ZATERDAG 21 OCTOBER 1933 HAARLEM'S DAGBLAD 5 BIJVOEGSEL HAARLEM'S DAGBLAD AAN ALLEN. Misschien zijn er onder jullie, die ook mee gedaan hebben met 't verzamelen van pad denstoelen voor de tentoonstelling. Je hebt er dan zeker verbaasd over gestaan, hoe rijk onze omgeving aan deze planten is. Hoe mooi gekleurd zijn sommige soorten. Wel eigenaardig, dat de mooiste soorten de gevaarlijkste of beter gezegd de vergiftigste zijn. De meest sprookjesachtige zijn zeker die rood met wit gespikkelde parasolletjes. Toch zijn ze berucht. Ze zijn allemaal vergiftig. De vliegenzwammen zijn effen rood. Ze groeien altijd in troepjes bij elkaar. Ze komen uit een wit omhulsel. De schubben op de hoe den zijn nog restantjes van dat omhulsel. De Vermilj oenzwam is nog stralender rood en groeit onder beuken. Vuurrood is het vuurzwammetje. Dit groeit meestal op weilanden. Het papegaaizwamme- tje is groen met gele vlekken en strepen. Bij ons vind je ze alleen in moerassen. In de dennenbosschen tref je veel ridder- zwammen aan. Ze groeien vaak in heksen kringen. d.w.z. in halve cirkels. Ze zijn geel achtig bruin, soms ook paars. In onze omge ving komen ook parasolzwammetjes voor. Er moeten soorten zijn, die werkelijk zoo groot zijn als een echte parasol. De melkzwammen heeten zoo, omdat ze bij aanraking een witten druppel laten vallen. Onder vermolmde beukeblaren vind je wel koperzwammetjes. Deze zijn eetbaar. Op oude boomstronken en aan paaltjes vind je vaak van die ongesteelde paddenstoeltjes. Men noemt ze elfenbankjes. Ieder jaar komen ze weer te voorschijn. Ten slotte is het hout- totaal vermolmd. Uit iepenboomen groeien soms zwammen van een halven meter lengte, 't Lijkt net, of ze van boven overdekt zijn met veertjes. In ons land noemt men hem zadel- zwam Hij lijkt wel wat op een fietszadel. Iepen'met zadelzwammen zijn ziek en worden nimmermeer gezond. Je boft, als je een aardster vmdt. De bruin achtige ster heeft vijf stralen. Daar binnen is een grijze bol, die van boven spits toeloopt. Raak je de plant even aan, dan zie je een wolk van stof. Dat zijn de sporen. Je hebt ook nog gekraagde aardsterren, die, zooals de naam aanduidt, omgeven zijn door een ge- plooiden kraag. De bekerzwammen gelijken, als ze onge steeld zijn, op napjes van eikels. Hoornen van overvloed vond ik in groote hoeveelheid in den Neethof. De stuifballen zag ik daar ook, verder heel veel kringzwammen. Misschien heb je geprobeerd een mooi soort paddenstoel over te planten in je tuintje. Re ken er niet te vast op, dat je deze behoudt. Dat gebeurt maar heel zeldzaam. Bodem en temperatuur moeten een bepaalde graad van vochtigheid hebben. Dan groeit uit een spoor een dunne draad. Deze vertakt zich en lang zamerhand ontwikkelt zich een netwerk van draden. Deze draden banen zich een weg door en langs takken en bladeren. Iedere soort tiert op haar eigen wijze. Er zijn boschpadde stoelen, weide-, moeras- hout- en grondpad- destoelen. Onder denneboomen groeit weer een andere soort dan b.v. onder kastanjeboomen. Uit een êennekegel groeit b.v. de oorlepelzwam. De boschbodem is in dezen tijd van 't jaar doorweven met zwamvlekken. 't Lijken vaak wel spinragdraden. Ze voeden zich met le vende en doode weefsels. Hoe, weet men niet precies. Er ontstaan organen, waaraan zich weer sporen vormen. Met een microscoop kun je die spoorvorming prachtig zien. Kunnen de zwamvlokken. met een vreemd woord mycelium genoemd, ongestoord voort- groeien. dan ontstaan die kringen van pad denstoelen, ook wel heksenkringen genoemd. Men begreep eerst niet, waar ze vandaan kwamen. In Zwitserland zijn heksenkringen van een half uur gaans, juist tegen een berghelling gelegen. In onze duinen zijn er heksenkringen van stuifballen. Op groote grasperken ziet men de weide- kringzwam. De inktzwammen groeien veel op mesthoo- pen. Ze zijn van boven wit en van onderen zwart. Ze komen heel snel op, vooral na een regenbui. Als jullie nu Zondag wandelen gaan, let dan even op de paddestoelen. W. B. Z. WAT ONZE BELANGSTELLING WEKT. Een kranig oudje. Dat was zeker de-102 jarige Engelsche Mrs. Stenfield, die nog vol jeugdigen moed, een vliegtuig instapte en zich heel op haar gemak voelde, toen de piloot een „looping the loop" uitvoerde. Marmer. Er zijn tal van soorten marmer. Frankrijk en Tunis b.v. leveren geel marmer; Italië en Griekenland brengen groen mar mer voort, België grijs, Klein-Azië rood, Span je en Frankrijk (de Pyreneeën) bruin-rood marmer. Baas boven baas. Langen tijd heeft' Ame rika er zich op kunnen beroemen, dat het de grootste klok ter wereld bezat, maar het heeft dit voorrecht moeten afstaan aan Pa rijs. Daar heeft men n.l. op het tweede plat form van den Eiffeltoren op 200 meter hoogte een uurwerk aangebracht met een wijzerplaat van 20 meter in doorsnede. Wist je dat? Men zegt dat er in de Ja- pansche stad Tokio op iedere 28 inwoners een winkel is. De hoogste weg in Europa. Dat is de on langs geopende weg in de Pyreneeën naar de Pic au Midi. die tot een hoogte van 3570 M. gaat. WAT HET EVERZWIJN BELEEFDE. Diep in het woud woonde een everzwijn en daar hij groot, sterk en moedig was en de an dere dieren nooit kwaad deed, hielden alle beesten veel van hem. Op zijn tochten door het woud bezocht hij ook de „Pluimstaartjes", een konijnenfamilie, die in een holletje onder een boom woonde. En dat was dan een heel feest. Want hij bracht altijd iets lekkers mee, versche worteltjes, kooltjes en al die dingen, waarvan hij wist, dat de Pluimstaartjes er dol op waren. Vooral zoo in het voorjaar, als er in het woud nog te weinig groen was, om aan te knabbelen, wat dat voor moeder Pluim staart, die zooveel mondjes had open te hou den een heele uitkomst. „Wij begrijpen niet, waar je toch al dat lekkers vandaan haalt," zeiden de Pluimstaartjes eens. „Ach," zei het everzwijn, „dat is nogal eenvoudig. Als er in het bosch niets te eten is, ga ik naar het veld van den boer, daar is overvloed van alles." „Wees maar voorzichtig," had moeder Pluimstaart gezegd, „want de boer daarginds is lang niet gemakkelijk en als hij er achter komt, zou hij het je weieens betaald kunnen zetten. Onlangs nog had hij bijna een van ons te pakken en sedert dien blijven wij maar liever in het woud." „Dat' kan wel zijn," snoefde het Everzwijn, „maar ik ben moedig en slim, mij krijgen de menschen niet zoo gauw. Straks ga ik weer een en ander halen." En ja hoor, een uurtje later was hij wéér op den akker en smulde naar hartelust. En juist had hij zijn buik vol gegeten, toen hij onder een soort afdakje de heerlijkste dingen zag liggen. „Daar zal ik toch ook maar iets van meenemen," dacht hij. Maar o jee, toen hij onder het afdakje kwam, zal plotseling zijn achterpoot in een strik en hoe hij ook trok, hij kon maar niet loskomen. Nu begon ons everzwijn te begrijpen, dat de boer toch slimmer was geweest dan hij en hij werd zóó angstig dat hij luid begon te schreeuwen: „Help, help, ik ben gevangen!" Gelukkig waren de Pluimstaartjes in de buurt en toen ze hun vriend om hulp hoorden roepen, kwamen ze vlug aangewipt. Ja, dat was een leelijk geval. Het everzwijn zat niet alleen in een strik, maar het kon ook niet uit het hok wegkomen. „Graaf jij van binnen, dan zullen wij aan den buitenkant onder het gaas doorgraven." DE GEBROEDERS STOLTENHOFF TWEE VERONGELUKTE „ROBINSONS" In den Atlantischen Oceaan ligt in de nabij heid van Tristan d'Acunha, het eiland Inac cessible. Het heeft een middellijn van onge veer 4 Engelsche mijlen en bestaat uit een bergachtig plateau met aan Noord- en West zijde een vrij groot strand. Het plateau is al leen maar van de Westzijde te bestijgen, aan de andere zijden gaat het zoo steil omhoog, dat men het slechts met de grootste moeite en het grootste gevaar zou kunnen beklimmen. Behalve door wilde zwijnen en eenige wilde geiten is het eiland onbewoond. In de zestiger jaren van de vorige eeuw leerde de Duitscher Gustaaf Stoltenhoff het eiland Tristan d'Acunha kennen en na zijn terugkeer in het vaderland hield hij een groot verlangen naar dat onbewoonde eiland. In zijn gedachten be leefde hij er de meest fantastische avonturen. Het gelukte hem zijn broer die juist uit den oorlog van 1870—'71 terugkwam, over te halen met hem mee te gaa.. naai' Tristan d'Acunha. En zoo begaven beiden zich op weg. Als eerste woonplaats kozen ze de Westzijde en begonnen met den bouw van een huis. Zoo lang de zomertijd duurde, dus ongeveer tot April, hadden de beide broeders geen reden, om spijt te hebben van hun besluit. Begun stigd door het mooie weer plantten ze aard appelen en groenten, gingen op zwijnenjacht en overvielen de robben, die op het eiland kwamen. Maar met de nadering van den winter t"- gon hun toestand er minder gunstig uit te zien. Een storm beschadigde hun boot, waar mee ze ter walvischvangst gingen, zoo erg. dat ze niet meer te gebruiken was. en een brand vernietigde het gras. waarmee de hel lingen van het plateau begroeid waren, zoo dat de beklimming van het plateau, waarop de te jagen dieren leefden, nog moeilijker werd. En ongelukkigerwijs hadden de broers zeiden de Pluimstaartjes. En toen begonnen ze allemaal te graven. Veel tijd was er niet, elk oogenblik kon de boer komen en dan zou het zeker slecht afloopen. Eindelijk waren de Pluimstaartjes in het hok en toen knaagden ze vlug de strik door, die om den poot van het everzwijn zat Ziezoo, nu was hij weer vrij! Nu, het was dan ook hoog tijd, want daar kwam de boer met zijn knechts al aan, gewa pend met hooivork, bijl en dorschvlegel. O, o. wat schrok het everzwijn toen; maar door de hulp van de Pluimstaartjes kon hij nog juist den dans ontspringen. „Ik ga nóóit meer op bezoek bij den boer.' zei hij later tegen de Pluimstaartjes en ik denk wel dat hij woord heeft gehouden, jul lie ook niet? DINA VAN Z. ONZE BIBLIOTHEEK. (Opgericht 2 October 1928). Gr. Houtstraat 93. (Bureau van „Haarlem's Dagblad") Corresp.-adres: Emmastraat 36. Ruiltijden: Woensdags 46 en Zaterdags 24 uur. Het uitleenen van boeken eindigt een kwar tier vóór sluitingstijd. Inschrijving 15 cent (inclusief opbergmap en volledige catalogus 1933) Nieuwe lijsten: 10 cent, nieuwe mappen: 7 1,2 cent. Leenprijs 2 ets per deel en per leesweek, d.i. WoensdagZaterdag of Zaterdag Woensdag. C ORRESPONDENTIE Den' vriendelijken belangstellende wil ik harte lijk dank zeggen voor zijn hartelijke woorden, ter gelegenheid van het 5-jarig bestaan van O. B. In de rubriek afgedrukt. Ik hoop, in de hoedanigheid, zooals ik door hem werd ge schetst, nog vele jaren O. B. te leiden met de hulp van werkelijke vaders en moeders. UITSLAG VAN „HET GROOTE RAADSELS De hoofdprijs is na loting ten deel gevallen aan Tetje van Leeuwen, Gasthuisvest 31z. 13 j. Zij mag een keuze doen uit de nav. prijzen: doos bonbons, vulpenhouder of vulpotlood, toegangsbewijs voor een concert der H. O. V, op Zondagmiddag 22 Oct. a.s. of Zondagavond 5 Nov. a.s. BOEKBESPREKING 400, 401, 402. De Meiclub uit kampeeren, De Meiclub ontbonden en De kleine Meiclub, door T. Brinckgreve-Wicherink. 12 jaar en ouder. Deze „serie van drie" vormt een mooi ge heel. 't Eerste jaar gaat de Meiclub kam peeren en allerlei avonturen doen zich daarbij voor. In 't tweede jaar wordt door een minder mooi optreden van eenige leden de club ont bonden, blijft dan echter nog een jaar be staan onder den naam van „Kleine Meiclub", wat in 't derde boek wordt verteld. (Wordt vervolgd.) DE NIEUWE AANVULLING Vanaf Zaterdag 21 Oct. a.s. zal worden uit geleend de nav. nieuwe aanvulling: Voor het overbrengen van geweren en de andere benoodigdheden gebruikten ze een leeg olievat, dat ze van te voren dicht gemaakt hadden en bij het zwemmen tusschen zich in namen. Het was een gevaarlijke tocht; bij de minste deining zou het vat om kunnen vallen en de schade onherstelbaar zijn. Tenslotte vonden de broeders het waag stuk dan ook te groot en ze verdeelden het werk nu zoo, dat de oudste op het plateau een jagersleven leidde, terwijl de jongste aan het Noorder strand bleef. Als het nu juist niet- stormde, konden ze zelfs goed met elkaar spreken. Het vervoer van de geschoten dieren ging heel gemakkelijk; ze werden eenvoudig naar beneden gegooid. Nog eenmaal probeerden ze het eiland om te zwemmen en wel toen het gevaar dreigde dat beiden een winter in eenzaamheid moes ten doorbrengen. Ze besloten daarom ook, vooral toen hun voorraad munitie kleiner werd, eenige varkens levend te vangen en ze op te sluiten, zoodat voor het geval ze nu eens niet meer op jacht konden gaan om de één of andere reden, ze niet zouden behoeven te verhongeren. Het vangen van de zwijnen was al een kunststuk op zichzelf; maar hoe moest men ze nu van het plateau naar de Noordkust krijgen? Er bleef niets anders over. dan met de ge vangen dieren af te dalen naar de Westzijde en van daar uit zwemmend de Noordkust te bereiken. Het bleek, dat deze maatregel geen oogen blik te vroeg was genomen; want niet lang hier na, barstte de buks op twee plaatsen te gelijk. Toen eenige weken later een Britsche expe ditie. die metingen deed, op het eiland Inac- i cessible landde, vonden ze daar twee mannen, gekleed in lompen en ondervoed, die geheel ontmoedigd en berustend in een hut. waaroo de regen ketterde, op hun lot zaten te mach ten. De gebroeders Stoltenhoff hadden hun vrijwillige afzondering van de bewoonde we reld geen twee jaar volgehouden. E. W. HOE IS DE BRAND ONTSTAAN? OPLOSSING VAN DE VORIGE WEEK Op de photo is duidelijk te zien, dat de wind zoon richting had, dat de vonken van de locomotief aan den anderen kant van de spoorbaan terecht zijn gekomen. Dit is af te leiden uit de richting van den rook. CHINEES ALS DOOLHOF. Wie van jullie vindt den weg door dit laby rinth? Het begint aan den zijkant en eindigt oo den neus. OOM KEES. DE ZANDMOLEN. hun woonplaats van de Westzijde naar de Noordzijde verlegd. Van hier uit het plateau te bestijgen was slechts met de grootste moei te mogelijk. De aardappel- en groentenvoor- raad raakte langzamerhand opgebruikt, en de honger dreigde. In Juli kwamen er echter zwermen pingui- nen op het eiland om er te broeden en deze vogels en hun eieren behoedden de gebroeders voor het ergste. Verdere hulp bracht een Fransche bark en de sloep van een schoener, die de kluizenaars bezochten en hun spek en brood brachten. Dank zij dezen steun konden de gebroeders met frisschen moed den tweeden zomer van hun verblijf op het eiland ingaan, ofschoon ze vooruit wisten dat hun voorraad niet al te lang zou duren. Zoo goed en kwaad ais het ging moesten ze weer op jacht naar zwijnen en daar deze dieren alleen maar op het ola- teau leefden en dit van de Noordzijde waai de broeder^ waren, niet te beklimmen was. ging iedere jacht gepaard met het omvaren va.1 het eiland. Een boot bezaten ze niet meer. en 'oo bleef hun niets anders over. dat het eiland om te zwemmen. DE GEHEIMZINNIGE ACHT. Wie kan bovenstaand figuur aan ééné stuk doorteekenen? Dus: zonder je potlood van papier te nemen! Het lijkt heel moeilijk: maal ais je maar telkens weer probeert, zul je het tenslotte wel vinden. Het is een leuk werkje voor een regenachtigen Woensdagmiddag, als je toch niet buiten kunt spelen. OOM KEES. DEELNEMERSLIJST 28. Kees Henskes, G. Joubertstr. 15. 9 jaar. 29. Nico Lugtig, Vooruitgangstraat 69. 13 j. 30 en 31. Harry en Jeantje Hoddenbach, Kinderhuisvest 21. resp. 13 en 12 jaar. 32. Jan Dijkmans. Drossestraat 8. 12 j. 32. Truus Beukhof. Kinderhuisvest lr.. 11 j. 34. Manda van Aken, O. Groenmarxt 10r., 14 jaar. (De overige deelnemers worden in de vol gende rubrieken vermeld.) W. F. M. H. LASSCHUIT Emmastraat 36 b. d. Koninginneweg. Haarlem, 20 October 1933. WAT IS HIER NIET GOED? Toen onze teekenaar bovenstaande dieren teekende was hij er blijkbaar niet goed met zijn gedachten bij. En zoo kwam 't, dat hij 8 fouten maakte. Wie van jullie kan deze fouten er uithalen? Kijk maar goed, dan vind je ze wel! TANTE TINE. WE GAAN ONS EIGEN SPEELGOED MAKEN. Een eenvoudige motorboot. Zooals jullie op de afbeelding kunt zien, be staat de romp van onze motorboot uit een gladde plank, die aan den boeg spits toeloopt. In het midden van het ongeveer 35 c.M. lange plankje wordt aan beide zijden een dun en buigzaam staalreepie bevestigd Hieraan maakt men twee stevige touwtjes vast. die ge wikkeld worden om een rol, waaraan de schroefbladen. Een stuk van een ronden stok kan uitstekend dienst doen als rol. Met een zakmes kerft men in het hout de spleten, waarin de schroef bladen komen. Deze schroef bladen worden gemaakt van dun blik. Tenslotte wordt op den boeg van de motor boot een ijzeren of looden gewicht bevestigd, om het ven wicht te doen bewarer. Zorg°er voor. dat het gewicht precies in het midden zit. want zoodra het een afwijking naar links of rechts heeft, dat de boot in een kringetje rond varen. Hoe de molen er uit zien, als hij klaar is, kun je op figuur I zien. Zoodra je zand van boven in de opening gooit, beginnen de wie ken lustig te draaien. Je moet het zand eerst goed ziften, dat er geen kleine steentjes in blijven. Anders gaat de molen kapot. Van onder kun je hem open laten, dan loopt het zand er vanzelf weer uit. Als je met je molen in de kamer speelt, mag je er wel een dik stuk karton onder leggen, Hoe de molen gebo; -'d wordt, toont onze tweede afbeelding. (Eê kant is weggelaten, om de opening te latei, ^ien.) Het molenrad wordt gemaakt van een grooten garenklos, die men om een as doet, en waaraan kartonnen raderen geplakt worden. (Afbeelding 3a en d). Afbeelding 3b toont de schijf, waaraan de wieken worden bevestigd en 3c verklaart hoe de as door den wand van den molen gestoken en vastgemaakt moet worden. Tenslotte beschilderen we hem met vroo- lijke, bonte kleuren en we hebben weer een nieuw stuk speelgoed voor kleine broer of zus ofvoor onszelf OOM KEES. 397. Berghuis, Jac. Hier Radio Mars!! 12 j. en ouder. 394. Doorman, Cll. Dicky getrouwd, 13 j. en ouder. 392. Riemens-Reurslag, J. Mijn oom uit Engeland, 8 j. en ouder. 403. valkhof f, R. Toffie Co.. 12 j. e o. Dit laatste boek vormt met De bruinvisschen een geheel en is dus een belangrijke aanwinst. Mag ik nog eens even. en vooral ook de oud- deelnemèrs. allen opwekken toch mee te lezen uit O. B. Er is een schat van boeken, van aller lei soort en voor allerlei leeftijd. Daarbij kun je onmiddellijk meedoen aan den doorloopenden wedstrijd in 't verzamelen van letters, welke worden afgegeven. „Onze Bibliotheek" is voor allemaal een verzameling van waardevolle dingen, die je in je leven niet kunt missen. Ik verwacht ook allen steun van de ouderen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 5