Hei
Herfstwind.
Een belangrijke dag
te Berlijn.
51e 'Jaargang No. 15431
VerscHijnt dagelijks, KeKalve op Zon- en Feestdagen
Vrijdag 13 October 1933
HAARLEM S DAGBLAD
Directie; P. W. PEEREBOOM
en ROBERT PEEREBOOM.
UITGAVE LCURENS COSTER MAATSCHAPPIJ VOOR
COURANT-UITGAVEN EN ALGEMEENE DRUKKERIJ N.V.
Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM.
ABONNEMENTENper week 0-25, per maand 1.10, per 3 maanden
3.25, franco per post 3.55, losse nrs. 0.06. Geïllustreerd Zondagsblad
per week f 0.05, per maand ƒ0.22, per 3 mnd. ƒ0.65. franco per post Q.12lA.
Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12
Telefoon Nos.: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600
Drukkerij: 10122, 12713 Administratie: 10724, 14825 Postgiro 38810
ADVERTENTIëN: j.5 regels ƒ1.75, elke regel meer ƒ0.35. Reclames
0.60 per regel. Reductie bij abonnement. Vraag en aanbod 14 regels 0.60,
elke regel meer ƒ0.15, buiten Arrondissement dubbele prijs. Onze Groentjes
(iederen dag) 13 regels ƒ0.30, elke regel meer ƒ0.10, uitsluitend a contant.
Gratis Ongevallenverzekering voor Maand- en Weekabonnés. Levenslange ongeschiktheid en Overlijden f 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog f400.-. Duim f250.-. Wijsvinger f 150.-, Elke andere vinger f 50:-, Arm- of Beenbreuk f 100.-.
Idem voor Abonnés op het Geïll. Zondagsblad: Levenslange ongeschiktheid f2000.», Overlijden f 600.-. Verlies van Hand, Voet of Oog f400—. Verlies Duim f75.-. Verlies Wijsvinger f75.-. Verlies andere vinger f30.-.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWINTIC BLADZIJDEN.
HAARLEM, 13 October.
De Harde Cijfers.
Nuchter-zakelijke overwegingen hebben
steeds een groote rol gespeeld in de anti-
oorlogs-actie, door dit blad gevoerd. Tegen
een oorlog verzet zich het materiëele eigen
belang van minstens 90 pCt. der menschen,
die erin meegesleept worden. Het zou zich
tenminste moeten verzetten. Het heeft het
tot dusver nimmer gedaan. Zij laten zich mee
slepen door emotioneele-, door gevoelsmotie-
ven dus. ten financiëelen bate alleen van zeer
weinigen, die er geld aan verdienen. Merk
waardigerwijze verkeeren zij daarbij in de
waan, dat zij de nuchter-zakelijke lieden zijn
en „schelden" de oorlogsbestrijders uit voor
onpractische idealisten, lieden die alleen maar
gevoels-motieven kunnen aanvoeren. Het is
een zonderlinge paradox. Verreweg de meeste
salaris- en loontrekkers niet alleen, maar
ook verreweg de meeste werkgevers zetten
behalve hun leven en dat der hunnen ook
hun materiëele welvaart op het spel in een
oorlog. Dat hebben de resultaten van den
vorige waarachtig duidelijk aangetoond. Maar
blijkbaar nog lang niet duidelijk genoeg. Me
neer Jansen, directeur van een drukkerij, me
neer Pietersen, directeur van een linoleum-
fabriek en meneer Willemsen, meubelfabri
kant ik noem maar drie willekeurige voor
beelden hebben hun bedrijven tegen brand
en inbraak verzekerd en zichzelf tegen „on
gevallen". Zij betalen duizenden per jaar aan
premies. Maar als iemand een plan in elkaar
zette, waarbij hun verzocht werd honderd
gulden per jaar bij te dragen tegen het groot
ste risico van alle, dat henzelf en hun be
drijven met den totalen ondergang bedreigt,
zouden zij hem uitlachen vanwege zoo'n on-
zakelijken, idealistischen, op gevoelsmotieven
gebaseerden opzet. Toen een Engelsch parle
mentslid tien jaar geleden voorstelde om
tien millioen pond te voteex-en voor een zake
lijke reclamecampagne tegen den oorlog werd
hij luid uitgelachen. Toch was en is dat het
meest practische en modernste bestrijdings
middel, dat bestaat. Tal van bladen in het
buitenland worden door de wapenindustrie
gesubsidiëerd voor het bevorderen van hun
belangen. Meix zou andere, of dezelfde, krui
nen koopen voor de bevordering van de zake
lijke belangen der 90 pCt. Maar de 90 pCt.
hebben er vrijwel niets voor over om hun
ergste zakelijke risico te bestrijden. Bijna
allen zouden zij zich „idealisten" voelen als zij
dat deden. Nu, dat ware toch wel heel ver
schrikkelijk! Het is een merkwaardige tekort
koming van de vredesactie dat zij veel te wei
nig met de sterke zakelijke argumenten, die
te harer beschikking staan sinds de oorlog
geen enkelen materiëelen winner en dus uit
sluitend verliezende landen oplevert, haar
propaganda voert.
Wel laten de regeeringen der gi'oote mo
gendheden door de volken fantastische som
men aan belasting opbrengen om in vredes
tijd den bewapeningswedstrijd te voeren.
Maar er is ergens een grens, en daar raakt
men nu overheen. De huidige pogingen van
Frankrijk, Engeland, Italië, Rusland en Ame
rika, om Duitschland te bewegen tot een ge
meenschappelijke overeenkomst waarbij
niet verminderd maar slechts beperkt zou
worden in bewapening hebben de eenvou
dige oorzaak, dat de belastings-mogelijkhe-
den hun grens hebben bereikt. Er moeten slui
tende begrootingen gemaakt worden. Zakelijke
overweging, nietwaar? Leerzaam voor het in
dividu, voor den belastingbetaler in Frank
rijk, Engeland enz., die zwaar meebetaalt aan
kanonnen en vliegtuigen, aan bommen en
gifgassen, maar wien men niet om een finan-
ciëele opoffering van eenige beteekenis voor
propaganda tegen „den internationalen wed
strijd" zou moeten vragen. Want dat ware
onpractisch idealisme.
De Fransche financiën b.v. staan er op het
oogenblik zeer slecht voor. Frankrijk geeft
ettelijke milliarden francs per jaar uit aan be
wapening, en heeft om dit te kunnen blij
ven doen de loonen en salarissen zwaar moe
ten verlagen, openbare werken en sociale
maatregelen moeten opgeven, de belastingen
telkens moeten verhoogen. Ondanks dat alles
heeft het nog geen sluitende begrooting. De
vorige is nooit in evenwicht gebracht en er
moet nog een kleine driehonderd millioen gul
den „gevonden" worden om haar sluitend te
maken. De premier, Daladier, kon toen de
bankiers, van wier steun hij in groote mate
afhankelijk is, alleen kalmeeren met de be
lofte dat hij spoedig met een financiëel
reorganisatieplan zou komen. Nu wordt ge
raamd dat in de begrooting voor 1934 een gat
van zeven a achthonderd millioen (weer in
guldens berekend) gestopt moet worden. In de
laatste anderhalf jaar hebben opeenvolgende
Fransche regeeringen meer dan drie milliard
gulden geleend, hetgeen zeshonderd millioen
meer is dan de aflossingen op leeningen, in
de laatste zeven jaar terugbetaald. Men is
dus zeer duidelijk in de dalende lijn, en niet
zoo'n klein beetje ook. Inkomsten dalen regel
matig tengevolge van de crisis, de belastingen
hebben hun productieve grens bereikt, de
exDort is er treurig aan toeook al ten
gevolge van de daling van de valuta van bui-
tenlandsche concurrenten. Verdere verla
gingen van salarissen en pensioenen wil de
Kamer niet slikken de levensstandaard in
het land is trouwens hoog en men móet
wel in de richting van een zuiniger beleid ten
aanzien van bewapening gaan. Lukt het niet,
dan zal het kabinet-Daladier zich waarschijn
lijk niet kunnen handhaven.
Ik heb Frankrijks harde cijfers even geci
teerd om erop te wijzen dat men tenslotte
de rekening betalen moet. Zakelijke motieven
blijven de beste tegen den modernen oorlog.
Regeeringen, voorzoover het behoud van hun
zetels er van afhangt, blijken er wel gevoelig
voor. Merkwaardig dat de volken, die maar
domweg reusachtige bedragen zitten op te
brengen voor hun eigen en anderer toekom
stige vernietiging, er zoo weinig begrip van
toonen.
R. P.
DE VLIEGRAMP BOVEN
LIENDEN.
DE OFFICIEELE LEZING.
De N. R. Crt. geeft de volgende officieele
lezing van de vliegramp die Donderdagmor
gen boven Lienden plaats greep:
Kapitein van Weerden Poelman was Don
derdagmorgen met een escadrille van drie
Fokkers C. V. uit Soesterberg vertrokken om
de gewone escadrille-oefeningen te houden.
Links in het escadrille zat met de 325 de eer
ste luitenant van Asch van Wijck met den op
zichter derde klasse sergeant-majoor Vermeu
len als waarnemer. Rechts van den comman
dant zat in de 304 sergeant-vlieger W. C. van
Hardeveld bij wien jhr. van Sminia als waar
nemer fungeerde.
Boven Lienden deed een vierde C. V. be
stuurd door jhr. Sandberg, een aanval op den
commandant van het escadrille, dat daarop
met Immelmanns uiteenviel. De beide toe
stellen, die naast den commandant hadden
gevlogen, keerden zich daarna eveneens tegen
den aanvaller en bij die manoeuvre moeten de
toestellen tegen elkander zijxi gebotst. Het
eene is, vleugellam, in een vrille omlaag ge
komen, het andere in een stellen duik. Van
daar dat het eene toestel zwaarder dan het
andere beschadigd is. Alle vliegers hadden
valschermen bij zich, maar geen van de vier
heeft blijkbaar gelegenheid gevonden uit het
toestel te spimgen.
De commandant van het escadrille, kapitein
Van Weerden Poelman, heeft het ongeluk niet
zien gebeuren; wel zijn waarnemer de luite
nant Rozendaal. Hoe snel het geval zich vol
trokken heeft kan afgeleid worden uit het feit
dat kapitein Van Weerden Poelman de toe
stellen reeds op den grond zag liggen toen hij
omkeek, na door zijn waarnemer gewaar
schuwd te zijn.
De twee luitenants waren ongehuwd, maar
sergeant-vlieger Hardeveld laat een vrouw en
twee kinderen, sergeant-majoor Vermeulen
een vrouw en negen kinderen achter.
De Tel. vestigt er nog de aandacht op, dat
het hier een gevechtsoefening gold en er geen
sprake was van lucttitacrobatiek.
Sergeant-vlieger W. C. Hardeveld, 31 jaar
oud, kwam in 1922 in militairen dienst. Op
9 Juni 1924 behaalde hij zijn brevet. Hij be
hoorde eveneens tot de Jachtvliegtuig-afdee-
ling.
Vliegtuigmaker sergeant-majoor A. G. Ver
meulen werd geboren in 1892 en is in 1912 in
militairen dienst getreden. Op 20 April 1923
behaalde hij zijn brevet.
Een onderhoud met
luitenant Rozendaal.
Het Handelsblad had Donderdagmiddag een
onderhoud met den eersten luitenant-waar
nemer Rozendaal, die het ongeluk heeft me
degemaakt.
De heer Rozendaal vertelde, dat des morgens
tegen 10 uur een escadx-ille jagers onder be
vel van kapitein-vlieger Van Weerden Poel
man te Soesterberg was opgestegen, ten einde,
een oefenvlucht te maken naar het vliegveld
in Zuid-Limburg. Het weer was zeer goed en
in de beste stemming was men vertrokken.
Ruim kwart over 10 passeerde men den Rijn.
bij Rhenen. Het toestel van kapitein Van
Weerden Poelman, waarin de heer Rozendaal
gezeten was, vloog boven de beide toestellen
van den Isten luit. jhr. Van Asch van Wijck,
waarin tevens gezeten was de sergeant-vlieger
Hardeveld en het toestel van den 2e luit. Jhr.
Van Sminia, waarin voorts gezeten was de
sergeant-majoor vliegtuigmaker Vermeulen.
Plotseling haakten deze beide vliegtuigen
met de vleugels in elkaar en tot zijn groote
ontzetting zag de heer Rozendaal dat groote
verwoestingen werden aangericht. De vleu
gels braken af en het toestel van luitenant
Sminia viel als een bom omlaag.
Het toestel van luit. Van Asch van Wijck
had een vleugel verloren, maar de bestuurder,
die blijkbaar zijn tegenwoordigheid van geest
niet verloren had, gaf vol gas en zag nog kans
zijn machine vlak te trekken. Een oogenblik
hoopten de heeren Van Weerden Poelman en
Rozendaal nog. dat de heer Van Asch van
Wijck erin zou slagen zijn toestel zoo goed en
zoo kwaad als het zou gaan op den grond te
krijgen. Maar het was te zwaar gehavend.
Plotseling sloeg het om en viel met pijlsnelle
vaart omlaag, waar het op den grond te plet
ter sloeg.
Kapitein van Weerden Poelman heeft nog
een oogenblik boven de plaats van de ramp
gecirkeld ten einde te pogen te landen, doch
dit, was door de gesteldheid van het terrein
uitgesloten.
Direct is de heer van Weerden Poelman
naar Soesterberg teruggekeerd, waarna hij in
gezelschap van luitenant Rozendaal per auto
naar de plaats van het ongeluk is gegaan.
Daar werd het vermoeden, dat zij reeds koes
terden. helaas maar al te zeer bewaarheid,
nl. dat geen der inzittenden van de neerge
stelde vliegtuigen het leven er had afgebracht.
Luitenant Rozendaal was zeer diep geschokt
door het gebeurde, dat ook onder de bevolking
groote deernis heeft gewekt.
Gedurende het onderhoud was de luitenant
zijn ontroering meermalen ternauwernood
meester.
Over de verongelukten nog het volgende:
Eerste luitenant-vlieger Jhr. H. J. M. Van
Asch van Wijck. behoorde tot de J. A. V. A.
Jachtvliegtuigenaf deeling te Soesterberg
en behaalde op 9 Maart 1929 zijn klein bre
vet. Zooals reeds gemeld was Jhr. Van Asch
van Wijck houder van het Neaerlandsche
hoogterecord.
Reserve 2e luitenat-vlieger Jhr.-A. J. M. van
Coehoorn van Sminia, eveneens van de J. A.
V. A. heeft zijn klein brevet .behaald op 23
Augustus 1932. Hij heeft vroeger gediend bij
de cavalerie.
Deelneming van minister Deckers.
Naar de Tel meldt, heeft de minister van
Defensie, dr. Deckers, dadelijk na het ver
nemen van de ramp, aan de nabestaanden
van de slachtoffers zijn innige deelneming
in het droevig verlies betuigd.-
"t Milde zomerweertje toefde
Langer dan normaal dit jaar.
Meestal was 't opeens verdwenen,
Nu viel blijkbaar 't afscheid zwaar.
Maar 't raakt nu toch afgeloopen,
Als ik me niet zeer vergis,
Daarop wijst de nieuwe onrust,
Die er dezer dagen is.
De bekende forsche herfstwind,
Die soms tot een stormvlaag wordt,
Blaast de laatste zomerresten
In een krachtig tempo vort.
Nou wij zijn gewend aan winden,
Waar je tegenin moet gaan,
En wij hebben kunnen leeren,
Hoe ertegen schrap te staan.
En wij weten, wat wij moeten,
Als hij onzen voortgang stuit.
Niet versagen, ook al dringt hij
Ons zelfs tijdlijk achteruit
Maar de winden die behooren,
Bij het jaar lij ksch herfstgetij,
Daarop past het „laat maar waaien"
Die gaan wel vanzelf voorbij.
De getuigen hebben slechts een
man gezien.
Het resultaat van het
onderzoek ter plaatse.
De zitting van heden wordt met bijzondere
spanning tegemoet gezien, daar men ver
wacht, dat mededeeling zal worden gedaan
van de resultaten vaar het onderzoek van
gisteravond bij het Rijksdaggebouw.
Over de reconstructie van de Rijksdag -
blandstichting wordt nog het volgende ver
meld:
Voordat met de experimenten begonnen
werd, werden alle lichten gedoofd, die op den
avond' van de brandstichting ook niet brand
den. De autoriteiten, verdachten en getuigen
stellen zich op aan den voet van de trappen.
Van der Lubbe kijkt niet op of om, de andere
verdachten verkeeren blijkbaar in spanning.
Eerst moeten de getuigen vertellen, wat zij
dien avond gedaan hebben en welke wegen zij
begaan zijn. Dan wordt de belichting gelijk
gemaakt aan die van 27 Februari. Een politie
beambte klimt naar binnen, eerst zonder fak
kel. De man is duidelijk zichbaar. Dan wordt
een fakkel aangestoken en weer klimt de be
ambte door het raam.
Door de matglasruiten ziet men duidelijk
het schijnsel van de fakkel die zich door de
benedenvertrekken beweegt. De opperwacht
meester Buwert geeft dan aan, hoe hij heeft
geschoten en waar de fakkeldrager was blij
ven stilstaan.
De verdachten worden in 3 gesloten wagens
naar de gevangenis teruggebracht. De om
trek van het Rijksdaggebouw was door een
groote politiemacht afgezet. Een postauto reed
in snelle vaart tegen een der touwen op voor
de afsluiting. De chauffeur werd op straat
gesmakt en zwaar gewond.
Bovendien zal vandaag een aantal zeer be
langrijke getuigen worden gehoord, o.a. de
politiebeambten luit. Lateit en wachtmeester
Poeschel wachtmeester Losigkeit, die zich op
den avond van den brand in gezelschap van
den luitenant bevond.
Het is ruim hall' tien, als de zitting wordt
geopend. De president var. den senaat Dr.
Buenger, deelde mede, dat het onderzoek in
den Rijksdag van gisteravond helaas niet
zoodanig in het bijzijn van het publiek en
in het bijzonder van de pers kon geschieden
als de rest van het proces. Geconstateerd kon
echter worden dat het onderzoek had bijge
dragen tot een opheldering, evenals tot toe
lichting van deze veiklaringen. In het bij
zonder hebben enkele getuigen in afwijking
van hun hier gedane verklaringen ter plaatse
niet kunnen bevestigen, dat zij meer dan een
man achter de matglazen vensters van dr
benedenverdieping hadden zien loopen.
Een dergelijke mogelijkheid was reeds eer
der geopperd, doch het bezoek van gisteren
had slechts ten doel de plaatselijke omstan
digheden en den inval van het licht te laten
beoordeelen door degenen die hiertoe in staat
moesten zijn.
De proc.-generaal Dr. Werner: „Ik wil mij
voorbehouden, om bij gelegenheid later erop
teiug te komen of werkelijk als vaststaanc
kan worden aangenomen dat beneden slecht:
een man heeft geloopen. Ik behoud mij
de appreciatie van de resultaten van het on
derzoek voor".
President: „Ik wil nogmaals verklaren dat
ik niets heb beweerd omtrent de waarde van
de resultaten, ik meen slechts de resultaten t<f
moeten meedeelen, namelijk dat gisteravond
geen enkele getuige heeft verklaard, beneden
meer dan één man te hebben zien loopen. Ik
heb slechts meegedeeld wat iedere aanwezige
wanneer hij voldoende dichtbij had kunnen
komen, had kunnen constateeren".
Dimitrof's advocaat, Dr. Teigert, verzoekt
den senaat ter ontlasting van den Bulgaar-
schen beklaagde een aantal getuigen a
decharge te hooren. Hierdoor zal o.a. vastge
steld kunnen woxxiexx dat een verwisseling van
de persoon van Dimitrof niet slechts theore
tisch mogelijk is, doch in de practijk inder
daad in twee gevallen is voorgekomen.
Ter ontlasting van de beklaagden Popof en
Tanef verzoekt Dr. Teigert alle kellners van
het kasteel Bayernhof en majoor Schroder te
hooren.
Voorts stelt Dr. Teigert voor verschillende
getuigen uit Moskou te hooren in verband
met Popof's verblijf in de Sovjet Unie. Den
juridischen adviseur der communistische
Rijksdagfractie wil hij gedaagd zien om te
verklaren of Popof ooit in zijn kamer in het
Rijksdaggebouw is geweest terwijl hij verder
verschillende getuigen wensebfc te hooren over
Popof's kleeding, en verder alle kellners van
het restaurant Aschinger in de Potzdammer-
strasse om te doen vaststellen of Popof en
Tanef op dien dag van den brand 's middags
tusschen vier en zes uur in het restaurant
zijn geweest.
Dimitrof mag ook heden de zitting niet bij
wonen. Hij blijft nog uitgesloten.
Tenslotte wenschte Dr. Teigers nog een Ber-
lijnsch getuige te hooren om te bewijzen, dat
Tanef van 25 Februari tot 4 Maart in de Bran
denburger Strasse heeft gewoond, en den
Rijksdagbeambte Meuber, om te verklaren dat
hij zich in tegenstelling tot getuige Geriche,
den man „met die opvallende kuif" (Van der
Lubbe) niet meer herinneren kon.
Politiecommissaris Bunge zal dan nog moe
ten verklaren dat Geriche ook tegen hem
heeft gezegd, dat van der Lubbe hem niet be
kend voorkwam.
In verband met het groot aantal punten
dat de verdediger der Bulgaren wil bewijzen,
houclt de proc.-generaal Dr. Werner zich een
beslissing voor tot morgenochtend.
Hij verklaart echter dat reeds thans een
aantal van deze bewijzen hem overbodig voor
komt.
Het getuigenverhoor wordt dan voortgezet
en op verzoek van den deskundige doet de
politic-luitenant Lateit nog eenige mededee-
lingen over rookontwikkeling tijdens den
brand.
Wachtmeester Losigkeit wiens vroegere ver
klaringen in hoofdzaak een bevestiging zijn
van de verklaringen van luit., Lateit geeft dan
nogmaals een kort verslag van de gebeurte
nissen van het oogenblik toen de eerste mel
ding op het posthuis Brandenburger Tor
kwam.
Met een der beambten heeft Losigkeit ver
schillende lokalen in het sousterrain van den
Rijksdag onderzocht. Hij ontdekte daarbij ver
schillende plaatsen waar vuur was geweest dat
inmiddels was gedoofd. In de garderobe vond
hij een pet en een das, die later eigendom van
Van der Lubbe bleken te zijn. Brandmateriaal
had getuige niet zien liggen.
Wanneer kwamen S. A. en S. S.?
Dr. Werner: Hebt u ook S. A. of S. S. man
nen in het gebouw of in de omgeving gezien?
Get. Losigkeit: Neen, ik was geruimen tijd
in het gebouw en heb geen S. A. of S. S. man
nen gezien. Pas na 11 uur 's avonds werden
S. A. troepen gebruikt om bij de afzetting van
de omgeving te helpen.
Torgler's advocaat, Dr. Sach: „De adminis
tratie-secretaris Cranowitz heeft u dus ge
zegd: „Kom mee beneden loopen er nog meer!"
Wie heeft hij daai'mee bedoeld?"
Get. Losigkeirt „Hij heeft waarschijnlijk
de daders bedoeld. Wij hebben echter niets
ontdekt.
Dr. Werner: „Hebt u deze uitlatingen aldus
begrepen dat Cranowitz al iets bepaalds had
gezien?"
Get.: „Hij was slechts van meening dat be
neden nog daders zouden rondloopen."
Als volgende getuige wordt gehoord de po-
litie-wachtmeester Poeschel, die vrijwel de
zelfde waarnemingen heeft gedaan als de vo
rige getuige.
LEZING CAREL SCHARTEN.
Onder de auspiciën van de vereeniging
Kxuist aan het Volk en Volksuniversiteit zal
.de schrijver Cai'el Scharten een lezing hou
den over: „Hoe een jongen tot kunstenaar
woi'dt", met voordracht van fragmenten. Een
schrijver van zoo groote bekendheid, wiens
rustige, beschaafde voordracht steeds boeit,
zullen zeker velen te Haarlem nog eens gaan
hooren. Zijn komst is bepaald op Dinsdag 17
October, des avonds, bovenzaal „De Kroon".
Gisteravond heeft in het Rijksdaggebouw te
Berlijn de gerechtelijke reconstructie van de
brandstichting plaats gehad.
pag. 3
Het resultaat van het onderzoek ter plaatse
in het Rïjksdaggebouw.
pag 1
De Oostenrijksche nationaal-socialistische
partij publiceert bijzonderheden uit het ver
leden van Rudolf Dertil.
pag. 3
Lord Robert Cecil doet een nieuw beroep op
de openbare meening.
pag. 9
De Tweede Kamer weigert goedkeuring van
het destructiecontract met de Thermochem.
pag. 11
De officieele lezing van het vliegongeluk bo
ven de Betuwe.
pag. 1
De politie heeft een inval gedaan in een per
ceel in het Frederikspark, waar spiralo werd
gespeeld.
pag. 1
Een candidatuur Jhr. Van Karnebeek voor
Volkenbondscommissaris te Dantzig is niet
doorgegaan.
pag. 3
De veiligheidsweek van de K.N.A.C. wordt
Zondag ingezet.
pag. 4
Minister Slotemaker heeft in de Tweede Ka
mer verklaard de vervroeging van den ver
koop van versch brood niet te zullen be
vorderen.
pag. 11
ARTIKELEN, ENZ.
R. P.: De harde cijfers.
pag. 1
Mr. B. W. Stomps: Het proces van den Rijks
dagbrand. Wat v. d. Lubbe's houding m. i.
beteekent.
pag. 3
Kinderrubriek.
pag. 15 en 16.
HET SPIRALO TE HAARLEM
Wordt als hazardspel
beschouwd.
INVAL IN EEN PERCEEL AAN HET
FREDERIKSPARK.
Donderdagavond tien uur kwam er plotse
ling, tot groote verbazing van de voorbij
gangers, een groote politiemacht per drie
auto's bij het perceel Frederikspark No. 4,
waax-in sinds eenige dagen de sociëteit Den
Hout gevestigd is.
Het huis werd aan alle kanten omsingeld,
zoodat niemand het ongezien kon verlaten.
De politie was vertegenwoordigd door den
Commissaris, den hoofdinspecteur der re
cherche, den chef van den straatdienst,
eenige inspecteurs, rechercheurs en agenten.
Verder waren aanwezig Mr. E. J. W. Top,
rechter-commissaris; Mr. L. H. Roeters van
Lennep, Officier van Justitie, en Mr. A. R.
Andringa, substituut-officier van justitie.
Toen dit gezelschap naar binnen ging bleek
het, dat ongeveer vijftien personen, waaron
der eenige dames, voor het meerendeel te
Haarlem woonachtig, zich bezig hield met
het Spiralo, dat door de ondernemers, de ge
broeders S.. als behendigheidsspel geannon
ceerd was.
De Justitie, die ingelicht was, dat daar dit
spel gespeeld werd, was echter een andere
meening toegedaan. Zij beschouwde dit als
hazardspel. De speelsters, spelex*s en de on
dernemers werden, omdat de justitie meende
termen aanwezig te achten om in te grijpen,
uitgenoodigd in de wachtende auto's plaats
te nemen, waarna zij naar het politiebureau
in de Smedestraat werden overgebracht.
Hier werden allen aan een verhoor onder-
worpen dat tot ongeveer 2 uur des nachts
duurde. Toen zijn allen weer in vrijheid ge
steld, nadat proces-verbaal was opgemaakt.
Een speeltafel met toebehooren werd in
beslag genomen.
Den ganschen avond toonde het publiek in
het Frederikspark groote belangstelling.
Nader vernemen wij. dat de andere tafel in
het perceel, waarop ook een behendigheids
spel wordt beoefend, buiten werking is ge
steld.
De in beslag genomen tafel was heden
morgen reeds in het Paleis van Justitie.
DE BIJ HET VLIEGONGEVAL te Lienden in de Betuwe omgekomen vliegeniers. V.l.n.r.
Jhr. A. J> M. van Coehoorn van Sminia, sergeant W. C. van Hardeveld, luitenant Jhr. H. J
Asch van Wgk en sergeant-majoor A. G, Veimeuiea»