlemen!'' hoorden wij Porphyrius zeggen, en dit was volkomen waar. Hoe ver ging' Van Dalsum in deze rol uit boven Pavloff, die hem in de Russische voorstelling speelde. In het tafereel in Raskolnikov's dak kamer was het of een spin een arme, hulpe- looze vlieg langzaam maar zeker inwikkelde. Maar toch. hoeveel hooger stond hier dat duel tusschen rechter en misdadiger dan in een gewoon detective-stuk. Want ten slotte is het ook Porphyrius, die evenals Sonja de geestelijke bevrijding van Raskolnikov wil. Een prachtig beheerschte, met groote innigheid en geestelijke voornaamheid gespeelde rol in deze Porphyrius van Van Dalsum geworden. En dan was er Jules Verstraete's onvergete lijke creatie van Marmaladov! Welkeen bege nadigd, geniaal acteur is toch Verstraete! Het was n aar één enkel tooneel, waarin hij giste ren optrad, maar hij wist het op te heffen tot het meest ontroerende van heel den avond. Hoe leefde dat menschelijk wrak in deze biecht, welk een mateloos leed klonk er op uit die met gebroken stem geprevelde klacht, hoe groot'gezien was deze zondaar! Na zijn toespraak van den clown in Circus Knie is dit nu de tweede maal binnen een jaar, dat Ju les Verstraete in een enkel tooneel ons op voert tot de hoogste regionen der tooneel- speelkunst. Dat vermogen alleen maar de kunstenaars, die de zeldzame vonk bezitten. Ik ben er mij van bewust, dat ik aan de prestatie der andere spelers te kort doe, wan neer ik ook hun spel hier niet uitvoerig be schrijf, maar mijn kritiek zou dan te lang worden. Alleen dan nog dit, dat Cruys Voor- bergh in een kleine rol die van Nicolai, den naieven geloovigen werkman uit de Oeral, zich weer de sterke en vooral zuivere speler toonde. Prachtig teekenend. zooals hij alleen maar met innerlijke devotie het woord „heilige" sprak. Een zeer markante figuur werd de glibberige en verachtelijke Lougine in de typeering van Ph. la Chapelle. Paul Storm gaf een sympathieken Rasumiehine, den vriend van Raskolnikov. De actrices treden in dat stuk minder op den voorgrond dan de acteurs. Van Sonja zal men uit het boek zeker een dieperen indruk krijgen dan uit het stuk, waarin haar rol van hoe groote beteekenis dan ook voor het zielsproces van Raskolnikov min of meer op het tweede plan blijft. Charlotte Kohier zeide het verhaal van Lazarus met innige vroomheid en wist ook in het laatste tafereel te ontroeren door haar ingetogen en toch overtuigend spel. Willy Haak was een lieve, zachte Dounja, mevrouw Sablairolles een moeder, die vooral in haar afscheid van Ras kolnikov een zeer gevoeligen toon wist te treffen Sara Heyblom had als de geëxalteer de Catharina Iwanowna een zeer zware taak, die zij met talent vervulde en mevrouw Erf- man-Sasbach wist de bestuurster van het „etablissement" raak en scherp en toch zon der nadrukkelijke vulgariteit weer te geven. Tenslotte een woord van warme hulde voor Defresne's vakkundige en den kern van het werk prachtig belichtende regie. Alleen het slot, de bekentenis van Raskolnikov voor het tooneelgordijn stelde mij teleur. Had niet zooals wij toch meer hebben gezien, o.a. in Maja en Het Verleden van een Vrouw de straat aangegeven kunnen worden met een enkele lantaarn bijvoorbeeld, voor de kamer van Sonja? Zooals de oplossing thans is gevonden, leek het mij na de voor gaande sterke tafereelen een mislukking. Maar overigens, niets dan lof! Het is een avond van groote tooneelspeelkunst gewor den, waarvoor wij niet dankbaar genoeg kun nen zijn. De geestdriftige ovatie van de stampvolle zaal aan het slot bewees wel over tuigend. hoe groot ook de bewondering was van het Haarlemsche publiek voor deze groot- sche tooneeldaad. J. B. SCHUIL. MUZIEK. Coro del Teatro della Scala. Het beroemde Italiaansche koor, het koor van het Scala-Theater te Milaan, dat onder de auspiciën der A.V.R.O. een tournee door ons land maakt, heeft Woensdagavond Haar lem bezocht en in samenwerking met de H.O.V. en onder leiding van Albert van Raalte een concert gegeven in de gemeentelijke concertzaal. Er traden ook enkele vocale so listen van de Italiaansche Opera op. De zaal was geheel bezet en na elk der uitgevoerde nummers weerklonken daverende toejuichin gen. Dit is mijn rapporj van de feiten. Repor- terswerk in klassieken stijl, zakelijk en nuch ter. Maar ik schud mijn r„portersjasje af. Het past niet bij de gebeurtenissen. Kan men nuchter en zakelijk blijven als het gemoed van ontroering getrild, de geest van verruk king gejubeld heeft bij het vernemen van die klanken van exotische pracht bij die tonen van hemelsche heerlijkheid? In vier groote Vios-reiswagens zijn de Italianen tot ons gekomen. En zij hebben plaats genomen op het podium onzer con certzaal en toen zij den verwelkomenden jubel met den fascistischen groet hadden be antwoord en hun leider Vittore Veneziani hun het teeken had gegeven, toen stonden we plotseling als één man op, want daar weerklonk ons oude Wilhelmus! „Un prin cipe d'Oragna io sono" we konden de in 't Italiaansch overgebrachte woorden slechts ten deele volgen, maar klonk onze oude Ne derlandsche melodie daarom niet even goed als uit ons eigen hart gegrepen? De band tusschen gasten en hoorders was er in eens. Wat volgde eischte slechts be wondering: allereerst voor den dirigent Alb. van Raalte, die met Cherubini's „Anacreon"- ouverture het officieele deel van 't program ma opende en ons daarmee de tweede verras sing van den avond bereidde. Was dat ons orkest dat daar speelde, dat voortreffelijke, nauwsluitende ensemble, dat kleurrijke, soe pele, willige instument onze eigen H.O.V. Inderdaad, het was ons orkest en het werd weer eens duidelijk wat er met een orkest als dit te bereiken valt als er een man voor staat, die aan de bekwaamheid en routine vasten wil en temperament paart en boven al de kracht en het expressieve gebaar die noodig zijn om zijn overtuiging op het. or kest over te brengen. We hebben dat in het vorige seizoen kunnen bemerken toen Sam Dresden een uitvoering van H.G.K. leidde, we bemerkten het nu weer. En evenals Dresden had ook Van Raalte het koor volkomen in de hand, wat bij een ervaren operadirigent als hij is niet te verwonderen valt. Het mag overbodig hseten in dit verslag het programma op den voet te volgen. Behoudens een hoorbaar hoornongelukje in de ouverture „Semiramis" speelde ons orkest onberispelijk en met ongewone verve. En het koor zong fe nomenaal. Er waren fragmenten van Mascagni en van Verdi: het klonk alles even schitterend neen. er was nog een stijging in de praes- taties, die het toppunt bereikte in den weer- galoozer. glans van den Triomfmarsch uit Aida. Dat was werkelijk een triomf, voor de nagedachtenis van Italië's grootsten opera componist, voor het Scala-koor. voor den di rigent en voor het orkest, dat hier met vier trompetten versterkt was. Het was grootsch en overweldigend en de vlammen van geestdrift verwarmden ook het' auditorium. En weer trad Signore Veneziani voor zijn schare $n het Italiaansch volkslied klonk op, onmiddellijk gevolgd door een her haling van het Wilhelmus. En ziet, trots al het werkelijk superieure, dat ons dien avond geschonken is, is het zingen van die volksliedéren mij het diepst in 't ge heugen gegrift. Daar stonden op het podium honderd menschen, gekomen uit een ander land, menschen die een andere taal spreken, een anderen regeer ingsvoim, een andere wijze van groeten hebben, maar menschen als wij. en zij zongen hun en ons volkslied, als sym bool van broederlijke vereeniging. We' hebben hun in gedachte de hand gereikt. Er zijn nog andere wegen, die tot wederzijdsch begrijpen en waardeeren leiden, dan die welke over Ge neve loopt en die door de diplomatie vrij on begaanbaar is gemaakt, zoodat het vredeskar- retje telkens in 't zand blijft steken. De vol keren willen voorspoed, va-ede, vriendschap: laat ze tot elkaar komen en eikaars volkslied zingen. Toen ik huiswaarts ging passeerden mij op den Wagenweg vier gi-oote gele autobussen, op weg naar den Haag. Ik heb den inzittenden den Italiaanschen groet gebracht Evviva ritalia! K. DE JONG. INTERNATIONALE VEREENIGING „BELLAMY". De Internationale vereeniging „Bellamy" houdt op Zaterdag 7 October een openbare propaganda-vergadering voor leden en be langstellenden in het gebouw van den Pro testantenbond. Over doel en werkwijze van de I.V.B, zal worden gesproken en mevr. A. Heuff zal een propaganda rede houden over het econo mische stelsel van Edward Bellamy voor een nieuwe Wereldorde van Vrede, Welvaart en Geluk, gebaseerd op economische gelijkheid voor allen, in een geldlooze maatschappij. Na de pauze zal de propagandistische één- acter worden opgevoerd getiteld: „Spreek me niet van Bellamy". NED. EMIGRATIE VEREENIGING „NIEUW-GUINEA". Heden, Donderdagavond, wordt voor de Ned. Emigratie-Vereen. Nieuw-Guinea een lezing gehouden in „De Nijverheid" door den heer P. E. Winkler, voorzitter van genoemde vereeniging. UIT DE STAATSCOURANT. NIJVERHEIDSONDERWIJS. Bij Kon, besluit is aan M. J. van Alphen de Veer, te Bilthoven op verzoek eervol ont slag verleend als inspecteur van het nijver heidsonderwijs, met dankbetuiging voor be wezen diensten. POSTERIJEN EN TELEGRAFIE. Per 16 October is aangewezen als direc teur van P.T.T.-kantoor te Krabbendijke de commies bij P.T.T.-dienst F. Kloprogge te Noordwijk aan Zee. JEUGDIGE LOODGIETER VERONGELUKT. Een 17-jarige loodgieterskneöht, die Maan dagmorgen bij werkzaamheden aan het dak van het Bredasche stadhuis uit de dakgoot viel, en daarbij zwaar gewond werd, is thans in het St. IgnatiusZiekenhuis overleden. Ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan der Ned. Mycologische Vereeniging. Op 7, 8 en 9 October in tuinzaal Cem. Concertgebouw. Prachtige wetenschappelijke verzameling. Voor liefhebbers van de natuur in het al gemeen en van den groei en verorbereia der paddenstoelen in het bijzonder zal op 7, 8 en 9 October veel te genieten zijn. Dan zal namelijk in de tuinzaal van het Gemeen- telijk Concertgebouw een tentoonstelling van paddenstoelen worden gehouden. Het doel van deze vijftiende tentoonstelling der Ned. Mycologische Vereeniging is niet om de be zoekers aan te moedigen, paddenstoelen te- gaan zoeken en die op te eten, maar om de belangstelling voor het groote zwammenrijk op te wekken. Het is voor een leek heel gevaarlijk om zelf te beoordeelen, of een paddenstoel al dan niet eetbaar is. Zelfs zij, die zich op dit gebied deskundige noemen, kunnen zich ge makkelijk vergissen. We herinneren daarvoor De gekraagde aardster. aan de droevige paddenstoelenvergiftiging, die eenige jaren geleden te Vogelenzang heeft plaats gehad, waarbij een moeder en haar dochter om het leven kwamen. Eén der huisgenooten (die dit reeds meermalen had gedaan) had paddenstoelen in de bosschen aldaar gezocht en die zijn vrouw laten koken. Uit het ingestelde onderzoek is later gebleken dat er een vergiftig exemplaar tusschen was geweest. Men kan dan ook niet voorzichtig genoeg zijn. De heer G. A. van Schaik, secre taris van de regelingscommissie voor boven genoemde tentoonstelling, deelde mr.* als een frappant staaltje van voorzichtigheid mede, dat Prof. Van Rees, die toch als deskundige bekend geacht mag worden, gewend was orn met de door hem gevonden paddenstoelen naar een nog grooter deskundice te gaan, teneinde diens oordeel over het al of niet vergiftige ervan te vragen. Dr. J. S. Meulenhoff, de juist afgetreden voorzitter van de Ned. Mycologische Vereeni- ginge heeft er dan ook voor gezorgd, dat de bezoekers van de tentoonstelling tot de grootste voorzichtigheid worden aange maand. Op biljetten ontraadt hij ten sterk ste het eten van zelf gevonden paddenstoelen. Vele soorten kunnen trouwens niet als voedsel dienen, doch als lekkernij; als een streeling van de tong. Zooals we hierboven reeds schreven, heeft deze tentoonstelling voornamelijk ten doel om de wetenschappelijke zijde te belichten. Er zullen bezienswaardige inzendingen te bezichtigen zijn. Uit den aard der zaak de meeste uit Haarlem en omstreken. Maar verder komen ze uit alle streken van ons land, aldus deelde de heer Van Schaik op een persconferentie mede. Er komen ongeveer 150 inzendingen. Iedereen is vrij om exem plaren in zenden. Er zijn kleine prijsjes be schikbaar gesteld voor de meisjes-leerlingen van middelbare scholen, die opgewekt zijn om manden met paddenstoelen in te zenden. Ongeveer 70 a 80 meisjes hebben haar mede werking toegezegd. De tentoonstelling zal zoo aantrekkelijk mogelijk gemaakt worden. Het comité heeft j daarvoor van verschillende zijden veel mede- j werking ontvangen. Op den hoogsten prijs j heeft het gesteld, dat H.M. de Koningin-Moe- l der beschermvrouwe is geworden. Wel heeft zij tot haar spijt moeten mededeelen. dat zij de tentoonstelling niet kan bezoeken, omdat zij voor haar gezondheid in Zwitserland ver toeft. Er komen aquarellen uit Teylers Stichting van den oud-voorzitter Joh. Ruys, eerelid der vereeniging; van ir. A. C. S. Schweers, pen ningmeester der Ned. Mycologische Vereeni ging, aquarellen, voorstellende zeldzame pad denstoelen; van mej. Suze de Lint te 's-Gra- van Dr. Meulenhoff platen van paddenstoe len: van de Nederlandsche Spaarkas te Am sterdam het Paddenstoelen-ganzenbord; van de Ned. Mycologische Vereeniging populaire boeken over de tentoongestelde voorwerpen en twee verlichte schouwkastjes met ge kleurde lantaarnplaatjes; van den heer W. J. Lütjeharms te Oegstgeest oude literatuur over de ontdekking van de stinkzwam. Op het podium zal door leerlingen van de H.B.S. aan het Santpoorterplein een stilleven van zwammeia worden opgesteld. Bij de stands komt er één van den heer Schweers, waar men o.a. de Tonderzwam kan bezichtigen. Ook kan men hier padden stoelen als versieringsmotief zien. Van de heeren G. L. van Eyndhoven en G. A. van Schaik -komt ben opstelling van eenige mi croscopen met praeparaten op mycologisch gebied. Een unicum in de wereld der slijmzwam is de film van den heer J. C. Mol. directeur der N.V. „Multifilm" te Haarlem, in samen werking met den heer Schweers vervaardigd; hierbij wordt o.a. vertoond de ontwikkelings geschiedenis van deze zwammen. Men kan zien den overgang van dier op plant. In de eerste helft van hun bestaan zijn het name lijk dieren, die zich voortbewegen en voedsel tot zich aaemen. In de tweede helft worden ze planten. Ook de ontkieming van de sporen is te zien. Deze filmvertooning zal plaats hebben op a.s. Zaterdagavond in de boven zaal vaaa het Concertgebouw en mag door de bezoekers der tentoonstelling gratis bijge woond worden. Vóór de pauze kunnen ze daar dan een schitterende collectie gekleurde lichtbeelden van den vooi*zitter, deaa heer T. A. C. Schoevers, bewonderen. Een niet geringe attractie zal de padden stoelenkeuken zijn' die daar onder de des kundige leiding van mevr. M. de Vissei* Roelofs uit Bloemendaal wordt opgesteld. Zoolang de voorraad strekt zal hier de ge legenheid tot proeven bestaan. De naam van mevrouw Dé Visser is er borg voor, dat het iets heerlijks kan zijn. Men kan bij haar ook inlichtingen over eetbare paddenstoelen be komen. Er zullen ook eengie excursies plaats heb ben, namelijk op Zondagmorgen naar de Staatsbosschen van Schoorl, alleen voor de leden der Ned. Mycologische Vereeniging, en op Maandagmorgen naar Elswout, welke schitterende buitenplaats welwillend door de familie beschikbaar is gestefd. Voor deze excursie is introductie toege staan. De opening van de tentoonstelling zal plaats hebben a. s. Zaterdagmorgen elf uur in de bovenzaal van het Concertgebouw. De heer Schoevers zal een kort welkomst woord spreken, waarna de Commissaris der Koningin, Jhr. Mr. Dr. A. RÖell, eere-voor- zitter van het eere-comité, de tentoonstelling zal openen. Na afloop hiervan wordt door de genoodigden een rondgang gemaakt, waarna het publiek te één uur wordt toegelaten. De regelingscommissie hoopt, dat de ten toonstelling door leerlingen van vele scholen bezocht zal worden, want juist de jeugd toont groote belangstelling in paddenstoelen. Zij kaai zoo smakelijk over zwammen zwammen Ieder, die iets van de geheimen van het zwammenrijk wil weten is het u bekend dat er meer dan drieduizend soorten be staan? moet deze gelegenheid niet voorbij laten gaan. Men zal er geen spijt van hebben. Daarmee geeft men tevens een bewijs van belangstelling in het streven der Mycologi sche Vereeniging, die ter gelegenheid van haar 25-jarig bestaan deze belangwekkende en leerzame tentoonstelling organiseert. Maai*, nogmaals: aan een deskundige vra gen of het werkelijk eetbare zwammen zijn, die men voornemens mocht zijn te gaan zoeken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 5