Waar die Stoekfaoimsehe
Het land van Ahmed Zogoe.
ZATERDAG 11 AUGUSTUS 1934
HAARLEM'S DAGBLAD
7
Hlodeetre oa(é-u&tauMinls idealistische*t yaHicUtag..
Vossebessen tegen scheurbuik
Toen het Norma-café, waar deze foto genomen is, gebouwd werd protesteerde de
directeur van de nabijgelegen middelbare school, daar hij een slechten invloed
van het café en zijn bezoekers op de leerlingen vreesde. Tegenwoordig komen er
tusschen den middag haast meer scholieren dan volwassenen hun warme lunch
gebruiken en directeur noch ouders hebben reden tot ontevredenheid.
([Van onzen correspondent).
STOCKHOLM, 1 Augustus.
Een werklooze jongen loopt langs Skepps-
bron, langs Slussen, langs Komhamnstorg. Hij
zuigt op een Bridge, die hij van een lotgenoot
gekregen heeft, kauwt nog op het lange pa
pieren mondstuk als 't laatste brokje gloeien
de tabak weggeblazen is door den wind, die
van over het water aangestreken komt naai
de drukke kaden van Gamla Staden. Hij loopt
langs de stapels vrachtgoed bij de kuststoomers
hij loopt langs de witte kottertjes van Lysekil
en Marstrand, waar vaten gezouten haring
op het dek staan en huisvaders onderhandelen
met pruimende visschers, hij blijft staan op
den hoek van een der donkere steegjes, die
als koele kloven tusschen de hooge huizen van
dit oude stadsdeel liggen. Een enkele maal
vraagt hij een voorbijganger beleefd en on
opvallend om geld voor een kop koffie. Men-
schen gaan langs hem heen, zien hem niet,
luisteren niet. Maar dan komt er een haven
arbeider in blauwen overall," die wel werk
heeft, komt er een moederlijk-medelijdende
ziel van een marktvrouw, de jongen krijgt een
paar tien-örings og een vijf-en-twintig ore-
stuk. licht zijn pet en loopt in Funckens
grand Norma binnen, waar hij in overleg met
de dienster uitrekent hoeveel sneden grof
tarwebrood plus een kop koffie en een fooi
zijn kas hem veroorlooft. Dan neemt hij een
krant, leest de advertenties door, de sensatie
verhalen, de politieke berichten en het sport
nieuws. belt op naar een kennis, slurpt aan
de koffie, kijkt eens naar buiten door de
groote ramen, die een meer dan eens ge-
teekend brok van 't bonte leven op de bloe
menmarkt van Kornhemnstorg met daarach
ter de kaden en 't glinsterend vlak van het
Malarmeer en de hoogten van Södermalm. om
lijsten. Daar midden voor de raamvlakken
hangen kleine scheepjes met bolle zeilen,
achter in 't cafe spreiden scheepslantaarns
zwak licht over de tafels met de vroolijke
kleedjes en glanzen oude koperen gebakvor-
men boven het buffet en om den open haard.
Er hangen schilderijen langs de wanden van
een jongen modernen kunstenaar, er zijn een
paar goede etsen van Stockholmsche kaden
en op een kastje ligt een flesch met een
trotsch fregat op schuimende stopverfgo'lven.
Het lage plafond van ruwe planken is be
schilderd met etiketten van bierfleschjes uit
den tijd van vóór de fusie der groote brouwe
rijen en oude voerlui en havenarbeiders heb
ben een beetje medelijden met zichzelf, wan
neer ze denken aan het verschil tusschen de
pilsner Klass II, die nu voor hen staat, en
het schuimende bier van vroeger, waaraan die
etiketten de herinnering bewaren. Kantoorbe
dienden komen om te lunchen, een winkel
juffrouw bestelt koffie, brood, een krant en
sigaretten, een zeeman met blauwe ankers op
de handen monstert met kennersblik de oude
scheepjes en de flesch met het fregat, onder
gaat de gezellige kajuit-sfeer van dit volks
café-restaurant, dat evenals Den Gyllene
waardige ,<jeetgelegenheden van Stockholm in
Freden en Branda Homten bij de beziens
waardige eetgelegenheden van Stockholm in
den Baedeker hoorde te staan.
En wanneer deze reisgids aller reisgidsen
zich nog eens even zeer voor sociale instel
lingen als voor musea, kerken, uitzichtpunten
en hotels gaat interesseeren, zal hij in zijn aan
Zweden of Stockholm gewijde deeltjes Norma
zeker gaan vermelden en den toerist den weg
wijzen naar enkele dezer cafés, die door hun i
van goeden smaak en stijl gevoel getuigende
interieurs belangwekkend zijn, of naar an-
dere, die door hun moderne technische in
richting aan den spits staan van wat de laat
ste jaren in ons werelddeel op het gebied
van cafés en restaurants tot stand is ge
bracht. 1
Met een van de heeren van het hoofdkantoor
hebben wij dezer dagen de ronde gedaan om
«ie Norma s voor én achter het buffet te
leeren kennen En zoo van Oost naar West, van
Zuid naar Noord door de stad kruisend met
een snelle auto. dan hier. dan daar stoppend
waar in vuurroode of knalgele lichtbak-letters
Norma tegen een gevel geschreven stond,
merkte je al spoedig hoe systematisch de cafés
van deze onderneming over de stad verspreid
zijn. Men heeft er in de groote straten van de
belangrijke buurten, maar men heeft er ook
op plaatsen aan den buitenkant, bij de havens,
in industriewijken. Daar was er een in de na
bijheid van de steenkolenhavens, eenvoudig
en keurig ingericht met veel ruimte tusschen
de tafels, makkelijk te reinigen vloeren en uit
stekende ventilatie, omdat kolensjouwers nu
eenmaal vuile schoenen plegen te hebben en
hun kleeren soms vrij onaangename luchtjes
verspreiden. Een andere, nauwelijks een jaar
geleden gereed gekomen, maakt deel uit van de
markthallen voor groenten, fruit en bloemen
en is daarom zóó ingericht, dat ook in de spits
uren ieder zeer snel bediend kan worden. We
zagen een der oudste Norma's, waar men 'een
gezellige sfeer had weten te scheppen door
het overigens aan strenge hygiënische eischen
voldoende café in te richten als een landelij-
ken herberg met ronde tafels, tinnen borden
op de lambrizeering, een oude staande Mora-
klok bij het raam en antiquiteiten en voort
brengselen van hemslöjd als versiering van de
houten wanden. Maar daartegenover stond
weer een Norma, de modernste van het 'der
tigtal. waar trouw de nieuwste beginselen van
zakelijkheid waren toegepast, waar men met
uitzondering van wandschilderingen geen
andere versiering had dan een klok en strakke
lichtbakken, waar karmijnrood leer de lange
banen dekte, plafond en wanden kanariegeel
waren en veel blank metaal glom.
En verder gingen we van Norma naar Nor-
ma. liepen we eetzalen, keukens, provisieruim
ten door. Hier wekte een teiefooninstailatie
voor de bestellingen tusschen buffet en keuken
de belangstelling, daar was er een genoeglijke
open haard, waarin op wintersche Zaterdag
avonden een blokkenvuur knettert, elders
werden ingenieuse machinerieën getoond,
automatische kurkentrekkers of branders van
gas toes tellen, die alleen branden zoolang er
een pan op staat, waardoor men de gasreke-
ning met 55 procent zag dalen, electrische,
warmtekasten", waarin het eten niet dood-
gekookt wordt of speciale koelkasten voor de
taHooze hors d'oeuvre-schoïeltjes. die de be
faamde „smorgasbord" van vroeger jaren
trachten te vervangen. En tenslotte kwamen
we dan ook in de centrale keuken, waar spe
ciale gerechten voor lijders aan ingewands
ziekten en vegetarische schotels klaar gemaakt
worden en waar tot voor kort een van de
vrouwelijke assistenten van het bio-chemische
instituut van den Nobelprijswinnaar prof. Von
Euler den scepter, in casu den potlepel,
zwaaide.
Want dit is het merkwaardige van Norma,
dat de heele zaak opgezet is „ten dienste van
het algemeen", dat het zoon beetje een in
stelling van liefdadigheid is, waar men er in
de eerste plaats rekening mee houdt, wat het
beste voor de klanten is en pas in de tweede
plaats denkt aan het commercieele belang
van de onderneming. Kaféaktiebolaget Nor-
ma is een jaar of tien geleden opgericht door
eenige vermogende hoofdstedelingen, die ver
betering wilden brengen in de eetgelegenhe
den voor de arbeiders, de kantoorbedienden,
het winkelpersoneel, voor menschen, die ge
dwongen zijn buitenshuis te eten en die niet
al te veel besteden kunnen voor ontbijt, warme
lunch en middageten. Het Zweedsche eten is
een heel kapittel op zichzelf, dat moeilijk in
enkele regels te behandelen is, en daarom kan
hier alleen vermeld worden, dat uit sleur, ge
makzucht of heilige traditie het voedsel van
een gi-oot deel van het Zweedsche volk en
tevens het eten. dat men in de meeste restau
rants krijgt, practisch vitamine-vrij is, dat
menschen. die geregeld op restaurant-eten zijn
aangewezen meestal na eenige jaren maag
kwalen krijgen en dat scheurbuik in Norrland
nog meer zou voorkomen dan thans reeds het
geval is, wanneer men daar „lingon", geen
vossebessen had, die rauw te conserveeren zijn
en 's winters als eenige „groente" veel ge
geten worden.
Norma heeft nu getracht de voedingswaarde
van het restaurant-eten te vergrooten, door
in samenwerking met menschen der weten
schap nieuwe bereidingswijzen uit te den
ken en toe te passen, door de verschillende
menu's zoodanig samen te stellen, dat de op
het gebied van het eten zeer conservatieve
klanten niet lastig worden en toch voldoende
vitaminen naar binnen krijgen, bij voorbeeld
door aan elk portie vleesch wat vossebessen
toe te voegen, vleeschgerechten met groenten
soep te combineeren of aardappels in den schil
in stoom te koken, terwijl voorts rauw-gecon-
serveerde sinaasappellimonade een zeer trelief-
de nieuwigheid bij Norma blijkt te zijn."Maar
dan tevens heeft men de prijzen zoo laag ge
steld als mogelijk was bij het gebruik van
uitstekende grondstoffen, zoodat een behoor
lijk Zweedsch middagmaal van drie gerechten
slechts kr. 1.25 kost en een maal van twee
gerechten zonder keuze kr. 0.80 of onderschei
denlijk 48 en 31 cent.
Eiken dag worden er in de Norma-cafés
ongeveer 10,000 koppen koffie geserveerd en
daarnaar berekent men het aantal dagelijk-
sche bezoekers op ruim 20.000, De omzet per
jaar beloopt ver over de vijf mlllioen kronen,
maar het aandeelenkapitaal is slechts 450.000
kronen.
Volgens de statuten, die alleen met goed
keuring van de gemeentelijke overheid ge
wijzigd mogen worden, kan geen hooger divi
dend uitgekeerd worden dan 7 procent. Mocht
er meer winst gemaakt worden, dan besteedt
men het overschot aan uitbreiding of verbete
ring van de cafés en als er dan nog wat
overschiet komt dit toe aan instellingen ten
algemeene nutte. Zoo is voor het verstrekken
van eten aan werkloozon In 1932 en 1933
40.000 kronen aan het armbestuur geschonken,
en kregen in samenwerking met een vereeni-
ging van liefdadigheid ln 1933 eiken dag 1300
werkloozen een stevig middagmaal en boven
dien worden nog duizenden bons voor eten
tegen gereduceerden prijs verkocht aan per
sonen en instellingen die werkloozen en bede
laars geen geld willen geven.
Norma doet ongetwijfeld een belangrijk
sociaal werk Norma heeft volks-cafés-restau-
rants geschapen, die gezellig en hygiënisch zijn
en tevens den schoonheidszin van de bezoe
kers ontwikkelen terwijl zij er voedzaam eten
naar binnen werken. Norma is een uitkomst
voor arbeiders, die tusschen den middag niet
naar huis kunnen, voor schoolkinderen, die
er tusschen de school-uren speciaal kinder
eten krijgen, voor jonge menschen, die met
een beetje geld moeten zién rond te komen.
En de dertig Norma's mogen dan slechts een
klein percentage uitmaken van de 943 cafés
en restaurants van het 525000 inwoners tellen
de Stockholm. zoo goed als de reclame en
de spijskaarten van Norma nagevolgd zijn
door concurrenten, zoo heeft Norma ook in
andere, belangrijker opzichten grooten invloed
uitgeoefend op deze zaken, daar deze zich zoo
langzamerhand meer en meer genoodzaakt
zien ofn zich aan te passen. C. G. B
Een der oudste Norma-café's te Stockholm is ingericht ln oud-Zweedschen stijl
stjjl met planken wanden, een tiktakkende Mora-klok en een merklao in een
lijstje.
6en ew andtc uil dit geschiedenis fa* Albanië.
Het onverwachte Italiaansche vlootbezoek
aan Albanië, dat even sensatie heeft gewekt,
omdat er een alleszins misplaatste betoo
ging ln werd gezien, is geëindigd. De 17 een
heden, waaronder 5 kruisers, die het eskader
vormden, hebben Durazzo met stillen trom
verlaten, waardoor verdere complicaties zijn
voorkomen alu is daarmede het conflict
niet opgelost.. In dit verband achten wij het
niet ondienstig een en ander uit de geschie
denis van het Albanië, dat de laatste jaren
een koninkrijk is, aan te stippen.
Albanië (in het Albaneesche Skyperia. in
het Turksch Arnaut) ligt aan de Adrlatische
en de Ionische Zee, tusschen de Golf van Arta
en de rivier Bojona en wordt in het Oosten
begrensd door de bergketens, welke de water
scheiding naar de Aegeïsche Zee vormen. Tot
1913 was het een deel van het Turksche rijk.
met uitzondering van de landstreek ten Z.O.
van Arta, welke in 1881 aan Griekenland
werd afgestaan. Eigenlijk Albanië besloeg 'n
oppervlakte van 44.000 K.M.2 en volgens de
indeeling in vilajets ongeveer 58.000 KM.2.
Feitelijk" was Albanië meer een ethnografisch
dan een geografisch geheel, n.l. het deel van
het Turksche rijk dat uitsluitend of grooten-
deels bewoond werd door Albaneezen. De oor
logen op het Balkanschiereiland in 1912 en
1913 hebben van dit landschap een zelfstan
dig rijk gemaakt.
Van de oude geschiedenis van Albanië is
weinig bekend. Aanvankelijk draagt dit ge
west met de omliggende landen den ge-
meenscnappelijken naam van Illyrië, en de
geschiedschrijvers maken melding van de
dapperheid, maar ook van de óhderllnge ver
deeldheid der daar gevestigde stammen. La
ter drong de Grieksche beschaving er door.
die er in vele bouwvallen haar sporen heeft
achter gelaten, en wij zien Albanië daarna
eerst aan de Macedoniërs en vervolgens aan
de Romeinen onderworpen. Na talrijke weder
waardigheden en bloedige krijgsbedrijven ko
men wij tot den Balkanoorlog in het voor
jaar 1913, toen Albanië aan Servië ten buit
scheen te vallen .Maar dit stuitte op groot
verzet bij Oostenrijk en Italië. De conferen
tie der Groote Mogendheden besloot daarom
tot de stichting van het vorstendom Albanië.
De waardigheid van vorst van Albanië boden
de G.M. Prins Wilhelm von Wied aan. die de
opdracht aanvaardde. Den 17den Maart 1914
landden de prins en zijn echtgenoote te Dur-
razo. De prins, door de Albaneezen als hun
„Mbret", d.i. heerscher of koning, toegejuicht,
nam de regeering van de Internationale
Commissie over. Maar zijn schljnkoninkrijk
duurde slechts enkele maanden. De machi
naties en intriges van de naburige staten
maakten zijn toestand onhoudbaar en hij ver
liet Albanië op 3 September 1914 ofschoon hij
geen afstand van zijn troon deed. Nu volgde
een periode waarin verschillende landen en
groepen in het land de baas speelden, totdat
na den wereldoorlog, doch eerst op 22 Januari
1925 de Albaneesche Republiek geproclameerd
werd. waarvan Ahmed Zogoe de eerste pre
sident werd Zogoe was het hoofd der Zo-
golli, een van de vier heerschende families
van het Matidistrict. Hij was opgevoed te
Monastir en te Constantinopel en was reeds
eenige malen minister geweest. Zijn verkie
zing tot president luidde een tijdperk van
binnenlandsche rust. in. Op 1 September 1928
werd hij tot koning uitgeroepen. Hij was
eerst van plan geweest den troon te bestij
gen onder den naam van Skanderbeg III. Hij
zou daarmee een oude historische traditie van
het land volgen. Skanderbeg I is een natio
nale held van Albanië die in de Jaren 1443
tot 1467 een groot en sterk rijk stichtte, dat
hem overigens niet overleefde De vader van
Skanderbeg. eigenlijk George Castriota ge-
heeten. moest in het jaar 1425 zijn zoon
George, die toen 20 jaar was. met nog drie
andere zoons aan Sultan Moerad II als gij
zelaars afstaan. Verscheidene jaren bracht
George in het serail door. ging toen tot den
Islam over en werd hoofd van een sandsjak
(district». Hij bleef in Turkschen dienst, hoe
wel de emir zijn drie broers door vergif had
doen ombrengen en zijn vorstendom na den
dood zijns vader vervallen werd verklaard.
Eenige jaren na den moord op zijn broeders,
toen de Hongaren met succes tegen de Tur
ken optraden, verliet Skanderbeg met 300 Al
baneezen de Turken en wist zich door list
meester te maften van d evesting Kroia. Van
hier uit gelukte het hem 23 Jaar lang de
Turksche wapenen met succes te weerstaan.
Eens versloeg hij aan het hoofd van 8000 rui
ters en 700 man voetvolk 40.000 Mohamme
danen. Een in het jaar 1449 gevormde leger
van 100.000 man. onder persoonlijke leiding
van sultan Moerad, moest onverrichterzake
terugkeeren van de vesting Kroja. In 1461
werd Albanië eindelijk als een onafhankelijk
vorstendom erkend. Intusschen was Skander
beg reeds lang weer tot het Christendom
teruggekeerd en Paus Pius II gaf hem de op
dracht de leiding op zich te nemen van een
kruistocht tegen de Turken, van welken tocht
echter niets kwam, omdat de middelen ertoe
ontbraken. Zijn onmondige zoon. Skander
beg II. stond weliswaar onder de bescherming
van het machtige Venetië, maar het was
hem onmogelijk, gelijke heldendaden aks die
van zijn vader te volbrengen.
Ofschoon Skanderbeg I ongetwijfeld de
grootste vrijheidsheld van Albanië is geweest,
komt All van Janina hem in beteekenis zeer
nabij. Deze Albaneesche despoot, die van
Griekenland uit een onafhankelijke Moham-
medaansche heerschappij in het leven wilde
roepen, zag tegen de middelen om zijn doel
te bereiken niet op. In de eerste jaren van
de negentiende eeuw gelukte het hem, voor-
looplg nog formeel, afhankelijk van de toen
malige Portem geheel Albanië; Noord-Grie
kenland en West-Macedonië in zijn macht te
krijgen. Sinds het jaar 1807 heerschte Ali on
afhankelijk in deze streken en slechts een
jaarlijksche schatting was nog de laatste
schakel, welke het rijk van All aan het Turk
sche rijk verbond. De buitenlandsche mogend
heden erkenden hem als zelfstandig heer
scher en Engeland. Frankrijk en Rusland
hadden aan zijn hof permanente gezant-
schappen. Ali was, ofschoon hij tot den Islam
behoorde, zeer tolerant tegenover zijn christe
lijke onderdanen. Hij ontwikkelde een groote
t militaire macht en leefde in zijn palels met
veel pracht en pronk en praal. In 1821 brak
een door de Turken geleide opstand tegen
hem uit, hij moest zich overgeven en werd in
opdracht van den sultan op 5 Februari 1822
vergiftigd.
Toen kwam Albanië weer voor 90 jaar on
der Turkije, tot het, zooals hierboven reeds
aangestipt, na den Balkanoorlog tot een on
afhankelijk vorstendom werd verklaard.
Vele predendenten streden om den troon,
n.l afstammelingen van Skanderbeg en bin
nenlandsche leiders als Essad pasja en Prenk
bin Doda.
Maar om op Ahmed Zogoe terug te komen,
hij zag van den naam Skanderbeg III af en
werd onder den naam van Zogoe 1 gekroond.
Hij nam prinses Giovanna. dochter van het
Italiaansche koningspaar, tot gemalin.
DE „PHILOSOPHEERENDE"
HOND VAN WEIMAR
Van tijd tot tijd hoort men berichten over
het „menschelijke" verstand van dieren. Men
stelt vast, dat dieren op dezelfde manier rea-
geeren als menschen en dat ze zélfs een taal
spreken met behulp waarvan zij elkaar on
derling kunnen begrijpen.
Titans heeft een nieuw verschijnsel op dit
gebied groot opzien gebaard. Het betreft de
vier beroemde honden van Weimar, die. naar
men zegt, met cijfers kunnen rekenen en ook
voor elk cijfer een benaming hebben. Vele
geleerden hebben zich reeds met dit merk
waardige verschijnsel bezig gehouden, zon
der echter een wetenschappelijk-zuivere ver
klaring voor dit wonder te kunnen geven.
De knapste van de vier honden schijnt de
das Kurnewal van de Barones von Frcytag-
Loringhoven te zijn. Men zou hem best een
philosoof kunnen noemen, indien de antwoor
den. door hem gegeven, werkelijk uit zijn
hondenhersenen afkomstig zijn. Maar óf dat
inderdaad het geval is. dat is juist de kwestie,
waarmede de geleerden zich bezig houden en
waarvoor men nog geen oplossing heeft ge
vonden.
De dieren beantwoorden de vragen, die men
hun stelt door middel van het klop- of het
blafalphabet. De dashond Kurnewal past het
blafalphabet toe, waarbij de letter van A tot
P. gelijkstaan met de letters van één tot vijf
tien. Van Z. af begint de hond weer met één
en telt tot tien, welk cijfer nu gelijk staat met
Q In een twijfelachtig geval, als men niet
precies weet, welke letter de hond heeft be
doeld, vraagt men hem: ..Bedoel je van ach
teren af aan", resp „Bedoel je van voren af
aan?" De hond geeft dan het antwoord door
te blaffen. Een keer blaffen beteekent: ja;
twee keer blaffen beteekent: neen.
Kurnewal behecrscht dit cijfer- en letter-
alphabet volmaakt. Eens begroette de knappe
hond een bezoeker met de „woorden": „Ik ben
zeer blij. dat u gekomen bent". Op do vraag
hoe de naam was van een plant, die aan een
venster stond, antwoordde de hond blaffend:
„hortensia".
Wat het rekenen betreft, presteerde de hond
meer dan vele menschen. Maar hij was in
staat, nog veel grootere wonderen te vol
brengen. De vraag: „Van wien is de opera
Tannhauser?" beantwoordde hij zonder te
aarzelen met: .Wagner". Toen men hem naar
den autor van het bekende citaat vroeg: „To
be or not to be, that's the question", spelde
de geleerde Kurnewal den naam Shakespeare
en wel orthografisch volmaakt juist.
Een andere bezoeker onderzocht zelfs zijn
philosophische talenten en vroeg hem: „Zeg
Kurnewal, ben je bang voor den dood?" Op
deze vraag antwoordde het dier met de gela
tenheid van een Grieksch wijsgeer: „Ik ben
er niet bang voor". Op een andere vraag;
„Wat heb je voor een wereldbeschouwing?" gaf
hij het eigenaardige antwoord: „Hetzelfde als
U". Dit antwoord herinnert heel sterk aan de
resultaten van spiritistische séances. De des
betreffende media weten n.l. meestal ook
slechts dat, wat de vragers zelf ook weten
of ten minste zouden kunnen weten. De aan
geroepen geesten schijnen dus zeer „mcnsche-
lijk" te zijn. In dit geval zou men misschien
den blaffenden hond met de bewegende tafel
kunnen vergelijken. Hij is wellicht slechts de
mechanische spreekbuis van het medium, in
dit geval van zijn baas.
Uit al de proeven, die men met deze hon
den heeft genomen, blijkt duidelijk, dat de
dieren op een menschelijke manier denken
en dus een ziel hebben, zooals de tegenwoor
dige psychologie dat noemt.
Aan het phenomeen zelf valt niet te twij
felen, Het is alléén maar de kwestie, welke
verklaring men moet geven voor het ontstaan
van de antwoorden. Wil men veronderstellen,
dat de baas een telepathischen invloed oefent
op den hond. dan moet men de koek, die de
honden als belooning krijgen, als bemidde
laar beschouwen tusschen medium en hond.
Zoolang de mogelijkheid niet is uitgeschakeld
dat het verstrekken van lekkernijen een prik
kel is. die den hond aanleiding geeft, met
zijn blaffen door te gaan, moet men een ver
klaring, die de koek als bemiddelaar be
schouwt. laten gelden. De belooning is in dit
geval een factor, die niet buiten beschouwing
gelaten mag worden. Men zou zelfs kunnen
zeggen, dat ze het signaal voor den hond is
om met zijn blaffen door te gaan.
We willen toegeven, dat de b.Hooning niet
als signaal bedoeld is, maar daarom kan ze
toch even goed deze uitwerking hebben. En
voordat men dezen factor zuiver heeft uit
geschakeld. zal men aan deze verklaring van
het phenomeen van de sprekende honden van
Weimar vasthouden.
Dr. M. H. J,