Herzieningsrapport aangenomen
Dit zal U helpen!
Weer een oude brand.
DE KAMPEERDERS
DINSDAG 3 APRIL 1934
HAARLEM'S DAGBLAD
4
S. D. A. P.-CONGRES.
De Liga was een groot gevaar
voor de partij.
Kwestie-Duys niet behandeld.
De heer K.
Vorrink tot voorzitter
gekozen.
Na de openingsrede van den "heer Oude
geest was het woord aan den heer H. Molen
dijk. als rapporteur der Congres-Commissie,
die tot taak had. de op den beschrijvings
brief staande voorstellen te schiften en ad
vies uit te brengen over het verwijzen van
voorstellen naar andere partij-instanties, of
voorstellen van de agenda af te voeren.
Zoo wordt o.a. geadviseerd, alle voorstel
len. betrekking hebbend op „het geval Duys'
waarvan sommigen de houding van mr Duys
scherp afkeuren, enkelen zelfs zijn royement
eischen. niet op dit Congres te behandelen,
aangezien de ingestelde commissie haar
werkzaamheden nog niet beëindigd heeft en
binnenkort rapport zal uitbrengen aan den
Partijraad, die de voorstellen dan verder zal
behandelen.
Mr. J. E. W. Duys vraagt hierover het
woord, wat de heer Oudegeest zegt hem
slechts te kunnen geven, indien het Congres
dat goedkeurt, aangezien de heer Duys als
lid van de Kamerfractie slechts gast is Bij de
stemming verklaart een meerderheid zich er
tegen. den heer Duys het woord te geven.
ÏVIr. Duys staat op en verlaat onder de
woorden „Leve de democratie!" de zaal.
De heer Swierstra Hoorn) bepleit het ge
val Duys tóch op dit Congres te behandelen,
wat krachtig gesteund wordt door het lid
van het Partijbestuur G. J. Zwertbroek. die
tevens een dringend beroep op het Congres
doet hem hier de gelegenheid te geven zijn
naam te zuiveren van de smet. die door de
gebeurtenissen in verband met de V. A R. A.
voor het geheele Nederlandsche volk erop
is geworpen.
Tenslotte wordt het voorstel van de Con
gres-commissie zonder wijzigingen aange
nomen.
Het partijbeleid bespraken.
Voor de bespreking van de jaarverslagen
en het beleid van partijbestuur, Kamerfrac
ties en rëdacties van de partij-organen geeft
zich een dertigtal sprekers op.
ÉJ-erbij kwam het verbod van de Liga ter
sprake, waarbij gevraagd werd naar de re
denen. welke hiertoe hebben geleid. Ook werd
betoogd, dat ..Het Volk" en..De Sociaal-De
mocraat al te dikwijls stukken weigeren van
een afwijkende meening- Enkele daden dei-
Kamerfractie werden afgekeurd, terwijl deze
door anderen werden goedgekeurd. Een be
roep werd vedaan om, meer dan tot nu toe t
geval is. jongeren in functies te benoemen.
Voorts werd o.m. opgemerkt, dat men. beter
dan de goed-geslaagde boycot-beweging te
gen Duitschland te laten verloopen, deze kan
opheffen.
Voorts werden verschillende daden van-
raadsfracties of leden dier raadsfracties be-
critiseerd. De afgevaardigde van één der af-
deelingen betreurde het. dat alleen de heer
Schaper (die door ziekte verhinderd was het
congres bij te wonen") bij de opening der
Staten-Generaal aanwezig was. Tenslotte
roerde men nog de persoonlijke kwesties
aan, die de partij dreigen te benadeelen.
Het antwoord der partijleiding
Ir. J. W- Albarda beantwoordde als voor
zitter van de Tweede Kamerfractie een deel
de- gemaakte opmerkingen.
Wat de benoeming van een regeeringscom-
missaris voor Beerta betreft, was de fractie
van meening, dat te Beerta ook de sociaal
democraten een grove fout hadden gemaakt
door te zwichten voor de communistische
demagogie. Door voor het wetsontwerp te
stemmen werd deze fout erkend. Dat de Eer
ste Kamerfractie anders stemde, betreurt
ook spr.
Door te stemmen voor de herziening van
het reglement van Orde wilde de fractie mee
werken aan de bescherming van het Parle
ment tegen diegenen, die het Parlementaire
stelsel willen gebruiken om het te onder
mijnen.
De heer Schaper was op eigen gelegenheid
aanwezig bij de Kameropening, doch had het
voornemen te kennen gegeven, dit te zullen
doen.
De Liga-kestie.
Spr komt dan aan de veelbesproken kwes
tie van de Liga. Zooals die aanvankelijk uit
de Arbeiders Vredeswacht voortkwam had
het P. B er verschillende bezwaren tegen.
Het P B. kreeg echter herhaaldelijk het ver
zoek van de Liga om te worden erkend Men
heeft een oplossing gezocht, waardoor niet
een groot aantal jongeren buiten de rijen
der Partij zou worden gestooten. De Liga ver
klaarde zich bereid, zich te herzien in den
geest van de in de Partij bestaande opvat
tingen. Op deze basis kwam een overeen
komst tot stand, maar reeds kort daarna
kwamen de klachten binnen, dat de Liga zich
niet aan de overeenkomst hield en arbeidde
in een voor de Nederlandsche arbeidersbe
weging noodlottige richting. „_at.
Het P. B. zegde toe, een scherp onderzoek
te zullen instellen.
Toevallig kwam het P_ B. kort daarna het
bewijs in handen, dat de Liga geheel in strijd
met de opvattingen der partij handelde. Het
bewijs is een door de leiding van de Liga in
het geheim rond gezonden document, in
houdende marschvoorschriften, commando
voorschriften, opstelling en strijdformaties,
enz., precies zooals de eenige dagen tevoren
door „Het Volk" gepubliceerde reglementen
der Weerbaarheidsafdeelingen van Mussert
Jerwijl deze reglementen echter geen om
schrijving van de doelstellingen omvatten,
bevatte de circulaire van de Liga een zoo
danige omschrijving van hun doelstellingen,
die spr. niet nader wenschte te omschrijven,
maar voldoende waren om de Liga onmid
dellijk tot illegale verboden organisatie te
doen verklaren, waardoor de partij indien ze
niet terstond alle verbindingen met de Liga
had verbroken, door eenzelfde lot getroffen
had kunnen worden.
Bovendien is het. spr. bekend, dat groepen
Liga-leden er opzettelijk op uit trokken om
vechtpartijen en relletjes met anders-den
kenden uit- te lokken.
Het P. B. wil voorkomen, dat de jongere
partijgenooten op een weg worden gelokt,
waar hun geest voor geweld wordt rijp ge
maakt. Als het P. B. thans heeft besloten,
een ordewacht in te stellen, zal zij dat doen
in een vorm, die niets van een arbeidersweer
zal hebben. Het P- B. heeft zijn besluit inzake
de Liga genomen om de partij aan een ern
stig gevaar te doen ontsnappen.
De partij-secretaris, de heer C. Wouden
berg beantwoordt verschillende opmerkingen
van organisatorischen aard- Ook de leidiriL
van partij en Vakverbond realiseeren zich,
dat een boycot-actie niet eeuwig kan duren,
Tot opheffing zou echter slechts interna
tionaal besloten kunnen worden. Het overleg
hierover is al begonnen.
Velen hebben aangedrongen op strengere
disciplinemaatregelen tegen bepaalde par
tijgenooten, maar de partijleiding heeft niet
alleen de taak, de ondisciplinaire elemen
ten af te snijden, maar in de eerste plaats
de partij bijeen te houden
De heer W. Drees beantwoordde de oomer
kin gen over het beleid van het P B. inzake
de gemeentepolitiek en de heer J. F- Anker
smit de opmerkingen over de redactie van
..Het Volk".
De heer W. Vliegen lichtte toe waarom de
Kamerfractie voor de omzetbelasting had
gestemd.
Tactiek en methode der
sociaal-democratie.
Zondagochtend te half elf werd het con
gres heropend. De verslagen van Partij-se
cretaris en -penningmeester, en daarmede
het beleid van het P. B., werden goedgekeurd
met algemeene stemmen.
Het woord was vervolgens aan Ir. J. W
Albarda. ter inleiding van de door het P. B.
voorgestelde resoluties inzake tactiek en
methode, democratie, ontwapening en een
plan van actie voor socialisatie en planmatige
productie. De voornaamste zinsneden uit
deze resoluties zijn:
Het Congres verklaart opnieuw, dat de de
mocratie voor de S. D- A. P. niet alleen begin
sel en middel is. maar ook tot haar doelein
den behoort en dat zij dictatuur en schrik
bewind verwerpt.
De S. D. A. P. verwerpt met name het ge
bruik van geweld voor den politieken striid
in een land. waar democratische strijdmid
delen ter beschikking van het volk staan.
Het Congres draagt aan het Partij Bestuur
op een werenschappeliik bureau in het leven
te roepen, dat, in samenwerking met een ge
meenschappelijk met het N. V. V. te benoe
men commissie, een plan zal ontwerpen om
met den overgang naar het socialisme een
begin te maken;
Spreekt, den wensch uit, dat dit werk met
de grootste voortvarendheid zal worden ter
hand genomen en volbracht, opdat binnen
den kortst mogelijken tijd een genoegzaam
uitgewerkt plan zal kunnen worden voorge
legd aan een buitengewoon congres, hetwelk
dan niet alleen het plan zal hebben vast te
stellen, maar tevens zal hebben te besluiten
op welke wijze en met welke middelen een
forsche actie voor het plan zal worden ge
organiseerd.
Het Congres besluit, met intrekking van
de resoluties van 1928 en 1931, dat de Partii
in geval van dreigend oorlogsgevaar zal
deelnemen aan de internationale actie der
arbeidersbeweging, ten einde met al haar
vermogen te bevorderen, dat het geschil, dat
oorlogsgevaar oplevert, wordt onderworpen
aan vreedzame beslissing, overeenkomstig
de plechtige beloften der Regeeringen, ver
vat in het Volkenbondsverdrag en in het Kei-
lagg-Briand-pact, voor de Nederlandsche
Regeering bovendien bindend door artikel 57
der Grondwet. Indien alle politieke en par
lementaire acties der arbeidersbeweging
niet leiden tot het- resultaat, dat alle bij het
conflict betrokken regeeringen vreedzame
oplossing aanvaarden, zal het land, welks re
geering dit weigert, als de aanvaller moeten
worden beschouwd. In dat land heeft dan
de arbeidersbeweging nog eens haar uiterste
krachten in te spannen, waartoe het ge
bruik van de algemeene werkstaking behoort,
terwijl de arbeidersbeweging der andere lan
den tegen dat land den boycot onderneemt.
Het Congres spreekt opnieuw als de over
tuiging der Partij uit, dat de beste methode
om het oorlogsgevaar te verminderen bestaat
in de internationale en nationale ontwape
ning. en het versterken van de interna
tionale rechtsorde.
Ir. Albarda herinnerde aan de overwinning
van het fascisme in Duitschland en het ge
beurde in Nederland na de muiterij aan
boord van ..De Zeven Provinciën", die de
burgerlijke partijen tegen de S. D. A. P. trach
ten uit te buiten zooals dat in Duitschland
met den Rijksdagbrand was gebeurd. Onder
den invloed van deze actie vielen de verkie
zingen voor de partij ongunstig uit. Toch
hadden enkele partijen graag gezien, vooral
b.v. de Katholieken, dat de S. D. A. P. zich
bereid had verklaard deel te nemen aan een
nationale regeering. In principe is de S- D
A. P. inderdaad bereid mee te werken aan
een democratische regeering
Geen politieke partij mag zoo dogmatisch
zijn, dat vuleanische gebeurtenissen als wij
•hans meemaken geen aanleiding zouden moe
ten zijn voor diepgaand zelfonderzoek.
Dit onderzoek werd opgedragen aan de
Herzieningscommissie, die een uitvoerig rap
port heeft uitgebracht en haar voornaam
ste conclusies in de 'thans aan het Congres
voorgestelde resoluties heeft neergelegd.
Spr. acht het een geruststellend verschijn
sel. dat de commissie een wijziging van het
in 1912 ontworpen beginselprogram niet ur
gent heeft geacht. Wel wil spr. zeggen dat de
sociaal-democratie niet alleen een zaak der
arbeiders is, maar ook altijd gevoeld heeft
voor de belangen van kleine boeren, intel-
lectueelen, middenstanders en kleine onder
nemers. Thans, nu al deze groepen dreigen
in handen van de fascisten te vallen, moeten
de poorten der S. D. A. P. wijd voor deze
groepen openstaan omdat ook voor hen
slechts het socialisme hulp kan brengen.
De resoluties van 1928 en 1931 inzake de
houding der partij in geval van oorlog en
oorlogsgevaar zouden slechts gehandhaafd
kunnen worden indien zij internationaal door
I. V. V. en S- A. I. waren aanvaard. Onder de
huidige omstandigheden is dat echter on
mogelijk. Het is echter de plicht en de taak
der arbeidersbeweging, wat de Volkenbond
aan kracht te kort komt aan te vullen.
De staat die zich niet aan de vreedzame
wegen van den Volkenbond houdt, is de aan
valler en tegen dezen staat zal ook de actie
der arbeidersbeweging zich richten.
Te midden der huidige verwarring rijst de
sociaal-democratie op met het moedige be
sluit, de economische krachten te onderwer
pen aan de socialistische ordening Mag het
al lijken, dat de sociaal-democratie is over
wonnen, op den duur zal zij overwinnen.
(Luid applaus, dat overgaat in een staande
gezongen Internationale.)
Debat over Herzieningsrapport.
Voor het debat gaven zich niet minder dan
36 sprekers op. van-wie wij slechts de voor
naamste opmerkingen kunnen noteeren.
Mevr. C' Pothuis-Smit pleit voor hand
having van het oude ontwapeningsstandpunt
en verzet zich tegen medewerking aan het
nemen van afweermaatregelen tegen den
lucht- en gifgasoorlog, omdat deze altijd on
toereikend zijn en de geesten op den oorlog
voorbereiden
Verkiezing Partijbestuur.
Bij de hervatting te half drie wordt de
uitslag van de verkiezing voor het P- B. mede
gedeeld. Bij enkele candidaatstelling is in de
plaats van den heer Oudegeest tot voorzitter
gekozen de heer K. Vorrink, terwijl de heer
C. Woudenberg en mej. mr. E. Ribbius Pele-
er herkozen werden tot secretaris-penning
meester en secretaresse der partij. In de rest
van het Dageüiksch Bestuur worden herko
zen dr. F. M. Wibaut en de heer E. Boekman,
terwijl in de plaats van den aftr*djinden
heer J. W. Matthyssen gekozen wordt de heer
R. de Miranda
In het overige P. B. worden herkozen de
heeren Ir. J. W- Albarda, ds. W. Banning, W.
Drees, Mevr. Suze Groeneweg, mr. D. van Eek
J. E. Stokvis en W. H. Vliegen, terwijl in de
plaats van den heer Zwertbroek gekozen
wordt de heer J. v. d. Kieft uit Bussum.
De scheidende voorzitter, de heer J. Oude-
jeest. verklaarde in een kort afscheidswoord,
dat hij gemeend had plaats te moeten maken
voor een nieuwe kracht, die minder aan het
verleden vast zat, en heette den nieuwen
voorzitter welkom.
De heer Vliegen dankte den heer Oudegeest
voor alles, wat hij voor de partij had gedaan;
en de nieuwe voorzitter, de heer Vorrink,
sprak een kort woord tot het Congres.
Het Herzieningsrapport.
De discussies over het Herzieningrapport
worden dan voortgezet
De verschillende sprekers getuigen van ver
schillende opvattingen omtrent de democra
tie, maar de kwestie der nationale ontwape
ning staat in het middelpunt van het debat
en bij verscheidene sprekers, die dezen pro-
gram-eisch gehandhaafd wenschen te zien,
stuit het betoog van Ir. Albarda op verzet.
Ir. Albarda antwoordt.
Maandagochtend werd het Paaschcongres
der S- D. A. P. voortgezet en hield Ir. J. W-
Albarda een rede ter beantwoording van de
discussie, naar aanleiding van de conclusies
op het Herzieningsrapport, welke discussie
tot Zondagavond tien uur had geduurd.
Opnieuw betoogde Ir. Albarda, dat de S. D.
A'. P. ook voor den middenstand open stond,
doch daarom haar socialistische politiek niet
wenschte op te geven
Hij constateerde met voldoening, dat de
resolutie over de democratie, de algemeene
instemming van het Congres had en dat
slechts diegenen, die te kwader trouw waren,
thans nog twijfel konden wekken aan de op
rechte democratische gezindheid der S D.A.P
Spr. was dan ook bereid een amendement
in de resolutie op te nemen, waarin duidelijk
wordt uitgesproken, dat de grondwet, de mid
delen tot bereiking van het doel der S.D.A P.
waarborgt en dat de Partij elke geweldmaat-
regel of voorbereiding van geweld ondoelmo-
tig acht en onwettige acties verwerpt
Hoewel tegen den luchtoorlog afdoende be
scherming technisch onmogelijk is is de
Partij verplicht, medewerking te verleenen
aan het organiseeren van eerste hulp- en
waarschuwingsdiensten
De resolutie inzake ontwapening en oor
logsgevaar kan door het Congres niet verwor
pen worden, omdat de Partij daardoor zien-
zelf in een uiterst gevaarlijke positie zou
brengen. Intrekking van de resoluties inzake
de houding der Partij in geval van oorlogs
gevaar is in de gewijzigde Europeesche om
standigheden eveneens noodzakelijk, wil men
de Duitsche troepen niet den weg door Ne
derland vrijlaten
Hoewel momenteel minder nadruk erop ge
legd kan worden, blijft de eisch van nationale
ontwapening gehandhaafd
De resolutie van het Partijbestuur inzake
tactiek en methode kwam vervolgens in stem
ming en werd op slechts een enkele stem na
bij handopsteken aangenomen, evenals de
resolutie inzake de democratie en inzake het
socialistisch plan
De resolutie inzake ontwapening en oor
logsgevaar werd in den door Ir. Albarda voor
gestelden gewijzigden vorm (in de bovenver
melde resolutie werden de woorden tusschen-
gevoegd: „en met handhaving van den eisch
van nationale ontwapening" Red zij het
ook met een grooter aantal stemmen tegen,
eveneens aangenomen. De op deze resolutie
betrekking hebbende amendementen zijn
hierdoor vervallen.
Bij motie van orde werd besloten de voor
stellen inzake staatspensioen en cumulatie
van funeties op een volgend Congres te be
handelen.
Tegen één uur werd het Congres met' een
slot- en tevens afscheidswoord van den heer
Oudegeest gesloten.
GESCHOTEN BIJ EEN
BESLAGLEGGING.
MAN GEWOND.
Toen een deurwaarder bij een Amster-
damsch schoenmaker kwam om beslag te leg
gen op een radiotoestel, werd hij minder
vriendelijk ontvangen, zoodat hij de hulp der
politie inriep. De schoenmaker wilde daarop
een politie-agent met een mes te lijf gaan,
waarop deze zijn revolver trok en een schot
loste, dat den man in de buik trof. Hij is naar
een ziekenhuis overgebracht. Zijn toestand
laat zich niet gevaarlijk aanzien.
Wanneer spieren gespannen en verwrongen zijn
door de pun, wrijf dan de stijfheid en de pijn
weg met Absorbine Jr. Het dringt diep in de
spieren en direct voelt U de weldadige warmte,
die het bloed doet stroomen naar de pijnlijke
plekken. Onzuiverheden, die zich verzameld heb
ben, worden weggevoerd en weg is de pijn
Absorbine Jr. is een verzachtend smeersel,
dat gebruikt wordt door trainers en athleten voor
pijnlijke en overwerkte spieten. Het is tevens
een sterk werkend anusepticum voorhuidinfecties.
Vraagt een gratis monster aan
de Absorbine Jr. Company, Beu
lingstraat 2, Amsterdam, onder
vermelding van dit.blad.
ABSORBINE.
(Adv. Tngez. Med.)
NYENRODE-ZAAK.
Waarbij goederen van getuige K
zijn verbrand.
16 OFFICIEREN STAAN TERECHT.
De Zeekrijgsraad te Soerabaja is tegen 14
April bijeengeroepen ter behandeling van de
zaak tegen 16 officieren, dienende aan
boord van De Zeven Provinciën tijdens de
muiterij.
De tenlastelegging houdt in hoofdzaak in
het nalaten van het nemen van geweldsniaat-
regelen tegen de muiters.
(Aneta)
DE „GELRIA" KEERT TERUG.
GEEN WERELDREIS
Van de zijde van den Koninklijken Holland-
schen Lloyd vernemen wij dat het thans
vaststaat, dat de wereldreis van de „Gel-
ria" onder Argentijnsche vlag definitief is af
gelast en dat het schip in ballast van Buenos
Aires naar Amsterdam zal terugkeeren. De
datum van het vertrek is nog niet vastgesteld.
ONZE DA GEL IJKSCHE
KINDER VERTELLING.
Het eerste werk was dekens kloppen. „Kinderspel," zei
Sjef en hij liet de dekens zoo hard knallen, dat zelfs
Sietske alle kracht noodig had om de einden niet te late
schieten. „Bedaar, ze behoeven niet kapot," zei deza
kwaad en hij was vast besloten om dat werk niet meer
met Sjef samen te doen. „Ik heb genoeg van jouw klop
partijen," zei hij lachend en vouwde netjes de dekens op.
De andere kampeerders, nu ook klaar met kloppen,
schaarden zich netjes in het gelid om ochtendgymnastiek
te doen. En onder bevel van den leider waren ze druk
bezig, zich lenig te maken. Plotseling ontdekte deze. dat
Sietske op het appèl ontbrak, waarop hij de jongens verlof
gaf om vrije oefeningen te doen. tot hij zou zijn terug
gekomen. En toen ging hij met een lachend gezicht, maar
op zijn teenen loopend, de keuken binnen
Zaterdag was het de een en twintigste zit
tingsdag van het Onnes proces. De belang
stelling was weer aanmerkelijk toegenomen,
want men verwachtte de beslissing van de
rechtbank op het verzoek van de verdedigers
tot vrijlating van verdachte Onnes.
Het was reeds bij half elf toen de recht
bank binnenkwam.
De President deelde mede, dat de recht
bank geen termen vond verd. in vrijheid te
stellen op grond van de feiten, tijdens het
onderzoek naar voren gekomen.
Ook vond de rechtbank hiertoe geen ter
men op grond van verd.'s gezondheidstoe
stand.
Zou verdachte op grond van zijn gezond
heidstoestand het verzoek tot invrijheidstel
ling willen herhalen, dan zou dit niet tec
openbare behandeling moeten geschieden,
doch kan verd, daartoe een request indienen.
(Dit heeft de verdediging later ingediend.
Red.).
Het, getuigenverhoor werd dan voortgezet.
De veearts uit Naarden, dr. H. ter Beek,
versëheèh voor het hekje.
Deze verklaarde, dat hij als veearts inder
tijd de dieren van den heer K. behandelde.
Van een stukgeslagen poot wist hij niets te
verklaren. Wel heeft K. hem indertijd ge-
vraagt uit „pesterij" drie honden van zijn
vrouw te willen dooden. Later stuurde K. zijn
chauffeur om vergif, wat getuige niet ver
strekte. Deze chauffeur had tegen getuige
verteld, dat zijn patroon hem had opgedra
gen de henden dood te schieten. Het is ge
tuige daarom opgevallen, dat K. zich voor
een dierenvriend uitgaf.
Rechercheur de Weilé deelt dan mede. dat
hij de vroegere echtgenoote van K. heeft ge
hoord. en dat zij verklaard heeft, dat er nooit
een hond met gebroken pooten is geweest.
Wel is er eens een hond doodgeschoten.
Vervolgens werd getuige Van der Lee, ex
pediteur te Utrecht gehoord. Hij deed een
zeer uitvoerig verhaal over zijn ondervin
dingen met den getuige K. In 1921 had hij in
zijn pakhuis op verzoek van K. een aan
tal schilderijen opgeslagen. Toen de schilder
stukken wérden gebracht, had hij nog aan
merking gemaakt op de verpakking, die vol
gens hem wel wat degelijker had kunnen
zijn. Op Zaterdag 12 Maart 1921 werd hij in
het holst van den nacht gewaarschuwd, dat
zijn pakhui1? waar 42 inboedels waren opge
borgen. in brand stond. Toen hij met den
agent ter plaatse kwam. viel het hem op, dat
de staldeur en de trapdeur open stonden, of
schoon hij in den laten avond nog ter con
trole in het pakhuis was geweest. Bij onder
zoek was het hem later opgevallen, dat daar
waar de schilderijen hadden gestaan, brand
haarden waren. Herhaaldelijk is hij naar het
Utrechtsche politiebureau geweest om ver
klaringen af te leggen. Toen hij vertelde, dat
de schilderijen aan K. toebehoorden, had
iemand op het bureau gezegd: „Weet je niet
hoe ze hem noemen? Brandkoning!"
Getuige vertelde dan nog. dat hij indertijd
door de rechtbank werd veroordeeld tot be
taling van schadevergoeding, wat hem eenige
duizenden kostte.
Ook de detective speelde in deze geschiede
nis weer een rol. In 1932 kwam er iemand bij
getuige, die hem Johanknegt voorstelde. Deze
detective had hem verteld, dat hij dikwijls
naspeuringen voor verzekeringsmaatschap
pijen deed. Zoo was hij toen weer bezig aan
de opsporing van de gestolen Nijenrode-schil-
derijen
In den loop van het onderhoud was de
brand in het pakhuis ter sprake gekomen. De
detective had toen gezegd: „Ik weet. wie bij
U den brand heeft gesticht, ik ken hem en
spreek hem bijna iederen dag, de dader is
toen door een ruit gevallen en heeft daarbij
zijn been bezeerd".
Inderdaad zoo vervolgde getuige zijn re
laas heb ik opgemerkt, dat er een zolder-
ruit kapot was.
K. verzocht den President getuige eenige
vragen te mogen stellen.
De goederen waren oorspronkelijk in een
ander pakhuis en zijn overgebracht op last
van den expediteur.
K. vroeg of hem van die overbrenging ken
nis was gegeven. Het bleek, dat dit inder
daad het geval was, daar hij het aan den
notaris van Koning had geschreven en dat
bovendien de chauffeur van Koning er naar
gevraagd had op last van zijn baas.
K. tot getuige; „Hebt U zooeven in de
wachtkamer niet tegen twee menschen gezegd
dat u de vaststaande bewijzen had, dat ik in
Utrecht brand heb gesticht".
Getuige ontkent dit.
K. zeide met verheffing van stem, dat hij
tegen dezen getuige een vervolging wegens
smaad zou verzoeken (groots vroolijkheid in
zaal).
Hierna werd de zitting geschorst tot heden.