UIT HET BUITENLAND
De Grafheuvel van Lugnaro.
MAANDAG 23 JULI 1934
HAARLEM'S DAGBLAD
De moeilijkheden in de Fransche regeering. Doumergue
denkt niet aan aftreden. Japansch minister onder
verdenking van omkooperij gearresteerd.
Frankrijk.
Doumergue geeft den moed
niet op.
Over de besprekingen welke Zondagmidag
plaats hadden tusschen Doumergue en Chéron
op het landgoed van den ministerpresident,
en welke langer dan een uur duurden, wordt
het meest stilzwijgen betracht.
Als zeker kan echter worden aangenomen,
dat Doemergue er niet aan denkt zich uit de
politiek terug te trekken, zooals sommige leden
van het kabinet zouden heben aangeraden
Veeleer rekent men erop, dat een formule
zal worden gevonden, om den godsvrede te
handhaven.
In regeeringskringen verlangt men alge
meen. dat een kabinet van algemeene eenheid
zal behouden blijven en de bladen brengen
dezen wensch tot uitdrukking.
De .Matin" verlangt, dat de economische
belangen des lands thans de eerste plaats
zullen Innemen en houdt zoowel Radicalen als
liaan* sueqi pfuis iep 'jooa ueAajicA-iasuoo
ten goede kan komen aan een Marxistisch
eenheidsfront, terwijl ,,Le Jour" erop wijst,
dat een aftreden van het kabinet-Doumergue
een catastrofe zou beteekenen voor het land.
Japan.
Minister Nakagimi in arrest.
De Japansche minister van Industrie en
Handel, baron Nakagimi, is naar United Press
aan de Tel. meldt onder verdenking zich te
hebben schuldig gemaakt aan omkooperij en
in verband met het geruchtmakende schan
daal van de Bank van Formosa, gearresteerd.
De arestatie van dezen bekende politicus
heeft niet alleen groot opzien gebaard, maar
wordt eveneens in vele kringen beschouwd zal
de bevestiging van de beschuldigingen, welke
destijds tegen het kabinet in verband met
bovenstaande affaire, zijn geuit.
Dit schandaal is. naar men weet. aanleiding
geweest, voor het aftreden van het kabinet
Saito.
Amerika.
Schulden-onderhandeling met
Rusland zonder resultaat.
Na afloop van een bespreking met den Sov
jet-gezant Trojanowski deelde het Ameri-
kaansche departement van buitenlandsche
Zaken volgens Reuter mede., dat de Ameri-
kaansch-Russische onderhandelingen over
de schulden, die gedurende zeven weken te
Moskou tusschen den. Amerikaanschen ge
zant Mullitt en Volkscommissaris Litwinof
zijn gevoerd tot tot een resultaat hebben
geleid. Zij zullen thans, echter door den ge
zant Trojanowski. minister Huil en onder
staatssecretaris Moore te Washington wor
den voortgezet.
Duitschland.
Dr. Guertner over rechtspleging
In een circulaire aan alle justitioneele amb
tenaren hqeft de rijksminister van justitie, dr.
Guertner, gezegd, dat na het neerslaan van
de hoog- en landsverraderlijke aanvallen op
de volksgemeenschap op 30 Juni en volgende
dagen, de rijksregeerlng voor den verderen
arbeid aan den nieuwen opbouw van het rijk
meer dan ooit eerbied voor de wet noodig
heeft. De rechtspleging, aldus de minister,
moet daarbij zonder aanzien des persoons te
werk gaan; zij heeft alleen te maken met het
welzijn van het volk en de gerechtigheid. Po
gingen, om op den rechtsgang invloed te oefe-
nen moeten uitdrukkelijk worden afgewezen
en aan de bevoegde autoriteiten gemeld. In
geen geval mag het onderzoek er door ver
traagd worden. Bij alle maatregelen moet voor
alles hierom gedacht worden dat tegenover
de hooge plaats van dragers van het Duitsche
ambt van leider en onderlelders ook hoogere
plichten .staan. De volksgemeenschap moet er
op kunnen rekenen, dat de straf, die hen bij
overtreding treft, daarmee in overeenstem
ming is,
Zuid-Afrika.
Loopgravenoorlog in den
Chaco.
De oorlog in den wildernis van den Ohaco
-Is sinds Zaterdag van een open terreinstrijd
gewijzigd in een stellingsoorlog, gelijk, die ook
in den oorlog van 19141918 gestreden is. De
troepen hebben zich aan beide zijden in loop
graven verschanst. De geheele week heeft de
Boliviaansche artillerie de Paraguaysche stel
lingen onder vuur gehouden, teneinde om
trekkende bewegingen te verhinderen, terwijl
de Paraguaysche troepen met ononderbroken
vuur uit zwaar geschut een dreigende tegen
aanval traohttten te verhinderen.
Italië.
Scherp verwijt tegen Duitsch
land.
In een senstationeel hoofdartikel, dat het
eind van de Duitsch-Italiaansche vriendschap
schijnt aan te kondigen, beschuldigt de hoofd
redacteur van het blad van buitenlandsche
zaken, de ..Giornale d'Italia". Virgilius Gay da,
de persoonlijke journalistieke medewerker van
Mussolini, Duitschland openlijk de terroristi
sche aanslagen in Oostenrijk op touw te heb
ben gezet en tc hebben uitgevoerd.
Gayda sommeert Duitschland in ultimatie-
ven vorm hiermede op te houden, anders zou
een bedenkelijke storing in de Duitsch-Itali
aansche betrekkingen niet uit kunnen blijven.
Het is, en wel door de nazi-pers zelf, bewezen
dat Duitschland deze terroristische aanslagen
goedkeurt, dat de centrale der actie op
Duitsch gebied te zoeken valt, en dat het
grootste deel der bommen en ontploffings-
stoffen van Duitschen oorsprong is.
Dat men tc officieeier plaatse in Duitschland
deze terroristische acties goedkeurt, beduidt
voor de Duitsch-Italiaansche relaties een
ernstig gevaar. Het verwekt een steeds groeien
den geest van wantrouwen en vijandschap te
genover het nieuwe Duitsche rijk.
Wat Duitschland thans in Oostenrijk doet,
moet overal de diepste verontwaardiging
wekken. Het is een aanfluiting van de Euro-
peesche beschaving. Dollfuss heeft niet alleen
het recht, maar op hem rust ook de plicht
zich ertegen te verdedigen.
(N. R. Ct.)
Hittegolf boven V. S. houdt aan
Reeds 250 slachtoffers.
Oogst zwaar getroffen.
NEW YORK, 22 Juli (V.D.) Het totaal
aantal personen dat tengevolge van de buiten
gewone hitte in de Vereenigde Staten om het
leven is gekomen, was Zondagmiddag gestegen
tot 250. Nog steeds belooft het weer geen
daling van temperatuur.
NEW YORK. 22 Juli (Reuter). De be
richten uit het door droogte geteisterde ge
bied worden met den dag alarmeerender.
In den staat Nebraska wordt de schade
reeds op 156 millioen dollar geraamd.
Uit den staat Missouri komt bericht, dat de
haveroogst slechts 10 procent en de tarwe
oogst slechts 156 millioen dollar geraamd.
Uit den staat Missouri komt bericht, dat de
haveroogst slechts 10 procent en de tarwe
oogst slechts 15 procent zal bedragen van den
oogst van verleden jaar, terwijl van den mais-
oogst in het geheel niet zal terechtkomen.
Een derde gedeelte der geheele boerenbe
volking houdt zich bezig met den aanvoer
van water, dat dikwijls van 15 Kilometer af
stand moet worden gehaald.
In vele streken is het watergebruik gerant
soeneerd. In het rijke en vruchtbare Minne-
seta rekent men op een oogst van hoogsten
de helft van het normale en op vele plaatsen
verwacht men niet meer dan 20 procent.
In het Zuiden van Iowa verwacht men dat
geen haver, geen maïs en geen hooi zal kun
nen worden geoogst, dan hoogstens voor eigen
gebruik.
In 9 districten van den staat Oklahoma
rekent men op een volslagen misoogst, in de
overige 21 op hoogstens 10 procent van een
normalen oogst.
Uit Arkansas zijn de berichten even treurig.
In verschillende Westelijke Staten, zooals
Idaho, Californlë, Arizona en Noord-Mexico
vreest men, dat, ondanks het uitgebreide be-
vloeiïngs-systeem van de vruchten en groen
ten niet veel zal terechtkomen.
De minister van Landbouw heeft tegen mor
gen een droogte-conferentie bijeengeroepen
in Kansas-city.
Groote verwoestingen aan
Panama's kust.
Aardbeving eischt talrijke
slachtoffers.
Een eiland verdwenen.
Tengevolge van een aardbeving, die David
City en Puerto Armuelles, aan de Stille Oceaan
kust van Panama, geteisterd heeft, zijn in
laatstgenoemde stad verscheidene menschen
gedood en talrijke gewond. Een van beton ge
bouwde scheepswerf, die driehonderdduizend
dollar gekost heeft, is geheel verwoest. Tal
rijke gebouwen zijn ingestort In de stad is de
staat van beleg afgekondigd.
Uit verschillende andere deelen van de pro
vincie Chiriqui worden eveneens aardbevingen
gemeld, waarbij de huizen instortten. De ver
schrikte bewoners kampeeren in de open
lucht.
Het eiland Sevilla, dat voor de kust van Chi
riqui lag is door de aardbeving verdwenen.
Andere eilanden zijn eveneens getroffen.
Zware fabrieksbrand bij
Antwerpen
Twee brandweerlieden gedood en zes gewond
bij blusschinswerk.
Zondagmiddag ongeveer 2 uur is brand uit
gebroken in de opslagplaats van de kaarsenfa
briek der firma Roubaix Goudenhove te Bor-
gerhout nabij Antwerpen Het vuur vond gre
tig voedsel in de hoeveelheden olie en vetten,
welke daar waren opgeslagen. Spodeig stond
de opslagplaats in lichter laaie. De brandweer
van Borgerhout bestreed met al het materiaal
deze vuurzee en moest de assistentie inroepen
van de Antwerpsche brandweer.
Onverwachts deed zich een ontploffing voor
in de opslagplaats, met het gevolg, dat een
der gevels instortte. Acht brandweerleden
werden onder het neervallend puin bedolven.
Ijlings schoten burgers en arbeders van de
fabriek toe om de manschappen te bevrijden.
Toen het opruimingswerk, dat met groote moei
lijkheden gepaard ging. ver genoeg gevorder
was bleek, dat 2 brandweerlieden gedood wa
ren, terwijl de zes anderen zwaar gewond zijn.
Vier van deze gewonden verkeerden in hope-
loozen toestand.
Dank zij het krachtig ingrijpen van de brand
weer van Antwerpen kon de fabriek zelf be
houden blijven. Om zes uur in den avond was
de opslagplaats uitgebrand.
Op zoek naar de schatten van
Habib Oellah.
Amerikaan met een wichelroede er op uit.
De Afghaansche regeering heeft een Ameri
kaan toestemming verleend met een wichel
roede van eigen vinding te zoeken naar de ver
borgen van schatten van Batsjo Sakwao, den
..zoon van den waterdrager", die als Habib
Oeliah den troon van Afganistan besteeg na
de vlucht van Amanoellah.
Deze schat bestaat uit de vroegere staats-
juweelen, alsmede goud en edelgesteenten, die
hij uit particuliere bezittingen van Amanoel
lah en anderen heeft geroofd. De schat is ge
borgen in de heuvels nabij Kaboel, doch de
juiste plaats is niet bekend.
Nadat Batsjo Sakwao gevangen was genomen,
is hij gefolterd om de plaats te verraden, doch
hij is gestorven, zonder iets te zeggen.
Zooais men zich nog wel zal herinneren wist
Batsjo Sakwao zich op te werken tot bandie
ten-hoofdman en na de vlucht van Amanoe-
lah besteeg hij de troon van Afganistan.
Hoewel niet ontbloot van gezond verstand,
was hij toch ruw en onontwikkeldHij kon
geen woord lezen noch schrijven, en toen na
zijn troonsbestijging het corps diplomatique
aan hem werd voorgesteld, dacht hij, dat dit
allen ambtenaren van zijn staat waren. Hij
hield derhalve een gloedvolle redevoering,
waarin hij hen dankte voor hun trpuw en hun
beloofde hun salaris te zullen verhoogen.
Werd Erich Mühsam vermoord?
Onthullingen van zijn vrouw.
In de N. R. Crt. treffen wij een uitvoerig re
laas aan van de vrouw van den Joodschen
socialist en schrijver Erich Muhsam. wiens
dood kort geleden gemeld is. Mevrouw
Mühsam vertelt, dat haar man in de verschil
lende concentratiekampen en gevangenissen,
waarin hij sinds den Rijksdagbrand vertoefde,
de schandelijkste vernederingen en mishan
delingen heeft moeten ondergaan. Het laatst
bevond hij zich in het concentratiekamp Ora-
nienburg.
's Avonds den Ssten Juli J.I., nadat zijn vrouw
hem een kort bezoek had mogen brengen,
vroeg Sturmführer Ehrhardt aan Mühsam
„hoelang hij eigenlijk nog op aarde dacht
rond te wandelen". Deze had geantwoord;
„Nog heel lang, want zelfmoord bega ik
niet!" Waarop Ehrhardt: „Wanneer jij niet
binnen twee dagen zelf zorgt, dat je ver
dwijnt, zullen wij je een handje helpen". Toen
begreep Mühsam, dat het uit was. Hij vertel
de wat Ehrhardt hem gezegd had aan zijn
kameraden en verdeelde zijn laatste goed on
der hen.
Maandagavond, 9 Juli, tegen zeven uur.
werd Mühsam weggeroepen .„om te worden
verhoord". Men zag hem niet meer terug. Den
volgenden ochtend miste de korporaal van de
slaapzaal men noemde hem Himmelstoss.
naar Remarque Mühsam bij het appèl; hij
zette de andere gevangenen aan het zoeken.
Zij vonden hem opgehangen op de latrine.
Het stoffelijk overschot werd ter beschik
king van de familie gesteld. Mühsam's zwager
wist gedaan te krijgen dat de kist op het kerk
hof werd geopend. Een roode streep om den
hals, maar het gelaat was wit, niet zooals
anders bij gehangenen.
Op de acte van overlijden staat ook zelf
moord niet als de doodsoorzaak aangegeven;
dat had geen enkele dokter durven ondertee
kenen. 16 Juli is Erich Muhsam op het Wald-
friedhof te Berlijn-Dahlem begraven.
Aldus besloot mevr. Mühsam haar relaas.
zich half over he t dak buigt. Een papiertv.
met verregend schrift verkondigt, dat her
Svensson, eerste boerderij rechts beneden aa:
de helling, den sleutel heeft en na wat zoeke:
wordt hij bij zijn keurig tot reusachtige bijen
korven gestapelde houtmijten gevonden ej
nadat hij eerst nog de kippen gevoerd heef-
en den zeer levendigen hond aan den kersen
boom in 't tuintje gebonden heeft, loopt hij
mee op. den weg terug naar dat idyllisch*
boerderijtje, terwijl hij -natuurlijk! be
gint over m'n kettingkast. die op Deensche
herkomst van m'n goed-Hollandsche fiets zo-
wijzen, en vervolgens overstapt op zeevaai-l
ders in de grijze oudheid, die hier tegen dri
hellingen woonden, omdat toen de baai kilo-I
meters verder 't land in gang, zoodat ze hun
booten op 't strand trokken, waar nu op eesj
flauwe golving 't kerkje van Hasslöv ligt t«|
droomen achter de blanke berken.
Na bijna dertig eeuwen.
Bautasteenen
in Noora-Hanand als karakteristieke gedenkteekenen voor de vikings uit
vroeger eeuwen.
(Van onzen correspondent te Stockholm).
Zacht voortspinnend heeft de fiets me tus
schen de rijpende roggelanden van Halland-
sasen door gedragen over de smalle bochten-
de zandpaadjes die er van hoeve naar hoeve
gaan, Soms was er in het dal het fijne groen
van de beuken, die verder naar 't Noorden
nergens zoo forsch en welig staan, die je er
hier mét de witte zadeldaktorentjes en de
vierkante boerderijen in vakwerkbouw. aan
herinneren, dat Hallandsasen de grens is tus
schen Schonen en Zweden, tusschen het Mid-
del-Europeesche cultuurgebied en Scandina
vië. Dan was er een brok heide met flauwe
golvingen en wind-gekromde jeneverbessen,
wat verderop weer dennenbossch en steenige
weiden met zwart-bonte koeien. En telkens
weer, waar het land open lag met golvende
akkers tegen de hooge blauwe lucht, lag er
geraffineerd juist boven op den kroon van
den machtigen breeden heuvelrug als een
ronde verhooging met wat struiken en dooi
den altijd uit zee waaienden wind oostwaarts
neergebogen meidoorns een kleine grafheu
vel, die meer uit angst voor booze geesten dan
uit piëteit voor de voorvaderen onaangetast
was gebleven, die gespaard was voor de schop
van den grindgraver en hetploegijzer van
den boer en die zoo nóg met zijn struiken en
zijn wild gebloemte lag tusschen het wijd
weg deinende graan, zooals hij ook in vroeger
eeuwen daar. juist iets uitstekend boven den
zacht golvenden lijn van de heuvels, gelegen
moet hebben.
Ze geven wat teekening in het landschap,
die grafheuvels, ze hooren bij dit Halland -
sche kustland, vanwaar in 't bronzen tijd
perk de kleine, scherp-gebouwde booten weg-
koersten over de blauwe baaien naar de in
zonrnedoom wazig wordende zee, ze kunnen je
als oriënteeringspunt dienen bij lange tochten
over den heuvelrug en ze zijn er zoo talrijk,
dat het onderzoek van slechts enkele exem
plaren voldoende was om de nieuwsgierigheid
van de archaeologen tevreden te stellen, zoo-
dat de meeste er onberoerd, ongeschonden
zijn blijven liggen op hun hoogten als getui
gen van bewoning van deze streken in oude
tijden, zooals daar verder naar het Noorden
waar de zanidge stranden overgaan in door
branding glad- en rondgesohuurde rotsen, de
hooge bauta-steenen opgesteld staan als ge
denkteekenen voor vikings, die eens wegvoe
ren naar waar de zon ondergaat om nimmer
weer te keeren naar deze lage kust onder de
hooge ruimten.
En nu glijdt de fiets, wat ingehouden dooi
de remmen, de laagte in, naar de vlakte van
Laholm, waar de weilige graanlanden nevens
een liggen en de suikerbietenrijen eindelooze
strepen trekken van groen op donkeren grond.
Hier en daar ligt een boomengroep met een
kasteelte of een heerenboerderij of een kerk
je, dat zijn spits tegen de lucht priemt en
verblindend wit schittert achter de stammen
langs den kerhofmuur. Hier en daar donkert
een boerderij met stallen en schuren en een
klein bont brokje tuin en reoht-uit, recht
aan loopen de boomenrijen van de wegen door
het lichte, zon-overgoten land.
Ergens aan een kruispunt staat een bordje
met „Lungnarohögen" en wat verderop staat
er nog zoo een. nu van Turistföreningen. de
Zweedsche A.N.W.B.. die alleen maar paden
in Lapland, uit zichtspun ten en bijzondere be
zienswaardigheden met bordjes aanduidt, en
dit bordje wijst op een heel klein boerderijtje
met vonkende geraniums onder de witte gor
dijntjes en een stralend-bloeiende vlier, die
ONZE DAGELIJKSCHE
KINDER VER TELLING.
Hij tastte eens rond en voelde iets dat op den rand van
een bed leek. Dit was ook zoo, want al spoedig voelde hij
ook een deken en kussens. Uitgeput van angst en ver
moeienis viel Piet op het bed neer en opnieuw huilde hij,
huilde hij, zooals hij misschien nog nooit gehuild had....
Onverwachts ging de deur open en een lichtstraal viel
naar binnen. Pilet keek op en zag thans weer een
anderen kerel voor zich staan. „Pedro ik. jai?" zei die
snoeshaan. Pedro, Pedro. dat woord had Piet wel eens
gehoord. Zou die vent zoo heeten. „Ik wil naar huis," zei
Piet. De ander grijnsde. ..Hois, hois," herhaalde hij. „Jij
niet hois, jai skip, jai mee." Wat een raar taaltje, Maar je
kon het tenminste begrijpen.
Het boolgraf bij de ontgaving in 1926; lm*sl
de grafruimte, waarin de urn geborgen was. I
Later is er van beton en steenen een dak
overheen gemaakt, zoodat de grafheuvel heti
oorspronkelijke uiterlijk herkreeg.
(Foto: Zweedsche Oudheidkundige
Dienst).
Zoo komen we bij 't boerderijtje met de
bloeiende vlier, gaan er een achterdeurtje
in naar de vroegere melkkamer. alwaar vijftig
öre betaald dient te worden. .Kijkt u maar op
't reglement, dat is 't tarief en ik mag geen
fooien aannemen en als u niet gepast hebt
neemt u maar een paar briefkaarten" en
dan vertelt de ouwe baas met een pondus en
een vloed van vaktermen alsof hij de rijks-1
antiquair Curman zelf is over het bootgraf
uit het bronzen tijdperk, dat enkele jaren
geleden vlak achter het boerderijtje ontgra
ven is, het eenige door een formeelen graf
heuvel van zware rolsteenen en zand en zo
den overdekte bootgraf uit dit tijdperk dat
men ooit gevonden heeft; dan zegt hij ge
lukkig zonder de anders altijd gebruikelijke
grapjes zijn gidsen-lesje op over steenen tijd
perk en bronzen tijdperk en ijzeren tijdperk,
over koepelgraven en bootgraven en steenkis-
ten en rotsteekeningen en steekt dan een
stallantaarn aan, waarschuwt voor de twaalf
treden naar 'beneden en den lagen ba'.k en
daalt af, het duister van het trapgat in.
Twaalf treden tel ik, onwijk den balk, loop
door een donker smal gangetje met een zan-
derigen vloer, ga het vage schijnsel van de
lantaarn achterna, dat soms even wegibuigt.
dan voorlicht bij een paar treden. Ik moet
denken aan een klauterpartij door gangen en
over steile trappen naar do grafkamers in
een pyramide, waar de Arabische gidsen het
akrasje lieten omvallen wanneer je niet voor
een hoop geld je toekomst wilde leeren ken
nen uit wat met den vinger geteekende fi
guurtjes en lijntjes in 't zand van de grafka
mer van de gemalin des pharao's, waar ze je
in 't donker een doodsangst op 't lijf joegen,
wanneer je het vertikte om hun „absoluut
echte" scarabee's te koopen, waar ze je fooien
en entreegelden ten bate van den sheik der
pyramiden afpersten, die je reeds lang te
voren aan Cook Son had betaald. Enfin,
herr Svensson. die lustig voortkauwt op bijn
pruim, laat zijn lantaarn niet uitwaaien en
doet niet geheimzinnig en aast niet op fooien.
Hij brengt, me voor een vierkante opening,
waarachter heel vaag in 't zwakke licht van
een paar verborgen lampjes iets is te zien van
een schip van op hun kant gestelde steen
blokken. Daarboven welft zich laag het dak
van rolsteenen, dat aan beide zijden tot den
grond toe reikt. En naarmate je oogen aan
de half-donkerte gewoon raken zie je duide
lijk den grooten steen, die den achtersteven
van het schip moet voorstellen, zie je aan
stuurboord een paar steenen, die een bakje
vormen, dat oorspronkelijk door een nu wat
terzij geschoven deksteen afgesloten was.
Daarin ligt een kleine urn. een getrouwe copie
van de oorspronkelijke, die nu in het Oud
heidkundig Museum van de hoofdstad be
rust. En herr Svensson vertelt half fluisterend
dat die grafruimte zoo zorgvuldig gebouwd is
geweest, dat in de welhaast dertig eeuwen,
die er sedert de bijzetting van de asch van
den hoofdman verstreken zijn. geen korreltje
zand in die ruimte was binnengedrongen,
vertelt, hoe er boven op de asch een vergaan
stukje goed heeft gelegen, waarvan nog dui
delijk de structuur te zien was. teen dominee
Ewald van Hasslöv op dien herfstdag van
1926 voorzichtig het deksel van de urn lichtte
terwijl zijn handen van aandoening beefden.
En al heeft men dezen hoofdman, die niet
zooveel eeuwen na Toet-Anch-Amen leefde
dan geen kostbare albasten vazen en rijk met
email en edel metaal ingelegde meubelen in
het graf meegegeven, toch jagen er op de
beenscherven een bronzen dolk en een priem
en een pincet, die fijn en zorgvuldig bewerkt
waren. En er komt een vreemde stemming
over je, wanneer je daar zoo staat te kijken
in die vaag verlichte ruimte met dat steenen
schip, als je daar dat graf zoo ziet. zooals het
een drieduizend jaar geleden er gelegen moet
hebben toen de brandstapel gedoofd was en
de asch in de urn was vergaard, maar men
nog geen begin had gemaakt met het bedek
ken van het graf, met het ophoopen van de
steenen en den grond, die eerst vele eeuwen
later door menschen van den Oudheidkundi
gen Dienst verwijderd zouden worden. En dan
gaan we zwijgend terug door een andere on-
deraardsche gang, waar het licht van de
stallaantaarn tegen de muren speelt, tellen
we treden weer. komen we ln de melkkamer
met de roode plavuizen en de houten ban
ken en de afgietsels van de grafvondsten. En
daar in het voorportaal van het graf van den
Hallandsohen hoofdman, den zeevaarder, die
fier zijn schip door de branding stuurde naar
de wijdheid van zee en zonnehemel, praten
we bij een pijp tabak over de menschen. die
nu in deze streken wonen, over communisme
en nazisme, over kunstmest en crisis-melkre-
geling en de laatste voetbalmatch tegen de
Denen.
C. G. B.