I WEEKABONNEMENTEN De taak van de Lichamelijke Opvoeding arrond.-rechtbank letteren en kunst concert der h. o. v. ingezonden Radio-Procramma VRIJDAG 17 AUGUSTUS 1934 HAARLEM'S DAGBLAD 6 STADSNIEUWS. De denkbeelden van Dr. S. Elzinga, Rijksinspecteur van het Middelbaar en Voorb. Hooger Onderwijs Het Is al weer eenige maanden geleden, li.1, op 2 Mei J.I., dat in Haarlem's (Dagblad werd weergegeven een gesprek van een der redacteuren met den (Rijksinspecteur van het Middelbaar en Voorb. Hooger Onderwijs, den heer Dr. S. Elzinga, over de taak van de lichamelijke opvoeding, speciaal Voor dat deel van het onderwijs, waarvan de zorg aan genoemden inspecteur is toevertrouwd. Reeds verschillende malen mocht ik bij persoonlijk contact een indruk verkrijgen van de warme belangstelling van den heer Elzinga voor de behartiging van de physieke ontwikkeling der leerlingen van de middel, bare scholen en het deed mij daarom veel genoegen uit de weergave van bedoeld ge sprek te mogen vast stellen, dat deze zoo be kwame onderwijsautoriteit het niet bij een theoretische belangstelling zal willen laten, doch ernstig van plan schijnt ook daadwer kelijk in te grijpen, ten einde zoodanige ver beteringen te verkrijgen, dat de bevolking van de middelbare scholen en gymnasia er zoowel physiek als in haar studieresultaten de gunstige gevolgen, van zal ondervinden. Als verschijnsel is dit optreden zeker niet het minst belangwekkend. Enkele uitzonde ringen daargelaten zijn wij toch eigenlijk nimmer verwend met bijzondere belangstel ling van klasseonderwijzers en hoofden van lagere scholen of directeuren en leeraren van middelbare scholen voor de lessen in lichaamsoefeningen. Zoo heeft een hoofd van een lagere school mij vele jaren geleden eens medegedeeld, dat hij nooit zou mede werken om den beschikbaar gestelden tijd voor lichaamsoefeningen uitgebreid te krij gen, omdat, zooals dit vak op zijn school werd onderwezen, één uur per week eigen lijk nog te veel was Intusschen deed dit hoofd niets ter verbetering van dien toe stand; het is wel het gemakkelijkste stand punt, om af te willen schaffen, wat niet vol maakt is. De dingen naai' hun beteekenis te beoorde©len bij goede toepassing en dan te streven naar het bereiken van die goede toe passing vergt meer inspanning, meer belang stelling en meer toewijding. Een ander treffend voorbeeld van de ge ringschatting, die sommige leerkrachten voor de lichamelijke oefening hebben, is dat van den leeraar, die eenige zijner leerlingen, die slecht opgelet hadden in zijn les of slecht werk hadden geleverd, zonder vorm van pro ces het volgende lesuur bij zich hield, dat volgens den rooster bestemd was voor •lichaamsoefeningen. De zoo belangrijke invloed van lichamelij- ken arbeid .zoowel van beroepsarbeid als m den vorm van lichaamsoefeningen maakt geen deel uit van de literatuur, waarmede onderwijskrachten en politici zich plegen bezig te houden. Daarom is het zoo'n welda dig aandoend verschijnsel, dat een inspec teur van het middelbaar onderwijs in een door hem geschreven boekwerk een omvang rijk hoofdstuk wijdt aan dezen invloed en nu ook wil trachten tot daden te geraken. Wij wenschen hem daarbij veel succes en veel volharding, want de tegenstand, die hij zal hebben te overwinnen, is waarlijk niet gering. In gymnasiale kringen bestaat zelfs een ze kere strooming om gymnastiek en spel uit het leerplan te verwijderen. De voorstanders putten zich uit in de ver zekering, dat zij de lichamelijke opvoeding zeer genegen zijn ,maar dat die toch maar geheel buiten het schoolverband moet wor den verzorgd en intusschen maken ze vast plannetjes voor verdeeling van de vrijkomen de uren. Het persgesprek met den heer Elzinga eindigde met de vraag of hij in zijn ambte lijke functie maatregelen denkt voor te berei den, om z'n denkbeelden over lichaml. opvoe ding in practijk te brengen. Het antwoord kon natuurlijk moeilijk anders zijn dan dat er voorlooplg geen nadere mededeelingen over gedaan kunnen worden, omdat een en ander in een eerste stadium verkeert. Toch heeft de heer Elzinga in het gesprek verschillende punten aangeroerd, die wel onze aandacht verdienen. Zoo heeft hij ge sproken over het ongelijke in de leerlingen, waardoor de bestaande klasse-indeeling voor doeleinden, de lichamelijke opvoeding betref fende, onbevx-edige'nd moet worden geacht. Dit bezwaar doet zich vooral in de middelbare school gevoelen, al moet ik er dadelijk bijvoe gen, dat het niet zoo groot is als het opper vlakkig wel lijkt. Het verschil in de wijze, waarop de pubertaire groei Inzet en zich vol trekt, kan inderdaad moeilijkheden geven zoo dat men met name in de derde klasse van de middelbare school vaak mannen en babies vereenigd vindt. Daar staat evenwel tegen over dat de leerkracht in lichaamsoefeningen, die zijn. leerlingen meent te oefenen door hun een collectie kunststukjes bij te brengen, nu toch eigenlijk wel een museumstuk is ge worden. De modern geschoolde gymnastiek leraar zal de beteekenis van zijn onder licht meer zoeken in het doen ondergaan van zijn leerlingen van bepaalde invloeden, waartoe bewegingsvormen aangewend kunnen worden, die op zichzelf weinig technische moeilijkheden opleveren. Al die invloeden moeten een stimuleerende werking hebben op de groote functies en een prikkel vormen voor de in deze leeftijdsphase zoo gewenschte breedte ontwikkeling. Slechts voor een klein deel wordt het lesuur in beslag genomen door het oefenen ter verkrijging van bepaalde vaardigheden. Meestal maakt men daarbij gebruik van meer dan één toestel of werktuig van dezelfde soort, die dan in verschillenden stand of hoogte worden opgesteld, zoodat men bij de verdeeling der leerlingen over deze werktuigen met verschil in lichaamsbouw of aanleg rekening kan houden. Desnoods kan men ook voor een gedeelte van de klas een oefening eischen, die niet afwijkt van de soort die van de andere leerlingen wordt geëischt, doch door een kleine verandering van lichter gehalte is. Het maken van een nieuwe klasse-indeeling uitsluitend voor de lessen in lichaamsoefe ningen. is al eens eerder, aan de H. B. S. te Vcendam. geprobeerd. Men is er niet uitge komen. Het bezwaar is, dat niet tegelijkertijd andere lessen in dc school kunnen worden ge geven. De geheele schoolbevolking moet dan tegelijkertijd les in lichaamsoefeningen hebben, hetgeen moeilijkheden geeft in ver band met de leerkrachten. Een andere kwestie, door den heer Elzinga ter sprake gebracht, is die van den tijdduur voor een les in lichaamsoefeningen. De roos ter voor de middelbare school is Ingedeeld in de lessen van 50 minuten, zoodat ook voor de les in lichaamsoefeningen automatisch 'deze tijd beschikbaar is. Voor een intensieve gymnastiekles is deze tijdduur rijkelijk lang, voor een les in spel of athletiek eigenlijk te kort, vooral omdat de tijd voor verkleeden van de leerlingen en verplaatsen van de klas in den lestijd begrepen moet zijn. De meeste middelbare scholen geven dan ook twee lessen van 50 minuten In onmiddellijke aansluiting voor spel of athletiek. Deze op lossing ligt voor de hand en geeft geen en kele moeilijkheid in den rooster. Lastiger wordt de zaak evenwel, wanneer men een gymnastiekles van 50 minuten wil wijzigen in tweec. van 25 minuten en dan natuurlijk op verschillende dagen« Het zou pas gemakke lijk worden, wanneer er nog een vak be stond. dat ook met zoo'n splitsing gediend zou zijn. Bij mijn weten is dat echter niet het ge val. Toch zou het een groot voordeel zijn, wanneer gymnastieklessen van 25 minuten konden worden gegeven, op voorwaarde, dat van den heer Elzinga. dat twee gymnastiek- aeze tijd dan ook werkelijk aan de oefeningen kon worden besteed, althans zeker niet be neden de 20 minuten zou dalen. Het principe lessen van 25 minuten op verschillende da gen meer nut stichten dan één les van 50 minuten, is naar mijn meening zeer juist. Wanneer men deze en nog verschillende andere vraagpunten overdenkt, krijgt men toch steeds weer het gevoel, dat de lichame lijke opvoeding In de school als regel onder geschikt blijft aan de belangen van het intel- iectueele onderwijs, jawelhaast moet blijven. Het zou dan ook de moeite waard zijn, om ook al acht men het principieel onjuist, dat de lichamelijke opvoeding geheel uit het schoolverband zou worden genomen te overwegen of de lichamelijke verzorging van ons volk buiten het keurslijf van de school niet veel beter tot haar recht zou komen, meer en betere resultaten opleveren en tevens bereikbaar werd voor hen, die de middelbare scholen niet bezoeken. Om te voorkomen, dat juist zij, die lichaamsoefeningen het meest noodig hebben, zich dan afzijdig houden, zou een verplichting tot deelneming moeten wor den opgelegd, die weer weinig in overeen stemming is met onzen volksaard. Men ziet, de moeilijkheden zijn niet gering. Wij zijn dan ook benieuwd naar de verdere plannen van den heer Elzinga en vele voor standers van de lichamelijke opvoeding zul len hem ongetwijfeld reeds bij voorbaat dankbaar zijn voor zijn daadwerkelijk be langstelling. H. L. WARNIER. EXAMEN HANDENARBEID. Haarlem 16 Augustus. Geex. 14 mannelijke candidaten. Geslaagd de heer en: E. J. van den Broek. J. H. A. van Harte - veld, H. M .C. van Offeren, J. Mesman, E. A. Wallin te Amtsredam; P. J. Verbeek, J. C. A. Bergacker, A. Timmer te Haarlem; S. Volp te Amersfoort; H. E. van Dorssen te Utrecht; A. F. Geerdes te Baarn; G. Hogeweg te Achterveld (Utr.) Het gestolen rijwielplaatje. Donderdag werd voortgegaan met de behan deling van de zaak tegen een seinwachter dei- tram, die er van beschuldigd werd een ge stolen rijwielplaatje te hebben gekocht en weer verkocht, teneinde het meisje te hooren aan wie verdachte het plaatje had verkocht. Verdachte beweerde, dat het meisje hem had gevraagd of hij een plaatje te koop wist, waarop hij haar gezegd zou hebben, dat hij er misschien wel een kon koopen en dat hij gezegd zou hebben: als de bedoelde persoon het niet meer heeft, kan je het mijne wel koopen. Het meisje bevestigde dit, maar zei, dat, toen zij later het plaatje kocht, verdachts gezegd zou hebben, dat het zijn eigen plaatje was. Verdachte ontkende dit. De jongen die het plaatje gestolen had be weerde, dat hij Zaterdag vóór Paschen het plaatje gestolen had en het dienzelfden dag aan verdachte had verkocht, zonder tevoren over het verkoopen van een plaatje te hebben gesproken. Verdachte beweerde dat reeds Vrijdags het plaatje door den jongen aan hem was aangeboden, zoodat hij al met het meisje over het plaatje had gesproken vóór Zaterdag, in welk geval het niet het op Zater dag gestolen plaatje zou betreffen. Waar in dit geval de verklaringen der getuigen elkan der tegenspraken en nog een andere getuige, waarvan verdachte repte, eenig licht in de zaak zou kunnen brengen, vroeg de officier schorsing der zaak en terugwijzing naar den rechter commissaris. De verdediger Mr. v. Dam zag daarin geen heil en verwachtte, dat de zaak er nog verwarder door zou worden. Hij was van meening dat het bewijs niet ge leverd was en drong aan op vrijspraak. De rechtbank besliste, na in raadkamer gegaan te zijn, dat de zaak werd terugge wezen naar den rechter commissaris en dus voor onbepaalden tijd geschorst. Overtreding Hinderwet. Een scheepsbouwer te Zaandam was dooi den kantonrechter aldaar, veroordeeld we gens overtreding der Hinderwet, omdat hij zonder vergunning een motor in werking had gesteld, dienende voor een compressor van een klinkmachine. De veroordeelde was van dit vonnis in hooger beroep gekomen omdat hij meende geen vergunning noodig te hebben, aangezien het huis geen vaste installatie, maar een ver plaatsbare betrof. De officier van Justitie was het met den kantonrechter eens en vorderde bevestiging van het vonnis. Mr. Verheul, voor verdachte optredende, betoogde aan de hand van door den Hoogen Raad gewezen arresten, dat voor een ver plaatsbare machine geen vergunning in den zin der Hinderwet was vereischt, waarom hij vrijspraak, of ontslag van rechtsvervolging- vroeg. Uitspraak 28 Augustus. De zingende communist. Een bewoner van IJmuiden was in hooger beroep gekomen van een vonnis van den kan tonrechter waarbij hij veroordeeld was tot 3.boete, omdat hij op den openbaren weg had geschreeuwd. De man zei dat hij communist was en ontkende, dat hij had ge schreeuwd; hij had vaderlandsche liederen gezongen, wat niet gelijk te stellen was met Gewone doos. (Adv. Ingez. Med.) schreeuwen. De president vroeg of verdachte iets presteerde op muzikaal gebied en of hij zangles had gehad, waarop verdachte ant woordde, dat hij in zijn jeugd zoodanige mu zikale gaven had ten toon gespreid, dat men gezegd had: „Dat wordt wel wat". Hij zag in die veroordeeling niet zoozeer een afkeuring van zijn muzikale talenten als wel een aanval op hem als communist. De rechtbank zal op 28 Aug. uitspraak doen: de officier had bevestiging van het vonnis gevraagd. Luidkeels venten. Een bewoner van Lisse was in hooger be roep gekomen van 2 vonnissen van den kan tonrechter. waarbij hij was veroordeeld tot 2 en 3 gulden boete, omdat hij bij het venten van „de Nationaal Socialist" en een brochure getiteld „Waarom anti semitisme?" luidkeels geroepen zou hebben. De verdachte erkende met de bladen te hebben gevent, maar ontkende luidkeels te hebben geroepen. Luidkeels noemde hij, als men „help" riep, wanneer men in het water lag. Hij was beweerde hij, slechts op een paar meter afstand te hooren geweest. Aangezien de agent, die het proces verbaal had opge maakt, niet aanwezig was, besliste de recht bank, dat zij er wel prijs op stelde te weten of er werkelijk luidkeels was geroepen en dat zij daarom den agent wel zouden willen hoo ren, maar haar was gebleken, dat niet op be hoorlijke wijze appèl was aangeteekend, om dat dit bij volmacht was geschied en deze volmacht niet goed was. De uitspraak werdt bepaald op 28 Aug. SYNAGOGEDIENSTEN. Ned. Isr. Gemeente. Sabbath: Vrijdagavonddienst bij den Ingang van den Sabbath te 7,30 uur. Ochtenddienst te 8 uur. Middagdienst te 1,30 uur. Avonddienst te 9,05 uur. Werkdagen: Ochtenddienst te 7 uur. Zondag te 7,30 uur. Middag- en avonddiensten te 7,30 uur. Talmoed Thora: Sabbath te 1 uur. Werkdagen te 7,15 uur. Alle diensten, alsmede Talmoed Thora vin den plaats ter Synagoge Lange Begijnestr. 11. DE ZONDAGSSLUITING. Ter aanvulling van het bericht in ons nummer van Donderdag over de Zondags- sluiting zij nog vermeld dat de gemeentebe sturen, alvorens tot verruiming van de be palingen betreffende de Zondagssluiting over te gaan, volgens de wet niet alleen over leg moeten plegen met de winkeiiersorganisai ties, maar ook met de bediendenorganisaties. dienen uiterlijk Dinsdagsavonds betaald te zijn, daar de bezorgers op Woensdag afre kenen. DE ADMINISTRATIE. MUZIEK. Voor het H. O. V.-concert van Donderdag avond was weer groote belangstelling. Een talrijk gehoor heeft de artistieke verrichtin gen van twee stadgenootenAnnie Hermes en Eduard Biele met aandacht gevolgd en warm toegejuicht. Er was reden voor. De mooi getimbreerde altstem en de gave zangkunst van Annie Her mes hebben we reeds vroeger, naar aanleiding van haar medewerking aan meer dan één kerkconcert, in deze rubriek gememoreerd. Doch dit waren steeds concerten in betrek kelijk kleine ruimten. Thans, in de groote concertzaal, voldeed haar zang niet minder. De stem klinkt goed geëgaliseerd en schijnt in alJe registers gemakkelijk aan te spreken. De lage bastonen zijn bijzonder mooi de zuiver heid der intonatie laat nimmer te wenschen over. Wat we in haar zang vooralsnog misten, was het spontane van binnen uitkomende. De indrukken waren zuiver muzikale; ontroering gaf haar vertolking van de Aria van Penelope uit Bruch's „Odysseus" niet. En die kan deze muziek toch wel geven: meer. dan de Aria van Fr. Rossi, die zij vóór de pauze zong. Ook het spel van Eduard Biele gaf meer blijken van beschaafde muzikale en techni sche ontwikkeling dan van vurig tempera ment. Het moge een contradictie lijken, maar het was ons tè getempereerdWat meer voortvarendheid in tempo en opvatting ware zeker ten voordeele van den totaalindruk ge weest. Het cello-concert van Saint-Saèns ver draagt die niet alleen: het vraagt ze. Dit daar gelaten was zijn vertolking op een paar min der gelukkige momenten na, hoogst respecta bel. Het orkest opende het concert met de ..Drie Stukken" van Henry Purcell. De Allemande klinkt een oogenblik als prototype van Wag ner's „Meistersinger'-voorspel. maar overal boeit deze oergezonde muziek, welker door zichtige veelstemmigheid het oor evenzeer als het verstand behaagt. Een ander orkestwerk vormde den sluit steen van het programma: Dvorak's Sym phonic ..Aus der neuen Welt". En Marinus Adam liet het overbekende werk met juiste keuze en nuanceeringen van tempo spelen, zoodat het ondanks zijn bekendheid toch weer frisch klonk; frisch in zijn naieve gedeelten en in zijn vaak geestige complicaties en hij vond een te waardeeren steun in het heele orkestrale apparaat, maar speciaal in den althoboïst, die de mooie melodie van het tweede hoofddeel prachtig speelde.. Aan toejuichingen heeft het ook dirigent en orkest niet ontbroken. Zij verdienden ze eveneens voor de begeleidingen der solo voordrachten. Volgende week zal het laatste volkscon cert van dit seizoen plaats hebben, met Hans Bijvanck als solist. We mogen daarvoor een even groote belangstelling verwachten, maar hopen dat die zich onverzwakt zal handha ven als in October de ledenconcerten weer beginnen. K. DE JONG. Voor den inhoud dezer rubriek stelt de Redactie zich niet veranticoordelijk. Van ingezonden stukken, geplaatst of niet geplaatst, ivordt de kopij den inzender niet teruggegeven. Het ongeluk met de Velser- pont. Geachte redactie, Het droevig relaas van het ontzettende on geluk met de Velserpont heeft ieder diep ge troffen. Wij moeten niet denken aan de ge volgen, wanneer de pontwachter had gepro beerd, de autobus op de pont te bergen. Dit deed mij echter niet naar de pen grijpen, doch wel het slotzinnetje van het verslag: „naar de schuldvraag wordt een onderzoek ingesteld". Wij zien in gedachten de twee menschen, die hier samenwerkten: den schipper en den pontwachter. De laatste nog trachtend, ten gerieve van den automobilist, zijn wagen mede te nemen; de kapitein zijn aandacht geconcentreerd op de drukke kanaal-passage, zeker zijnde het vertreksein ontvangen te hebben. We zien echter ook nog iets anders. Wij zien een pont. product van onzen zich door technische volmaaktheid kenmerkenden tijd. Op die pont is het mogelijk dat een ma nipulatie wordt uitgevoerd, vóórdat de nood zakelijke veiligheidsmaatregelen zijn ge nomen. Dagelijks zien wij aan machines kleine ver nuftige kneepjes die het onmogelijk maken de handelingen in de verkeerde volgorde te maken, bedacht als de constructeur is, me chanische beschadiging te voorkomen. Welk? ondernemer kent niet de figuur van ri*n in specteur van de arbeidsinspectie, die in het kleine en groote bedrijf spiedt naar machi nes waarbij het mogelijk is deze in wer king te zetten terwijl de beschermkappen niet zijn gesloten. Met den sterken arm der wet noodzaakt hij den ondernemer, maatregelen te treffen, die de grootst mogelijke veilig heid voor het bedienende personeel waar borgen. Wij technische menschen waardeergn dit inspectiewerk ten zeerste, want wij voor zien de ernstige gevolgen van het gebruik van machines zonder beveiliging. Wij spreken van verantwoordelijke bedrijfsleiding wan neer wij zien dat door het nalaten van het maken van bescherming of vergrendeling lijfsgevaar ontstaat. Het heeft mij als technicus diep getroffen dat de bedrijfsleiding van de ponten niet- op de hoogte was van het feit, dat het mogelijk is. de vaartuigen in beweging te brengen ter wijl de oprij klep nog niet is opgehaald. Moge deze vergrendeling zeer spoedig wor den aangebracht, opdat een herhaling van dit ongeluk worde voorkomen. Haarlem, 15 Augustus 1934. A. FIBBE. Bridge-drive te Zandvoort. Hooggeachte redactie. Misschien kunt u het onderstaande een plaatsje geven in uw veelgelezen blad. Bij voorbaat hartelijk dank. Naar aanleiding van de Zaterdagavond te Zandvoort gehouden bridge-drive schrijft „Helen" in eenige opmerkingen, die m.i. niet geheel juist zijn. In de eerste plaats dit: „Om weer eens een nieuw element in het verloop der drive te brengen, had Jhr. Scho- rer enkele probleemspellen ingevoegd", aldus de schrijfster. En dan volgt een niet altijd even duidelijke bespreking van één bepaald spel. Maar er was van probleemspellen in 't geheel geen sprake. Zooals men weet worden "op de drives in Zandvoort de kaarten nog genummerd. Later worden de potloodcijfers weer uitge veegd. Nu waren er Zaterdageavond in elk der beide groepen slechts 5 tafels. En omdat 5 X4 spellen wat te weinig werd geoordeeld, had de leider besloten aan elke tafel 5 spel len te laten spelen, wat zeer goed mogelijk Is. Op 't laatst bleek nu. dat hiervoor enkele spellen tekort waren schoongeveegd. Aan en kele tafels, niet aan alle, werd daarom als vijfde spel gegeven een spel kaarten, vroe ger als eens op een drive gebruikt, wel ge nummerd. maar nog niet schoongeveegd. Al- zoo een spel dat vroeger gewoon geschud en gedeeld was. De leider verzocht nu dit spel te verdeelen volgens de oude nummering. Doch niemand had daar iets bijzonder ach ter te zoeken, want de leider had vermoede lijk van de kaartveraeeling in die spellen niet de minste notie. Een probleemspel is boven dien nog heel wat anders, dan een spel met alle troeven op één hand tegen, waardoor een alleszins normaal bod, één down gaat. Van handicap tegenover spelers die het z.g. „wel wisten" was dus geen sprake. Verder schrijft uw verslaggeefster nog: „Dat aan deze drive spelers deelnamen, die in spelkwaliteit niet ver uiteenliepen, en kele keien uitgezonderd, blijkt wel uit het behaalde aantal scorepunten". Daar ik het genoegen heb gehad het spel in groep A zèer nauwkeurig van nabij te kun nen volgen, viel het mij op dat de spelers juist zeer ongelijk van kracht waren, waar door 5 en 6 down nog wel eens voorkwam. Dat op het volgende spel: Noord: sch. heer 8 3. harten a 9 8 6 4 2, ruiten 10 en klaver a h. 10. Zuid: sch. a. v. 10. 6, harten h. v. 7 5 3, ruiten 6 5 en klaver 8 7 slechts tweemaal van de vijf klein slem harten is geboden en gemaakt, is toch ook geen bewijs van bepaalde sterke deelnemers. Vijf paren in één lijn behaalden resp. 9 14 14 18 20 p. Hier zat men elkaar dus over 't geheel niet zoo dicht op de hielen. In den uitslag waren enkele onnauwkeu righeden A oneven: 1 Mr. F. W. Goudsmit en B. Einhorn 8 p.; 2 S. Landau en A de Bois 12 p. Even: 1 heer en mevr. B. Schoen 9 p; 2 3 heer en mevr. ir. J. Spruyt en heer en mevr. Cohen 14 p. Inmiddels hoogachtend, G. C. v. GULIK. Alkmaar, Lindenlaan 103 a. Het is inderdaad gebleken dat de reeds genummerde spellen geen „problemen" wa ren, doch zooals de heer v. Gulik reeds op merkt kaarten die vroeger werden ge bruikt. Het grootste deel der spelers meende echter dat het probleemspellen waren. Het is mij bekend dat een probleemspel nog iets anders is, dan alle troeven op éen hand te gen. Ik haalde de troef verdeeling van dit spel dan ook alleen aan als voorbeeld en niet met de bedoeling een probleem voor te leg gen. Daar ik in groep B speelde en de heer van Gulik het spel in groep A volgde, is het natuurlijk mogelijk dat we een verschillen den indruk van de drive kregen, vooral waar beide groepen in afzonderlijke kamers speel den. Het is een feit dat de matchpoints in A' duidelijker spreken dan in B. waar de le prijswinnaars resp. 12 en 11 match points hadden, de 2e prijswinnaars resp. 14 en 12 match points. Wanneer men het beste resultaat aan een tafel behaalt, krijgt men 1 m. p., de volgen de 2 m. p. enz. Als de eerste paar nu 12 m. p. heeft is het duidelijk dat het bij 5 tafels met een match point-maximum van 25 per paar, een gemiddeld rangnummer heeft van bijna 2 1/2. Het gaat er niet om of de einduitsla gen iets verder uit elkaar loopen; ik wilde aangeven dat er geen ui tgesproken eerste was, doch enkele paren die elkaar de eer betwistten. Wanneer de heer van Gulik met „sterke spelers", spelers van internationale klasse be doelt, moet ik toegeven dat daarvan slechts enkele aanwezig waren. Daarom schreef ik ook over „eenige kelen" en andere deelne mers die niet ver uiteenliepen. Naar mijn meening was liet gemiddelde gehalte der spelers sterker dan dat op drives in deze om geving het geval pleegt te zijn. Bij het aanbrengen van correctie in de proef is abusievelijk een verkeerde zin uit gelicht, waardoor de onnauwkeurigheid in den uitslag ontstond. HELEN. MEDICUS ENPRAKTICUS HEBBEN ELKAAR DE HAND GEREIKT want AKKER-CACHETS leunt Ge nu altijd bij U dragen in zoo'n klein plat practisch metalen zak- doosje met 3 "AKKERTJES". Ze komen telkens van pas, want ze helpen verrassend snel bij hoofdpijn, kiespijn, migraine, spier pijnen, zenuwpijnen, vrouwenpijn. (Adv. Ingez. Med.) ZATERDAG 18 AUGUSTUS. HILVERSUM, 1875 M. V.A.R.A. 8.00 Gramofoonmuziek. V.P.R.O. 10.00 Morgenwijding. V.A.R.A. 10.15 Uit zending voor de arbeiders in de continu-be- drijven. Een muzikale reportage door Nico Boer. Gramofoonmuziek. 12.00 Eddy Walis en zijn ensemlble. 12.45 Gramofoonmuziek. 1.00 Eddy Walis en zijn ensemble. 1.45 Verzorging zender. 2.00 De Notenkrakers o.l.v. Daaf Wins. 3.00 „Het Internationale Congres tegen het Alsoholisme". Lezing voor het Onthouders- Radio-Comité door mej. Arriëns. 3.20 De No tenkrakers o.l.v. Daaf Wins. 3.45 Overschake len naar den zender Kootwijk. 4.00 Klein- Vara-ensemble o.l.v. Frits Bakels. 5.00 „De doode Neger". Schets van Samuel Falkland. Voor te dragen door Frans Nienhuys. 5.15 Or gelspel door Cor Steyn. 5.40 Letterkundig overzicht door A. M. de Jong: De kleine made moiselle Cerisette, Paul Kenis. 6.00 Platen der maand. 6.30 De Flierefluiters o.l.v. Jan van der Horst. 7.30 Uitzending vanuit „Musis Sa crum". te Arnhem. 8.15 Gramofoonplaten. 8.30 „Twintig millioen aanbidsters", radiospel. 9.30 Vara-orkest o.l.v. Hugo de Groot. 10.00 Vaz Dias en Varia. 10.15 Vara-orkest o.l.v. Hugo de Groot. 11.00 Vroolijke gramofoon muziek. 12.00 Sluiting. HUIZEN. 301.5 M. KRO 8.00 Morgenconcert. 10.00 Gramofoon muziek. 10.30 Muziekuitzending voor fabrie ken. 11.00 Gramofoonmuziek. 11.30 Godsdien stig halfuurtje, door pastoor L. H. Perquin. 12.00 Politieberichten. 12.45 Lunchconcert op gramofoonplaten. 1.45 Verzorging zender. 2.00 Halfuurtje voor de rijpere jeugd, door mevr. Sophie Nuwenhuis—Van der Rijst en mevr. Corrie Marres—Van der Ven. 4.00 Gra mofoonmuziek. 4.15 W H. Rijff„Nestbouw en Broedverzorging in aquaria". 4 30 Het K.R.O.-orkest o.l v. Marinus van 't Woud. 5.00 Gramofoonmuziek. 5.30 Het K.R O.-orkest ol.v. Marinus van 't Woud. 6.20 Journalistiek week overzicht door Paul de Waart. 6.45 Het K.R.O.-orkest o.l.v. Marinus van 't Woud. 7.00 Gramofoonmuziek. 7.15 Ir. W. P. M. M. van Gennip „Ons Drinkwater". 7.35 Populaire gra mofoonmuziek. 8.3C Vaz Dias. 8.35 De K.R.O.- Boys o.l.v. Piet Lustenhouwer. 9.00 De 4 Goos- sensens. 9.15 „Natuurschoon en kermisleut" door D'en Drie. 9.30 De K.R.O.-boys o.l.v. Piet Lustenhouwer. 10.00 De 4 Goossensens. 10,15 De K.R.O.-boys o.l.v. Piet Lustenhouwer, 10.30 Vaz Dias. 10.35 De K.R.O.-boys o.l.v. Piet Lus tenhouwer. 11.00 Gramofoonmuziek. 12.00 Sluiting.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1934 | | pagina 10