MUZIKANTENLEVEN.
Een nieuwe gemeente Heerenveen.
Indische middelen lager
ZATERDAG 26 MEI 1934
HAARLEM' S DAGBLAD
3
In het beloofde land. Don Miguel wijst ons
den weg. Weer een restaurant. De eerste saxo-
phoon in Cordoba. Feest in den politiepost.
Het werd al donker toen Jeno en ik in Cor
doba aankwamen. De avond was warm en
stil; Andalucia houdt in September de zomer
hitte nog lang gevangen. Bagage en instru
menten (viool, saxophoon en trompet) lieten
wij aan het station achter en drentelden za
lig van verrukking in de richting van de stad.
Eindelijk waren wij er dus in dat legendari
sche Zuid-Spanje, waarnaar wij beiden ons
leven lang gehunkerd hadden! En dit was
het begin. Nooit zal ik dien avond vergeten.
Wij liepen langzaam door een breede. don
kere, zwaar beschaduwde laan; er was nog
niets anders te zien dan boomen en duister
nis, maar bij eiken stap die wij deden, bij
elke beweging die wij maakten, bij eiken
ademtocht realiseerden wij ons: Dit is het,
wij hebben het bereikt, het heerlijke droo-
menland, wij wandelen er binnen, rustig,
zonder haast, wij hebben den tijd, morgen
zien wij en overmorgen en daarna, eindeloos,
zooveel wij willen. Wel tien maal zeiden wij
het elkaar: Wij zijn er!
Ik weet niet of een jong mensch zich wel
vrijer, rijker en gelukkiger kan voelen dan op
zoo'n oogenblik. Het doet me nu denken aan
mijn kindsheid toen ik als klein jongetje een
van die eerste primitieve bioscoopvoorstellin
gen bijwoonde en trilde van geluk als het
belletje, dat het begin van de vertooning
aankondigde, begon te rinkelen. Nu komt het,
nu!
Al spoedig vonden wij een goedkoop hotel
letje, een z.g. fonda. voor Spaansche begrip
pen vrij zindelijk bestierd door vriendelijke
dikke menschen met het uiterlijk van str uik-
roovers. Alle fondahouders en -houdsters zijn
dik, vriendelijk en schrikwekkend. Dikwijls
ook vies, maar altijd goedhartig tegemoetko
mend en hulpvaardig. Wij werden zorgzaam
en met veel bombarie gehuisvest in een broeie
rdg kamertje en gingen toen onze bagage ha-
len.
Onderweg ontdekten wij een bar. Denkt u
bij dat woord niet aan Carlton of zoo iets:
een bar in Andalucia is een kleine open
kroeg welks achterwand geheel wordt inge
nomen door enorme, pyramide-vormig opge
stapelde tonnen en vaten, waaruit de waard
koppige koele Manzanilla 1) schenkt. Een
vette olijf of een stukje gebakken visc.h ver
hoogt het genot. Prijs van dit alles: 10
Spaansche pl.m. 3 Hollandsche centen.
Daarna doolden wij door donkere geheim
zinnige straatjes en stonden plotseling voor
een onafzienbaren muur, hoog, zwaar en van
kanteelen voorzien: de' moskee, of liever de
buitenste vestingmuur daarvan. Beschut on
der een luifel boven ons aan dien somber
dreigenden Moorse hen muur straalde, om
kranst door bloemen en het stilte devote licht
van ontelbare kaarsen, een peinzend, mild
Mariabeeld.
Cordoba! Gelukkig en onbezorgd sleten wij
ér onze dagen. Het was en bleef volop zomer.
Andalucia brandde en vlamde in een felle
droge woestijnachtige hitte, maar die hitte
deerde ons niet, het hoorde erbij, het land
was er des te schooner door. Bijna een eeuw
geleden heeft Théophile Gauthier al zeer te
recht opgemerkt dat men een land moet zien
in het jaargetijde dat zijn karakter het best
doet uitkomen.
Rusland in den winter, Spanje in den zo
mer.
Wij beleefden Spanje op zijn sterkst, maak
ten einidelooze wandelingen door nauwe kron
kelende straatjes met bebloemde balconne-
tjes in schrilwitte muren, wij zagen de Moskee
met haar fantastisch perspectief van bogen
en zuilen, haar heerlijke mozaïeken, de ca-
thedraal, gebouwd in haar centrum na de
verdrijving der Moren, en waarvoor een reus
achtig stuk der moskee zelve werd uitgebro
ken. Wij gluurden door hooge, sierlijk be
werkte ijzeren hekken in vredige patios 2)
waar een zacht klaterend fonteintje wat
koelte verstoof op marmer en bloemen.
Wij verdroomden uren op de Romeinsche
brug over de Guadalquivir waar achter een
heete vlakte begint. De Guadalquivir waarin
de plompe ruines der Romeinsche watermo
lens langzaam tot puin vervallen, was in dat
jaargetijde, evenals de Mondego bij Coimbra
in Portugal, niet meer dan een bleeke zand
vlakte met een paar ondiepe geuten waardoor
het glinsterende water traag voortkabbelde.
Wij doolden door de onbeschrijfelijke wilde
bloementuinen in het gebergte ten Noord-
Westen van de stad en leschten onzen dorst
met groene, zoete citroenen en zware sappige
granaatappelen, Wij leefden maar voort tot...
Jeno, interesseert het je te weten hoe
rijk wij nog zijn?
Neen, geld kan me niet meer scheten,
ik vind het allemaal best zooals het gaat.
Ik ook. maar de kwestie is dat het zoo
niet meer gaat. Wij hebben nog bijna 4 pe
seta plus een onbetaalde rekening in de
fonda.
O.
Ja, en als je er, zooals ik, prijs op stelt
nog langer van dit verrukkelijke bestaan te
genieten, dan zit er niets anders op dan er
voor te gaan werken.
Hm.
Als we ons meneertje eens in den arm
namen?
Goed.
Ons meneertje heette Don Miguel en was
een schat van een meneertje. Wij hadden al
den eersten dag kennis met hem gemaakt
toen wij in de gelagkamer van de fonda onze
instrumenten uitpakten en nakeken. Deze
bezigheid wekte in hooge mate de belang
stelling van Don Miguel die in een koel hoek
je bedachtzaam een glas wijn zat te savou-
reeren. Zijn vriendelijke oogen zagen verlan
gend naar de hem onbekende saxophoon.
eindelijk hield hij het niet langer uit. kwam
met deftige pasjes op ons toedribbeten, maas-
te een buiging en vele verontschuldigingen,
stelde zich voor en vroeg of hij oxxs,_ vreem
delingen en musici, van dienst kon zijn, waar
bij zijn keurig verzorgd puntbaardje van ge-
pensionneerd ambtenaar ceremonieel op en
neer wipte. Hier kwamen wij voor het eerst
in aanraking met een der charmantste eigen
schappen van den Zuid-Spanjaard: zijn ver
trouwelijke, onbegrensde hoffelijkheid jegens
den vreemdeling, zijn liefde en eerbied voor
muziek en alles wat daarmee in verband
staat. Deze eigenschap, die zich nooit en ner
gens verloochende, heeft, ons door heel waf-
moeilijkheden heen geholpen.
Wij klampten dus Don Miguel aan. en leg
den hem onzen toestand uit. Gemakkelijk
ging dat niet, Don Miguel sprak nl. geen an
dere taal dan Spaansch en wij kenden ver
schillende talen behalve juist Spaansch. De
conversatie bestond dan ook meestal in
hoofdzaak uit welwillende glimlachjes weder
zijds, gebaren en monosyllaben. Nadat Don
Miguel ons eindelijk begrepen had dacht hij
even na. kwispelde toen listig met zijn sikje
en wenkte ons mee te gaan. Hij bracht ons
in een restaurant tegenover het station, re
deneerde hevig met den eigenaar en beduidde
ons tenslotte dat wij daar 's avonds op eigen
risico voor de klanten speten konden. Een
restaurant, ja, onder andere. Er stonden ta
feltjes en in een hoekje van de vitrine lagen
een paar droge, harde, wit-uitgeslagen stuk
jes worst. In veel sterker mate echter was
dat lokaal huishoudwinkel. Het hing vol bor
stels. bezems, dweilen etc.. doch het indruk
wekkendste van alle verkrijgbare artikelen,
in ontstellende hoeveelheden voorradig, was
aangewend als wandversiering- Langs alle
balken, pilaren, deuren en raamkozijnen hin
gen in sierlijke witte lijnen lange rijen van
een zeker meubel dat men in Holland slechts
te zien krijgt als men tersluiks een nacht
kastje opentrekt.
Het gekste was dat het heel mooi stond.
In die inspireerende omgeving maakten wi.i
's avonds voor een luidruchtig gezelschap
Cordobaansche notabelen ons debuut en haal
den vrij veel op. Ik kreeg er de beschikking
over een prachtig instrument, een mechani
sche piano, die sinds jaren nóóit anders ge
bruikt was dan als pianola, maar die voor
deze speciale gelegenheid weer een gestreeld
werd door menschenvingeren en even gemak
kelijk en licht bespeelbaar was als een toren-
carilHon uit de 17e eeuw.
Den volgenden avond kon om de een of an
dere duistere reden het feest niet herhaald
worden zoodat wij naar andere bronnen van
inkorpsten moesten omzien. Wij besloten het
op straat te probeeren en begonnen 's mid
dags in het park tegenover onze fonda. Daar
klonken dan plotseling, tot stomme verwon
dering der eerwaardige bewoners van Cordo
ba. de klagelijke geluiden van een saxophoon.
Wij openden de séance met een duo voor
saxophoon en trompet, de Amerikaansche
wals „All alone", in een geïmproviseerd ar
rangement van schrijver dezes. De talrijke
omstanders hoorden verbijsterd toe, zooiets
hadden ze nog nooit beleefd. Wij ook niet
trouwens. Wij trokken echter gezichten alsof
het allemaal doodgewoon was en toen Jeno
eenige virtuose vioolsoli ten beste had gege
ven daverde het applaus. Nu was voor mij het
oogenblik aangebroken om met den hoed
rond te gaan. Ik koos daarvoor Jeno's hoofd
deksel. een breede grijsvilten hoed die hem
volstrekt niet stond en die wij al, in broeder
lijken hoon, de ambassadeurshoed gedooot
hadden, bij arkorting: het ambassadeurtje.
Welnu, het ambassadeurtje circuleerde naar-
stiglijk en kwam terug met een dikken buik
vol muntstukken.
De eerste slag was inderdaad een daalder
waard en dadelijk probeerden wij ons geluk
elders, met evenveel succes. Zoo kwamen wij
tenslotte bij den massieven Romeinschen to
ren aan de overzijde van de brug over de
Guadalquivir. Die toren dient tegenwoordig
als wachtlokaal voor de Guardia Civil (gen
darmerie). Voor de brug patrouilleerde een
vervaarlijk uitziende gendarme die. toen v'
hem vroegen of het ook op die plaats geoor
loofd was muziek te maken de gulden woor
den sprak:
Jaals het mooi is.
Dus hier geen reglementen, geen Instruc
ties, geen politieverordeningen, maar aesthe-
tica!
Gezegend land, gezegende menschen. En dat
onvergetelijke antwoord hoorden wij uit den
mond van den eersten den besten politie
agent! Nu. het was mooi. Daar zorgde Jeno
wel voor. Ik hield wijselijk mijn mond of lie
ver mijn trompet. Jeno speelde zijn mooiste
soli en de wachtman schappen waren zoo ver
rukt dat ze ons inviteerden binnen het con
cert voort te zetten. Er stond daar in dat
wachtlokaaleen piano! Zelden hebben
wij met meer animo gespeeld. Het publiek
stroomde binnen, er werd wijn gehaald, doxx-
keroogige meisjes met bloemen tusschen de
tanden dansten fandangos, het was een roes
van vreugde en muziek.
In Cordoba hadden wij met nslag het
pteit gewonnen.
MUSICUS.
1) Manzanilla: Spaansche wijnsoort.
2) Patio, binnenplaats, meestal van de
straat afgesloten door een poort, waarin
geen deur maar een hek.
STA TEN-GENERAAL
TWEEDE KAMER
De schrijfwijze onzer taal.
Een vaste Kamer-commissie voor
de Indische Zaken.
Met 4 stemmen tegen, die van 3 comm. en
den heer Sneevliet (rev.-soc.) heeft de Kamer
goedgekeurd het ontwerp tot heffing der
Indische crisis-inkomstenbelasting.
De heer Tilanus (C.H.) heeft verlof ge
vraagd, om Minister Marchant te> interpel-
leeren over de schrijfwijze onzer Nederland-
sche taal. Dat kan interessant worden, doch
in ieder geval wordt deze interpellatie niet
eerder gehouden dan in de tweede helft van
Juni, want de Kamer is nu tot 19 Juni naar
huis.
De heer Drop (Soc. Dem.) heeft verlof ge
kregen, om den Minister van Waterstaat te
interpelleeren over de uitvoering der Zuider-
zeesteunwet.
De Kamer heeft zich bezig gehouden met
het ontwerp inzake de vereeniging van de ge
meenten Aengwirden en Schoterland en wijzi
ging van de grens tusschen de gemeenten
Aengwirden—Schoterland en Haskerland.
De heer Van Dijk (A.R.) kwam met een uit
voerige en gedetailleerde bestrijding van dit
ontwerp. Hij erkende, dat er wel enkele moei
lijkheden kunnen zijn, nu Heerenveen tot drie
gemeenten behoort, doch meende, dat deze
door samenwerking altijd zijn opgelost en in
de toekomst ook opgelost kunnen worden. Hij
meende, dat hier de gemeente Aengwirden,
die eeuwen zelfstandig bestaan heeft, het
slachtoffer wordt. Zijn forsche conclusie was,
dat dit wetsontwerp niet aanvaard moest
worden, omdat hier administratief onrecht
staat te gebeuren.
De heer Vliegen (S.D.) deed een ander ge
luid hooren. Namens de groote meerderheid
zijner fractie verklaarde hij sympathiek
tegenover het ontwerp te staan. Heerenveen
kan niet langer over drie gemeenten ver
deeld zijn. Dat moet moeilijkheden geven en
die dienen nu opgelost te worden.
Een ander geluid deed de heer v. d. Heide
(S.D.) hooren. Hij had groote bezwaren tegen
het ontwerp en hield een betoog ten gunste
van Aengwirden, waar men meent, dat ruw
en plomp is ingegrepen. Hij meende, dat de
moeilijkheden op administratief gebied niet
onoverkomelijk zijn en hij informeerde of
Heerenveen wel eens niet slachtoffer van het
platteland kan worden en of het oirbaar is,
om een zelfstandige gemeente op te heffen
en of de prijs voor de voordeelen niet te
hoog is.
Mr. Rutgers (C.H.) had ook bezwaren, ter
wijl de heer Amelink (A.R.) verklaarde zich
wel met het ontwerp te kunnen vereenigen,
al had hij de nieuwe gemeente liever Heeren
veen genoemd gezien. Mr. Joekes (V.D.) wilde
de nieuwe gemeente ook Heerenveen ge
noemd zien.
Minister De Wilde heeft het ontwerp uit
voerig verdedigd, als gevende z.i. de beste op
lossing van de moeilijkheden, waarin Heeren
veen geraakt is, nu het behoort tot drie ge-
meenten. Dat moet z.i. tot moeilijkheden lei
den en dat die er zijn, toonde hij aan. Hij
waardeerde de oppositie, maar meende, dat
deze zeer eenzijdig is. De nu geboden oplossing'
heeft bezwaren, maar de meerderheid der drie
gemeenteraden heeft er zich mee vereenigd,
al geldt dit niet voor de dubbele Raden van
Aengwirden en Haskerland.
De minister meende, dat het probleem-
Heerenveen opgelost moet worden. Dit is geen
kwestie van annexatie, maar van een juiste
oplossing. Spr. heeft er weinig bezwaar tegen
om de nieuwe gemeente Heerenveen te noe
men, wat hij voorstelde, deed hij op histori
sche gronden. De bewoners van Heerenveen
zelf zijn alle voor deze oplossing.
Het slot van het debat was, dat met 55
tegen 95 stemmen is aangenomen een amen
dement van 2vlr. Joekes (V.D.) en een aantal
andere leden, om niet te spreken van de ge
meente AengwirdenSchoterland, maar van
de gemeente Heerenveen.
Daarna is het wetsontwerp zelf, bij zitten en
opstaan, door de overgroote meerderheid der
Kamer aanvaard.
De Bankwet is met ingang van 1 April
1934 zoo gewijzigd, dat het voortaan mogelijk
is om met één directeur van de Nederl. Bank
te volstaan.
Stil gestaan heeft men ook bij het voorstel
der heeren Aalberse (R.K.), Albarda (S.D i.
Bierema (Lib.), De Geef (C.H.) en Joekes
(V.D.) om het Reglement van Ox-de zoo te
wijzigen, dat er een vaste Kamercommissie
van 7 leden zal worden ingesteld voor de
Indisjhe Zaken.
De heer Tilanus (C.H.) bestreed het voorstel
als niet gewenscht en ook niet noodzakelijk.
Het voorstel is z.i. een drang van de Kamer
om de rechten der volksvertegenwoordiging-
verder uit te breiden, doch daaraan is in dezen
tijd allerminst behoefte.
Ook Dr. Rutgers (A.R.) bestreed het voor
stel op dezelfde gronden. Ook hij meende, dat
de Kamer door dit voorstel haar taak gaat
overschrijden ën de heer Effendi (Comm.)
wilde van onder-onsjes, als men hier wil
scheppen, niets weten; de vergaderingen dei-
commissie zijn immers niet toegankelijk voor
de Kamerleden, die er geen lid van zijn. Men
wil bepaalde groepen uitschakelen.
Ook de heer Sneevliet (Rev. Soc.) bleek
tegen het voorstel gekant, ook omdat men zoo
eerste- en tweede-rangs kamerleden maakt.
Mr. Westerman (Nat. Herstel) achtte bij de
instelling van zulk een commissie geen enkel
reëel belang gediend.
Ook de heer Wijnkoop (Comm.) dikte de
bezwaren aan. Hij keerde zich speciaal tegen
den heer Sneevliet.
Mr. Joekes (V.D.) verdedigde het voorstel
namens de onderteekenaars. Hij meende, dat
er stellig geen belangrijke wijzigingen door
zullen komen. Hoofdzaak is het verkrijgen van
inlichtingen, die voor de Kamer van nut kun
nen zijn. Spr. betoogde tegenover den heer
Tilanus, dat deze commissie wel gewenscht is,
daar zij alleen bedoelt eventueele inlichtingen
te verkrijgen. Absoluut niet bedoelt zij iets
aan de Kamer te onttrekken, wel om haar
juist beter in te lichten.
De Kamer heeft het voorstel om een Com
missie voor de Indische Zaken te benoemen,
aanvaard met aanteekening dat de Anti-Rev.,
de heer Tilanus (C.H.) en de heei-en Snee
vliet en Westerman, benevens de Communis
ten tegen zijn.
De Kamer is nu naar huis tot 19 Juni. Dan
komt o.m. ook aan de orde het ontwerp inzake
het Vei-voersfonds en het ontwerp inzake de
belasting op de goederen in de doode hand,
OBSERVATOR.
BEROOVING TE AMSTELVEEN
OPGEHELDERD.
DEZELFDE DADERS ALS IN DEN HAAG.
Men zal zich herinneren, dat in den och
tend van 5 Maart jl. op den Amsterdamschen
weg onder Amstelveen een brutale overval
met berooving heeft plaats gehad ten huize
van den veekoopman H. J. Gels, tijdens zijn
afwezigheid, waarbij geld en sieraden zijn
ontvreemd, nadat de daders de vrouw des
huizes ernstig hadden mishandeld, bloedend
verwond en vastgebonden.
De politie van Nieuwer Amstel is er thans
ixx geslaagd de beide mannen, die den over
val hebben gepleegd op het spoor te komen.
Het zijn de Hagenaars O. en H., die dezer
dagen in het Huis van Bewaring te Den. Haag
zijn opgesloten, als verdacht van den oveiwal
met berooving aldaar gepleegd op 12 Mei jl..
waarbij, zooals men weet in een leegstaand
huis een man aan den Rijswijkschenweg ern
stig is mishandeld.
Vrijdagmiddag heeft mevrouw Gels bij con
frontatie haar belagers pertinent herkend.
Ook een boomenrooier, die tijdens den over
val in de nabijheid van. het huis werkte, her
kende een der mannen.
De verdachten hebben nog niet bekend.
Voorloopig geen belasting-
verhoogingen.
Uitgaven belangrijk verlaagd.
Aneta meldt uit Batavia: De begrootings-
vergadering, onder voorzitterschap van den
Gouverneui'-Generaal van Ned.-Indië. is gis
teren aangevangen. Zij wordt bijgewoond door
den heer J. Hardeman, vertegenwoordiger van
minister Colijn. den president van de Javasche
Bank en de autoriteiten, die steeds deze verga
dering bijwonen.
Er kan worden medegedeeld, dat de belas-
tingverhoogingen niet in het voornemen lig
gen, behoudens de reeds het vorig jaar aan
gekondigde loonbelasting, zoomede omwerking
van het tarief der inkomstenbelasting, welke
nog bij de regeering in behandeling is.
Nader wordt gemeld, dat de begrooting van
uitgaven, v/elke in 1934 nog f 385.000,000 be
droeg, is teruggebracht tot f 333.000.000. In
deze verlaging is f 19.000.000 begrepen als ge
volg van de conversie van de Ned.-Indische
dol lar - leen ixx gen
Dit uitgavencijfer zal dalen beneden de
f 300.000.000 wanneer de maatregelen, door den
minister van Koloniën aangekondigd in de
Sta ten-Generaal, worden verwezenlijkt, nl, lo.
verdex-e conversie van Ned.-Indische leexxixx-
gen, 2o. andere financiering van het pensioen,
volgens door de pensioen-financieringscom-
missie voorgesteld omslagstelsel, waarbij de
bestaande kapitalen der fondsen intact wor
den gelaten, en 3o. bijdx-age van Nederland in
de defensiekosten.
Daardoor zal dan de mijlpaal, welken de re
geering zich voorloopig had gesteld, bereikt
zijn.
De middelen vertoonen echter nog een be
langrijken terugval Tegen een raming voor
1934 van f 287.000.000 kaxx voor 1935 slechts
worden gerekend op f 247.000.000, derhalve
f 40.000.000 minder. Er blijft dus nog' een ver
schil te overbruggen, waarmede dit middelen-
budget achterblijft bij het f 300.000.000 niveau,
waarvan ten vorigen jax*e als voorloopige werk
basis werd uitgegaan. Tenzij dit middelenni-
veau belangrijk stijgt, waarop vooi'alsnog niet
mag worden gerekend, zal een verder terug
dringen der uitgaven in de toekomst met
eenige tientallen millioenen noodig blijven om
aan den eisch, dat geexx verdere schuldver
meerdering volgt, te voldoen.
De omwerking van het tarief der Inkom
stenbelasting beoogt de samensmelting van de
bestaande Inkomstenbelasting exx de Crisis
heffing tot een heffing, waarop 50 opcenten
worden gelegd, zonder dat de totale dnuk dezer
belasting zal uitgaan boven de Inkomstexibe-
lasting en de Crisisheffing.
FRAUDE MET AARDAPPEL
BIJSLAG.
WETHOUDER VAN RECHTSVERVOLGING
ONTSLAGEN.
Zooals reeds bekend is, werden eenigen tijd
geleden twee bestuursleden van de veiling-
vereeniging te Hoogcarspel gearx-esteerd ïn
verband met fraude inzake aardappelbijslag.
Een der vex-daefhten, de ontvanger der ge
meente Wervershoof. werd zeer spoedig ont
slagen, maar de andere verdachte, voorzitter
van de veilingvereeniging, tevens wethouder
der gemeente Hoogcarspel, werd geruimen
tijd in hechtenis gehouden. In de veilingver
eeniging is dit aanleiding geworden tot het
ontslag van laatstgenoemde. Thans, zoo ver
nemen wij, is bericht ingekomen, dat ook
deze verdachte, de heer C. de Reus, van alle
rechtsvervolging is ontslagen.
VERZAMELGESPREKKEN
INDIë.
MET
Aantal deelnemers hier
hoogstens vijf.
AANVANG 1 JUNI.
De directeur-generaal der posterijen, tele
grafie en telefonie maakt bekend, dat met
ingang van 1 Juni a.s- in het verkeer met
Ned.-Indië verzamelgesprekken kunnen wor
den gevoeld, waaraan door eenige personen
in verschillende spreekgelegenheden hier te
lande kan worden deelgenomen.
Het aantal deelnemers in Nederland mag
ten hoogste vijf tegelijk bedragen, waarbij een
radiospreekcel, waarin vier personen aan het
gesprek kunnen deelnemen, voor één deelne
mer wordt gerekend.
Voor deze gesprekken zijn door den aanvra
ger, boven het normale tarief in het verkeer
in NederlandNed. Indië, per Nederlandschen
deelnemer verschuldigd: a. een vast recht
van f 1; b. een bedrag van f 0.50 per gesprek
van drie minuten of gedeelte daarvan.
DROOGDOK MIJ. „SOERABAJA".
VERLIESSALDO ƒ2855.
Aan het jaarverslag over 1933 der Dx*oog-
dok Maatschappij „Soerabaja", ontleenen wij
het volgende.
De kx-achtige bezuinigingen en de verhoog
de omzet, maken het exploitatie-saldo be
langrijk minder ongunstig dan in het jaar
tevoren, doch nog onvoldoende om ook de
noodzakelijke afschrijvingen en een deel der
overige bedrijfskosten daaruit te bestrijden.
In 1934 zal daarom nog krachtiger op de be-
drijfsuitgaven worden bezuinigd.
Gedurende het eerste kwartaal van het
nieuwe boekjaar bleef, de tijdsomstandighe
den in aanmerking genomen, het aanbod van
werk bevredigend; het prijsniveau blijft even
wel te laag.
De algemeene exploitatierekening sluit
met een verliessaldo van f 2,855 (73,444), na
dat de verplichtingen wegens pensioensaan
spraken van ons personeel uit het bedrijfs-
overschot zijn gekweten. De afschrijvingen,
waarvoor ditmaal ïn totaal f 189.765 (193.308)
noodig is, zijn niet verdiend en hiervoor wordt
derhalve een gelijk bedrag aan het dok- en
vernieuwingsfonds onttrokken. Het wegens
intrest aan person eeltegeoed en Soerdok-
stichting verschuldigde bedrag alsmede de
steungelden van werkloos geworden employé's
worden uit de reserve voor crisisomstan
digheden geput.
DE ROTTERDAMSCHE
CORRUPTIE-AFFAIRE.
KEURMEESTERS BEVOORDEELDEN ZICH
OP ALLE MOGELIJKE MANIEREN.
Na de pauze komen evenals tijdens de ocïi-
tendzitting af en toe advocaten eexx kijkje in
de strafkamer nemen; de belangstelling van
de zijde van het publiek is weer afgenomen,
men heeft al zoo veel van wrakke beesten,
dunne koeien enz. gehoord-
Het verhoor vangt aaxx met den grossier A.
J. Zegers en diens zoon die handel drijven in!
binnen- en buitenlandsch vleesch. In 1931 en
1932 hebben deze getuigen Deensoh vleesch
geimporteerd, dat de Rotterdam werd ge
keurd. Om snelle keuring te bewerkstelligen
werd aan den keurmeester een extraatje van
vijf gulden gegeven. De fooien waren geens
zins bedoeld om de keuxmeesters minderwaar
dig vee in strijd met hun plicht te laten keu
ren. Beide getuigen verklaren, dat zij meer
dere maten aan verdachte De H. zwezerikken
hebben afgestaan. De H. erkende dit in zoo-
verx-edat hij wel eens eexx zwezerik van Ze
gers heeft weggegeven aan een vrouw, die
huilend aan het abattoir kwam om een stukje
vleesch voor haar zieke dochter af te bedeten.
Nadien heeft De H. nog eens een zwezerik
gekocht, die niet betaald werd.
De halwerker De Hoog weet te vexiellen. dat
verd. De H meermalen pakjes vleesch naar
Friesland heeft gestuurd. Verder werd wel
vleesch naar den burgemeester van Schie-
broek gebracht. Get. wist wel dat De H. fooien
aannam.
Pres.: In het keurlokaal was een kantoor
tje dat het „biecht kamer tje" werd genoemd?
Wat beteekende dat?
Get.: Dat weet ik niefc.
Pres.: Daar zal De H. wel opheldering over
moeten geven.
Verdachte De H. weet het echter niet; het
is de tweede maal. dat hij zijn kant-oorntje
zoo hoox-t noemen. Dien naam zal het gekre
gen hebben, toen het abattoir werd gebouwd.
Hij licht de zaak dan xxader toe. Hij weet
zich nog te herinneren dat slager Van Wal-
sum op zekeren dag uit het kamertje kwam,
zeggende: „Die chaxxro<repteger heeft me wéér
voor een knaak te pakken
Uit de verklaring van Van Wal sum blijkt
dat de H. hem eenvoudig dwong tot afgifte
van hoeveelheden vet van 3 tot 5 K.G. per
week.
Uit de vei-klaring van den halwerker W.
Terluin blijkt, dat De H. vaak koffers met
vleesch naar den vx-oegeren directeur en den
burgemeester van Schiebroek liet brengen.
De President wenscht blijkbaar nog niet op
deze onverkwikkelijkheden in te gaan.
Daarna worden firmanten van de firma De
Vries gehoord, omtrent de beenderbonnen-af
faire, waarbij blijkt, dat de slagers bij De Vries
kwanxexx klagen dat zij geen geld voor de beexx-
deren hadden ont-vangeix, terwijl De Vries aan
den hulpkeurmeester reeds betaling had ge
daan.
Verd. De H. geeft toe betaling voor beender-
boixnen te hebben ontvangen, doch dat was
daxx op verzoek van de slagers zelf geweest
Verd, inde dat geld omdat De Vries maar 1
keer per week op het abattoir kwam.
Het wordt stil in de rechtszaal als de oud
directeur van het Rotterdamsche abattoir
wordt voorgeroepen.
Op de vraag van den President of hem be-
kexxd was. dat de keurmeesters zich aan cor
ruptie schuldig maakten, antwoordt getuige,
dat hij dit wel eens heeft hooreix moxxxpelexi.
Hij heeft de corruptie echter nooit kuxxnen
ontdekken en had tenslotte den indruk gekre
gen, dat de geruchten grond van waarheid
misten.
Getuige wijst er dan op, naar aanleiding van
de vraag vaxx mr. Donker of het vaak voor
kwam dat de kern-meesters geen veearts kon
den vinden, dat dit juist is.
Ixx diexx tijd was het academisch gevormd
persoixeel buitengewoon schaarsch. Hierdoor
is de keuriixg van levend vee, die sinds 1922
wettelijk voorgeschreven is, achterwege moe
ten blijven.
Pres.: Waarom was er zoo weinig personeel?
Get.: Dat heb ik nooit begrepen. Het was er
zuinig en nog eens zuinig.
Dr. J. J. F. d'Hont, die als laatste getuige
wordt voorgeroepen, is gedurende vele jaren
directeur van het Rotterdamsche abattoir- ge
weest. Tijdens zijn directeurschap, dat tot
1925 heeft geduurd, is de vleeschkeuringswet
ixx werking gesteld, waarbij de verplichte'keu
ring van levend vee werd ingesteld. Get. heeft
ixx 1922 een ontwerp-verordening gemaakt,
waarin ook een bepaling was opgenomen, om-
trent de verplichte keuring van levend vee.
Ongeveer tegelijkertijd heeft getuige namens
het gemeentebestuur van Rotterdam met de
Inspectie te Den Haag gecorrespondeei'd over
het niet-invoeren van de keuriixg van levend
vee. De inspectie is blijkbaar over
tuigd geworden van de moeilijkheden welke
de keuring van levend vee voor Rotterdam op
leverde, waxxt zij heeft er nooit aaixmerking op
genxaakt, dat het niet gebeurde en is ook nooit
op haar eenixxaal ingenomen standpunt te
ruggekomen.
De President merkt op, dat het onaange
naam klixxkt te verxxemexx, dat getuige zich
door de keurmeesters vleesch heeft laten zen
den in hoeveelheden van 8 K.G. ongeveer, het
geen wettelijk verboden was.
Getuige erkent, dat hij de keurmeesters af
exx toe heeft verzocht hem en aan het adres
van den burgemeester van Schiebroek en an-
deiren vleesch te zenden.
Getuige verklaart, uitdrukkelijk, dat hij dit
vleesch door bemiddeling van de verdachten
W. de H. of J. L. B. bij een slager heeft ge
kocht en aan de keurmeesters betaald. Dat de
keurmeesters de slagers op hun beurt niet heb
ben voldaan, is getuige nooit bekend geweest
en hij heeft het ook nooit vermoed.
Verd. De H. erkent het geld van getuige
d'Hont te hebben ontvangen. Dat hij het niet
aan de slagers heeft afgedragen komt omdat
hij het vleesch heeft gekregen.
Hierop wordt het nadere verhoor van dezen
getuige in verband met het vergevorderd uur
van den dag geschorst.
Maandagmorgen om negen uur wordt de
behandeling voortgezet.
MET EEN JACHT ER VANDOOR.
DRIE JONGE NEDERLANDERS
GEARRESTEERD
Uit Ostende wordt aan de „Tijd" gemeld,
dat drie jonge Nederlanders aldaar Woens
dagavond met een jacht, toebehoorende aan
een Engelschman, zijn gaan varen. Donder
dagmiddag is het jacht gestrand te Nieder-
kerken. De drie passagiers werdexx door dé
politie aangehouden en naar Biuxgge over»
gebracht,