Beestmenschen te Putbroek.
Belastingproducenten.
Eisch in de Nijenrode-
zaak.
51e Jaargang No. 15592
VerscKïïnt 3agelijKs, beKalve op Zon- ën Feestdagen
Dinsdag 24 April 1934
HAARLEM S DAGBLAD
Directie; P. W. PEEREBOOM
en ROBERT PEEREBOOM.
UITGAVE LOURENS COSTER MAATSCHAPPIJ VOOR
COURANT-UITGAVEN EN ALGEMEENE DRUKKERIJ N.V.
Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM.
ABONNEMENTENper week 0-25, per maand 1.10, per 3 maanden
'f 3.25, franco per post 3-55, losse nrs. 0.06. Geïllustreerd Zondagsblad
per week ƒ0.05, per maand 0.22, per 3 mnd. 0.65 franco per post 0.72^5.
Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12
Telefoon Nos.: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600
Drukkerij: 10122, 12713 Administratie: 10724, 14825 Postgiro 38810
ADVERTENTIëN]_5 regcis 11J5, cikc rcgci mt„ /0J5. Rcc|,me,
0.60 per regeL Reductie bij abonnement. Vraag en aanbod 14 regels 0.60,
elke regel meer ƒ0.15, buiten Arrondissement dubbele prijs. Onze Groentje»
(iederen dag) 13 regels f 0.30, elke regel meer ƒ0.10, uitsluitend a contant.
Gratis Ongevallenverzekering voor Maand- en Weekabonnés. Levenslange ongeschiktheid en Overlijden f 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog f 400.-, Duim f 250.-, Wijsvinger f 1 50.-, Elke andere vinger f 50.-, Arm- of Beenbreuk f 1 00.-.
Idem voor Abonnés op het Geïll. Zondagsblad: Levenslange ongeschiktheid f 2000—. Overlijden f 600—. Verlies van Hand. Voet of Oog f400—. Verlies Duim f75-. Verlies Wijsvinger f75-. Verlies andere vinger f30-.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
VEERTIEN BLADZIJDEN
HAARLEM, 24 April.
De Philister.
Het Duitsche tijdschrift „Der Querschnitt",
bij de intrede van het Hitler-bewind eerst
schijndood geraakt, later herleefd, doet held
haftige pogingen om in een gelijkgeschakel
de omgeving iets oorspronkelijks te blijven
geven. Een ongetwijfeld moeilijke taak, waar
bij het niettemin eenige hoop verworven moet
hebben door minister Goebbels verwijt aan
de Duitsche dagbladen, dat zij al te stom
vervelend zijn geworden. Dit geeft dem Quer
schnitt een nieuwe kans, die met voorzichtig
beleid wellicht te baat genomen kan worden.
Herbert Eulenberg is een der tactici. Hij
valt den Philister aan, in. onomwonden ter
men en met een humor, die in een Duitscher
thans meer dan ooit waardeering verdient.
Hij schetst den Philister als kuddedier, en
laat tusschen-de-regels-door duidelijk lezen
dat hij veel liever rondweg over Het Kudde
dier geschreven zou hebben. Maar dat zoli
denkelijk niet gelukt zijn; de drukproef zou
den censor niet zijn gepasseerd. Met een
kleine handigheid heeft Eulenberg de klip
omzeild. En eenmaal zoover zijnde, en er aan
herinnerd hebbende dat de scheldnaam „phi
lister" bedacht moet zijn door de studenten
van de universiteit te Jena, die aldus den
burger, niet-student aanduidden later is
het overal de benaming geworden voor lieden
met een bekrompen levensvisie steekt hij
aldus van wal:
„Kuddedier als hij is, heeft de philister
geen respect voor den individueelen mensch.
Hij dicht iedereen zijn eigen meening toe,
welke altijd die der groote massa is. Hij is
gaarne streng zedelijk. Maar altijd in de me
nigte en in de compacte meerderheid, waar
in hij zich nu eenmaal thuis voelt. Als hij
alleen rondsluipt, kan hij wel eens flink over
de schreef gaan. Maar het is kenmerkend
voor hem, dat hij meestal op smakelooze wijze
aan den zwier gaat; ook op dit gebied bemint
hij de gelegenheden waar veel volk is
Als hij in dronkenschap een domheid be
gaat, ergert hij zich er later zeer aan; 't blijft
knagen. Toch laat hij het nimmer tot lang
durige afrekeningen met zichzelf komen.
Want hij schuwt den omgang met zichzelf,
zijn innerlijk leven is zoo klein mogelijk en
maar spaarzaam verlicht.
Daarom is de philister, als hem een on
afwendbaar noodlot, het plotseling over
lijden van verwanten bijv. treft, altijd vol
komen in de war en onvoorbereid. Men ziet
hem dan vaak huilen als een kind en men
meent, dat hij teergevoelig is, terwijl het
alleen maar zwakheid tegenover het onbe
grijpelijk is, die hem «zoo neerdrukt. Na
denken is trouwens in het geheel niets voor
hem. En hij voelt er allerminst voor, te
peinzen over dingen, waaraan hij niets kan
veranderen, zooals het sterven. Het me-
taphysische gaat hij met waren wellust uit
den weg. In het algemeen wil hij niet gaarne
opvallen. Bij zijn gelijken gelukt hem dat
ook voortreffelijk. Alleen bij de fijner be
snaarde menschelijke wezens mislukt het
telkens. Hun jaagt hij dan ook altijd de
zenuwen op het lijf.
Kunstenaars vindt hij onaangenaam, af-
stootend of grappig Naar den schouwburg
gaat hij alleen om zich te „amuseeren"; dit
is overigens een lievelingswoord van hem.
Treurspelen kan hij wel haten. „Ik heb al
ernst genoeg in m'nl leven", zegt hij dan,
ofschoon „ernst" een wildvreemd begrip
voor hem is en hij onder dit woord alleen
tegenslag in zaken verstaat. Lichtzinnige
menschen en daarbij behooren volgens
hem natuurlijk ook de kunstenaars vindt
hij eigenlijk griezelig. Ook de schoonheid
gaat hem niet erg ter harte, als het schoon
heid is, die zich niet leent voor ansicht
kaarten of andere gebruiksvoorwerpen. Als
echter de schoonheid voor hem met onaan
genaamheden gepaard gaat, zooals bij het
hooren van een treurspel of hij het be
stijgen van een hoogen berg niet te vermij
den is, knijpt de philister er onder een goed
koop voorwendsel tusschen uit.
Ook een zekere lawaaiïgheid is meestal een
onbedriegelijk kenteeken van den philister,
als hij in menigten optreedt. Dat maakt voor
de fijner ontwikkelde wezens vaak gezel-
schapsreizen en zelfs het gemeenschappelijk
reizen zoo moeilijk, ja onmogelijk: dit luide,
dit oppervlakkig-zwetsende der spitsburgers.
De meeste wezens van deze soort kunnen na
melijk niet praten, al verbeelden zij het zich.
Zij kunnen alleen maar de meest alledaag-
sche dingen en kwesties afhandelen, zooals
het weer, de gezondheid en staatskwesties,
de „politiek" zooals zij zich gewichtig uitdruk
ken, al weten ze er niet meer van dan het
geen hilli is voorgekauwd door hun eigen
krant. Een krant lezen van een andere rich
ting valt hun nooit ofte nimmer in. En elke
toespeling in dien geest wijzen zij, dikwijls met
beleedigende uitdrukkingen, van de hand.
Daarbij is het spitsburgerdom, dat de gebeur
tenissen dezer wereld gewoonlijk alleen in het
licht van eigen belang beziet, zoo veranderlijk
als een barometer. In den grond der zaak
houdt het van de richtingloosheid, al wil het
dat ook beslist niet weten. De man van den
middenweg en van het bereikbare is den phi
lister welgevallig, die er zich wel voor zal
wachten tegen den stroom op te roeien. Men
schen met onwrikbare beginselen zijn hem
niet zeer „sympathiek", ofschoon hij ze wel
eens kan bewonderen. Martelaars, mannen en
vrouwen, die voor hun overtuiging lijden, of
zich zelfs laten dooden, vallen voor de we
reld der philisters onder het begrip waanzin.
Ook op heiligen zijn zij niet erg gesteld.
Het dagelijksch welzijn is voor zulk 'n lede
ren ziel een der belangrijkste kwesties op
aarde, zoo niet de allerbelangrijkste. Daarom
heeft hij met de afgezaagde vraag: hoe gaat
feet? allereerst de lichamelijk^ gezondheid op.
het oog. De zorg voor het lijfelijk welzijn
strekt zich bij hem uit tot de nietigste dingen;
angstvallig let hij op zijn slaap, zijn honger en
zijn stoelgang. Met belangstelling hoort hij
aan wat zijn medephilisters hem op dit gebied
te zeggen en te onthullen hebben, om uit het
aldus gerapporteerde weer conclusies te trek
ken voor het eigen welzijn".
U zult moeten toegeven dat Herbert Eulen-
berg's lezers met eenige ontsteltenis zullen
lezen, dat iemand die nooit een krant van
een andere richting wil lezen een philister is.
En dat menschen die bang zijn er een eigen
meening op na te houden en wien het nooit
invalt tegen den stroom op te roeien, philis
ters zijn. Enzoovoorts. Een onrustig vermoe
den moet gerezen zijn bij vele lezers van Der
Querschnitt, dat dit blad, bij penne van Her-
bert Eulenberg, erg stout is en zich heele-
maal niet als een goed gelijkgeschakelde ge
draagt. Tegen den stroom oproeien?mar
telaars die zich laten dooden voor hun over
tuiging?wa's dat nou? Mag dat nou weer
ineens? Dat is toch allemaal afgeschaft? Mi
nister Goebbels mag wel voorzichtig zijn met
z'n critiek op de te-stomvervelend-geworden
kranten! Wat wil hij? Wat kunnen gelijkge
schakelde regeeringsorganen, voorheen voort
brengselen der journalistiek, thans uitingen
van één officiëel-vastgestelde meening, an
ders zijn dan een stomvervelend koekoek-éen
zang?
Aan het slot van zijn artikel past Herbert
Eulenberg nog een beetje voorzichtigheid toe.
Hij zegt dat iedereen op den duur gaat inzien,
dat hij met de jaren zelf ook iets philistijnsch
krijgt, en dat Goethe, oorspronkelijk een der
grootste philister-vijanden, zelf ook als phi
lister eindigde. En dat wij later leeren inzien
hm, hmen dat de meeste menschen nu
eenmaal „fabrieksgoed der schepping" zijn
zooals Schopenhauer zeienfin, we moeten
d'r maar in berusten.
Maar intusschen heeft-ie het toch maar
eens eventjes duidelijk gezegd, en Der Quer
schnitt glimlacht onschuldig zijn niet gelijk-
geschakelden glimlach
R. P.
HOE VERGING DE
SPAARNESTROOM?
Schipper en machinist staan
terecht.
ZIJ BEKENNEN DEN TRAWLER TE HEBBEN
WEGGEBRACHT.
(?p 12 Juni van het vorig jaar is de stoom
trawler „Spaarnestroom", eigendom van de
gebroeders H. D. en J. D. op de Noordzee on
der de Deensche kust bij het Hornrif gezonken.
De Raad voor de Scheepvaart stelde op 26
Juli j.l. een onderzoek maar dit ongeluk in.
De zeeman J. K., machinist van de „Spaarne
stroom" en de schipper-medeëigenaar H. D.
werden als getuigen gehoord. Het vermoeden
rees, dat deze getuigen onder eede onjuiste
verklaringen aflegden.
Zij hadden zich Maandag voor den politie
rechter Mr. Muller te Amsterdam te verant
woorden, verdacht van meineed.
De onjuiste verklaring van H. D. luidde als
volgt:
daarna draaide de machine weer, doch
eensklaps viel de boel in elkaar. Ik hoorde,
achterin zijnde, omstreeks 9.45 uur des avonds
een klap in de machinekamer. Het water spoot
in den tunnel naar boven; het kwam volgens
den machinist uit de inlaatcirculatie.
Terwijl wij ten anker lagen is er ongeveer
tien minuten halve kracht gedraaid. De dikke
straal, die ik in den tunnel zag spuiten, spoot
schuin weg."
De machinist K. heeft in dezelfde zitting
van den Raad voor de Scheepvaart verklaard:
„Er zijn 3 pijpjes van den condensator ge
stopt. Na de reparatie en nadat de schipper
gewaarschuwd was, dat alles klaar was, is ter
wijl het schip ten anker lag, halve kracht ge
draaid, zonder dat er iets gebeurde, Later zette
ik den afsluiter wat meer open en toen werd,
terwijl ik vlak voor de machine stond, een
zware slag gehoord. Ik sloot terstond den af
sluiter. Ik vermoed, dat de bodem uit den
condensator is geslagen en dat er door den
schok een pijp is gebroken", enz.
De zaken tegen beide verdachten werden ge
voerd.
Zij legden een volledige bekentenis af-
Politierechter mr. Muller: Hoe is de Spaar
nestroom naar den kelder gegaan?
Verdachte D.: Hij is met moedwil tot zin
ken gebracht.
Politierechter: Wie heeft het schip laten
zimken?
Verdachte: De tweede machinist.
Politierechter: Waren al uw verklaringen
onder eede onjuist-?
Verdachte: Ja, Edelachtbare. De schipper
zou een ander schip koopen, ik wilde niet
werkloos worden
Officier: Bent u overgehaald het te doen?
Verdachte geeft ook dit toe. Hij verklaart
er geen geld voor te hebben ontvangen.
De politierechter ondervroeg vervolgens den
mede eigenaar-schipper D.
President: Waren ook uw verklaringen on
juist?
Verdachte: Ja, 't was gelogen.
President: Dus jullie hebben dat schip la
ten zinken?
Verdachte: Ja, het was niet noodzakelijk
dat het zonk, reparatie was mogelijk geweest.
President: Dus 't is gezonken, maar hoe?
Verdachte: Ja, dat weet ik niet precies.
Mede op verzoek van mr. Kokosky, verdedi
ger van D. werd de verdere behandeling van
de zaak geschorst tot 15 Mei a.s. te half twee,
teneinde inzage te kunnen nemen van de
stukken, welke op het Haarlemsche parket be
rusten en die betrekking hebben op het weg
brengen van het schip.
Drievoudige moord,
die zich niet laat beschrijven.
Nu de zoon niet langer kan
zwijgen
ROERMOND, 24 April. Omtrent den in
houd van de door Van der Elzen Jr. afgeleg
de bekentenis vernemen wij het volgende:
Na in den avond van het drama te Poster-
holt verschillende café's te heibben bezocht,
wilde de zoon zich ter ruste begeven. Hij werd
echter door z'n vader weer naar beneden ge
roepen om zich met hem naar Pubbroek te be
geven. De zoon voelde hier eerst niets voor,
doch. gaf tenslotte toe en beiden gingen ge
wapend op weg. Buiten gekomen deelde de va
der zijn zoon mede dat hij naar het h.uis van
de Kerstens ging om zich daar verdekt op te
stellen en de bewoners naar buiten te lokken.
Hij zou echter eerst een schot door de ruiten
lossen en als daarop de zoons van Kersten
naar buiten kwamen, zou hij hun ieder een
schot in de knoken geven. Zij zonden 't stroo
pen dan wel afleeren". De zoon had hier niet
veel lust in, maar ging tenslotte met het
voorstel van zijn vader accoord om den stroo-
pers schrik aan te jagen.
Voorbij de woning van Reijnders in Putbroek
gingen beiden het veld in. Vader van der El
zen liep links, dus het kortst langs den weg
van Annedaal naar Putbroek. Opeens draai
de vader Van der Elzen dien weg weer op. De
zoon zag hem in gesprek met Willem Kersten.
Zij hadden het over stroopen en strikken. Er
waren nog twee personen op den weg. Een van
hen bleek te zijn Matthias Kersten en in den
derde meende hij een zoon van Wehrens te
herkennen. Vader Van der Elzen en Willem
Kersten kwamen naderbij. Zij waren in een
heftig twistgesprek gewikkeld. Plotseling
ging een schot af uit het geweer van vader
Van der Elzen. Willem Kersten vluchtte in de
richting van zijn woning, terwijl vader \yj.n
der Elzen onmiddellijk op Frans Wehrens
schoot. De zoon zag Wehrens vallen terwijl
Matthias Kersten begon te huilen. De vader
gelastte zijn zoon op Willem Kersten te schie
ten terwijl hij zelf Matthias Kersten neer
schoot. De zoon vervolgde Willem Kersten en
loste verschillende schoten op den vluchteling.
Deze viel en toen Van der Elzen Jr. zijn re
volver op hem wilde afschieten bemerkte hij
dat deze niet meer geladen was. Hij bracht
Kersten vervolgens bij zijn vader, die hem a
bout portant doodschoot. Toen lagen alle drie
dood neer. Met hun tweeën legden zij de lijken
in een greppel langs den weg.
De vader zond zijn zoon vervolgens naar
huis om een schop en eenige zakken te halen,
terwijl hij zelf bij de lijken de wacht hield.
Toen de zoon terugkwam werd een kuil ge
graven, waarin de lijken gelegd werden. De
zoon moest den grond boven de lijken blij
ven aantrappen. Tenslotte werden er zakken
overheen gelegd waarop nog eens aarde en
mos kwam.
Door de bosschen keerden zij naar huis.
Thuis gekomen bleken de kleeren van den
zoon met bloed besmeurd te zijn. Vader Van
der Elzen zeide, dat hij zijn kleeren bij elkaar
moest binden en maar direct in het water
aan den boschxand achter het huis moest la
ten zinken. Toen de zoon terug kwam over
handigde zijn vader hem twee portemonnaies
om te zien wat er in zat. In de eene waren
drie bankbiljetten van f 25 en eenige van f 10
terwijl in de andere f 2 en eenig klein geld
zat. 'Van deze portemonnaie heeft men later
niets meer gezien. Toen de zoon zich verder
uitkleedde, bemerkte hij dat ook zijn onder-
kleeren geheel bebloed waren. De vader heeft
deze kleeren verborgen, naar de zoon meent,
in de bosschen in een konijnenhol. Daarna
hebben vader en zoon elkaar niet meer ge
sproken voor Zondagavond. Toen zeide de
vader tegen zijn zoon: „Zij hebben de geweren
in beslag genomen, maar als zij komen, moet
je zwijgen. Ze kunnen ons niets bewijzen. De
wapens zijn goed gepoetst".
Het college van Ged. Staten
van Noord Holland.
Mr. M. Slingenberg, wethouder van
Haarlem, gekozen.
Mr. Slingenberg vertrekt van het Stadhuis
naar het Gouvernementsgebouw
In de heden gehouden zitting van de Pro
vinciale Staten van Noord-Holland werd,
zooals verwacht werd, Mr. M. Slingenberg
(V.D.) in de vacature-D. Kooiman (V.D.) tot
lid van Ged. Stoten gekozen.
Mr. Slingenberg werd 30 Juni 1910 tot
raadslid van Haarlem gekozen. 13 April 1916
trad hij af wegens zijn benoeming tot lid van
Gedeputeerde Stoten. Nadat hij als zoodanig
was afgetreden werd hij 27 Mei 1919 weer tot
raa^lid van Haarlem gekozen.
Sinds 3 December 1919, dus meer dan veer
tien jaar, is de heer Slingenberg wethouder
van Haarlem geweest, eerst van Openbare
Werken, later van Financiën.
In ons nummer van 16 Maart toen reeds
vrij zeker vaststond, dat Mr. Slingenberg tot
lid van Gedeputeerde Stoten gekozen zou
worden heeft onze hoofdredacteur reeds
breedvoerig de beteekenis van den heer
Slingenberg als wethouder in het licht gesteld.
Tijdens de stemming en de discussie, die
daaraan vooraf ging, was de heer Slingenberg
niet in de vergaderzaal aanwezig. De voor
zitter kon dus niet mededeelen, of de heer
Slingenberg de benoeming aannam.
We herinneren er aan, dat hij een bedenk
tijd van acht dagen heeft om een beslissing
te nemen.
Verwacht wordt echter, dat Mr. Slingenberg
de benoeming aan zal nemen.
(Te Amsterdam is een V ereeniging
van Belastingbetalers opgericht
met zetel te Utrecht).
Breng drie Nederlanders samen
En in dien beperkten kring,
Stichten zij, zegt de traditie,
Zeker een vereeniging.
Maar breng er millioenen samen,
Dat blijkt wel uit dit bericht
En 't kan jaren, eeuwen duren,
Voor er een is opgericht.
Zeg nou, is het niet merkwaardig,
Dat ons zwaarbelaste ras,
Juist uit dien belasten hoofde,
Steeds nog niet vereenigd was?
Hoe verschillend de karakters
En gevoelens juist daarin
Is ons zeer verdeelde volkje
Haast ontroerend één van zin.
Dat 's een broederschap der zorgen,
Wortlend in het diepst van 't hart,
Deelend letterlijk de heele
En figuurlijk halve smart.
Ha, die fiscus, hij beseffe,
Dat hij in de toekomst goed,
In den waren zin der woorden,
Op zijn tellen passen moet.
Krachtig zullen wij ons weren
Met de macht van het millioen,
Als hij weer een nieuwen aanslag,
Op ons aller beurs komt doen.
Fier, met opgehevfn hoofde,
Tot het hem. in naam der wet,
Trotsch vereenigd net als altijd
Brommend wordt.betaald gezet.
P. GASUS.
ONZE GEVELFOTO-PRIJSVRAAG
Wij wijzen er nog even op, dat oplossingen
voor de gevelfoto-prijsvraag, gepubliceerd in
ons blad van 11 April uiterlijk morgen, Woens
dag, in ons bezit moeten zijn.
ADMINISTRATIE
HAARLEM'S DAGBLAD.
HAKENKRUISVLAG OP
ZANDVOORT'S CASINO.
EEN KWAJONGENSSTREEK?
Zondagmorgen hebben voorbijgangers de
politie gewaarschuwd dat op het leege gebouw
van het Casino te Zandvoort de hakenkruis-
vlag woei. Het was een oude roode vlag met
een wit veld en een blauw hakenkruis erin-
De vlag is verwijderd.
Wie dit dundoek er heeft' laten wapperen is
onbekend. Het moet er 's nachts zijn geplaatst
en de waarschijnlijkheid dat men hier met
een anti-semietische uiting te doen heeft is
niet groot. Een kwajongensstreek is waar
schijnlijker. Desalniettemin wordt de kwestie
onderzocht.
Hei Betouqeiiksie
Engeland en de Japansche plannen in het
Verre Oosten.
pag. 4
In den mijn Senitze bij Serajewo zijn thans
109 lijken geborgen.
pag. 4
In het Hamburgsche „Roode Marine" proces
zijn dertien doodvonnissen geëischt.
pag. 4
De flora der wereld in Artis.
pag. 3
Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp in
gediend tot herziening van de onderwijzers
opleiding. Gestreefd zal worden naar een
vijf en driejarige opleiding.
pag. 3
De K. N. V. B. zal geen steun verleenen aan 't
Concertgebouw.
pag. 3
De regeering kan niet meer dan 2 millioen be
schikbaar stellen voor credietverlecning aan
den middenstand.
pag. 3
Mr. Slingenberg is tot lid van Ged. Staten ge
kozen.
pag. 1
De pleidooien voor de officieren van „de Ze
ven Provinciën" zijn geëindigd.
pag. 3
Prov. Staten van Noord-Holland zijn heden
in bijzondere zitting bijeen gekomen.
pag. 2
Flora in Heemstede.
pag. 11
De IJmuider Federatie steunt de pogingen van
burgemeester Rambonnet.
pag. 7
De zaak van de Spaarnestroom voor den Am-
sterdamschen politierechter.
pag. 1
Dr. J. Roorda over internationale actie inzake
oorlogsprophylaxis.
pag. 13
Te Bloemendaal is dc gedenkbank voor Wet
houder J. C. Laan onthuld.
pag. 8
Laatste berichten.
pag. 18
ARTIKELEN, ENZ.
R. P.: De Philister.
pag. 1
Van onzen Londenschen correspondent: Een
tunnel onder de Mersey.
pag. 4
T. de Vries: Reisbrieven uit Lapland.
Pag- 13
K. de Jong: Haarlem's Muziek-Instituut.
pag. 13
2)4 jaar tegen den heer O.
AMSTERQAM. 24 April De officier van
justitie! mr. A. van Dullemen eischte heden
tegen den heer Onnes van Nijenrode wegens
oplichting een gevangenisstraf van 2 jaar 6
maanden met aftrek van 8 maanden voor
arrest.
AUTORACE DOOR DE STAD.
DE POLITIE BLEEF DE BAAS.
Maandagavond reed een auto over den
Jansweg. De wagen had verblindende lich
ten op en zijn snelheid was ongeveer 70
K.M. Er was dus voor de politie reden ge
noeg den wagen aan te houden en naar een
en ander te informeeren.
De bestuurder dacht er echter anders over
en toen hij waarschijnlijk had bemerkt dat
de politie hem per auto achterna reed,
trachtte hij door een uitlooppoging zich aan
de vervolging te onttrekken. Waarschijnlijk
heeft de politie hem al langer achtervolgd,
want andrs rijd je geen 70 op den Jans
weg.
Een hoofdagent heeft den chauffeur ook
nog te kennen gegeven dat het wenschelijk
werd geacht dat hij stopte, maar ook aan
dit verzoek werd niet voldaan.
De politie laat blijkbaar niet zoo erg gauw
los, want de rit werd vortgezet tot op den
Verspronckweg, waar de race werd gestaakt
omdat de renner zich overwonnen zag.
De snelheidsmaniak met de verblindende
lichten op, een winkelier uit Wijk aan Zee
en Duin is meegenomen naar het politie
bureau, waar hij verslag kon uitbrengen van
zijn reden tot rennen.
DESSABEVOLKING IN OPSTAND
DESSAHOOFD EN POLITIE AANGEVALLEN.
PASOEROEAN, 24 April (Aneta).
De bevolking van de dessa Kepoeh in het
onderdistrict Gedjajan. is in verzet gekomen
tegen de betaling' van de landrente. Zij viel het
dessahoofd aan, die zwaar werd gewond. Bij
dezen aanval werd diens vrouw eveneens zwaar
gewond. Het dessahoofd en de vrouw zijn ont
komen. 30 man uit Kepoeh, gewapend met
groote slagwapens en pieken viel de politie aan,
die onmiddellijk optrad met klewangs en
knuppels. Vier personen, waaronder de bel
hamel, zijn gearresteerd. Twee aanvallers wer
den zwaar gewond. Een mantri-politie werd
aan den schouder door een steek met een kris
gewond. -