LETTEREN EN KUNST HoD. Vertelling 6 voor SOcL Rubriek voor Vragen. HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans WOENSDAG 29 NOVEMBER 1933 HAARLEM'S DAGBLAD 6 NED. CHRISTELIJKE REIS- VEREENIG1NG. LEZING OVEIt HET ZWARTE WOUD. HET TOONEEL. Haarlemsche Arbeiders-Tooneel- vereeniging „Herman Heyermans". Ketty jokt nooit. Wanneer wij van deze voorstelling ook maar 'één woord kwaad spraken, zouden wij het met de geheele zaal, die den schouwburg aan den Jansweg gisteravond tot den nok toe vulde, aan den stok krijgen. Het moet heerlijk spelen zijn voor een publiek, dat in zulk een genoeg lijke stemming verkeert en dat er zoo geheel „in" is. En daar gaat het tenslotte toch maar om; wanneer de toeschouwers een gelukkigen avond hebben gehad, kunnen de acteurs met een tevreden hart naar huis gaan. Het Amerikaansche blijspel, dat de vereeni- ging Herman Heyermans heeft vertoond, draagt eigenlijk meer het kenmerk van de klucht. Men moet de personen en toestanden, die het veronderstelt, niet al te ernstig opn- nemen, en zich niet te nauwkeurig verdiepen in de mogelijkheid van het geval. Wanneer een echtgenoot, die uit baloorigheid de deur is uitgeloopen en op reis is gegaan, van zijn vriend een telegram ontvangt, dat hij vader is geworden, en hij vindt dan bij thuiskomst dien vriend 's avonds om negen uur met de baby aan 't wandelen, omdat de dokter dit voor de gezondheid van de kleine raadzaam vindt; wanneer deze echtgenoot zich dan gaat scheren en, uit de badkamer terugkeerend, twee babies inplaats van één aantreft en nog steeds genoegen neemt met den wel zeer on- toereikenden uitleg van het gelukkige moe dertje en haar vriendin. dan begrijpt men wel zoo'n beetje, welk vleesch men in de kuip heeft. Het Was een avond vol vroolijkheid en soms was er van den tekst geen woord te verstaan, daar de dialoog verloren ging in de voort durende hilariteit. Maar dit hinderde niet, want er zit actie genoeg in het stuk, om het ook door louter mimiek te begrijpen. Behalve de babies, tegen de babies op het tooneel kan zelfs de beste acteur niet con- curreeren, was het vooral Jimmy, die voor het lachsucces zorgde. De onhandige stum per, doorloopend uit zijn humeur en telkens door de vrouwen weer met nieuwe nare bood schappen belast, behoefde maar te verschijnen of te verdwijnen, om vroolijkheid uit te lokken. Tijd om fatsoenlijk zijn hapje op te eten, was hem niet eens gegund! Toch geloof ik, dat menig jong moedertje in de zaal het wel een beetje benauwd zal hebben gekregen, als ze zich voorstelde, dat ook haar kleintje op een dergelijke manier als Jimmy dit deed, zou worden vervoerd. Jimmy leende zich door zijn lange, eenigs- zins houten figuur en zijn onverstoorbaar ge laat voortreffelijk voor deze rol. In 't begin deed hij het ergste vreezen, maar allengs kwam hij er heelemaal in. Dat begin is ook wel erg moeilijk, want men kan zich bezwaarlijk verbeelden, dat een echt genoot het huis uitloopt, alleen omdat zijn vrouw met een anderen man in een restaurant heeft gedejeuneerd. Dan gebeuren er wel ergere dingen in Chicago in onze dagen! Maar William deed ons door zijn levendig en natuurlijk optreden aan de abnormale ja loezie van zoo'n echtgenoot gelooven en ook in de verdere bedrijven bleef hij zijn uitmun tende entrée getrouw. Zijn spel met de babies had bij al het kluchtige van het geval iets gevoeligs en hartelijks. Aardig was de vertolking van Ketty, de vrouwelijke hoofdpersoon, die het wufte vrouwtje, dat door de aanwezigheid van een wieg tot het besef kwam, dat er toch nog be langrijker en bekoorlijker bezigheden zijn dan het vermaak van dancing en schouwburg, en die haar vriendin Maggie hierbij aldus aan stak, dat ook deze elk jaar een kindje wou hebben. Ketty speelde haar rol met een on bevangenheid, waarvan warmte uitging. Heel goed waren de bijrollen getypeerd: de slimme ober-kellner. de grappige negerin, het onnoozele waschvrouwtje, dat alleen maar „Nou!" zeggen kon, de huisknecht en de politie-agent. Het is een mooi denkbeeld van deze veree- niging geweest, vanavond bij een herhaling van de voorstelling ook de werkloozen van deze vertooning te doen genieten. Is dit niet iets voor andere dilettantengezelschappen om ook eens in overweging te nemen? Zooiets verdient navolging! H. G. CANNEGIETER. De wedstrijd van Jacob van Lennep. Zuid-Limburgsch Tooneelgezelschap DE MOLEN VAN SANSSOUCI. Daar zaten wij met De Molen van Sans- souci, het blijspel, dat de Zuid Limburger gis teren op den tweeden wedstrijdavond van Jacob van Lennep hebben gespeeld, nog eens midden in die goeie, ouwe romantiek, zooals onze grootvaders en grootmoeders die hebben gekend en lief hebben gehad. De Ouwe Frits, eeii bovenste beste koning, die als frère-com- pagnon bij zijn buurman, den eenvoudigen molenaar u weet wel, den man van het be faamde „Er zijn nog rechters te Berlijn!" over den vloer komt om er de rol van huwe lijksmakelaar te spelen, de doodgewaande zoon, die uit de krijgsgevangenschap terug keert en voor de ouderlijke woning het lied van den lindeboom zingt, al had hij giste ren dan ook zijn luit, welke hem nooit bij zijn omzwervingen in den vreemde had verlaten, bij ongeluk vergeten de koppige molenaar, die zijn dochter wil uithuwelijken aan een jongen man. dien zij niet beminnen kan, gre nadiers, hofmaarschalken, pages, molenaars dochter, zoo gestapt van een romantische gravure, het is de wedergeboren romantiek onzer grootouders in hetzelfde kleed, in de zelfde taal en met hetzelfde lied. En let er eens op, hoe velen er nog van smullen. Realisme?Weg d'er mee! Er is al genoeg ellende en narigheid, niet waar? Daarom nu maar weer eens een molenaars dochter, die 's morgens, 's middags en 's avonds in een honneponnig keursje rond wandelt, grenadiers met hooge bordpapieren mutsen, een koning', die voor zijn volk als een vader is en een molenaar, die op zijn recht staat en zelfs zijn vorst durft wederstaan. Hoe ik zelf zoo'n stuk vind? Ja, ziet u, ik houd niet veel van Duitsche stroopwafelen, doch dat is een kwestie van smaak. Maar ik kan mij best voorstellen, dat velen er dol op zijn en de liefhebbers van die zoetigheid heb ben gisteren vol op kunnen genieten. De Zuid Limburgers hadden bij Jacob van Lennep dan ook zeer veel succes. Er is dikwijls gelachen, er werd nu en dan een traantje weggepinkt; er is geestdriftig geapplaudisseerd; de Zuid Limburgers kunnen dus tevreden zijn. Mogen zij het ook zijn over de jury, die hun lot in handen heeft. J. B. SCHUIL. MUZIEK. CONCERT DER H. O. V. Menigeen die èn Brahms' Vioolconcert op. 77 èn zijn Cellosonate op. 38 gehoord heeft zal wel eens de opmerking gemaakt hebben: waarom heeft een componist, die het karakter der cello zoo goed aanvoelde en in den con- certvorm zooveel belangrijks wist te geven, nooit een celloconcert geschreven, om daarmee de beperkte concertlitteratuur van het toch zoo mooie strijkinstrument onmetelijk te ver rijken? De vraag moet onbeantwoord blijven, in zooverre een solo-concert bedoeld is. Het dubbelconcert voor viool en cello met orkest, op, 102, dat Brahms in 1887 tijdens zijn zomer verblijf te Thun componeerde was bestemd om in de leemte te voorzien. Welk een stoere kracht, welk een warmte in het uiterlijk wat stroeve, door en door symphonisch gedachte werk schuilt; hoe voortreffelijk en bij wer kelijk virtuoze beheersching' van de enorme moeilijkheden dankbaar de beide soloinstru menten door den componist behandeld zijn, hebben we Dinsdag kunnen hooren. In zoo verre zou het Dubbelconcert ons volledig kun nen schadeloosstellen voor het gemis van een cello-soloconcert. Doch er is een „maar'; het dubbelconcert eischt niet alleen twee ge lijkwaardige solisten, het eischt een langdurige studie van beiden gezamenlijk, omdat de par tijen zóó in elkaar grijpen en elkaar aanvul len' dat zelfs de geringste onvoorbereidheid zich wreken zou. Dit zal dan ook wel de oor zaak zijn dat het betrekkelijk zoo zelden op groote concex-ten uitgevoerd wordt, wat zeer jammer is, want men hoort daar enkele be paalde solo-werken uit den treure. Het Dubbelconcert is, zoolang ik hier con certen bezoek, voor zoover ik mij herinneren kan, nimmer te Haarlem gespeeld. Maar wie nu gedacht zou hebben dat de Haarlemsche muzikale fijnproevers en -proefsters in drom men opgegaan zouden zijn om van het muzi kale evenement van Dinsdagavond getuige te zijn. die zou zich deerlijk vergist hebben. De zaal scheen zelfs minder bezet dan op andere Dinsdagavonden der H.O.V. het geval pleegt te zijn. Ach ja, het was ook maar de H.O.V. met een paar Hollandsche solisten! Waar waart gij allen, die zegt alleen goede muziek te kunnen savoureeren, die het hoogste in de kunst eischt en alleen om dit hoogste zegt te komen? Hier werd, zoo niet het allerhoogste, dan toch iets zeer hoogstaands gegeven, iets, dat de vei'gelijking met de meeste der door u geprefereerde en gefrequenteerde audities glansrijk doorstaan kon. Hier was een cellist aaix het woord die voor geen buitenlanders behoeft te wijken; hier speelde een violist, die zijn taak geheel meester was en zich bij zijn partner voortreffelijk aansloot; hier werkte een orkest mede met groote toewijding en na ernstige studie; hier stond als leider van het geheel een dirigent, die zich van de ernst van zijn taak volkomen bewust was en uit de heterogene krachten een werkelijk sympho- nische eenheid wist te maken. Aaix u, Carel van Leeuwen Boomkamp, Hans Bijvanck en Marinus Adam de hulde, die de aanwezigen u jubelend brachten; die veel en veel meer deren u hadden behooren te brengen. En dat het heele orkest tenslotte in de ovatie deelde was niet meer dan ten volle verdiend. Brahms' Dubbelconcert was de gebeurtenis van den avond. Het Celloconcert van Jul. Röntgen, een vriendelijk en onderhoudend werk, met een hier en daar bekenden inslag (o.a. van de Boerendans uit Grieg's „Lyrische De vele tabbaards van Sinterklaas. Spanje! Kent gij dat land, waar de citroenen bloeien? Het land van de stiereixgevechteix en guitaren, van Carmen en toreador es, van sinaasappelen en balconramia's? Het land, waar de Spaansche griep en koning Alfonso vandaan zijn gekomen, waar men specialiteit is in het verbouwen van Malagawijn en vurige Spaaixsche schoonen, waar de Spaansche Vlieg is geboren en de hengelaars tusschen het Spaansche riet zitten te visschen? Het land, waar het altijd Spaansch toegaat en de stof geleverd wordt voor liederen als Valen cia en Picador, waar in de gangen der huizen Spaansche matten liggen, waar de castag netten in zwang zijn en kinderen van 4 jaar al Spaansch spreken? Het land van Sinter klaas? Ah! Sinterklaas!! Die goede Sint, met zijn eerbiedwaardigen grijzen baard (hoe oud zou de man al niet zijn?) en zijn eeuwig-jongen schimmel, met zijn mijter en zwarten knecht en fraaie tabbaards! Hij moet in het bezit zijn van een uitgebreide kleerenkast, want ik heb hem in mijn leven al in de uiteenloopendste eostuums gezien. Den eersten keer, dat ik hem ontmoette, was bij ons thuis in een erg mooien rooden man tel en ik mocht hem een handje geven ik was nog klein eix bang en zijn stem leek op die van den bediende uit de apotheek bij ons naast en hij stotterde een beetje, net als die bediende. Maar dat was natuurlijk toeval. Ik hoorde vader toen zachtjes zeggen tegen moeder, dat Hendrik plotseling ziek was ge worden (Hendrik was een student, die tegen over ons woonde) en dat er in de gauwigheid niemand anders gevonden kon worden, maar daar begi'eep ik niets van. Later zag ik den Sint in een melksalon en toen droeg hij een purperen tabbaard en hij stootte ook niet meer aan. Vader zei, dat hij spraaklessen had genomen. De Sint rook eenigszins naar iets, wat ik later als jenever heb leeren kennen, U hoeft niet „down" te zijn, Mevrouw Die paar dagen - U merkt ze nauwelijks, als Pyramidon-tablet- ten U helpen. Ze verzachten de pijnen. Pyramidon-tabletten zijn geheel onschadeiijL Een kleine tube gaat makkelijk in Uw tasckje. (Adv. lngez. Med.) Stiicke") werd vriendelijk ontvangen. De Ouverture „Die Fingalshöhle" zagen we met veel genoegen op het programma; voor een alleszins bevredigende vertolking van het meesterwerk ware een sterkere bezetting der strijkers, vooral der celli en bassen wensche- lijk geweest. De „Rhapsodie Viennoise" van Florent Schmitt werd zeer verschillend gewaardeerd: de pittigheid van het rhythme en de vele ver rassende wendingen kunnen niet voor ieders oor de ruwheid goed maken. En de vertooning vaxx „L'Apprenti Sorcier" scheen na Brahms' werk volstrekt overbodig, zoo niet storend, al was zij misschien dienstig om de reputatie van Dukas als componist, die na de uitvoering van zijn eindelooze vervelende symphonie op het Fransche concert in de voi'ige maand een ge- voeligen knak gekregen had, weer te her stellen. In beide Fransche werken hebben we boven dien den arbeid van orkest en dirigent kun nen waardeeren. Trouwens het dient ge zegd: Adam maakt zich hoe langer hoe meer los van zijn vroegere stijve directie; hij toont een temperament en zin voor temponuancee- ring, die sympathiek aandoen. En zijn werk in Brahms' Concert was boven lof verheven. K. DE JONG. KUNST AAN HET VOLK. „TOBIAS3 REIS" DOOR HET GROOT NEDERLANDSCH TOONEEL. De eerste opvoering in Nederland van „To bias' Reis" zal plaats hebben in den Stads schouwburg te Haax-lem op Donderdag a.s., onder auspiciën van bovengenoemde vereeni- ging. Dit fijne spel, waai'in op moderne wijze de oeroude geschiedenis herleeft, belooft iets zeer bijzonders te worden. De hoofdrol is in handen van Frits van Dijk, die den laatsten tijd reeds meermalen door zijn prachtig spel de aandacht trekt. Ook de decors, die in Oos- tei'sche stijl gehouden zijn, zullen er toe bij dragen, het geheel tot een niet alledaagsche gebeurtenis op tooneelgebied te maken. PERSONALIA. De heer H. Jansen te Haarlem is te 's-Gra- venhage geslaagd voor het theoretisch ge deelte B. van diploma B. van het machinis ten-examen. WELDADIGHEID NAAR VERMOGEN. „Janskamer". Jansstraat 38 rood, Wanneer ge met Sint-Nicolaas Een ieder gaat bedenken, Wil dan ook aan Weldadigheid Een kleine gave schenken. Postgiro 212793 Telefoon 13235 of 15445. WAAL SC HE KERK. Vrijdagavond 1 December a..s zal pasteur E. Michelin in de Waalsche Kerk spreken over het onderwerp: „Erasme^et le Réforme". dus hij kan toen ook wel spraakwater ge bruikt hebben. En nóg weer een jaar later verscheen hij bij ons en bij mij rees twijfel. Mijn zusje was veel jonger en die zag het niet, maar ik wel: dui delijk zag ik op den schouder van zijn wit kleed een paars vlekje, net of daar wat roode kool op had gezeten eix wij hadden toevallig dien middag roode kool gegeten en ik had ge morst op het tafellaken. Toen rees twijfel en ik verwonderde me erover, dat hij nooit eens: Caramba! zei en dat hij zoo goed Nederlandsch sprak. En zijn baard was ook lang zoo wit niet en ook niet zoo lang als toen in de melk salon, maar vader zei, dat hij natuurlijk ouder en grijzer was geworden in dien tijd en dat hij zich pas had laten knippen. Hij droeg ook gewone kleeren, want toen hij op een stoel ging zitten, zag ik onder zijn tabbaard uit heel gewone donkere broekspijpen komen. Den volgenden dag aan tafel vroeg ik vader of het in Spanje niet erg koud was. Vader zei, dat het daar juist een warm land was. Toexx stelde ik de vraag: „Maar waarom had Sinterklaas dan gisteren over zijn gewone kleeren nóg een kleed aan?" Vader keek moeder even aan en antwoordde, dat Sinterklaas, juist omdat hij uit zoo'n warm land kwam. het hier erg koud moest hebben, en dat hij daarom zoo dik gekleed was. Ik zei daarop, dat hij gisteren erg ge transpireerd had, want dat ik dat goed had gezien. Vader xnompelde iets van het-zelf-ook- warm-krijgen, als je het vuur zoo na aan de schenen gelegd wordt, en hardop zei hij, dat het in de kamer warm was geweest en dat ik nou maar door moest eten. En de twijfel groeide, toen ik het volgende jaar liefst drie Sinterklazen in de stad zag, bij een bakkei-, in een bioscoop en bij het kinder- feest uitgaande van de onderwijzers. Thans is zooiets in verschillende gemeenten onmogelijk geworden (gelukkig!), omdat die gemeente besturen daar zich verstaan hebben met de Spaansche regeering, die niet meer dan één Sinterklaas per stad mag leveren, iets, wat ook voor het prestige van den Goed-Heilig- In de tuinzaal van het Concertgebouw hield de afdeeling' Haarlem vaix de Ned. Christ. Reisvereeniging Dinsdagavond een bij eenkomst waar de heer Max K. W. Gerisch, secretaris der Reichsbahnzentrale fur deix Deutschen Reiseverkehr te Rotterdam een film vertoonde over het Zwarte Woud. De voorzitter der afdeeling Haarlem, de heer Roosjes, opende den avond met gebed en een welkoxnstwoord, waarin hij gewag maakte van de uitstekende ontvangst die de Reisver eeniging nog steeds te beurt valt in Duitsch- land, ondanks tegengestelde geruchten. De orde en de discipline zijn er voorbeeldig. Met het volste vertrouwen kan men In de toekomst de reizen met de Ned. Christ. Reisvereeniging naar Duitschland meemaken. De heer Gerisch leidde daarop met een kort ovei'zicht de films in, die een buitengemeen fraai beeld gaven van de schoonheden van stad en land in het Zwarte Woud. Men volgde xxiet de meest gangbare route, doch dwaalde meer vaix dien weg af. Het stadje Wertheim am Main werd bezocht, de Neckar getoond, Ba den-Baden, Donaueschingen en Schafthausen kregen een beurt. Men reisde met de Schwarz- wald- en HöllenthaLbahn, kiwam in Freiburg. Verschillende kleederdrachten uit de prach tige streken werden gedemonstreerd, de win tersport verscheen op het doek. Maar het is ondoeixlijk alles op te noemen wat Dinsdagavond geboden is. Voor hen, die afwezig waren, is het schoons niet ïxa te ver tellen, en voor hen, die aanwezig waren (het was geen groot aantal) wel, die he'bben het zelf gezien. De Christ. Reisvereeniging heeft haar le den een aangenamen avond bezorgd. FAILLISSEMENTEN. Door de Arrondissements-Rechtbank te Haarlem zijn de navolgende faillissementen op 28 November uitgesproken: 1. A. J. Stevens Johzn., koopman in hui zen, dranken, kaas,, etc., wonende te Edam, Voorhaven 128. Curator Mr. T. A. M. A. van Löben Seis, alhier. 2. P. J. C. Klok. gehuwd met J. Haar, café houdster, wonende te Haarlem, Ged. Oude Gracht 36. Curator Mr. H. E. Prinsen Geerlings, alhier. 3. J. Nijssen, vrachtrijder wonende Rijks straatweg 399, Haarlem. Curator Mr. H. O. Drilsma, Haarlem. 4. H. J. Bakker, caféhouder, wonende te Vogelenzang, café Floris, Bekslaan. Curator Mr. L. J. Venhuizen te Heemstede. Rechter-Commissaris is Mr. Th. F. Raedt. Opgeheven is het faillissement van: J. Tyms, wonende te IJmuiden. Curator Mr. A. W. Hellema, IJmuiden. Geëindigd zijn de navolgende faillissemten door liet verbindend worden der uitdeelings- lijst van: 1. A. de Melker, wonende t.e Haarlem, Zijl straat 93r. Curator Mr. A. Klein, alhier. 2. Nu wijlen- G. -W. -Ferment (Rijwïelfa- briek Efta) wonende te Haarlem. Curator Mr. F. J. D. Theijse, alhier. Vernietigd bij arrest Gerechtshof Amster dam dd 14-11'. -'33 het faillissement van: Tj. van der Zee, garagehouder wonende te Haarlem, Leidschevaart 342 r. Curator Mr. M. van Toulon van der Koog. alhier. INT. VEREENIGING BELLAMY. De tweewekelijksche bijenkomst der afd. Haarlem vindt plaats op Donderdag, 30 No vember, in 't gebouw Caecilia, Jansstraat. De heer K. Zijlstra houdt een lezing over „Het maatschappelijk evolutieproces". (A.dv. lngez. Med.) Man van belang is. Want als weer gebeurt, wat een tiental studenten indertijd gedaan heeft, n.l. allemaal als Sinterklaas verkleed in een Janplezier door de stad rijden, waar blijft dan het ontzag voor den grijzen Bisschop, die den kinderen zulke mooie, onbegrepen illusies schenkt? Hij zou zijn gevestigden naam im mers grondig te grabbel gooien! Dit doet hij overigens jaarlijks, zijn naam te grabbel gooien. Met genoegen zelfs. Her innert ge U de geheimzinnige Klop-op-de- Deur (vaix Sinterklaas, niet van Ina Boudier Bakker) op 5 December, het avondje van Sinterklaas, en het opengaan van diezelfde deur, waarna een arm (van Sinterklaas!) met kwistige hand pepernoten en Sinterklaasjes te grabbelen gooide? Ik weet niet meer, wat voor een idee wij van Sinterklaas hadden, hoe wij ons dien nxan voorstelden. Of neen, wij ïiadden er geen idee van. Hij was iets geheimzinnigs, iets won derlijks, iets, wat ons verstand te boven ging, iets onbegrijpelijks. We deden trouwens geen moeite om hem te begrijpen. We wilden ook geen kwaads van hem hooren. Als we er twee zagen, dan was er voor ons in elk geval één onechte, een valsche bij. Zelfs zijn schimmel was een bizonder paard, dat (nogmaals, we gingen er nooit zoo diep op in) over de schuine daken kon galoppeeren, zonder zijn nek of pooten te breken. Hij huppelde immers ook (en hoe!) het dek van de stoomboot-uit- Spanje op en neer? Waarom dan niet over daken? Sinterklaas kon alles, en hij was over al. Want als wij des morgens oixze geschenken ontdekt hadden, dan riepen we in den schoor steen: „Dank u wel, Sinterklaas!" Zooals dat 'op verschillende plaatsen geroepen werd. Hij was óveral. Gelukkige jeugd, die orxwetexid is! Die in illusie gelooven kan.... We realiseerden ons niets. We zongen exx we meenden er Sint Nicolaas eexx plezier mee te doexi vaxx Sinterklaas kapoentje. Als ik Sinterklaas was, zou ik me niet willen laten uitschelden voor een vetgemeste, joxxge haan, dat toch een kapoen is, of op zijn Zuid- Nedexdandsch voor guitje of schalkje, mij, grijzen bisschop! En dan bovendien, als ka poentje, nog wat moeten doen in „mijn" schoentje. Het zou mijn eer als Sixiterklaas te na wezen. A. J. C. VI. GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN. Tuyn, Hyaeinthenlaan 46, kinderarmband; Ver does, Saenre damstraat 17, armbandhorlo ge.. Harren, Luitexxsteeg 11, actétasch met boeken. Drogtrop, K. Begijnestraat 21, abon nement N.Z.H.T.M., Goosens, Potgieterstraat 5, broche; v. d. Berg, Minahassastraat 29, jongenscapev, d. Voort, Lange Hofstraat 13, handschoen; Huisman, 2e Zuidpolderstraat 12, haixdiwarmer; Kennel Fauna Parklaan 119 zwar-bruin hondje; Asyl, Ridderstraat 11, 3 katten, hond; Swarten, Anegang 34, kat; Lamboo, A. L. Dyserinckstraat 4, ketelpak; Bax, Voorzorgstraat 7, kinderportemonnaie; Fennis, N. Raamstraat 25, rijw. bel. plaatje; Kors, Vergierdeweg 160, idem; Dierendonk, Stuyvesantplein 15 rood, ring; Kruyef, Raam gracht 26, taschje; Korsjens, Barteljorisstraat 32, kindertaschje; Bureau van Politie, Smede straat 9, blauwe trui; Wenke, Atjehstraat 16, vulpotlood; Berexxdrec'ht, Burgwal 35, heeren handschoen; Heyer, Gen. de Wetstraat 51, handschoen. DUIDELIJK GESTELDE VRAGEN van alle Abonné's van Haarlem's Dagblad, worden door een specialen Redacteur en zijn talrijke medewerkers zoo mogelijk en ten spoedigste beantwoord. De vragen moeten worden geadresseerd aan de Redactie, Groote Houtstraat 93, met duidelijke vermelding van naam en woon plaats. Vragen, waaraan naam en adres ontbreken, ivorden terzijde gelegd. De antwoorden worden per auto GEHEEL KOSTELOOS thuis bezorgd. De namen der vragers blijven redactie geheim. RECEPTEN. VRAAG: Hoe maakt men ama.nSeiners? ANTWOORD: Benoodigd 125 gram zoete amandelen en 4 bittere, 125 gram suiker, 1 ei en de geraspte schil van een citroen. Pel de ge broeide amandelen en laat ze goed drogen. Maal ze tweemaal met de suiker, het ei en de geraspte citroenschil door den amandelmolen. VRAAG: Hoe moet men een-koperen blad van een rooktafel, waar vlekken op zitten, schoonma ken en onderhonden? ANTWOORD: Wrijf de vlekken stevig af met een doorgesneden citroen. De sap neemt de mees te vlekken weg. Mochten er vlekken achterblijven, wrijf ze dan weg met een ih ammonia gedoopten doek; wasch het met schoon water na en droog met zeemleeren lap goed af. Wrijf den volgen den dag met heel weinig goede witte meubelwas. die met terpentijn iets verdund is en wrijf met flanellen doek na. Wrijf hét vervolgens eens per maand. VRAAG: 1. Hoe maakt men chocolade borst plaat? 2. Hoe room borstplaat? ANTWOORD: 1. Benoodigd: i pond suiker. 1 yz d.L. water en 30 gram goede cacaopoeder. Roer de cacao door de suiker en wrijf er alle klontjes uit. Voeg er het water bij en breng het in een geëmailleerd pannetje zeer zacht, en af en toe roerend, aan de kook en laat, steeds roerend, doorkoken, tot het zoo dik is, dat een druppel er van, die gij op een steenen plaat laat vallen, di rect stolt. Neem dan van het vuur en klop zoo lang tot de massa dik begint te worden. Giet dan dadelijk in de ringen, die op een beboterde plaat zijn gezet. 2. Voor roomborstplaat is noodig: 150 gram suiker: 2 eetlepels room enzooveel water, dat de suiker vochtig is. Behandeling als onder 1. VRAAG: In een groen zijden japon zijn vlek ken van transpireeren. Doordat er een zwart f-lu- weelen jasje op gedragen is, heeft het onder de armen zwart afgegeven. Wat is daaraan te doen? ANTWOORD: Het volgende is heel goed, maar gij moet er zeer voorzichtig en precies mee te werk gaan. Neem op één deel zuiver zoutzuil- (geen ruw zoutzuur) 4 deelen koud water. Leg de japon met de vlekken naar boven enkel en gladuit over een schoonen, dubbelgevouwen doelc en bevochtig, alleen de vlekken, met de vloei stof. Baat 6 a 7 minuten inwerken en spoel dan met schoon water uit, Zijn de vlekken niet geheel weg, dan weer met de vloeistof bevochtigen en laten inwerken en uitspoelen. Zijn zij er uit. dan over een drogen doek leggen en met andere dro ge doeken droog betten. VRAAG: 1. I-Ioe maakt men een beige bont kraag schoon? 2. Kan men een blauw geverfden mantel in benzine wasschen? De oorspronkelijke kleur is grijs. ANTWOORD: 1. Maak roggezemelen in een ijzeren of aarden pot, onder gestadig roeren, zoo heet, dat gij er de hand nog juist even in kunt houden. Stort het dan op het bont en wrijf dit er sterk mee. Schudt het daarna uit. Zelfs wit bont wordt hierdoor heel schoon. 2. Ja, de kleur lijdt daar in het geheel niet door. Zet den mantel, dichtgedekt, ongeveer 10 minuten in een steenen kom met ruim wasch- benzine; sla er dan even door en hang, zender wringen in de schaduw te drogen, Deze behan deling moet buiten in de schaduw geschieden en vooral geen vuur of licht in de nabijheid! VRAAG: Wat moet men doen tegen houtworm in meubels? ANTWOORD: Vul een machinespuitje met ka- japoetolie en spuit alle gaatjes vol. Herhaal dit na eenigen tijd nog een paar maal en het euvel is dan gau\y overwonnen. VRAAG: 1. Hoe kan men babygoed, dat door liggen geel geworden is, weer lielder krijgen? 2. Hoe een wit wollen omslagdoek? 3. I-Ioe een wit vilthoedje? ANTWOORD: 1. I-Iet linnengoed wordt op de gewone wijze gewasschen en een uurtje in ver dund bleekwater van goede kwaliteit gezet. Zoo mogelijk in de zon drogen, nadat het eerst in schoon lauw water is nagespoeld. Wollen goede ren wasch gij alleen met ammoniakzeep, volgens gebruiksaanwijzing. Niet in de zon drogen! Wordt het dan niet helder genoeg, zet het dan een half uur in even lauw of koud water, waarin per liter water 1 eetlepel waterstof superoxyde is gedaan, waarna liet uitgewrongen en buiten gedroogd wordt, maar niet .n de zon, 2. Als onder 1. 3. Roer magnesia men benzine tot een dik pap je en bedek het hoedje er goed mee. Leg het op een schoonen handdoek en laat stil drogen. Klop dan de droge magnesia er af. Deze behandeling moet buiten gebeuren in de schaduw en vooral geen vuur of licht in de nabijheid! VRAAG: 1. Hoe verwijdert men inktvlekken uit een eikenhouten buffet? 2. I-Ioe uit een tafellaken? Ik heb dit direct in water met azijn gezet, maar dat hielp niet. ANTWOORD: 1. Schuur eerst af met schuur papier en, krijgt gij het er zoo niet uit, leg er dan zuringzout, dat gij met een weinig lauw water tot een dik papje hebt geroerd op (vergif). Laat dit er 10 a 15 minuten op liggen en zie dan, of de inkt er uit is. Is dit niet het geval, leg er dan weer een papjeop. Is de vlek weg, spons er dnn goed alle zuringzout af en droog het. Wrijf het den volgenden dag. of, Indien noodig, beits het bij met wasbeits. 2. Met een immaculU3 inktstift. De gebruiks-. aanwijzing staat er op.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 6