WIELRIJDEN. Pijnenburg en Wals winnen. STA TEN- GENERAAL VRIJDAG 24 NOVEMBER 1933 HAARLEM'S DAGBLAD 12 Weinig veeandeeUtg Ut den stand ge komen. - Idols wint Z500 rigaeeiten. (fok Of» den laatsten avond alle plaatsen bezet. - Het laatste uuc geen strijd. De gelukkige winnaars Pijnenburg en Wals. Donderdagmiddag. Het is Donderdagmiddag 12 uur, de offi- cieele neutralisatie is weer afgeloopen. Buiten het gebouw staat een dikke rij te wachten op het sein, dat zij naar binnen mogen. Er liggen nog 12 uren voor den boeg en dan behoort ook deze Zesdaagsche weder tot het verleden. Er liggen thans vier koppels aan den kop, die tegen elkaar opgewassen zijn. De strijd zal dan ook vermoedelijk slechts in de laatste uren beslist worden. Tegen half één komt het publiek binnen stroomen en weldra is het middenterrein weder goed gevuld. Tot aan de klassements sprints van half drie gebeurde er niets bij zonders. Even voor den aanvang gingen de renners zich wat losrïjden; er kwam eenigs- zins tempo in. Klassement half drie. De resultaten van de sprints waren als volgt: le sprint: Wals, Hürtgen. Muller, De Wolf. 2é sprint: Pijnenburg, Rausch, Guimbretière. 3e sprint: Wals, Bresciani, Hürtgen, Broc- cardo. 4e sprint: Guerra, Pijnenburg, Rausch, Guimbretière. 5e sprint: Wals, Broccardo, Bresciani, Hürtgen. 6e sprint: Guerra, Pijnenburg, Rausch, Guimbretière. Kort na het klassement werden tien tempo ronden ingelascht. Hierbij verkregen Guimbre tièreBroccardo 15 p., RauschHürtgen 15 pnt. en Wals—Pijnenburg 4 pnt. Na deze tem poronden zag het er naar uit alsof Pijnen burgWals een poging deden om weer alleen aan den kop te komen. Zij gingen er in een flink tempo tusschen uit, doch dit duurde slechts kort en weldra was de rust weer terug gekeerd. Deze rust duurde maar kort en weldra ont spon zich een mooie jacht. Het sein hiertoe werd gegeven door de Belgen en weldra volg den AdanDe Wolf en VluggenMuller. De staartkoppels begonnen zich dus nu wat te roeren. Weldra volgde het hoofdpeleton en de Hollanders en de Franschen en de Duit- schers gaven elkaar niet veel toe. Braspenninx en Van Kempen kregen geen gelegenheid. Tijdens deze jacht had nog een kleine valpartij plaats. De reserverijder Richli kreeg een lek bandje. Zijn val was echter niet van ernstigen aard. Tegen vier uur kwam het veld weer wat tot rust. Het klassement van half vijf. Het is inmiddels weer tijd geworden voor het tweede middagklassement, het laatste middag klassement van dezen Zesdaagsche. Het resul taat was als volgt: le sprint: 1. Pijnenburg, 2. Bresciani, 3. Guimbretière, 4. Muller. 2e sprint: 1. Jan van Kempen, 2. Wals, 3. Broccardo, 4. Hürtgen. 3e sprint: 1. Pijnenburg, 2. Bresciani, 3. Guimbretière, 4. Rausch. 4e sprint: i. Jan van Kempen, 2. Loncke, 3. Adan. 4. Wals. 5e sprint: 1. Pijnenburg, 2. Guimbretière, 3. Rausch. 4. Muller. 6e sprint: 1. van Kempen, 2. Guerra, 3. Hürtgen, 4. Wals. Direct na de klassementssprints werden twee premies verreden, een van 500 chocolade- reepen en een van 2500 cigaretten. Zij werden in de wacht gesleept door Pijnenburg en door zijn koppelgenoot Wals. Te vijf uur was in totaal afgelegd 2956,529 K.M. De stand was toen als volgt: Aan den kop: 1. PijnenburgWals 516 pnt. 2. GuimbretièreBroccardo 171 pnt. 3. Rausch—Hürtgen 142 pnt. Op 1 ronde; 4. Braspenninxvan Kempen 230 pnt. Op 4 ronden: 5. GuerraBresciani 142 pnt. Op 5 ronden: 6. AertsLoncke 180 pnt. Op 6 ronden: 7. VluggenMuller 173 pnt. Op 8 ronden: 8. Van Houtvan Nek 88 pnt. Op 9 ronden: 9. Adan—De Wolf 82 pnt. Richli reserve. De laatste avond. Richli uit den strijd Binnen de muren van het gebouw de be kende drukte. Om acht uur werd het al voller en omstreeks 9 uur was er geen plaatsje meer onbezet op de tribunes. Richli, dc sterke Zwitser, reed nog altijd als reserve na het uitvallen van zijn partner op Woensdag. De leiding besloot echter Richli uit den strijd te nemen. Te 6 uur Donderdagavond waren afgelegd 2971,592 K.M. en daar er tot 8 uur neutralisa tie was, was er na den middag natuurlijk geen verandering meer in den stand gekomen. In spanning wachtten de duizenden op de dingen die komen zouden. De drie sterke kop pels aan den kop. En Braspenninxvan Kem pen op 1 ronde. Deze vier zouden elkaar den eerepalm betwisten. De winnaars waren dus vooraf onmogelijk te bepalen, al dient te wor den toegegeven dat Pijnenburg—Wals een goeden voorsprong in puntenaantal hadden, wat wel eens den doorslag zou kunnen geven. Verschillende premies werden in den loop van den avond nog verreden, waarbij Pijnen burg en Wals toonden, dat zij nog steeds de besten waren in de sprints. Doch het zou ten slotte om de ronden gaan. No. 2 het koppel GuimbretièreBroccardo. Om bij tienen begon het leven. Na een pre mie van het Sportpark ging van Hout er van door; hij en Van Nek hanien een ronde.> Van Kout réed meesterlijk, doch kon vaak niet wegkomen, daar het veld hem steeds achtervolgde. Het was toen tien uur precies en nog twee uren waren er te rijden. Toen kwam er weer wat rust in het veld. Om even over half elf gingen de Italianen met de Belgen er van door; zonder veel moeite gelukte het aan deze renners wederom een ronde te nemen. GuerraBresciani lagen dus met Braspenninx en van Kempen op 1 ronde achter. AertsLoncke waren toen 2 ronden achter. Pijnenburg viel doch stond spoedig weer op met verwrongen gelaat. Om kwart voor elf, de laatste premie van dezen Zesdaagsche, f 100, uitgeloofd door de AVRO. Pijnenburg heeft zich niet ernstig bezeerd en kwam spoedig wéér in de baan. Wals won gemakkelijk de AVRO-premie. Elf uur! De groene lamp gloeit. Het laatste uur was aangebroken. le sprint: 1. Pijnenburg, 2. Broccardo, 3. Rausch, 4. Muller. 2e sprint: 1. Jan van Kempen, 3." Wals, 4. Guimbretière. 3e sprint: 1. Van Nek, 2. Loncke, 3. Vluggen, 4. Pijnenburg. 4e sprint: l. Guimbretière, 2. Wals, 3. Bres ciani, 4. Hürtgen 5e sprint: l Loncke, 2. Pijnenburg, 3. Vlug gen en 4. Broccardo. 6e sprint: 1. Wals, 2. Guimbretière, 3. Hürt gen, 4. Jan van Kempen. 7esprint: 1. Pijnenburg, 2. Broccardo, 3. Rausch, 4. Guerra. 8e sprint: 1. Jan van Kempen, 2. Wals, 3. Guimbretière, 4. Hürtgen. 9e sprint: 1. Loncke, 2. Broccardo, 3. Pij nenburg, 4. Rausch. Direct daarna een uitlooppoging van Guim bretière en Rausch, maar Wals volgde on middellijk en het veld was weer rustig. 10e sprint: 1. Wals, 2. Jan van Kempen, 3. Guimbretière, 4. Hürtgen. 11e sprint: 1. Pijnenburg, 2. Broccardo, 3. Rausch. 4. Guerra. 12e sprint: 1. van Kempen, 2. Bresciani, 3. Wals, 4. Guimbretière. No. 3 het koppel RauschHürtgen. Het was reeds vijf minuten over half twaalf en nog steeds geen jacht. Kan het In de resteerende vijf en twintig minuten zoo kalm blijven? 13e sprint: 1. Pijnenburg, 2. Broccardo, 3. Guerra. 4. Rausch. 14e sprint: 1. Wals, 2. Guimbretière, 3. Hürtgen, 4. Bresciani. Jan van Kempen kreeg een lekken band in tweede positie en kon deez sprint niet eindi gen. 15e sprint: 1. Pijnenburg, 2. Guerra, 3. Broc cardo, 4. Wals. 16e sprint: 1. Jan van Kempen, 2. Wals, 3. Bresciani, 4. Guimbretière. 17e sprint: 1. Loncke, 2. Guerra, 3. Van Nek 4. Pijnenburg; Nog twaalf minuten te verrijden en nog steeds geen jachten. Het publiek schreeuwt om strijd, doch de renners houden elkaar ln de gaten. 18e sprint: 1. Jan van Kempen, 2 Bresciani, 3. Guimbretière, 4. Wals. Even deed Broccardo een poging om weg te loopen, doch Rausch en Wals zaten hem achterna en wederom geen strijd. 19e sprint: 1. Wals, 2. Guerra, 3. Jan van Kempen, 4. Guimbretière; Nog tien minuten te rijden. De bloemen werden reeds binnengebracht. 20e sprint: 1. Loncke, 2. Bresciani, 3. Bras penninx, 4. Van Hout. 21e sprint: 1. Jan van Kempen, 2. Guimbre tière, 3. Guerra, 4. Wals. 22e sprint: 1. Loncke, 2. Braspenninx, 3. Pij nenburg, 4. Rausch. Wals ging er van door doch was spoedig weer ingehaald. 23e sprint: 1. Rausch, 2. Pijnenburg, 3. Guimbretière. 4. Guerra. Het startschot viel. PijnenburgWals had den dus gewonnen. De eindstand luidde: 1. PijnenburgWals 588 pnt. 2. GuimbretièreBroccardo 215 pnt. 3. Rausch—Hürtgen 161 pnt. Op 1 ronde: 4. Braspenninx—van Kempen, 271 pnt. 5. GuerraBresciani 174 pnt. Op 2 ronden: 6. Aerts—Loncke 208 pnt. Op 5 ronden: 7. VluggenMuller 178 pnt. Op 6 ronden: 8. Van NekVan Hout 99 pnt. Op 7 ronden: 9. AdanDe Wolf 82 pnt. In totaal zijn afgelegd 3141.603 K.M. De huldiging. Nauwelijks was het gejuich na het vallen van de drie eindschoten verstomd, of de ren ners begaven zich naar hun boxen. Wie zou denken, dat zij nu onmiddellijk na 145 uur trappen van een welverdiende rust gingen ge nieten, zou zich vergissen. Het overwinnende koppel PijnenburgWals was in een oogwenk weer op de baan, doch dit oogenblik was voldoende geweest om hun uiterlijk snel te doen opfrisschen. Beiden waren ze weer in brandschoone knalroode shirts gekleed, en zij zagen er zichtbaar opgefrischt uit. De eersten die de beide overwinnaars de hand drukten, waren hun sterkste rivalen van dezen Zesdaagsche, de Franschen Broccardo en Guimbretière. Voor de loge van de jury vindt de huldiging plaats, nadat de overwinnaars en de andere deelnemers voor een leger van persfotografen en filmoperateurs hebben geposeerd. Cor Wals wordt met Pijnenburg in de bloemetjes gezet. De voorzitter van de Nederlandsche Wielrenunie, jhr. Van den Berch van Heem stede, spreekt beide koppelgenooten toe. Elk met een grooten krans op den schouder zet ten zij zich onder daverend gejüieh van het publiek en de tonen van het Wilhelmus in beweging voor hun eererondje. Niet minder hartelijk is het applaus voor de beide populaire Franschen Guimbretière en Broccardo, die onder de tonen van de Mar seillaise hun eererondje rijden. Dan volgen de overige volksliederen. Er hiermede is het Zesdagen-feest geëin digd, althans voor het publiek, dat tegen kwart voor een in dichte drommen het R.A.I. gebouw verlaat. Welke premies er gewonnen werden. In totaal werd in deez tweede Zeslaagsehe de volgende premies gewonnen: Pijnenburg—Wals -1016 gulden en 2 gouden horloges en twee platina dasspelden; Van KempenBraspenninx 830 gulden en 1000 sigaren; BroccardoGuimbitrière 283 gulden; GuerraBresciani 380 gulden; Van Nek Van Hout 170 gulden; RichliBuehler 391 gulden en 2500 cigaretten; Van Egmond 100 gulden; Slaats 45 gulden; en Aerts—Loncke 122 gulden. Het vorige jaar werd in totaal aan geld- premies uitgeloofd 3587 gulden en 3635 gulden aan goederen. DE LAATSTE RONDEN IN LAATSTE UREN. DE Als Pijn zijn spiei-en spant. Om u de waarheid te zeggen; aanvanke lijk was ik wanhopig. Wie was nu den Pijn, wie Bras, wie Rausch; 't was met recht: who's who? ■k Hoef 't u dus niet meer te vertellen, dat ik als nieuweling de Zesdaagsche be zocht. En ik was teleurgesteld ook. Waar bleven nu de sensatie-valpartijen, de reuze kraehtprestat>ies, de man die „op de pedale ging", de spurts, de sprints en de monstei*- raees? 'k Voelde me bekocht. Was dat nu een avond waarop de beslissing moest val len? 'Enfin 'k troostte me met de gedachte dat ze er nu wel genoeg van zouden heb ben, in het besef dat er toch geen einde aan de baan kwam en dat het schot van twaalf uur geen seconde te laat zou komen. Totdatde dender-muziek zweeg en een stem een premie van f 25 aankondigde. Een rooie schoot vooruit en men gilde reeds. Dat moest dus den Pijn zijn, en daar hij de premie won was het de Pijn. En daarna kon ik de banden weer hooren zuigen over de houten vloer die hoog golft in de bocht en zich in de diepte stort als het weer rechtuit gaat. En de muziek was die der blanke top der duinen en had-je-me-maar, de rook was gelijk mist en de renners een klit. Tot op eens de klit spatte alsof ze ruzie hadden ge kregen. Het eene brok achtervolgde het an dere, hoog door de eene bocht en laag door de andere, men krijschte en Wals en de Pijn waren de favorieten. Wanneer .het weer stil werd was er wel een zeepfirma of een cigarettenfabrikant die er een paar tientjes voor over had om via de microfoon een reclame-sprint om te laten roepen, het jachten en gillen begon op nieuw, en zoo ging het crescendo naar het einde. Ondertusscben waren er .talrijke die knak worstjes aten buiten de ton met stoelen, of die voor een dubbeltje benieuwd waren naar de toekomst-uit-de-hand. Maar met het naderen van heb einde, nam ook het aantal deserteurs af; de span ning steeg merkbaar enhoorbaar. Zoo lusteloos als het in den beginne was, zoo emotineel werd het op later uur. En dan wordt er verteld wat de verschil lende koppels hebben gewonnen: 2500 siga retten, platina dasspelden, duizend en zoo veel gulden, horlogesEn dan kijk ik weer naar de kuitspieren, waar se dat mee verdienen, en zie juist een rood shirt over de streep schieten. Men joelt en bewondert Toen ik laatst over de streep schoot bij den *gent op het Verwulft joelde men ook, ik kreeg bijna een bekeuring, maar dit is heel wat anders. Vol is het een kwartier voordat het schot van twaalf uur zal vallen. Alle tribunes zijn tot de laatste stoel bezet. Men vraagt zich af of er nog uitlooppogingen gedaan zullen worden; het. tempo is hoog. Bijna- alle ren ners trappen op volle kracht, als een storm wind donderen ze over de baan en als de laatste minuut is aangekondigd breekt er een hel los. Zoowel binnen, als buiten de houten cirkel waarop de blauwen, rooden, bruinen en groenen rondtollen. De fotogra fen maken zich gereed hun vereeuwigend werk te verrichten, en als een desillusie vallen de schoten die aan het racen onher roepelijk een einde maken. Een halve minuut later is er geen renner meer te bekennen. Lampen flitsen, er wordt gesproken en Pijn en Wals rijden nog een rondje. Met bloemen die in de spaken raken ,en he't publiek loeit niet eens zoo bar hard. Het Wilhelmus wordt een keer -of .wat ge speeld en velen trekken naar het restau rant, verorberen brooajes-vleeseh, „versche- cake" en kleintje koffie. Inmiddels hebben de winnaars felicitatie- zoenen en -handen te incasseeren. Aan de Duitschers, de Italianen en de Franschen scihijnt niemand meer te den ken. De uittocht begint. jDe luidsprekers brul len den vertrekkenden nog wat na, maar dat hooren ze gelukkig niet meer: „Koopt uw dingen bij je-weet-wel De broodjes met vleesch zijn op, de ha ringen ook, de sigaretten-automaten zijn teeg en de baan die zes dagen en nachten den druk der trapspieren .heeft moeten weerstaan, ook. Wat het publiek betreft: als er morgen weer een week rennen zou beginnen zou men weer brullen. En wat zouden de fietsers zelf willen? Ik heb ,er niet naar durven vragen! W. SCiH. TWEEDE KAMER. DE JUSTITIEBEGROOTINC AANGENOMEN. 23 November. Het vraagstuk van den wettelijken tijd gaat een nieuwen kant uit. De motie-v. d. Waerden is aangenomen met 4629 stemmen. Deze motie vraagt aan de regeering het vraagstuk van de of- ficieele tijdsbepaling nog eens te toezien en wel in het licht van aansluiting bij den West-Europeeschen of den Midden-Europee- schen tijd, geheel of bij afwisseling te kiezen tusschen beide, al naar het is winter of zomer. De tijdbepaling is daarmee uit de beknelling gekomen van de tegenstelling zomertijd-wintertijd. De felle voorstanders van afschaffing van den zomertijd hebben allen gestemd tegen de motie. Zij willen dus blijkbaar al leen den Amsterdamsclien tijd. Door de aanvaarding van de motie-v. d. Waerden had stemming over het initiatief ontwerp der heeren v. d. Heuvel en Bakker geen zin meer. Dus vroeg de heer v. d. Heuvel schorsing van de beraadslagingen over zijn initiatief- ontwerp. Waartoe besloten werd. De begrooting van Binnenlandsche Zaken is verder behandeld. De afdeeling Binnenl. Bestuur kwam onder den hamer. Heel veel sprekers voerden het woord 'heel veel onderwerpen werden behandeld. Sommige notarisadvertenties zeggen 't zoo juist, wan neer ze een verkoop aankondigen: „te veel om op te sommen". Zoo was 't ook gisteren in de Kamer. Toch waren ex wel enkele hoofdlijnen in het debat te -onderscheiden enkele hoofdgroepen van punten-in-bespre- king. Een altijd weer aangeraakt onderwerp is de gemeentelijke „chronique scandaleuse". Wanneer een Raad 't niet met den burge meester vinden kan. De heer Teulings (r.k) betoogde, dat wanneer 't tusschen beiden niet botert, men niet oogenblikkelijk d6 schuld bij 'den burgemeester moet zoeken. Wat aan den anderen kant niet wegneemt dat de regeering bij herbenoeming aan de burgemeester denzelfden matastaf moét aan leggen als bij de benoeming. .De heer J. ter Laan bracht een practisch geval ter sprake hij vroeg den bewindsman naar de ellende van IJsselmonde. waar de Raad niet wil vergaderen met den burgemeester. De heer Vervoorn (pl.) had nog al eens waargeno men, dat de burgemeesters- niet voldoende in hun gemeente aanwezig waren. De heer IJsselmuiden (r.k.) zag hier en daar zich het feit voordoen, dat uit den Raad geen geschikte Candida ten 'te haler zijn voor wethouder. Is 't dan niet mogelijk dat er wethouders van buiten den Raad komen. Een onderwerp, dat dicht ligt bij de bur- gemeestersvragen is een ander gemeentelijk vraagstuk, dat van de al of niet vereeniging van gemeenten. De heer Westerman (N.H.) is, uit bezui- nigingsmotieven een groot voorstander van samenvoeging van gemeenten. Er zijn z.i. twee kleine gemeenten, waardoor een ra tioneel gemeentebeheer uitgesloten is. De heer Wendelaar (üb.) een aangename verschijning en een aangenaam spreker stelde den minister voor, een wat geleide lijker weg te bewandelen. Hij pleitte niet voor een oogenblikkelijke herindeeling der gemeenten, maar hoopte toch, dat de be windsman systematisch heen zal werken, naar een langzame wegneming van wat hij aanduidde als een onlogischen toestand. De heer vervoorn (pl.) daarentegen bleef maar liever bij den huldigen toestand,, hij had 't op de grootere gemeenten niet begrepen. En de heer Rutgers van Rozenburg (c.h.) wees met name de gedachte van den heer Wendelaar af. Hij kon hier alleen gevaren zien. Niet alleen wenschte hij het historisch gegroeide niet te schenden, hij geloofde ook aan een opvoering van de totale uitgaven en niet aan besparing. De heer Vliegen (s.d.), kon de huidige gemeentelijke indeeling ook niet geheel in overeenstemming achten met een goede organisatie. Sociale maatregelen van eeni- gen inhoud kunnen alleen maar door grootere gemeenten genomen worden. Ook de hekkesluiter van den sprekersrij, de heer Kooiman, pleitte voor samenvoeging van gemeenten, maar meer nog voor samen werking, als een middel dat oogenblikkelijk resultaten kan afwerpen. De heer Rutgers van Rozenburg zag in de opheffing van de gemeenten de meest fun- damenteele aantasting der gemeentelijke autonomie. Welnu, over dit laatste klaagde ook de heer Drees (s.-d.), die telkens weer r— maar voornamelijk tegenover noodlijdende gemeenten het centrale bestuur zóó ziet optreden, dat het naar zijn gevoel noodig is voor de regeering om zich wat in te perken. Dezen raad gaf de eene oud-wethouder van financiën van Den Haag aan den anderen. En na hem kwam de huidige wethouder, de heer Snoeck Henkemans (c.-h.), den minis ter ook manen nu niet al te ver te gaan met het centraliseeren. De heer Snoeck Henke mans roemde de beteekenis van de gemeen telijke autonomie, zooals hier te lande histo risch gegroeid. Is 't nu niet daarmede in strijd, wanneer de regeering de gemeentebe sturen, ook de goedwillende en de verant woordelijke, allerlei bevelen gaat geven in circulaires. Zou er niet meer „verzocht" kun nen worden? Een gemeentebestuur is toch geen ambtenaar! Voorts achtte de heer Snoeck Henkemans den eisch der regeering, 1 dat de uitkeeringen aan de gemeentelijke armen niet hooger mogen zijn, dan die vol gens de steunnormen der werkloosheidsbe palingen, in strijd met de Armenwet (art. 29) Van verschillenden kant is gevraagd om uit de burgerwachten alle fascistische stroomin gen te weren. De heer Westerman (N. I-I,) daarentegen betoogde, dat men de menschen, die tot die stroomingen behoorden niet moest weren, wijl hun nationale overtuigingen den besten waarborg vormden voor steun aan het wettig gezag. Alleen dan weren zeide hij wan neer zij bewijzen, voor geweld niet terug te deinzen. De heeren van Zadélhoff (s.-d.), de Visser (comm.) en Sneevliet (Rev. Soc.) spraken niet over de aanwezigheid van fascisten in de burgerwachten. Zij wilden van de burger wachten heelemaal niet weten. Aandacht had ook het vraagstuk van de kleine groepen in de Kamer. De heer Teu lings (r.-k.) wenschte een waarborgsom. Dat keurde de heer Sneevliet (Rev.-Soc.) niet goed. Ook de heer Vliegen wenschte aan het maar-raak-candidaat-stellen te ontkomen. Meer aandacht nog hadden de klachten over de kleine groepen in de Kamer. De hee ren Zandt (St. G.), de Visser (comm.) en Sneevliet (Rev. Soe.) opponeerden met den heer Vervoorn (Pl.) tegen het streven om de kleine groepen den weg naar de Kamer moei lijk te maken. Over zendenverwildering bleek er nog al eenig verschil van meening. De een ziet dat zwaar, de ander niet. De eene groep: de hee ren Wendelaar Vliegen, de Visser, Sneevlliet wilden den minister oproepen om voorzichtig te zijn met het toepassen van zijn eigen op vattingen op dit gebied, zij konden niet in zien, dat het excessieve zoo toenam. Een heel ander standpunt sprak uit de woorden van mej. Meyer en de heeren Zandt, Teulings en Duymaer van Twist, die den minister oprie pen vast te houden aan zijn voornemens. Na 18 woordvoerders eindelijk de minister. Maar morgen! AVONDVERGADERING. De Justitiebegrooting voortgezet, beëindigd en aangenomen. Vanavond is de Justitiebegrooting voortge zet. De onderaf deelingen werden onder de loupe genomen. Mej. Katz maakte eenig bezwaar tegen een al te coulant toelaten van het Friesoh in de rechtzaal. In het algemeen bleek de bewinds man het daarmede eens. Over het kinderrecht spraken de dames Katz en Meijer (R.K.). Zij hadden verschil lende desiderata, waarop de bewindsman een belangrijk antwoord gaf: hij heeft een her ziening van het civiele kinderrecht op touw gezet, allereerst het advies gevraagd van het algemeen college voor het Rijkstucht- en opvoedingswezen. Dat belooft dus iets. Het strafrechter voor kinderen moest de minister nog wat laten liggen hij kan niet alles tege lijk. De bewindsman wilde wel overwegen of hij het kinderrecht in een afzonderlijke wet zou kunnen onderbrengen. Maar voorloopig zag hij hier toch nog moeilijkheden daar was het verband van kinderrecht en ouder lijke macht bijvoorbeeld. Beide dames hadden gevraagd naar de moge lijkheid van een vrouwelijke kinderrechter. Op zichzelf had de bewindsman daartegen geen bezwaar, maar deed hij 't, dan zou hij zich toch schuldig maken aan wetsmisbruik. Wetswijziging in dit opzicht kon hij bij de sa menstelling van het huidige kabinet niet be vorderen. De heer v. d. Heide pleitte voor het steil en van een leeftijdslimiet, waar beneden een kind niet zou kunnen vervolgd worden. De bewindsman zag dit als een nog al bedenke lijke wensch. Mevrouw Bakker-Nort (V.D.) en de heer Boon (lih.), deden een goed woord voor de volontairs bij parket en griffie. De minister gaf weinig hoop - de omstandigheden zijn nu eenmaal niet gunstig voor benoemingen, bo vendien wordt met 1 Januari het aantal kan sen weer geringer door de opheffing van rechtbanken en kantongerechten. Minister'van Schaik deed nog een belang rijke mededeeling: hij is bezig aan de voor bereiding* van een betere organisatie der poli tie. Noodig is centrale leiding. Die te bren gen is 's ministers eerste doel. De bewinds man deed deze mededeeling op een vraag van mi'. Westerman. De dames Meijer'en Katz en de heeren v. d. Heide en Sneevliet gaven velerlei advie zen tot verbetering van het strafstelsel. Ver schillende van die wenschen gingen den mi nister te ver. Wanneer de heer v. d. Heide den gevangenen hun krantje niet misgunde, dan vroeg de minister toch of hier het karak ter van de straf niet miskend werd, de straf wel'ke toch leed ter repressie moet toebren gen. Hoe dat nu zij de minister is voorne mens een studiereis te gaan maken langs verschillende inrichtingen ten einde zich eens volledig te oriënteeren. De minister heeft bij de afdeeling „Reclas- seering" de toezegging gedaan, dat hij niet onvoorwaardelijk zal vasthouden bij voor waardelijke invrijheidsstelling aan den eisch van het vinden van arbeid, om de zeer zware tijden. Elk geval wil de bewindsman op zich zelf bezien. De Justitiebegrooting is z. h. st. aangeno men. De heer Sneevliet wilde geacht wezen te hebben tegengestemd. INTIMUS.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 12