Uil HET BUITENLAND
De Ontwapeningsconferentie.
VRIJDAG 26 JANUARI 1934
HAARLEM'S DAGBLAD
3
Uit de Fransche Kamer. Chautemps dreigde met
aftreden, indien een parlementaire enquête-commissie
zou worden benoemd. Thans een iM^fparlementaire
commissie ingesteld. Kabinetswisseling in Zuid-Slavië
Frankrijk.
Een dreigement van
Ckautemps
In oe reglementen-commissie der Fransche
Kamer, die de verschillende plannen voor een
commissie van onderzoek naar de jongste fi-
nancieele schandalen behandelt, heeft Chau
temps naar Reuter uit Parijs meldt ver
klaard dat de regeering zou aftreden, indien
de Kamer zou ov.ergaan tot de benoeming
van een parlementaire enquête-commissie.
Chautemps zou zich wel accoord kunnen
verklaren met de instelling van een extra
parlementaire commissie, in den geest als
door de socialisten is voorgesteld, en welke
commissie Kamerleden, Senatoren en hooge
ambtenaren zou omvatten. Niettemin heeft
hij ook hiertegen eenige bezwaren geopperd.
Hij verklaarde zich bereid spoedig aan het
parlement de noodige voorstellen te doen, in
dien de Kamer dit in een motie als die der
socialisten zou verlangen.
Met 14 tegen 11 stemmen en twee onthou
dingen heeft de commissie tenslotte het
principe aanvaard van de instelling eener
extra-parlementaire enquête-commissie.
Zuid-Slavië.
De kabinetscrisis.
Volgens een verklaring van de „Avaja"
heeft de minister-president Donderdagmid
dag om vijf uur in den ministerraad mede
gedeeld, dat hij den koning het ontslag der
regeering heeft aangeboden en dat de ko
ning deze aanvrage heeft aangenomen.
De minister-president heeft opdracht ge
kregen de loopende zaken af te wikkelen.
De koning heeft den leider der nationale
partij van Joegoslavië (regeeringspartij), Ni-
kola Oecoenowitsch belast met de vorming
van een nieuw kabinet. Deze heeft reeds een
aanvang gemaakt met zijn besprekingen.
Naar uit particuliere bron verluidt heeft
Oecoenowitsch reeds den geheelen dag in de
Skoeptchina geconfereerd met Marinkowitsj
en Maximowitsj.
China.
Poe Nji's kroning weer
uitgesteld?
Nog niet bevestigde berichten maken mel
ding van een uitstellen van de kroning van
Poe-Nji tot keizer van Mandsjoekwo tot 16
Maart.
Engeland.
Bayonne is gisteren gearresteerd, aangezien
hij ervan beschuldigd werd juweelen, die een
waarde hadden van hoogstens 39.500 francs
en die ter beleening moesten worden aangebo
den, te hebben getaxeerd op 1.800.000 francs.
De arrestant verklaarde dat de hem thans
voorgelegde juweelen niet dezelfde waren als
die hij indertijd ter schatting kreeg aangebo
den.
Royement van Bonnaure
Het partijbestuur der Radicale Partij heeft
besloten het royement van den radicalen af
gevaardigde Bonnaire voor te stellen. Bon
naure is bij het Stavisky-schandaal betrok
ken en de Kamer heeft zijn parlementaire
immuniteit reeds opgeheven.
Twee maanden gevangenisstraf voor
betooger.
De rechtbank te Parijs veroordeelde een
deelnemer aan een betooging in verband met
de Stavisky-affaire op 22 Januari j.l. voor het
Kamergebouw, tot twee maanden gevange
nisstraf en 50 francs boete. Den betooger werd
o.a. vernieling ten laste gelegd.
Twee schoten in de villa te Chamonix?
De Liberté stelt de vraag of in de villa te
Chamonix, waar Stavisky het leven liet. niet
twee schoten zijn gelost, van welke het tweede
het signaal zou zijn geweest voor de voor de
villa wachtende medewerkers van den commis
saris van politie, die als eerste de sterfkamer
binnentrad. De Liberté beweert voorts dat de
gearresteerde medewerker van Stavisky, Voix,
zijn heer en meester bij de politie had aange
klaagd.
GEEN ONTVOERING IN
ANTWERPEN.
DUITSCHE ZEEMAN BEVINDT ZICH IN
ROTTERDAM.
ANTWERPEN, 25 Jan. (V.D.) Omtrent de
verdwijning van den Duitschen zeeman Krüll
te Antwerpen kan nog worden medegedeeld,
dat een scheepsmaat thans van K. een brief
heeft ontvangen uit Rotterdam, waarin K.
mededeelt, dat toen hij op het Duitsche con
sulaat ter zijde werd gesteld hij besloten had
te vluchten omdat hij vreesde te worden vast
gehouden. K. is n.l. bij verstek in Duitschland
ter dood veroordeeld wegens anti-Nationaal-
socialistische actie.
Buiten het consulaat gekomen is hij te voet
van Antwerpen naar Nederland gegaan.
EEN UITDAGING VAN
DS. MüLLER.
VERVANGING DER GEESTELIJKHEID
DOOR LEEKEN?
De Duitsche Rijksbisschop Muller heeft voor
de eerste maal sinds eenige weken in het
openbaar het wcord gevoerd bij de bevesti
ging van dr. Beye. den Duitsch-Christe-
lijken bisschop van Brunswijk.
Deze bevestiging was, zooals de corres
pondent van de Times te Berlijn opmerkt,
op zich zelf reeds een uitdaging aan de gees
telijkheid, die zich tegen den rijksbisschop
verzet heeft en die met klem de verwijde
ring uit zijn ambt juist van dezen dr. Beye
geëischt had.
Ds. Müller herhaalde thans de bedreiging
die hij reeds eerder geuit had: „Als de geeste
lijkheid weigerachtig blijft zullen wij de
leekcn tot de bediening des Woords toelaten
Wij bieden ieder de hand der verzoening.
Wij verwelkomen hen, die haar aanvaarden,
maar hen die weigerachtig blijven zullen wij
op de vingers tikken".
Te Brunswijk zei ds. Müller in een rede.
dat men eenmaal den leider dank zou weten
voor het feit dat hij de zuiver Germaansche
blced-afstamming in eere had hersteld.
Men verweet de kerk, dat zij de Arische
paragraaf ingevoerd had. Spr. zou in het
openbaar zeggen hoe het daarmee stond. ,.Er
bestond slechts één voorwaarde voor den
doop n.l. geloof in Jezus van Nazareth. In
dien een jonge Jood tot spr. zou komen om
gedoopt te worden, dan kan dit, na onder
zoek van zijn overtuiging, geschieden. Maar
als een gedoopte Jood tot spr. zou komen met
de vraag om predikant te worden, dan zou
hij dit weigeren, even als hij zou weigeren
een gedoopten Chinees tot het predikambt
toe te laten. Zelfs" een Beier is bijv. onge
schikt voor predikant in OQsf-Pruisen. Een
man van vreemde afstamming kon onmoge
lijk één worden met een gemeente, die zich
van haar eigen afstamming bewust was ge
worden. Zelfs als de bovenbedoelde Jood zou
zeggen dat hij een sterken inwendigen drang
gevoelde tot het predikambt, zou spr. ant
woorden: „Ga dan als zendeling onder de
Joden".
Tenslotte zeide de rijksbisschop, dat het
volk geen „domineeskerk'', maar een Duit
sche kerk verlangde en zoolang hij leefde
zouden.de dominees niet in de kerk tot een
afzonderlijke macht geraken. (N.R.Ct.)
Minister Schemm over ras en kerk.
In een rede voor Schwabische onderwijzers
te Augsburg verklaarde de Beiersche Minister
van Onderwijs Schemm, zeer wel te weten,
dat de Nationaal-Socialistische staat nog
vele tegenstanders had. Hij zou echter niet
rusten, voordat deze schadelijke elementen
volkomen uitgeroeid waren.
Ras en ziel, volk en God vormen de een
heid van het volk. Wanneer deze slechts ge
handhaafd worden, kan het volk nooit onder
gaan: Ook de Protestantsche en de Katholieke
kerk staan thans voor beslissende vraag
stukken. Wel erkenden zij beide het begrip
God. doch niet het begrip ras. Slechts wie de
rassengemeensehap van het volk begrijpt zal
het een innerlijk bevredigend godsbegrip kun
nen bijbrengen. Minister Schemm deed der
halve een dringend beroep op de beide ge
noemde godsdiensten, dat. evenals het Duit
sche volk, zijn deuren wijd had geopend voor
het begrip ras, ook de kerk dit zou doen. De
eenheid van godsdienst zou daardoor ver
sterkt worden.
.Weliswaar zijn de nationaal-socialisten geen
Wodan-aanbiaders, zei de minister, doch zij
kunnen niet dulden, dat men den godsdienst
hunner voorvaderen als slecht en verderfelijk
heidendom beschimpt. Dat zou een smaad op
het Duitsche ras en volk werpen.
Het nationaal-socialisme staat op het
standpunt van een positief Christendom, zon
der zich aan een bepaalde confessie te bin
den of te dulden dat deze confessies elkaar
bestrijden.
Verzet van Katholieke zijde.
In Roomsche kringen neemt het verzet te
gen den druk van het Nazi-régime op het
kerkelijk leven toe. Katholieke jeugdbonden,
audus lezen wij in de Tel., hielden te Stutt
gart een bijeenkomst, waarop velen, ondanks
de betreffende verboden, in uniform versche
nen waren. Na afloop van een lezing van prof.
Adam uit Tübingen hielden ze een optocht
door de stad, die volgens de „Volk. Beobach-
ter" groote opschudding verwekte. Het blad
aarzelt zelfs niet prof. Adam ervan te beschul-
dingen, dat hij zich zou verstout hebben, een
goed woord voor de Joden te spreken!De
aartsbisschop van Breslau heeft den clerus
van zijn diocees aangeraden, de bestaande
R.K. vereenigingen niet te ontbinden. Zij
staan onder bescherming van het Concordaat,
en geen macht heeft bevoegdheid ze op te
iossen of in andere formaties te laten opsmel-
ten.
30ste Januari moet in de kerken
gevierd worden.
De Rijksbisschop heeft, naar de Evangeli
sche pesrsdienst mededeelt, aan de kerkoe-
sturen in de landen de volgende verordening
gezonden: Op 30 Januari is het ue
verjaardag van de benoeming van
onzen leider tot kanselier van het Duitsche
Rijk. Uit dankbaarheid jegens God gedenkt
het Duitsche volk op dien dag zeer bijzonder
de reddende daad van Adolf Hitler. Ik wek
derhalve op, dat Dinsdag 30 Januari 1934 m
öe kerken avond-godsdienstoefeningen
plaats vinden, welke in overeenstemming zijn
met de beteekenis van dezen dag.
(w.g.) Ludwig Müller, Rijksbisschop".
Een geestelijke mishandeld.
Het conflict in de Duitsche kerken heeft tot
een ongelukkig incident te Berlijn geleid. Zes
onbekenden drongen d£ woning en de werk-
kamer binnen van Dr. Jacobi, een der leiders
van een groep van oppositioneele geestelijken,
die zich verzetten tegen het gezag van den
Rijksbisschop. Hij werd door de indringers
mishandeld en moet met lichte wonden het
bed houden.
De groepen geestelijken, die in verzet komen
tegen het gezag van den Rijksbisschop Dr.
Müller schijnen vooral in Silezië. Dantzig,
Essen en Berlijn, steeds grooter te worden. In
een manifest verklaren deze geestelijken, dat
de poging om nationaal-socialisme. volk en
evangelische kerk te vereenigen, mede door
verkeerde leiding een ernstig gevaar dreigt te
worden.
Het manifest is geteekend door vooraan
staande leden van de beweging der Duitsche
Christenen, o.a. door Dr. Aust te Breslau. Dr.
Dannemann te Berlijn en Dr. Heek te Dantzig.
gekant waren. Zij wezen erop, dat het juist
aan Frankrijk overhandigde Duitsche ant
woord op het Fransche memorandum de deur
voor verdere onderhandelingen openlaat en
dat het thans dus allerminst het oogenblik
mag zijn, om ongeduldig te worden.
In Genève zijn degenen, die iets niet willen,
altijd in de sterkste positie. Niemand kan toch
de regeeringen ertoe dwingen iets te doen, wat
zij niet willen doen. Daarom moest Benesj van
daag in de nieuwe bespreking van het Kleine
Bureau zijn denkbeeld weder voorloopig op
geven. Het Kleine Bureau heeft met het oog
op voortdurende onzekerheid over den afloop
van het diplomatiek overleg niets anders stel
ligs besloten dan dat het zelf op 13 Februari
nogmaals zal bijeen komen, om den toestand
nogmaals onder de oogen te zien. De nood
zakelijkheid. om voorloopig de diplomatieke
onderhandelingen niet te onderbreken, is
daarbij op een optimistische wijze toegelicht,
die zeer bemoedigend zou zijn, indien de er
varing ons helaas niet geleerd had. dat wij
met Henderson's optimisme eenigszins voor
zichtig moeten zijn. Het officieele communi
qué spreekt n.l. van den „ter kennis van het
Kleine Bureau gebrachten vooruitgang als re
sultaat der diplomatieke bemoeiingen", die
een onderbreking van het diplomatieke over
leg raadzaam maakt!
Op 13 Februari zal het Kleine Bureau den
dag der nieuwe bijeenkomst van het geheele
Bureau moeten bepalen. Van een spoedige bij
eenkomst der Algemeene Commissie is in het
geheel geen sprake meer. Het Kleine Bureau
meent, dat de Algemeene Commissie als het
diplomatiek overleg gunstig verloopt, niet be
hoort bijeen te komen dan nadat het geheele
Bureau vooraf zorgvuldig de agenda voor de
Algemeene Commissie heeft voorbereid, opdat
deze, eenmaal weder haar werk hervattend,
het dan ook zonder verdere moeilijkheden of
onderbrekingen tot een goed einde zal kunnen
brengen. Ongetwijfeld een verstandig plan!
De gang van zaken zal dus, voor zooverre
men in deze onzekere tijden eenige toekomst
plannen maakt, de volgende worden. Op 13
Februari bijeenkomst van het Kleine Bureau.
Indien de diplomatieke onderhandelingen dan
nog niet tot een goed gevolg geleid zullen heb
ben, zal het geheele Bureau op 16 Februari
vergaderen, ten einde te beslissen, of nog een
nieuwe verdaging der Ontwapeningsconferen
tie gerechtvaardigd is. Mochten daarentegen
de diplomatieke besprekingen op 13 Februari
Duitschland's terugkeer waarschijnlijk hebben
gemaakt, dan zal het Bureau eerst een week
later, dus op 20 Februari, weder vergaderen.
Het Kleine Bureau zal die week dan gebrui
ken, om een arbeidsplan voor het geheele
Bureau uit te werken, dat dan in een lange
zitting, die wellicht tot Paschen duren zal,
zulken voorbereidenden arbeid verrichten zal,
dat de Algemeene Commissie onmiddellijk na
Paschen voor haar laatste zitting zal kunnen
bijeenkomen, waarin zonder verdere onderbre
king het werk der Ontwapeningsconferentie
tot een goed einde zal worden gevoerd.
Men ziet: het Kleine Bureau houdt nog
steeds rekening met de mogelijkheid van een
uiteindelijk succes der Conferentie. Als wij op
13 Februari uit Londen zullen vernemen (het
Kleine Bureau zal ditmaal namelijk in Voor
zitter Henderson's woonplaats bijeenkomen!),
dat het Kleine Bureau besloten heeft, dat het
geheele Bureau niet op 16. doch op 20 Februari
bijeenkomen zal. is dit een goed teeken en
zullen wij waarschijnlijk gerechtvaardigd zijn
de vlaggen uit te steken!
B. DE JONG VAN BEEK EN DONK.
„GEEN INMENGING, MAAR
BELANGSTELLING".
GOEBBELS OVER DE OOSTENRIJKSCHE)
KWESTIE.
Rijksminister dr. Goebbels heeft een speci-
aleiT verslaggever van een Krakausch blad
een interview toegestaan, meldt het D.N.B.
Goebbels zei o.m.:
Dr. Goebbels.
Het nationaal-socialisme heeft een ge
heel nieuwen economischen vorm gescha
pen, waarop de tot dusverre bestaande
maatstaven „liberalistisch", „kapi
talistisch" of hun tegendeel waarmede
men andere economische ordeningen pleegt
te meten, niet kunnen worden toegepast.
Vraag: Mussolini heeft eens gezegd: „Het
fascisme is geen exportartikel". Geldt dat
ook voor het nationaal-socialisme of beter
gezegd: is het nationaal-socialisme een
Duitsche staatsvorm of een wereldbe
schouwing?
Antwoord: Het nationaal-socialisme is een
levensopvatting, geboren uit de karakteris
tieke eigenschappen van Duitschen geeste
lijken en gemoedsaanleg, die, ondanks den
grootst mogelijken tegenstand van buiten,
ook voor den Duitschen staatsvorm beslis
send is geworden. Het woord van Mussolini
„het fascisme is geen exportartikel" is mu
tatis mutandis ook op het nationaal-socia
lisme van toepassing, daar iedere export een
initiatief van den exporteur onderstelt, ter
wijl het nationaal-socialisme een dergelijk
initiatief uitdrukkelijk afwijst. Het is echter
iets anders, dat een levensopvatting de
scheppende kracht bezit ook buiten haar ge
boorteland scheppend werkzaam te zijn en
richting te geven.
Op de vraag: „Beschouwt u het complex-
Oostenrijk als een buitenlandschij of als een
partij-politiek verschijnsel", antwoordde
Goebbels o.m.:
Het nationaal-socialisme in Oostenrijk
beleeft zijn geboorteweeën d. w. z. het be
vindt zich in een periode van uiteenzetting
met tegenstand, die ook het Duitsche volk
heeft moeten overwinnen om het nationaal-
socialisme tot ontplooiing te brengen. Er
kan geen twijfel bestaan over het feit, dat
alleen deze gedachte in overeenstemming is
met het Oostenrijksche volksbewustzijn, ge
zien de gemeenschappelijke afstamming en
de geestelijke en gemoeds-richting van het
Duitsche en het Oostenrijksche volk. Het is
derhalve een dwaling, ten deele echter ook
een moedwillig verkeerd begrijpen, wanneer
de begrijpelijke belangstelling, waarmede het
Duitsche volk de symptomen volgt van een
ontwikkeling, die het zelf reeds heeft door
gemaakt, als een bewuste en gewilde in
menging op die ontwikkeling wordt aange
rekend. Daar wij ons over den afloop van
die processen geen zorgen behoeven te maken
zou een dergelijke inwerking niet alleen over
bodig zijn, maar zij zou ook niet in het be
lang van het Oostenrijksche volk zijn.
Nadat Goebbels zich optimistisch had uit
gelaten over de Duitsch-Poolsche betrek
kingen werd hem gevraagd:
Dreigt er oorlogsgevaar?
In verschillende landen bestaat in breede
volkslagen het geloof aan een op komst zijn-
den oorlog. Gelooft u aan oorlogsgevaar in
Europa?
Hij antwoordde o.a.: Het is een zeer be
treurenswaardig verschijnsel, dat de beslis
sing over oorlog en vrede, in de meeste landen
berust bij bepaalde groepen of personen, die
den oorlog niet of slechts gedeeltelijk ken
nen. Goebbels sprak in dit verband van
..lichtvaardig oorlogsgepraat".
Wanneer de gedachte van den rijkskanse
lier verwerkelijkt zou worden, volgens welke
aan de vroegere oorlogs-deelnemers een be
voorrecht medebeschikkingsrecht over oorlog
en vrede moet worden toegestaan, dan zou
daarin de veiligste garantie tegen iederen
oorlog te zien zijn. Ik zou dan in het geheel
geen gevaar meer zien voor het uitbreken
van een nieuwen oorlog in Europa.
DUITSCH STOOMSCHIP OP DE
THEEMS GEZONKEN.
VIER OPVARENDEN VERDRONKEN.
Lloyds meldt aan de Tel. dat het Duitsche
s.s. „August Cords", dat juist uit Londen was
vertrokken met bestemming naar Rotterdam,
op de Theems in botsing is gekomen met de
sleepboot „Gnat" en gezonken. Vier der op
varenden zijn verdronken.
RUBENS' „BACCHANAAL" VOOR
300.000 DOLLAR GEKOCHT.
IN BAAR GELD BETAALD EN ONDER DEN
ARM MEEGENOMEN!
NEW-YORK, 25 Januari (V. D.) Gisteren
is uit de nalatenschap van den Zweedschen
luciferskoning Ivar Kreuger het schilderij
„Bacchanaal" van Rubens voor 300.000 dollar
geveild. Het werd gekocht door den fabrikant
John Richardson uit Philadelphia, die 300.000
dollar in baar geld op tafel neertelde, het
schilderij onder den arm nam en er zonder
het te laten inpakken mee verdween.
ONTVLUCHTING UIT EEN SPAANSCHE
GEVANGENIS.
GERONA, 25 Jan. (V,D.) Uit de gevange
nis alhier zijn verschillende gevangenen, na
door het dak heen gebroken te zijn, ontvlucht,
Een protest tegen de contingen-
teering door Frankrijk.
- Volgens den politieken medewerker van de
„Daily Telegraph" heeft het Britsche kabinet
de kwestie der „ongemotiveerde vermindering"
van het Britsche invoercontingent door Frank
rijk behandeld en besloten den ambassadeur
te Parijs Lord Tyrrell opdracht te geven on
middellijk met klem te protesteeren. Groot-
Brittannië verlangt dezelfde behandeling als
de Vereenigde Staten. Zoolang Frankrijk den
Britschen import op bijzondere wijze behan
delt, zal Engeland geen nieuwe onderhande
lingen over een Engelsch-Fransch handels
verdrag voeren.
Duitschland.
Rijksdag tegen Dinsdag
bijeengeroepen.
De Rijksdag is bijeengeroepen voor een ver
gadering op Dinsdag 30 Januari a.s. des mid
dags te 3 uur met als eenig punt op de agenda
een verklaring van de Rijksregeering.
NIEUWE ONTHULLINGEN IN DE
AFFAIRE-STAVISKY.
DIRECTEUR VAN DE „CONFIANCE" DE
INITIATIEFNEMER?
Directeur van de „Confiance" de
initiatiefnemer?
PARIJS, 25 Jan. (V.D.) Vijf personen, die
wegens afpersing en bedrog tot gevangenis
straf veroordeeld waren, doch tot nog toe om
onbekende redenen op vrije voeten waren ge
laten. zijn thans gearresteerd en gedetineerd
om hun straf te ondergaan.
In parlementaire kringen is men van mee
ning, dat deze maatregelen verband houden
met de critiek, die in verband met het Stavis
ky-schandaal op de Fransche Justitie is ge
oefend inzake haar uitsteltaktiek en men ver
wacht, dat binnenkort in het corps der justi-
tieele ambtenaren ingrijpende mutaties zul
len plaats vinden.
Volgens een bericht van het „Journal" uit
Bayonne, zou de gearresteerde directeur van
de verzekeringsmaatschappij „Confiance",
Guépin. niet slechts met Stavisky samen
hebben gewerkt, doch zelfs een der eigenlijke
initiatiefnemers bij de oplichtings-affaire
zijn geweest. Guépin zou opdracht gegeven
hebben te Bayonne voor eenige millioenen
francs valsche bons te laten vervaardigen,
die hij bij banken en verzekeringsmaatschap
pijen heeft ondergebracht. Als directeur der
verzekeringsmaatschappij verdiende Guépin
600.O00 francs per jaar, doch maandelijks gaf
hij' ongeveer 120.000 francs uit.
Een taxateur gearresteerd
De taxateur van de Crédit Municipal de
De groote mogendheden krijgen een verlenging van
een maand voor den duur hunner diplomatieke
besprekingen. Het onaannemelijke ultimatum-
voorstel van Benesj. Een optimistische klank
van het Kleine Bureau. Waartusschen dit Bureau
op 13 Februari te kiezen zal hebben.
GENèVE, 20 Januari 1934.
(Van onzen correspondent).
De organen, die de politieke beslissingen op
de Ontwapeningsconferentie te treffen heb
ben, worden steeds kleiner in omvang. Bijna
twee jaren geleden, in de maand Februari
1932, toen de Ontwapeningsconferentie juist
haar werkzaamheden begonnen had, was het
de voltallige Conferentie natuurlijk zelf, van
wie de beslissingen uitgingen. Weldra liet de
Conferentie deze taak echter aan de door haar
in het leven geroepen Algemeene Commissie
over, waarin weliswaar alle staten, die aan de
Ontwapeningsconferentie deelnemen, eveneens
vertegenwoordigd zijn. doch die toch heel wat
minder talrijk is. daar ieder land in deze com
missie slechts één gedelegeerde telt. Verleden
jaar werd het echter reeds meer*en meer ge
woonte het hoofdgewicht bij de belangrijke
beslissingen over den verderen gang der werk
zaamheden naar het ongeveer 25 leden tellend
Bureau te verplaatsen. En sinds Duitschland's
heengaan is het gewoonte geworden, dat
slechts het „Kleine Bureau" (voorzitter Hen
derson, ondervoorzitter Politis, rapporteur-
generaal Benesj en secretaris-generaal Avenol)
bijeenkomt, om te overwegen, of een hervat
ting van de onderbroken werkzaamheden der
Conferentie wenschelijk zou zijn.
Zoo is ook thans dit Kleine Bureau vandaag
en gisteren weder bijeen geweest, om den
tegenwoordigen stand van zaken onder de
oogen te zien. Het Kleine Bureau heeft ten
slotte de beslissing getroffen, die men alge
meen ervan verwachtte: voorloopig zal de Ont
wapeningsconferentie nog niet weder bijeen
komen, doch het woord nog aan de diplomatie
ke onderhandelingen tusschen eenige groote
mogendheden worden gelaten. Weliswaar was
dit besluit in strijd met de beslissing, die het
jeheele Bureau op 22 November, na afloop der
hier gehouden Ministersbesprekingen geno
men had, n.l. dat de Algemeene Commissie in
Januari weder het werk zou hervatten „tijdens
of onmiddellijk na de Januari-zitting van den
Volkenbondsraad", doch het Kleine Bureau
heeft zich in de deze week hier gehouden be
sprekingen ervan vergewist, dat er onder de
den toon aangevende mogendheden geenerlei
wensch naar een letterlijke naleving van dit
besluit bestond. In November was tot de ver
daging besloten op grond van de wenschelijk-
heid van voorafgaande diplomatieke onder
handelingen: deze onderhandelingen waren
nog volop aan den gang: het werd dus niet
anders dan logisch geacht en in overeenstem
ming met den geest zelf van het besluit van
het geheele Bureau van 22 November, dat den
regeeringen nog eenige tijd tot voortzetting
van hun diplomatiek overleg gelaten werd en
dat de diplomatieke onderhandelingen niet
door een onmiddellijke voortzetting van de
Ontwapeningsconferentie onderbroken wer
den! Het Kleine Bureau meende daarom de
verantwoordelijkheid op zich te kunnen ne
men voorloopig den regeeringen der groote
mogendheden nog een kleine maand verlen
ging voor den duur van het diplomatiek over
leg te geven.
Hieromtrent ontstond in het Kleine Bureau
en ook bij de door dit viermanschap geraad
pleegde regeeringen eenstemmigheid van oor
deel. Meeningsverschil bestond echter, toen
Benesj de vraag opwierp, of met de verlenging
van dezen onderhandelingstermijn niet het
ultimatum zou moeten verbonden worden, dat
de onderhandelingen half Februari beëindigd
zouden moeten zijn, daar in ieder geval tot een
nog langere verdaging der Ontwapeningscon
ferentie dan niet meer zou worden besloten.
Benes betoogde, dat alles zijn grenzen had.
Half Februari zouden vier maanden verloopen
zijn sinds Duitschland de Ontwapeningsconfe
rentie verlaten had. Als de diplomatieke be
sprekingen dan tot den terugkeer van Duitsch
land naar de Conferentie zouden geleid heb
ben, des te beter! Dan zou de Conferentie dus
met goede kansen op succes haar arbeid kun
nen hervatten. Als de onderhandelingen dan
echter nog steeds niet met het beoogde doel
van Duitschland's terugkeer bekroond zouden
zijn, moest de Conferentie dan nog altijd maar
blijven slapen met de vage hoop, dat misschien
eenmaal toch nog overeenstemming met Hitier
zou kunnen verkregen worden? Benesj meen
de van niet. Als half Februari nog steeds geen
tastbaar resultaat van het diplomatiek over
leg verkregen zou zijn. dan moest men den
moed hebben de werkelijkheid onder de oogen
te zien en zich niet langer met onvervulbare
illusies vleien. Dan moest de Conferentie dus
weder bijeenkomen en óf zich aan het redi-
geeren van een Conventie zetten, die dan later
aan Duitschland ter onderteekening zou moe
ten worden aangeboden óf. als men nu een
maal niet zonder medewerking van Duitsch
land tot de redigeering eener conventie zou
willen overgaan, dan de hieruit volgende nood
wendige conclusie trekken en ronduit de Ont
wapeningsconferentie voor mislukt verklaren!
In welken zin dan de beslissing der Confe
rentie zou moeten uitvallen, daarover behoef
de men op het tegenwoordige oogenblik nog
niet te strijden. De hoofdzaak voor Benesj was,
dat het Kleine Bureau als zijn oordeel zou uit
spreken, dat over een maand de Ontwape
ningsconferentie een definitieve beslissing zou
hebben te nemen; zij zou hetzij haar taak als
onvervulbaar moeten verklaren, hetzij mét of
zonder Duitschland en zonder verdere onder
breking een ontwapeningsconventie moeten
redigeeren.
Henderson en Politis hadden wel ooren voor
dit denkbeeld van BenesjDoch bij raadpleging
van enkele delegaties bleek terstond heel dui
delijk, dat Engeland en Italië ten sterkste
tegen Benesj' ultimatum aan de groote mo
gendheden (juister gezegd aan Duitschland)