HET JONGETJE MET UITVERKOOP! VOORJAARSBODEN. DONDERDAG 1 FEBRUARI 1934 HAARLEM'S DAGBLAD 11 VIJFMAAL HETZELFDE. Goed gekleed te gaan, als men een gevulde beurs heeft, is geen kunst. Maar met beperk te middelen altijd de juiste kleeding te dra gen, daarvoor is noodig, wat men „kleeding- zin" zou kunnen noemen. We geven u hier een idee: een japon van zwart fluweel, of zwarte stof met een klein schootje en de moderne halve mouw is door de verschillende garnituren telkens zoo re veranderen, dat we er naar believen een voormiddag- een namiddag- of een visite jurk van kunnen too veren. Voor den voormiddag toont de middelste afbeelding een shawltje van genopte crêpe georgette met een metalen clips en bijpas sende ceintuur. Aardig is ook de shawl van diagonaal gestreepte wollen jersey in vroolij- ke kleurtjes, eveneens met bijbehoorende ceintuur. Voor den middag is het vestje van geruite tafzijde met den grooten strik en wit leeren ceintuur bijzonder elegant. Ook de geheel reehtsche afbeelding: de dubbele stijve piqué kraag leent er zich uitste kend toe, om de jurk het gewenschte namid dagcachet te geven. Rest nog het visite-toiletje. Dit krijgen we, door op ons japonnetje een grooten pas van organdie te zetten. Een klein strikje van zwart laklint voiltooit het geheel. Wij hebben u nu laten zien. hoe u met één japon vijf verschillende toiletten kunt „creëeren". Een beetje handige vrouw zal er echter nog meer kunnen maken. HEfjSEMS Robbie is ongetwijfeld een jongen waar ras in zit. Hij heeft hersens en temperament, ge- gevoel voor humor en een goed geheugen voor feiten en gebeurtenissen. Met Robbie kan je praten. Ondanks zijn negen jaar is hij pret tiger omgang dan menig volwassene. Maar er is één ding. dat Robbie ten eenen- male ontbreekt, en dat is geduld. Geduld met hen die minder met verstand bedeeld zijn dan hij. Hij is heelemaal niet „aardig" voor zijn vriendjes, hij scheldt ze uit als ze iets niet direct begrijpen. Dan wordt hij woedend, huilt van drift en wil niet meer met „die akelige suffers" spelen. Hij heeft een vriendje op bezoek, ze zullen een spelletje doen met kaarten. Het vriendje kent het niet. Robbie legt het uit, werkelijk zeer duidelijk en helder. Het spel begint. Maar het vriendje vergist zich. En dat is heusch geen domheid, want dit vriendje is goed „bij". Maar wie vergist zich niet eens een keertje als hij voor het eerst een tamelijk in gewikkeld spelletje speelt? Robbie gooit de kaarten op tafel. „Zoo moet het niet, zoo moet het niet! Ik heb het je toch uitgelegd! Hè, bah, ik kan ook nooit leuk spelen!" Het vriendje, terecht verontwaardigd, wordt ook kwaad en loopt weg. Nu moet je met Robbie praten, toonen dat hij onrechtvaardig was. ,,Ik kan het toch ook", zegt hij nijdig, waar om hij dan niet?" „Omdat jij het al zoo dikwijls gedaan hebt en hij nog nooit. Heb jij je in het begin nooit vergist?" Robbie denkt even na. „Jawel", geeft hij dan eerlijk toe. „Nou, als Gerard het een paar keer gedaan heeft zal hij het ook wel precies weten". „Ja, dank je wel. Leuk voor mij, om eerst met zoo'n knoeier te spelen". Robbie blijft verontwaardigd en verdrietig. Een paar uur later zie ik hem met een paar andere jongens spelen met een trein. Robbie deelt de bevelen uit. „Nee, dat moet zóó. Nee, zoo gaat het verkeerd. Begrijp je dat nou niet?" Robbie is in één opwinding over het weinige begrip van menschen en kinderen. Wat hij weet. dat dient een ander ook te weten. Ik probeer hem aan zijn verstand te brengen dat er ook een heeleboel dingen zijn die ik bij voorbeeld wel en hij niet weet. „Daarover maakt ik me ook niet kwaad op jou", zeg ik. „Maar dat zijn moeilijke dingen", ant woordt hij, „ik wil alleen maar dat ze heel gewone dingen weten". „Ja, wat je eenmaal zelf weet, dat lijkt al tijd heel gewoon en eenvoüdlg, juist omdat je het wéét, begrijp je. De „moeilijke dingen" zijn voor mij ook heel gewoon". „Nou", zegt Robbie, „dan zou ik ook kwaad worden als de menschen die dingen niet be grepen", ,Dat ben ik ook wel eens. maar „Zie je wel", zegt Robbie. Hij is niet in milder stemming te brengen. Met „suffe kinderen" kan je niet prettig spelen, ergo maak je je kwaad dat er zooveel van die kinderen zijn. Wat je zelf weet dat dient een ander ook te weten, anders is het leven onplezierig. We kunnen bij zulke Robbies niet genoeg het geduld en de verdraagzaamheid aankwee- ken. Van deze intelligente Robbie's kunnen we een heelen boel verwachten, maar ze kunnen ook ontaarden in onuitstaanbare heerschers, in despoten die met geen enkele omstandig heid rekening willen houden. Het pleit voor Robbie dat hij zich verwondert over de dom heid van anderen, maar hij moet die niet be schouwen als een beleediging, hem persoonlijk aangedaan. BEP OTTEN fCeiïkeu^eli etmen Champignonsoep (4 personen): 1/2 pond versche champignons, 50 gr. boter, 45 gr. bloem, I 1 4 L. bouillon, 1 uitje, wat peper en zout, 1 ei of eidooier. Snijd van de stelen van de champignons de helft af, trek het velletje van den hoed af. wasch daarna de champignons goed. zoodat er geen zand tusschen de lamellen blijft han gen, snijd ze in vieren en smoor de stukjes met de boter en het gehakte uitje halfgaar (20 minuten); voeg er de bloem bij, roer die in de boter tot een glad mengsel en giet er dan langzamerhand, roerende, de bouillon bij. Laat de soep op een zacht vuur nog een kwar tier doorkoken, zoodat de champignons ge heel gaar zijn; voeg, indien noodig, wat zout en peper toe, en giet ze voorzichtig, steeds roerende, in de soepterrine, waarin het ei of de eidooier is losgeklopt. Stokvischgerecht (4 personen)1 pond stok- visch, 3 uien, 1 ons boter, 1 klein blikje toma tenpuree, 1/4 L. bouillon, zout, peper, bloem of maizena. Wasch de stokvisch en laat ze een nacht-in koud water weeken; kook ze gaar in ruim water en zout (drie kwartier), verdeel ze in stukken en verwijder alle graten. Laat de fijngesnipperde uien in de boter gaar worden, voeg er de tomatenpuree bij, de stukken stok visch en de bouillon. Stoof dit alles met elkaar nog 1/2 uur, bind het vocht met wat aange mengde bloem of maizena tot een dunne saus, laat deze 5 minuten doorkoken en doe het gerecht op in een dekschaal. Presenteer bij dit stokvischgerecht droge gekookte rijst. ,.Streuszel"-koek: 1/2 pond bloem, 1/2 ons boter, 1 2 lepel zout, 2 lepels suiker, 20 gr. gist, 1 d.L. lauwe melk, geraspte schil van 12 citroen, losgeklopt ei om te bestrijken; voor het strooisel: 1 ons gesmolten boter, 1 ons bloem, 1 ons gemalen amandelen, 1 ons suiker, geraspte schil van 12 citroen, 12 theelepel kaneel; een weinig gezeefde poedersuiker. Doe deze bloem in een kom, maak in het midden een holte en brokkel daarin de gist. roer deze aan met de helft van de lauwwarme melk en laat ..het zetsel" dichtgedekt op een warme plaats 15 minuten rijzen. Voeg daarna de rest van de melk, de weekgemaakte boter, het zout, de suiker en het citroenrasp toe en kneed deze ingrediënten tot een elastisch deeg en laat dit, onder een vochtige doek, op een warme plaats 1 uur rijzen. Rol het gerezen deeg op een met bloem bestrooide aanrecht uit tot een lap van 1 2 centimeter dikte, leg die op een met boter ingesmeerd bakblik en laat hem nog 1.2 uur narijzen. Bestrijk de lap met losgeklopt ei en bedek hem met het strooisel, waarvoor de ingrediënten eerst tot een deeg worden gekneed en dan tot kleine stukjes worden verbrokkeld. Bak de koek in een vrij heeten oven gaar en lichtbruin <12 uur), laat hem bekoelen, snijd hem in recht hoeken en bestuif deze met poedersuiker. Pre senteer dit voedzame gebak bij de middagthee. Uit welke eeuw en periode is deze Het geheel wekt vage reminiscenties op: we besluiten in allen gevalle, dat gezien de bedees de houding en de zedig neergeslagen oogleedjes van de draagster de tee- kening een beeld uit zeer lang ver vlogen tijden geeft. De gedrapeerde halsopening van voren hoog tegen den hals op, van achteren laag maar in het minst .niet het gedurfde .laag, dat onze jonge bloemen van tegenwoordig met zooveel boudheid lanceeren doet .aan iets denken, maar aan wat? De strooken langs den rok van achte- ren oploopend en ,in het middel sa- men komend en weer neerstortend in een breeden, uitwaaierenden waterval van plooien, herinneren weer aan een anderen tijd, maar aan welken? De zware somptueuze val van de faille, waarvan de japon gemaakt is, in welke langvervlogen jaren droeg men toch ook weer faille? Mijne dames- en eventueele mijne heeren; men kan toch nooit weten en moet in dit vreemde leven op alles voorbereid zijn de teekening geeft weer een Parijsche creatie uit de twintigste eeuw, om volkomen juist te zijn uit het jaar 1934. Het allernieuwste, het laat ste, „dernier cri", „la ligne nouvelle".... Ik zei toch al, dat men in deze vreemde we reld op alles voorbereid moet zijn, en dat niets tot de volslagen onmogelijkheden be hoort? W. T. uit welke koop voor iedere vrouw heeft: het rondneu zen tusschen bergen en bergen van schijn- Sinds het begin van den grooten Januari- uitverkoop vloeit een onafgebroken stroom van tot het uiterste koopgierige vrouwen door de groote Londensche warenhuizen en win kelstraten en vloeit een stroom van artikelen door de pers, die half serieus, halfspottend. de meening geven van mannen, wier beurs deze passie met kloppend hart gade slaat. Er zijn er onder hen, die meenen zich er van af te kunnen maken met de opmerking, dat dit alles een schijnvertooning is, dat bij voorbeeld iets wat men voor „den halven prijs" denkt te koopen, eerst met twee ver menigvuldigd is, voor het door twee werd gedeeld en zij lachen vergoelijkend en wat medelijdend om die goeie, beste vrouwen, die zich weer zoo laten beetnemen. Zelfs al had den zij gelijk wat ze niet hebben, omdat het een doodgewone zaak van efficiency is, dat een firma eens paar jaar wat schoon schip wil maken en om dat te bereiken de dingen voor een lageren dan haar normalen prijs verkoopt (dat hier en daar handige lie den van de algemeene koopdrift gebruik ma ken om een extra winst op minderwaardige goederen te maken, is slechts een uitzonde ring, die den regel bevestigt en die bovendien een deskundig vrouwenoog niet verleidt, zelfs al hadden zij gelijk, dan was het nog niet aan hen om speciaal „de vrouw" in dit op zicht iets te verwijten. Ik heb op de „Caledo nian Market" een man manchetknoopen zien verkoopen, met 't meest charmante bedrog; hij begon met één paar voor een shilling te verkoopen en nadat hij tegen dien prijs zoo veel mogelijk onder zijn omstanders, die voor het overgroote deel mannen waren, had af gezet, vroeg hij aiegegnen die zoo juist een paar voor een shilling hadden gekocht niet boos of ontevreden te zijn en kondigde met een vriendelijke snuit drie paar voor een shilling aan, wat zoodanig op veler humor werkte, dat zich onmiddellijk een groot aan tal koopers meldde, die met leedvermaak de „één paar"-slachtoffers onder de omstanders zochten. Het volgend moment verdween de lach van hun gezicht: de koopman infor meerde hartelijk of ze niet tevreden waren met hun drie paar voor een shilling, en bood dan met een onweerstaanbare glimlach de overige aanwezigen vijf paar voor een shil ling aan! I-Iij wist het zoo te doen, dat tenslotte allen vergaten beetgenomen te zijn en goedlachs weggingen, toen hij inpakte. Maar beetgeno men waren ze. De „mannen". De „mannen", die schouderophalend hun vrouwen vervuld zien van koopjes-lust. Niet enkel terwille van de „koopjes", maar vooral omdat het hun verbeelding prikkelt, omdat het zooveel fantasie eischt. Een overgeschoten lap grove handgeweven stof, opgestapeld tus schen bergen andere stoffen, krijgt plotseling waarde, omdat het juist geschikt is voor een rustig, flink kussen op een divan tegen de lichte tint van het behang. Een onooglijk lapje zij is juist genoeg voor een sjaal bij een voorjaarsmantel en een ander stukje betee- kent een keurige gedistingeerde das bij het grijze costuum van den echtgenoot. Een onopvallend beige mutsje wordt met een paar frissche kleurige veertjes gegar neerd en gedragen op zwart krullend haar een gezellig hoofddeksel en uitstekend ge schikt voor regen en wind. Een groot stuk zware molton dat een beetje een groezelige kleur heeft gekregen, is geverfd in een sterke blauwe kleur een paar voortreffelijke over gordijnen, of in een diepe oranje tint ge knipt voor een tafelkleed in de kinderka mer. Een lapje bedrukt kleurecht katoen, is een paar frissche keukengordijntjes. Een paar kleurige roodleeren muiltjes in een over geschoten kleine maat. die juist goed is, komt altijd van pas, evenals een eenvoudige nauw sluitende jumper in een effen donkere kleur, die gedragen met een groote decoratieve bro che. met een effen wit kraagje of een be werkte zijden sjaal, alle mogelijkheden voor variatie biedt. Dat is de grootste attractie, die een uitver- baar doode dingen, waaruit haar speurend oog en haar fantasie hier en daar iets tot een waardevol bezit maakt. En er is maar één reden, waarom mannen met een angstig ge moed een uitverkoop hebben gade te slaan en de voordeelen er van in twijfel kunnen trekken. Dat is het feit, dat het erg moeilijk is om fantasie binnen de perken te houden en om niet zooveel dingen „voordeelig" te koopen, dat het resultaat een allerminst voor- deelige rekening is. Een heel goede reden, misschien Vr. S. De eerste symptomen zijn er alweer: een meezenpaar was vanmorgen luid kwetterend in onzen tuin, en het onderzocht naarstiglijk een klein holletje in een stukje beeldhouw werk aan den gevel van het huis, om te zien, of dit veilige plaatsje ook geschikt zou zijn voor den bouw van hun huis. Maar zelfs een meezenfamilie, hoe weinig ruimte ze ook noo dig heeft, was toch nog te omvangrijk voor dit al te knusse holletje, zoodat ze tot onzen spijt met hun beiden weer verdwenen. De werkster tapte een paar dagen geleden uit een ander vaatje, een onderwerp, dat lang niet vreemd is aan de eerste voorjaarsver schijnselen: de schoonmaak. We keken haar allemaal onthutst aan, waarop zij het noodig vond te gaan uitleggen, dat ze bij de familie Van Puffelen Maandag al beginnen moest, en dat mevrouw Van Epscheute haar ook al be sproken had voor een dag extra in de week. Maar we hebben ons nu eens niet laten ompraten: Mevrouw Van Puffelen mag dan al vroeg zijn, mevrouw van Epscheute houdt zeker dol van de schoonmaak wij pein zen er nog niet over. Toen de werkster was vertrokken, hebben we elkaar triomfantelijk aangekeken met een blik van: wat zijn we flink geweest, dat we dat zoomaar hebben afgewimpeld maar ik weet, dat we allemaal op onze eigen manier rondloopen, vergezeld van het spook van den schoonmaak, het spook dat in plaats van rammelende kettingen, rinkelende emmers en bonkende bezems achter zich aansleept. In een van de tuinen in onze buurt staan al katjes; ze hangen daar zoo leuk te ben gelen en toen we er langs gingen, moesten we er even bij stilstaan, terwijl de sombere lucht er van scheen op te klaren. Een paar dagen later zijn we er dadelijk op uitgetrokken, om ze in het wild te gaan zoe ken, maar dat was een hee'.e teleurstelling: het plekje waar ze ieder jaar zoo prachtig staan, ligt heelemaal open naar het noorden en oosten, zoodat er van bloeiende katjes nog geen kwestie was, alleen nog maar een heel bescheiden begin. Toen herinnerden wij ons ook. hoe beschut de tuin was. waarin wij ze hadden zien staan, open op het zuiden met zijn ook 's winters nog groote warmte, en op het noorden ge heel beschut. Afbeeldingen van schapen met hun kroost zijn aan de orde van den dag, en het feit, dat lammetjes het eerste jonge grut zijn in de natuur, dat wij als leeken tenminste te zien krijgen, zal er wel het zijne toe bijdragen, dat wij ieder jaar opnieuw weer zoo door dit jonge gedoe worden bekoord. Later zijn er immers weer zooveel andere dingen van het voorjaar die ook onze aandacht vragen! In den tuin komen overal de groene punt jes al boven den grond, zóó zelfs, dat wij ver leden week, toen het weer begon te vriezen, de turfmolm die onze planten bedekt, met extra veel zorg over die puntjes hebben uit gespreid, voor zoover zij tenminste kouwelijk op het oosten en noorden stonden. Ons coquette overbuurmeisje deed gisteren al een opgewonden verhaal in steeds stijgen de superlatieven over de nieuwste snufjes voor de komende voorjaarsmode, zij geniet van al die mooie en dure nieuwigheden, en zij heeft er zeker onzegbaar veel voorpret van, want wanneer het zoo jubelend aange kondigde seizoen eindelijk is aangebroken, heeft zij een enkel modieus mantelpak, of een aardig japonnetje, weliswaar zeer smaak vol, maar van al die opgesomde heerlijkhe- den-in-het-verschiet komt nooit iets. En daarbij is zij dan allergenoeglijkst in haar schik, en verheugt zich niet minder opgewon den op al het moois van het volgende sei zoen dat zij net zoo min dragen zal. Nog meer symptomen? Er wordt druk met goedkoope appelmoes in blik geadverteerd, want de versche moes appelen worden duur. Wanneer de zon het goed met ons voor heeft, is het niet zoo allerakeligst donker meer bij het opstaan, terwijl 's middags het lengen der dagen duidelijk te zien is. Het wordt zoo moeilijk om voldoende af wisseling in de groenten te brengen, dat we vandaag al de verzuchting slaakten: en er is toch nog niets nieuws! Vult u zelf maar verder in, er is genoeg te bedenken, dat al op een naderend voorjaar wijst, zij het poëtisch of prozaisch. Maar om dat het voorjaar zoon heerlijke tijd is, krijgt zelfs het meest prozaische een extra glansje. E. E. J.—P. DE IDEALE CASTVROUW. Hoewel ik weet, dat zelfs het lezen van 100 volmaakt geschreven handleidingen over de waardevolle kunst van het ontvangen van gasten, geen enkele vrouw die ieder beetje charme, intelligentie en tact bij voorbaat mist, tot een ideale gastvrouw kunnen ma ken, kan ik toch niet laten de vrouw te be schrijven, die ik uit eigen ondervinding als de meest ideale gastvrouw heb leeren ken nen. Ze is de moeder van drie volwassen kinde ren; twee studeerende dochters, waarvan er een buitenshuis woont „om onafhankelijk te zijn", (zoodra ze een oogenblik vrijen tijd heeft, komt ze naar huis om de familie bij de thee gezelschap te houden en een paar nieuw verworven vrienden voor te stellen) en een zoon, die zijn werk in de stad heeft, maar de maaltijden thuis niet graag zou wil len missen. Ze is dikwijls bezig in haar huishouding, die ze van alle moderne gemakken van elec- triciteit en warm water heeft voorzien, om er zoo weinig mogelijk tijd aan te hoeven be steden. Maar ieder die 's middags op de thee komt binnenvallen, vindt haar in een opge wekt humeur en altijd gereed om rustig neer te zitten voor een gesprek als ze ziet dat het van haar verlangd wordt. Op een of andere mystieke manier heeft ze juist altijd de cakes gebakken, of het gebak gemaakt, dat de fa voriet van haar gasten is en via haar theeta fel, die altijd vol verrassingen is, weet ze ieders vertrouwen te winnen. Menschen van heel verschillenden aard, vrienden van haar kinderen, die elkaar daar voor het eerst ont moeten, voelen zich er thuis en hebben bij haar theetafel soms lange vriendengesprek- ken Zij schuift dan de groote mai-blanke schemerlamp met den vroolijk rood geschil derden voet. naderbij en gaat haar gang. en kel af en toe het oog op de thee houdend, die soms aanvulling behoeft. Ze weet blikbaar precies wanneer ze ge mist kan worden, want ze heeft niet altijd gelegenheid om rustig neer te zitten en ze is altijd aanwezig als het gesprek haar oor deel vereischt. dat steeds eerlijk en oorspron kelijk is. soms zelfs scherp als ze dat noodig vindt. Maar haar critiek is nooit zonder hu mor, en wie het treft, weet niet wat hem het meeste boeit: de raakheid van haar woor den, het charmante gebaar of de levendigheid van haar stem, hij weet niet of hij zal blo zen, zal lachen, of een vriendelijk compliment in ontvangst nemen en hij eindigt altijd met haar te bewonderen en veel van haar te hou den om haar ha Rijkheid, hij eindigt soms met te hunkeren .aar haar critiek, die bijna een compliment is geworden Zé weet verlegen menschen aan het praten te krijgen over de dingen die hen interes seeren en hen op die manier volop in het ge sprek te betrekken, zonder lang en opzette lijk aandringen, dat de anderen verveelt en het betrokken individu des te verlegener maakt. Ze geeft iedereen op het juiste oogen blik een kans om zijn beste en meest inte ressante zijde te toonen en ze krijgt ze aan het vertellen over de dingen die voor hen het belangrijkst in het leven zijn, om de eenvou dige reden, dat zij haar oprechte belangstel ling dadelijk aanvoelen en haar in zekere zin superieure kennis (die meer superieur begrijpen is). En hen die het gesprek te veel dommeeren door een topzware persoonlijk heid en een stem die zichzelf al te graag hoort, brengt ze met een enkele tactische op merking, die de persoon in kwestie vaak ge vleid doet glimlachen.... in een meer be scheiden positie! En als niemand eigenlijk meer zin heeft om veel te praten en men haar juist wou verzoeken wat muziek te maken, komt ze bin nen, gaat aan de piano zitten en speelt Scar- letti. zoo fragile als hij gespeeld verlangt te worden en niemand zou een oogenblik denken, dat zij juist vijf minuten geleden haar practische groene mouwschort in de keuken heeft uitgetrokken en opgehangen met een laatsten blik op de groente, die zacht is gaan koken en voorloopig geen kwaad kan Geen wonder dat haar kinderen trots op haar zijn. Geen wonder dat zij met vrienden en vrien dinnen liever thuis een kop thee komen drin ken, dan ergens in een vol restaurant. Geen wonder ook dat zij nieuw verworven vrienden graag thuis brengen, nieuwsgierig naar het oordeel van en over hun moeder. ONS WEKELIJKSCH KNIPPATROON. Een paar aardige meisjesmanteltjes voor meisjes van 8 tot 12 jaar. No. 317: snoezig jasje van fluweel, gegarneerd met een randje imitatiebont of dons. Heel eenvoudig model letje met twee knoopen; iets klokkend uitloo- pende rok. Benoodigd materiaal: 1,75 Meter van 130 c.M. breedte. No. 319: manteltje van wollen stof; kraag en manchetten van imitatie-bont. Origineele sluiting. Zakken met klepjes. Het modelletje is iets getailleerd. Benoodigd: 2 Meter stof van 130 c.M breed, 2 1/2 Meter voering van 100 m.M. br. Beide patroontjes zijn tegen den prijs van 40 cents per stuk te verkrijgen bij de „Afdee- ling Knippatronen" van de Uitgeversmaat schappij: ,J>e Mijlpaal", postbox 175 te Am sterdam. Toezending zal geschieden na ontvangst van het verdrag, dat kan worden overgemaakt per postwissel, in postzegels, of wel per postgiro 41632. De lezeressen worden vriendelijk verzocht bij bestelling niet alleen het nummer van het verlangde patroon, maar tevens de ge wenschte maat. d.w.z. boven-, taille- en heup wijdte en eveneens den leeftijd van het meisje voor wie het bestemd is, op te geven. Gelieve verder naam en adres duidelijk te vermelden. Men voorkomt daardoor onnoo- dlge vertraging in de opsturing, v

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1934 | | pagina 7