WIELRIJDEN.
Pijnenburg en Wals
winnen.
STA TEN- GENERAAL
VRIJDAG 24 NOVEMBER 1933
HAARLEM'S DAGBLAD
12
Weinig veeandeeUtg Ut den stand ge
komen. - Idols wint Z500 rigaeeiten.
(fok Of» den laatsten avond alle plaatsen
bezet. - Het laatste uuc geen strijd.
De gelukkige winnaars Pijnenburg en Wals.
Donderdagmiddag.
Het is Donderdagmiddag 12 uur, de offi-
cieele neutralisatie is weer afgeloopen. Buiten
het gebouw staat een dikke rij te wachten op
het sein, dat zij naar binnen mogen. Er liggen
nog 12 uren voor den boeg en dan behoort ook
deze Zesdaagsche weder tot het verleden. Er
liggen thans vier koppels aan den kop, die
tegen elkaar opgewassen zijn. De strijd zal
dan ook vermoedelijk slechts in de laatste
uren beslist worden.
Tegen half één komt het publiek binnen
stroomen en weldra is het middenterrein
weder goed gevuld. Tot aan de klassements
sprints van half drie gebeurde er niets bij
zonders. Even voor den aanvang gingen de
renners zich wat losrïjden; er kwam eenigs-
zins tempo in.
Klassement half drie.
De resultaten van de sprints waren als
volgt:
le sprint: Wals, Hürtgen. Muller, De Wolf.
2é sprint: Pijnenburg, Rausch, Guimbretière.
3e sprint: Wals, Bresciani, Hürtgen, Broc-
cardo.
4e sprint: Guerra, Pijnenburg, Rausch,
Guimbretière.
5e sprint: Wals, Broccardo, Bresciani,
Hürtgen.
6e sprint: Guerra, Pijnenburg, Rausch,
Guimbretière.
Kort na het klassement werden tien tempo
ronden ingelascht. Hierbij verkregen Guimbre
tièreBroccardo 15 p., RauschHürtgen 15
pnt. en Wals—Pijnenburg 4 pnt. Na deze tem
poronden zag het er naar uit alsof Pijnen
burgWals een poging deden om weer alleen
aan den kop te komen. Zij gingen er in een
flink tempo tusschen uit, doch dit duurde
slechts kort en weldra was de rust weer terug
gekeerd.
Deze rust duurde maar kort en weldra ont
spon zich een mooie jacht. Het sein hiertoe
werd gegeven door de Belgen en weldra volg
den AdanDe Wolf en VluggenMuller. De
staartkoppels begonnen zich dus nu wat te
roeren. Weldra volgde het hoofdpeleton en
de Hollanders en de Franschen en de Duit-
schers gaven elkaar niet veel toe. Braspenninx
en Van Kempen kregen geen gelegenheid.
Tijdens deze jacht had nog een kleine valpartij
plaats. De reserverijder Richli kreeg een lek
bandje. Zijn val was echter niet van ernstigen
aard. Tegen vier uur kwam het veld weer wat
tot rust.
Het klassement van half vijf.
Het is inmiddels weer tijd geworden voor het
tweede middagklassement, het laatste middag
klassement van dezen Zesdaagsche. Het resul
taat was als volgt:
le sprint: 1. Pijnenburg, 2. Bresciani, 3.
Guimbretière, 4. Muller.
2e sprint: 1. Jan van Kempen, 2. Wals, 3.
Broccardo, 4. Hürtgen.
3e sprint: 1. Pijnenburg, 2. Bresciani, 3.
Guimbretière, 4. Rausch.
4e sprint: i. Jan van Kempen, 2. Loncke, 3.
Adan. 4. Wals.
5e sprint: 1. Pijnenburg, 2. Guimbretière, 3.
Rausch. 4. Muller.
6e sprint: 1. van Kempen, 2. Guerra, 3.
Hürtgen, 4. Wals.
Direct na de klassementssprints werden
twee premies verreden, een van 500 chocolade-
reepen en een van 2500 cigaretten. Zij werden
in de wacht gesleept door Pijnenburg en door
zijn koppelgenoot Wals.
Te vijf uur was in totaal afgelegd 2956,529
K.M. De stand was toen als volgt:
Aan den kop:
1. PijnenburgWals 516 pnt.
2. GuimbretièreBroccardo 171 pnt.
3. Rausch—Hürtgen 142 pnt.
Op 1 ronde;
4. Braspenninxvan Kempen 230 pnt.
Op 4 ronden:
5. GuerraBresciani 142 pnt.
Op 5 ronden:
6. AertsLoncke 180 pnt.
Op 6 ronden:
7. VluggenMuller 173 pnt.
Op 8 ronden:
8. Van Houtvan Nek 88 pnt.
Op 9 ronden:
9. Adan—De Wolf 82 pnt.
Richli reserve.
De laatste avond.
Richli uit den strijd
Binnen de muren van het gebouw de be
kende drukte. Om acht uur werd het al voller
en omstreeks 9 uur was er geen plaatsje meer
onbezet op de tribunes.
Richli, dc sterke Zwitser, reed nog altijd als
reserve na het uitvallen van zijn partner op
Woensdag. De leiding besloot echter Richli uit
den strijd te nemen.
Te 6 uur Donderdagavond waren afgelegd
2971,592 K.M. en daar er tot 8 uur neutralisa
tie was, was er na den middag natuurlijk geen
verandering meer in den stand gekomen.
In spanning wachtten de duizenden op de
dingen die komen zouden. De drie sterke kop
pels aan den kop. En Braspenninxvan Kem
pen op 1 ronde. Deze vier zouden elkaar den
eerepalm betwisten. De winnaars waren dus
vooraf onmogelijk te bepalen, al dient te wor
den toegegeven dat Pijnenburg—Wals een
goeden voorsprong in puntenaantal hadden,
wat wel eens den doorslag zou kunnen geven.
Verschillende premies werden in den loop
van den avond nog verreden, waarbij Pijnen
burg en Wals toonden, dat zij nog steeds de
besten waren in de sprints. Doch het zou ten
slotte om de ronden gaan.
No. 2 het koppel GuimbretièreBroccardo.
Om bij tienen begon het leven. Na een pre
mie van het Sportpark ging van Hout er van
door; hij en Van Nek hanien een ronde.>
Van Kout réed meesterlijk, doch kon vaak
niet wegkomen, daar het veld hem steeds
achtervolgde. Het was toen tien uur precies
en nog twee uren waren er te rijden. Toen
kwam er weer wat rust in het veld.
Om even over half elf gingen de Italianen
met de Belgen er van door; zonder veel
moeite gelukte het aan deze renners wederom
een ronde te nemen. GuerraBresciani lagen
dus met Braspenninx en van Kempen op 1
ronde achter. AertsLoncke waren toen 2
ronden achter. Pijnenburg viel doch stond
spoedig weer op met verwrongen gelaat. Om
kwart voor elf, de laatste premie van dezen
Zesdaagsche, f 100, uitgeloofd door de AVRO.
Pijnenburg heeft zich niet ernstig bezeerd en
kwam spoedig wéér in de baan. Wals won
gemakkelijk de AVRO-premie.
Elf uur! De groene lamp gloeit. Het laatste
uur was aangebroken.
le sprint: 1. Pijnenburg, 2. Broccardo, 3.
Rausch, 4. Muller.
2e sprint: 1. Jan van Kempen, 3." Wals, 4.
Guimbretière.
3e sprint: 1. Van Nek, 2. Loncke, 3. Vluggen,
4. Pijnenburg.
4e sprint: l. Guimbretière, 2. Wals, 3. Bres
ciani, 4. Hürtgen
5e sprint: l Loncke, 2. Pijnenburg, 3. Vlug
gen en 4. Broccardo.
6e sprint: 1. Wals, 2. Guimbretière, 3. Hürt
gen, 4. Jan van Kempen.
7esprint: 1. Pijnenburg, 2. Broccardo, 3.
Rausch, 4. Guerra.
8e sprint: 1. Jan van Kempen, 2. Wals, 3.
Guimbretière, 4. Hürtgen.
9e sprint: 1. Loncke, 2. Broccardo, 3. Pij
nenburg, 4. Rausch.
Direct daarna een uitlooppoging van Guim
bretière en Rausch, maar Wals volgde on
middellijk en het veld was weer rustig.
10e sprint: 1. Wals, 2. Jan van Kempen, 3.
Guimbretière, 4. Hürtgen.
11e sprint: 1. Pijnenburg, 2. Broccardo, 3.
Rausch. 4. Guerra.
12e sprint: 1. van Kempen, 2. Bresciani, 3.
Wals, 4. Guimbretière.
No. 3 het koppel RauschHürtgen.
Het was reeds vijf minuten over half twaalf
en nog steeds geen jacht. Kan het In de
resteerende vijf en twintig minuten zoo kalm
blijven?
13e sprint: 1. Pijnenburg, 2. Broccardo, 3.
Guerra. 4. Rausch.
14e sprint: 1. Wals, 2. Guimbretière, 3.
Hürtgen, 4. Bresciani.
Jan van Kempen kreeg een lekken band in
tweede positie en kon deez sprint niet eindi
gen.
15e sprint: 1. Pijnenburg, 2. Guerra, 3. Broc
cardo, 4. Wals.
16e sprint: 1. Jan van Kempen, 2. Wals, 3.
Bresciani, 4. Guimbretière.
17e sprint: 1. Loncke, 2. Guerra, 3. Van Nek
4. Pijnenburg;
Nog twaalf minuten te verrijden en nog
steeds geen jachten. Het publiek schreeuwt
om strijd, doch de renners houden elkaar ln
de gaten.
18e sprint: 1. Jan van Kempen, 2 Bresciani,
3. Guimbretière, 4. Wals.
Even deed Broccardo een poging om weg te
loopen, doch Rausch en Wals zaten hem
achterna en wederom geen strijd.
19e sprint: 1. Wals, 2. Guerra, 3. Jan van
Kempen, 4. Guimbretière;
Nog tien minuten te rijden. De bloemen
werden reeds binnengebracht.
20e sprint: 1. Loncke, 2. Bresciani, 3. Bras
penninx, 4. Van Hout.
21e sprint: 1. Jan van Kempen, 2. Guimbre
tière, 3. Guerra, 4. Wals.
22e sprint: 1. Loncke, 2. Braspenninx, 3. Pij
nenburg, 4. Rausch.
Wals ging er van door doch was spoedig
weer ingehaald.
23e sprint: 1. Rausch, 2. Pijnenburg, 3.
Guimbretière. 4. Guerra.
Het startschot viel. PijnenburgWals had
den dus gewonnen.
De eindstand luidde:
1. PijnenburgWals 588 pnt.
2. GuimbretièreBroccardo 215 pnt.
3. Rausch—Hürtgen 161 pnt.
Op 1 ronde:
4. Braspenninx—van Kempen, 271 pnt.
5. GuerraBresciani 174 pnt.
Op 2 ronden:
6. Aerts—Loncke 208 pnt.
Op 5 ronden:
7. VluggenMuller 178 pnt.
Op 6 ronden:
8. Van NekVan Hout 99 pnt.
Op 7 ronden:
9. AdanDe Wolf 82 pnt.
In totaal zijn afgelegd 3141.603 K.M.
De huldiging.
Nauwelijks was het gejuich na het vallen
van de drie eindschoten verstomd, of de ren
ners begaven zich naar hun boxen. Wie zou
denken, dat zij nu onmiddellijk na 145 uur
trappen van een welverdiende rust gingen ge
nieten, zou zich vergissen. Het overwinnende
koppel PijnenburgWals was in een oogwenk
weer op de baan, doch dit oogenblik was
voldoende geweest om hun uiterlijk snel te
doen opfrisschen. Beiden waren ze weer in
brandschoone knalroode shirts gekleed, en
zij zagen er zichtbaar opgefrischt uit. De
eersten die de beide overwinnaars de hand
drukten, waren hun sterkste rivalen van
dezen Zesdaagsche, de Franschen Broccardo
en Guimbretière.
Voor de loge van de jury vindt de huldiging
plaats, nadat de overwinnaars en de andere
deelnemers voor een leger van persfotografen
en filmoperateurs hebben geposeerd. Cor
Wals wordt met Pijnenburg in de bloemetjes
gezet. De voorzitter van de Nederlandsche
Wielrenunie, jhr. Van den Berch van Heem
stede, spreekt beide koppelgenooten toe. Elk
met een grooten krans op den schouder zet
ten zij zich onder daverend gejüieh van het
publiek en de tonen van het Wilhelmus in
beweging voor hun eererondje.
Niet minder hartelijk is het applaus voor de
beide populaire Franschen Guimbretière en
Broccardo, die onder de tonen van de Mar
seillaise hun eererondje rijden. Dan volgen
de overige volksliederen.
Er hiermede is het Zesdagen-feest geëin
digd, althans voor het publiek, dat tegen
kwart voor een in dichte drommen het R.A.I.
gebouw verlaat.
Welke premies er gewonnen
werden.
In totaal werd in deez tweede Zeslaagsehe de
volgende premies gewonnen:
Pijnenburg—Wals -1016 gulden en 2 gouden
horloges en twee platina dasspelden; Van
KempenBraspenninx 830 gulden en 1000
sigaren; BroccardoGuimbitrière 283 gulden;
GuerraBresciani 380 gulden; Van Nek
Van Hout 170 gulden; RichliBuehler 391
gulden en 2500 cigaretten; Van Egmond 100
gulden; Slaats 45 gulden; en Aerts—Loncke
122 gulden.
Het vorige jaar werd in totaal aan geld-
premies uitgeloofd 3587 gulden en 3635 gulden
aan goederen.
DE LAATSTE RONDEN IN
LAATSTE UREN.
DE
Als Pijn zijn
spiei-en spant.
Om u de waarheid te zeggen; aanvanke
lijk was ik wanhopig. Wie was nu den Pijn,
wie Bras, wie Rausch; 't was met recht:
who's who?
■k Hoef 't u dus niet meer te vertellen,
dat ik als nieuweling de Zesdaagsche be
zocht. En ik was teleurgesteld ook. Waar
bleven nu de sensatie-valpartijen, de reuze
kraehtprestat>ies, de man die „op de pedale
ging", de spurts, de sprints en de monstei*-
raees? 'k Voelde me bekocht. Was dat nu
een avond waarop de beslissing moest val
len? 'Enfin 'k troostte me met de gedachte
dat ze er nu wel genoeg van zouden heb
ben, in het besef dat er toch geen einde
aan de baan kwam en dat het schot van
twaalf uur geen seconde te laat zou komen.
Totdatde dender-muziek zweeg en
een stem een premie van f 25 aankondigde.
Een rooie schoot vooruit en men gilde reeds.
Dat moest dus den Pijn zijn, en daar hij
de premie won was het de Pijn. En daarna
kon ik de banden weer hooren zuigen over
de houten vloer die hoog golft in de bocht
en zich in de diepte stort als het weer
rechtuit gaat.
En de muziek was die der blanke top der
duinen en had-je-me-maar, de rook was
gelijk mist en de renners een klit. Tot op
eens de klit spatte alsof ze ruzie hadden ge
kregen. Het eene brok achtervolgde het an
dere, hoog door de eene bocht en laag door
de andere, men krijschte en Wals en de Pijn
waren de favorieten.
Wanneer .het weer stil werd was er wel een
zeepfirma of een cigarettenfabrikant die er
een paar tientjes voor over had om via de
microfoon een reclame-sprint om te laten
roepen, het jachten en gillen begon op
nieuw, en zoo ging het crescendo naar het
einde.
Ondertusscben waren er .talrijke die knak
worstjes aten buiten de ton met stoelen,
of die voor een dubbeltje benieuwd waren
naar de toekomst-uit-de-hand.
Maar met het naderen van heb einde,
nam ook het aantal deserteurs af; de span
ning steeg merkbaar enhoorbaar. Zoo
lusteloos als het in den beginne was, zoo
emotineel werd het op later uur.
En dan wordt er verteld wat de verschil
lende koppels hebben gewonnen: 2500 siga
retten, platina dasspelden, duizend en zoo
veel gulden, horlogesEn dan kijk ik
weer naar de kuitspieren, waar se dat mee
verdienen, en zie juist een rood shirt over
de streep schieten. Men joelt en bewondert
Toen ik laatst over de streep schoot bij den
*gent op het Verwulft joelde men ook, ik
kreeg bijna een bekeuring, maar dit is heel
wat anders.
Vol is het een kwartier voordat het schot
van twaalf uur zal vallen. Alle tribunes zijn
tot de laatste stoel bezet. Men vraagt zich
af of er nog uitlooppogingen gedaan zullen
worden; het. tempo is hoog. Bijna- alle ren
ners trappen op volle kracht, als een storm
wind donderen ze over de baan en als de
laatste minuut is aangekondigd breekt er
een hel los. Zoowel binnen, als buiten de
houten cirkel waarop de blauwen, rooden,
bruinen en groenen rondtollen. De fotogra
fen maken zich gereed hun vereeuwigend
werk te verrichten, en als een desillusie
vallen de schoten die aan het racen onher
roepelijk een einde maken.
Een halve minuut later is er geen renner
meer te bekennen.
Lampen flitsen, er wordt gesproken en
Pijn en Wals rijden nog een rondje. Met
bloemen die in de spaken raken ,en he't
publiek loeit niet eens zoo bar hard.
Het Wilhelmus wordt een keer -of .wat ge
speeld en velen trekken naar het restau
rant, verorberen brooajes-vleeseh, „versche-
cake" en kleintje koffie.
Inmiddels hebben de winnaars felicitatie-
zoenen en -handen te incasseeren.
Aan de Duitschers, de Italianen en de
Franschen scihijnt niemand meer te den
ken.
De uittocht begint. jDe luidsprekers brul
len den vertrekkenden nog wat na, maar
dat hooren ze gelukkig niet meer: „Koopt
uw dingen bij je-weet-wel
De broodjes met vleesch zijn op, de ha
ringen ook, de sigaretten-automaten zijn
teeg en de baan die zes dagen en nachten
den druk der trapspieren .heeft moeten
weerstaan, ook.
Wat het publiek betreft: als er morgen
weer een week rennen zou beginnen zou
men weer brullen. En wat zouden de fietsers
zelf willen? Ik heb ,er niet naar durven
vragen! W. SCiH.
TWEEDE KAMER.
DE JUSTITIEBEGROOTINC AANGENOMEN.
23 November.
Het vraagstuk van den wettelijken tijd
gaat een nieuwen kant uit.
De motie-v. d. Waerden is aangenomen
met 4629 stemmen. Deze motie vraagt
aan de regeering het vraagstuk van de of-
ficieele tijdsbepaling nog eens te toezien en
wel in het licht van aansluiting bij den
West-Europeeschen of den Midden-Europee-
schen tijd, geheel of bij afwisseling te kiezen
tusschen beide, al naar het is winter of
zomer. De tijdbepaling is daarmee uit de
beknelling gekomen van de tegenstelling
zomertijd-wintertijd.
De felle voorstanders van afschaffing
van den zomertijd hebben allen gestemd
tegen de motie. Zij willen dus blijkbaar al
leen den Amsterdamsclien tijd.
Door de aanvaarding van de motie-v. d.
Waerden had stemming over het initiatief
ontwerp der heeren v. d. Heuvel en Bakker
geen zin meer.
Dus vroeg de heer v. d. Heuvel schorsing
van de beraadslagingen over zijn initiatief-
ontwerp. Waartoe besloten werd.
De begrooting van Binnenlandsche Zaken
is verder behandeld. De afdeeling Binnenl.
Bestuur kwam onder den hamer. Heel veel
sprekers voerden het woord 'heel veel
onderwerpen werden behandeld. Sommige
notarisadvertenties zeggen 't zoo juist, wan
neer ze een verkoop aankondigen: „te veel
om op te sommen". Zoo was 't ook gisteren
in de Kamer. Toch waren ex wel enkele
hoofdlijnen in het debat te -onderscheiden
enkele hoofdgroepen van punten-in-bespre-
king.
Een altijd weer aangeraakt onderwerp is
de gemeentelijke „chronique scandaleuse".
Wanneer een Raad 't niet met den burge
meester vinden kan. De heer Teulings (r.k)
betoogde, dat wanneer 't tusschen beiden
niet botert, men niet oogenblikkelijk d6
schuld bij 'den burgemeester moet zoeken.
Wat aan den anderen kant niet wegneemt
dat de regeering bij herbenoeming aan de
burgemeester denzelfden matastaf moét aan
leggen als bij de benoeming. .De heer J. ter
Laan bracht een practisch geval ter sprake
hij vroeg den bewindsman naar de ellende
van IJsselmonde. waar de Raad niet wil
vergaderen met den burgemeester. De heer
Vervoorn (pl.) had nog al eens waargeno
men, dat de burgemeesters- niet voldoende
in hun gemeente aanwezig waren.
De heer IJsselmuiden (r.k.) zag hier en
daar zich het feit voordoen, dat uit den
Raad geen geschikte Candida ten 'te haler
zijn voor wethouder. Is 't dan niet mogelijk
dat er wethouders van buiten den Raad
komen.
Een onderwerp, dat dicht ligt bij de bur-
gemeestersvragen is een ander gemeentelijk
vraagstuk, dat van de al of niet vereeniging
van gemeenten.
De heer Westerman (N.H.) is, uit bezui-
nigingsmotieven een groot voorstander van
samenvoeging van gemeenten. Er zijn z.i.
twee kleine gemeenten, waardoor een ra
tioneel gemeentebeheer uitgesloten is. De
heer Wendelaar (üb.) een aangename
verschijning en een aangenaam spreker
stelde den minister voor, een wat geleide
lijker weg te bewandelen. Hij pleitte niet
voor een oogenblikkelijke herindeeling der
gemeenten, maar hoopte toch, dat de be
windsman systematisch heen zal werken,
naar een langzame wegneming van wat hij
aanduidde als een onlogischen toestand. De
heer vervoorn (pl.) daarentegen bleef maar
liever bij den huldigen toestand,, hij had 't
op de grootere gemeenten niet begrepen.
En de heer Rutgers van Rozenburg (c.h.)
wees met name de gedachte van den heer
Wendelaar af. Hij kon hier alleen gevaren
zien. Niet alleen wenschte hij het historisch
gegroeide niet te schenden, hij geloofde ook
aan een opvoering van de totale uitgaven
en niet aan besparing.
De heer Vliegen (s.d.), kon de huidige
gemeentelijke indeeling ook niet geheel in
overeenstemming achten met een goede
organisatie. Sociale maatregelen van eeni-
gen inhoud kunnen alleen maar door
grootere gemeenten genomen worden. Ook
de hekkesluiter van den sprekersrij, de heer
Kooiman, pleitte voor samenvoeging van
gemeenten, maar meer nog voor samen
werking, als een middel dat oogenblikkelijk
resultaten kan afwerpen.
De heer Rutgers van Rozenburg zag in de
opheffing van de gemeenten de meest fun-
damenteele aantasting der gemeentelijke
autonomie. Welnu, over dit laatste klaagde
ook de heer Drees (s.-d.), die telkens weer r—
maar voornamelijk tegenover noodlijdende
gemeenten het centrale bestuur zóó ziet
optreden, dat het naar zijn gevoel noodig is
voor de regeering om zich wat in te perken.
Dezen raad gaf de eene oud-wethouder van
financiën van Den Haag aan den anderen.
En na hem kwam de huidige wethouder, de
heer Snoeck Henkemans (c.-h.), den minis
ter ook manen nu niet al te ver te gaan met
het centraliseeren. De heer Snoeck Henke
mans roemde de beteekenis van de gemeen
telijke autonomie, zooals hier te lande histo
risch gegroeid. Is 't nu niet daarmede in
strijd, wanneer de regeering de gemeentebe
sturen, ook de goedwillende en de verant
woordelijke, allerlei bevelen gaat geven in
circulaires. Zou er niet meer „verzocht" kun
nen worden? Een gemeentebestuur is toch
geen ambtenaar! Voorts achtte de heer
Snoeck Henkemans den eisch der regeering,
1 dat de uitkeeringen aan de gemeentelijke
armen niet hooger mogen zijn, dan die vol
gens de steunnormen der werkloosheidsbe
palingen, in strijd met de Armenwet (art. 29)
Van verschillenden kant is gevraagd om uit
de burgerwachten alle fascistische stroomin
gen te weren.
De heer Westerman (N. I-I,) daarentegen
betoogde, dat men de menschen, die tot die
stroomingen behoorden niet moest weren,
wijl hun nationale overtuigingen den besten
waarborg vormden voor steun aan het wettig
gezag. Alleen dan weren zeide hij wan
neer zij bewijzen, voor geweld niet terug te
deinzen.
De heeren van Zadélhoff (s.-d.), de Visser
(comm.) en Sneevliet (Rev. Soc.) spraken
niet over de aanwezigheid van fascisten in
de burgerwachten. Zij wilden van de burger
wachten heelemaal niet weten.
Aandacht had ook het vraagstuk van de
kleine groepen in de Kamer. De heer Teu
lings (r.-k.) wenschte een waarborgsom. Dat
keurde de heer Sneevliet (Rev.-Soc.) niet
goed. Ook de heer Vliegen wenschte aan het
maar-raak-candidaat-stellen te ontkomen.
Meer aandacht nog hadden de klachten
over de kleine groepen in de Kamer. De hee
ren Zandt (St. G.), de Visser (comm.) en
Sneevliet (Rev. Soe.) opponeerden met den
heer Vervoorn (Pl.) tegen het streven om de
kleine groepen den weg naar de Kamer moei
lijk te maken.
Over zendenverwildering bleek er nog al
eenig verschil van meening. De een ziet dat
zwaar, de ander niet. De eene groep: de hee
ren Wendelaar Vliegen, de Visser, Sneevlliet
wilden den minister oproepen om voorzichtig
te zijn met het toepassen van zijn eigen op
vattingen op dit gebied, zij konden niet in
zien, dat het excessieve zoo toenam. Een heel
ander standpunt sprak uit de woorden van
mej. Meyer en de heeren Zandt, Teulings en
Duymaer van Twist, die den minister oprie
pen vast te houden aan zijn voornemens.
Na 18 woordvoerders eindelijk de minister.
Maar morgen!
AVONDVERGADERING.
De Justitiebegrooting voortgezet,
beëindigd en aangenomen.
Vanavond is de Justitiebegrooting voortge
zet.
De onderaf deelingen werden onder de loupe
genomen.
Mej. Katz maakte eenig bezwaar tegen een
al te coulant toelaten van het Friesoh in de
rechtzaal. In het algemeen bleek de bewinds
man het daarmede eens.
Over het kinderrecht spraken de dames
Katz en Meijer (R.K.). Zij hadden verschil
lende desiderata, waarop de bewindsman een
belangrijk antwoord gaf: hij heeft een her
ziening van het civiele kinderrecht op touw
gezet, allereerst het advies gevraagd van
het algemeen college voor het Rijkstucht- en
opvoedingswezen. Dat belooft dus iets. Het
strafrechter voor kinderen moest de minister
nog wat laten liggen hij kan niet alles tege
lijk. De bewindsman wilde wel overwegen of
hij het kinderrecht in een afzonderlijke wet
zou kunnen onderbrengen. Maar voorloopig
zag hij hier toch nog moeilijkheden daar
was het verband van kinderrecht en ouder
lijke macht bijvoorbeeld.
Beide dames hadden gevraagd naar de moge
lijkheid van een vrouwelijke kinderrechter.
Op zichzelf had de bewindsman daartegen
geen bezwaar, maar deed hij 't, dan zou hij
zich toch schuldig maken aan wetsmisbruik.
Wetswijziging in dit opzicht kon hij bij de sa
menstelling van het huidige kabinet niet be
vorderen.
De heer v. d. Heide pleitte voor het steil en
van een leeftijdslimiet, waar beneden een
kind niet zou kunnen vervolgd worden. De
bewindsman zag dit als een nog al bedenke
lijke wensch.
Mevrouw Bakker-Nort (V.D.) en de heer
Boon (lih.), deden een goed woord voor de
volontairs bij parket en griffie. De minister
gaf weinig hoop - de omstandigheden zijn nu
eenmaal niet gunstig voor benoemingen, bo
vendien wordt met 1 Januari het aantal kan
sen weer geringer door de opheffing van
rechtbanken en kantongerechten.
Minister'van Schaik deed nog een belang
rijke mededeeling: hij is bezig aan de voor
bereiding* van een betere organisatie der poli
tie. Noodig is centrale leiding. Die te bren
gen is 's ministers eerste doel. De bewinds
man deed deze mededeeling op een vraag van
mi'. Westerman.
De dames Meijer'en Katz en de heeren
v. d. Heide en Sneevliet gaven velerlei advie
zen tot verbetering van het strafstelsel. Ver
schillende van die wenschen gingen den mi
nister te ver. Wanneer de heer v. d. Heide
den gevangenen hun krantje niet misgunde,
dan vroeg de minister toch of hier het karak
ter van de straf niet miskend werd, de straf
wel'ke toch leed ter repressie moet toebren
gen. Hoe dat nu zij de minister is voorne
mens een studiereis te gaan maken langs
verschillende inrichtingen ten einde zich
eens volledig te oriënteeren.
De minister heeft bij de afdeeling „Reclas-
seering" de toezegging gedaan, dat hij niet
onvoorwaardelijk zal vasthouden bij voor
waardelijke invrijheidsstelling aan den eisch
van het vinden van arbeid, om de zeer zware
tijden. Elk geval wil de bewindsman op zich
zelf bezien.
De Justitiebegrooting is z. h. st. aangeno
men. De heer Sneevliet wilde geacht wezen te
hebben tegengestemd.
INTIMUS.