Welkom thuis!
Ook pantserauto's werden gebruikt bij het bedwingen
der onlusten in de hoofdstad Een bepantserde wagen
in de straten der Jordaan
Ramen dicht, of ik schiet! Met de revolver in de vuist, patrouilleerden de bereden
politiemannen door de straten der Jordaan, het brandpunt der onlusten te Amsterdam
Even voor het vertrek van de derde etappe van den .Tour de France".
renners Leducq, Magne en Biscot voor hun vertrek van Charleville
Mevrouw R. de la Mar Kley, de bekende actrice 'n
op 81 jarigen leeftijd te Amsterdam overleden
Het tweede gedeelte van de nieuwe spoorbrug over den Use! nabij Zwolle is
is ter plaatse aangekomen. Overzicht van het werk
Een grootsch werk. Reeds geruimen tijd is men bezig met een nieuwen bergweg aan te legges
in de nabijheid van Berchtesgaden. *Een Interessante opname bij de moeilijke werkzaamheden
FEUILLETON
De wonderlijke belevenissen
van dr. Kaiserlien
door WILL AMBEttG.
5)
(Nadruk verboden).
IV.
Onmiddellijk bij aankomst in het station
Starnberg beleeft Kaiserlien een kleine teleur
stelling.
.Ik zou er om durven wedden", had hij
vijf minuten tevoren tegen Ina Heldt. die
tegenover hem zat. gezegd, ..dat Moser aan
het station op ons wacht. Hij weet weliswaar
niet met welke trein ik kom, maar ik geloof
stellig, dat hij alle treinen afloopt".
Ina Heldt had deze optimistische bewering
met een verstrooid glimlachje beantwoord. Zij
dacht aan het werk dat haar nu weer te
wachten stond en dat haar leven nieuwen in
houd zou geven. Voor haar beteekende haar
taak bij dr. Kaiserlien alles en de kletspraat
jes van sommige Starnberger ingezetenen, die
het den jongen geleerde blijkbaar zeer kwalijk
namen, dat hij een gescheiden vrouw als as
sistente had aangesteld, nam zij daarbij gaar
ne op den koop toe.
De trein nadert het station. Beneden hen
strekt zich grijs-wit het meer uit. vol van
masten en blanke zeilen en pittige motor
bootjes. Dan stopt de trein onder de
overkapping van het zindelijke, door het hel
dere zonlicht overgoten station.
Dat alles biedt een vertrouwden aanblik en
Kaiserlien kan zich haast niet voorstellen
dat hij dat. in twee jaar niet gezien heeft..
Alleen Moser is niet te ontdekken .Eigen
aardig", denkt Kaiserlien, ..Hoe oud is Mosei
eigenlijk? Vijf en zestig. Hij zal toch niet ziek
rijn?»
Ina Heldt raadt zijn gedachten. „Vermoe
delijk heeft hij de villa van boven tot be
neden nog eens flink schoon gemaakt en de
kamers versierd. Dat zal hem dan wel tot de
laatste minuut in beslag nemen".
,,'t Ls mogelijk!" zegt Kaiserlien, zijn te
leurstelling zoo goed mogelijk verbergend. Zijn
oogen zoeken, begroeten oude dingen en ont
dekken nieuwe. Herinneringen duiken op.
Daar, precies op den hoek, waar die oude
linde staat, was hij plotseling op het idéé ge
komen, dat het vervaardigen van aluminium
rendabeler zou zijn te maken door de slakken
als brandstof te gebruiken. Bij die drogisterij
daar was hem die geschiedenis met zijn das
overkomen of eigenlijk die geschiedenis
zonder zijn das hoe was dat ook weer ge
weest?
Hij had toen als steeds belangstellend
welke nieuwe chemicaliën op de markt wer
den gebracht de étalages bekeken en toen
had hij in de spiegelruit ontdekt, dat hij ver
geten had een das om te doen; de verstrooide
professor, die al meer dan een uur in jaquet
maar zonder das had rond gewandeld
En elke minuut herinnert hij zich nu wat an
ders.
Dan ontmoet hij een paar kennissen; zij
zijn zichtbaar verbaasd, ais zij hem plotseling
ontdekken, aarzelen, weten niet of zij hem
wel zullen groeten. Hij knikt vriendelijk, maar
versnelt tegelijkertijd zijn pas om te voor
komen, dat zij hem zullen aanspreken. Hij
heeft nu slechts behoefte zoo spoedig mogelijk
zijn klein paleis in het park te kunnen be
treden. Nog één bocht, dan nog een en dan
zal hij de witte muren van zijn villa reeds
tusschen het groen van het park kunnen
zien schemeren.
Of: wit? Neen. vuil-grijs. Moser zal zijn zin
nebben; hij zal de buitenmuren van de villa
nog dit jaar laten witten; het zal inderdad
bard noodig zijn.
Eindelijk staat hij voor het park, Diep
ademt hij de zuivere lucht in. Nog honderd
meter.
Terwijl hij denht, spert hij plotseliiie
zijn oogen wijd open van verbazing. Want het
huis, dat daar in het groen ligt ja. maar
is hij dan kleurenblind geworden, kan hij
dan grijs niet meer van geel-bruin ondersche-i
den? Dat huis daar
Ina Heldt is niet minder verwonderd dan
hij; ook zij heeft de verandering onmiddellijk
ontdekt. ,.Ik geloof, dat Moser eenvoudig,
zonder u daarin te kennen den schilder heeft
laten komen en de villa opnieuw heeft laten
installeeren!"
„Heeft hij zich misschien met u in verbin
ding gesteld?"
„Met mij? Nee!"
„Maar waar heeft hij dan het geld van
daan gehaald?"
Ina Heldt glimlacht. Dr. Kaiserlien is toch
nog steeds lichtelijk naïef. Alsof den naam
Kaiserlien geen crediet zou worden verleend!
..Moser zal waarschijnlijk wel gezegd hebben
dat zij de rekening maar bij uw terugkomst
moesten presenteeren".
Kaiserlien fronst het voorhoofd. Hij is het
er nog niet met zichzelf over eens. of hij
Moser daarvoor moet prijzen of dat hij hem
een flink standje zal geven. De man leeft
nu eenmaal voor orde en netheid. Bovendien
Ls hij huisbewaarder en in die kwaliteit heeft
hij uiteraard uitgebreide bevoegdheden. Alles
goed en wel, maar met opdrachten als deze.
achter den rug van zijn meester om, ging
hij toch zijn boekje te buiten. Dat was niet
zooals 't hoorde.
Plotseling is Kaiserlien's goede stemming
verdwenen. Het ergert hem ook, dat Moser
zelfs nu nog niet te zien is.
Dan staat hij vlak voor de villa. Zij is
bijna niet meer te herkennen. Niet alleen,
omdat zij opnieuw gewit is. Het schijnt zelfs
wel een geheel nieuw huls te zijn. Voor de
ramen bloembakken ls Moser dan gek ge
worden hij weet toch dat die bloemen het
geen dag uithouden in de chemische dampen
waarin Kaiserlien pleegt te experimenteeren?
En wat nóg: gordijnen in het laboratorium!
Twee soorten gordijnen zelfs. Overgordijnen
en_vitrages of hoe die dingen mogen heeteni
Verdraaid, wat haalt die man in z'n hoofd?
Hoe vaak heeft hij hem nu al niet aan zijn
verstand gebracht, dat het laboratorium kaai
moest blijven, omdat elk stofje het brandge
vaar verhoogde?
Ongeduldig drukt Kaiserlien op de knop van
de electrische bel. Had hij even naar het naam
bordje gekeken, dat zich vlak bij deze knop
bevond, dan zou hij zeker minder verbaasd
zijn geweest, dat een dienstmeisje in kame-
nierkleeding in plaats van Moser de deur
opende.
Nu staart Kaiserlien de gedienstige met
open mond aan. M'n hemel, wat heeft die
Moser in de twee jaar van zijn afwezigheid
uitgevoerd? Hoe komt hij er bij nieuw perso
neel aan te stellen? Dat ontbrak er nog maai
aan. dat zijn gedienstige geesten met witte
bandjes in het haar rondliepen!
De kamenier van haar kant constateert, dat
zij nog nooit in haar leven zoo impertinent
gefixeerd is als nu. ..Wat verlangt u?" vraagt
zij snibbig, als Kaiserlien in stomme verbazing
blijft zwijgen.
..Wat ik verlang?" Hij buigt spottend. ..Mijn
naam is Kaiserlien. Misschien geeft dat feit
mij verlof binnen te mogen komen".
„O", zegt het meisje. „De vroegere eige
naar van de villa! Een oogenbük. ik zal me
neer Rothaug even waarschuwen".
„Wat zei zij nu eigenlijk? De vroegere
eigenaar van de villa? Meneer Rothaug waar
schuw? Heeft hij dat goed verstaan? Hij
wendt zich tot Ina Heldt, die radeloos om zich
heen kijkt.
Het meisje komt terug: „Meneer verzoekt u
binnen te komen!"
Kaiserlien is bleek van woede. Meneer ver-
ioekt u binnen te komen? Men veroorlooft hem
mderdanigst zijn eigen villa te betreden? Wie
s hier nu eigenlijk de baas?
Hij stormt naar binnen, maar deinst dan
ook even schielijk terug. Is dat nog zijn huis?
Een hall met futurische muurschilderingen,
aan beide muren schilderijen, die raadseltjes
opgeven. Stoelen, waarop geen fatsoenlijk
meusch behoorlijk zal kunnen zitten en daar
boven een half dozijn electrische lampen, die
er uitzien als hangende pyramiden!
Het volgende oogenblik staat hij tegenover
een klein, reeds eenigszins bejaard heertje. Een
omvangrijk hoofd met sterk beaderde wangen
staat min of meer ongelukkig op een zeer
schraal lichaam. Hij heeft den man, die daar
voor hem staat nog nooit gezien, maar hij
haat hem reeds bij voorbaat, omdat hij de
ondraaglijke geur van een of ander zoetig
haarmiddeltje verspreidt.
„Aha, dr. Kaiserlien?" vraagt het mannetje.
,Het is mij werkelijk een genoegen toch nog
kennis met u te maken!"
Wat was dat nu weer? Toch nog kennis
te maken
Meneer Rothaug is een en al minzaam
heid en praat aan een stuk door. Z'n blik blijft
bewonderend op Ina Heldt rusten: „De jonge
mevrouw Kaiserlien zeker, die de vroegere wo
ning van haar echtgenoot nog eens wilde
zien?"
Ina Heldt blijft van louter ontzetting het
antwoord schuldig.
Kaiserlien weet zich slechts met moeite in
de merkwaardige situatie te schikken. ..Ik ken
u niet", brengt hij er eindelijk wat stamelend
uit.
Rothaug is mijn naam. Het is mij een buiten
gewoon genoegen u hier te mogen begroe
ten. Uw aanhankelijkheid aan uw vroegere
verblijfplaats weet ik te waardeeren
„Waar is Moser eigenlijk?" onderbreekt
Kaiserlien eenigszins grof deze welkomstrede.
de onschuldige vriendelijkheid van het man
netje windt hem meer en meer op.
„Wie is Moser?" vraagt deze op zijn beurt.
.Mijn huisbewaarder".
,A.ch zoo, ja juist, die heette zeker Moser.
nja, die moest ik tot mijn spijt wel ontslaan".
„Hebt u hem ontslagen?"
„Ja, die was al te zeer onder den indruk
'an uw tegenspoed. Ik geloof, dat hij onlangs
iverleden is".
(Wordt vervolgd).