NATIONALE
or
Jul t
w ST. BA VO
Hulp om over de tijdelijke
crisismoeilijkheden te komen noodig.
ZATERDAG 25 AUGUSTUS 1934
HAARLEM'S DAGBLAD
3
LEVENSVERZEKERING-BANK Rotterdam
SCHEEPVAART
Vernieuwing van het verouderende
Scheepspark.
Naar aaneensluiting moet tevens
gezocht worden.
Aan een door „De Kern" geciteerd artikel
van Mr. W. J. van Balen in „Economisch Sta
tistische Berichten" ontleenen wij:
Het is niet voor het eerst, dat in. Nederland
de Overheidsbemoeiing met de scheepvaart
in debat komt. Wij hebben ons reeds eenige
jaren lang in het pro en contra van regee
ringssteun kunnen oefenen ter gelegenheid
van de discussies of de Koninklijke Holland
sohe Lloyd al dan niet als levensvatbaar
moest worden beschouwd. Er zijn bij die ge
legenheid harde dingen gezegd, niet altijd
argumenten van waarde, maar doorgaans
ontegenzeggelijk uitlatingen, die voortvloei
den uit den wensch tot nuchtere zakelijk
heid, die gelukkig nog steeds een der meest
typeerende karakter-eigenschappen van ons
volk is. Een hoera-stemming met vlag en na
tionalisme blijkt in ons land nimmer die
weerklank te vinden, die elders zoo vaak groo-
te spontane acties mogelijk maakt. Gelukkig
maar, want in crisistijden hebben wij meer
behoefte aan koel verstand dan aan chau
vinistische geestdrift. Indien b.v. blijkt, dat
wij hier te lande beter doen met geen auto
mobielen te vervaardigen, dan zal niemand
voor het droombeeld van een zuiver nationale
auto geld of zelfs woorden over hebben. Het
zij zoo: wij zullen onze automobielen wel el
ders koopen,
Maar indien een vanouds in Nederland ge
vestigde tak van bedrijf, die een integree
rend deel van het nationale economisch le
ven geworden is, indien bijvoorbeeld de
landbouw, de tuinbouw, de veeteelt, de zuivel
bereiding door crisismoeilijkheden bedreigd
worden, vereischt dan niet diezelfde zakelijke
koelheid, dat wij een dusdanig bedrijf door
doeltreffende noodmaatregelen over de cri
sismoeilijkheden trachten heen te helpen?
Reeds aan de bovenmate voorzichtige wijze
van omschrijving herkent men de bezwaren
die uit onze Nederlandsche mentiliteit ver
wacht worden: steun is uit den booze! (Ik
zou niet gaarne beweren, dat allen er zoo
over denken, maar het doet goed. te kunnen
constateeren. dat de meerderheid toch nog
steeds meer voelt voor eigen hulp dan voor
kunstmatigen steun van buitenaf). Wordt er
dus al tot steun overgegaan, dan mag deze
nooit het tijdelijke, incidentieele en auxiliaire
karakter verliezen. Geen bescherming, geen
subsidieering. die slechts kasplantjes of pa
rasieten kweeken.
Wèl daarentegen verstandige maatregelen
om een zoo gewichtig bedrijf als de scheep
vaart tegen de gevaren van het oogenblik te
verdedigen. Want wij kunnen haar niet mis
sen. En door haar uit overdreven principes
te laten vallen, zouden wij enkel in de kaart
spelen van onze concurrenten, die natuurlijk
zelf hun scheepvaart zouden behouden.
Dat onze scheepvaart met hare eigen be
drijfsresultaten niet meer kan rondkomen, is
inmiddels algemeen bekend geworden.
Men behoeft waarlijk niet te smalen over
een te groot aantal directeuren of over te
hooge salarissen, wanneer de voornaamste
grond der tekorten open en bloot ligt: de
malaise, die het verkeer van lading en passa
giers sterk deed inkrimpen; en daar boven
op de sterke waardevermindering van de beide
deviezen waarin deze tarieven genoteerd ple
gen te worden, het Pond en de Dollar.
De nationale scheepvaart van de Vereenig-
de Staten, Canada. België, Portugal, Brazilië,
Polen zij lij den alle aan bloedarmoede, en
moeten met zwaar vergulde pillen in het le
ven gehouden worden. De Royal Mail Steam
Packet Company, voorheen een der omvang
rijkste Engelsclie reederijen, heeft het eene
gebied na het andere moeten opgeven. Leer
zaam voor ons is vooral, hoe zij, na het eindi
gen van haar subsidiecontract in West-Indië,
haren dienst op de eigen Britsche koloniën
(Trinidad, Demerara, Barbados, etc.) heeft
moeten stopzetten; de plaats van de Engel
se he Royal Mail is toen ingenomen door de
Nederlandsche K.N.S.M.. die het wel zonder
subsidie bleek te kunnen en die nu reeds
sinds jaren ..de" lijn is voor het verkeer tus-
schen Engeland en Britsch-West-Indië.
Moet men nu een dergelijke onderneming,
op wier ijver, zuinigheid en vindingrijkheid
ons land trotsch kan zijn, laten vallen, om
dat een samenloop van economische abnor
maliteiten hare bedrijfsresultaten aanvreet?
De strijd is toch al zoo ongelijk! Wanneer
de Duitschers of Italianen of Franschen een
nieuwer en grooter schip noodig hebben
neen. beter is: wanneer ze dit gemakkelijker
vinden dan komt dat er. Eschepen als de
Breinen van den Norddeutschen Lloyd, de
Cap Arcona van de Hamburg Südamerikani-
sche. de Caribia en Cordillera van de Hapag
waren evenmin een economische noodzake
lijkheid als de Rex en de Conté di Savoia van
de tot „Italia" gefusioneerde Genueesche ree
derijen. of de l'Atlantique zaliger gedachte
nis. en de nog niet voltooide Normandie van
de Franschen. Als technische prestatie zijn
het meesterwerken. Als economische daden
grenzen ze aan het schandalige. De een was
telkens berekend om den ander in een hoek
te duwen. De l'Atlantique had de Cap Arcona
tot oud-ijzer moeten maken, evenals de Cari
bia en Cordillera tot taak hadden, onze Co
lombia te overvleugelen, het mocht kosten
wat het wilde.
Tegenover een taktiek van dezen aard zou
het dwaasheid zijn om met dezelfde wapenen
te strijden. Dit zou zelfmoord beteekenen voor
het land, dat niet?kan beschikken over onuit
puttelijke nationale geldmiddelen (ofschoon
in het geval van onzen Oostelijken buurman
de benoodigde contanten voor een aanzien
lijk deel bij zijn westeliiken buurman waren
geleend). Met dien wedloop willen wij dus
niet meedoen, ook al konden we. Wij kunnen
daar enkel tegenover stellen een redelijken,
naar alle eischen des tijds geëquipeerden
dienst met schepen van voldoende afmeting,
voldoende snelheid, voldoende frequentie en
wat betreft dienst voor passagiers en lading
in alle opzichten onberispelijk. Dit is eigen
lijk alles wat onze reederijen noodig hebben:
in staat gesteld te worden om hun gaande
weg verouderde scheepspark gaandeweg te
vernieuwen zonder dat hare thans reeds
overbelaste exploitatierekeningen daarvan in
eens den vollen druk behoeven op te vangen.
Voorts een marge om gedurende de crisis te
kunnen leven.
Niet de Crisissteun op zichzelf is dus vol
doende. Dit zou slechts half werk zijn, wan1
men zou blijven doorsukkelen met een vloo;
die elk jaar minder concurrentiewaardig zou
worden,
Men zal in principe niet kunnen ontkomen
aan de consequentie om onze scheepvaart
lijnen aan nieuwe schepen te helpen, anders
valt iedere steun in een bodemlooze put.
Van welk type deze schepen nu moeten
zijn, daarover nu reeds te debatteeren zou
prematuur zijn. Men kan enkel in aigemee-
nen zin de grenslijnen trekken, waarna de
nadere uitwerking dient te berusten op
scherpzinnige studie door ervaren kenners
van 's werelds behoeften En aangezien deze
laatste zich in onze tijden zeer snel en gron
dig plegen te wijzigen, zullen degenen, wier
ondervinding hoofdzakelijk een vorig tijdperk
betreft, verstandig doen door niet in hun ge
durende die periode verworven kennis te ver
stijven. Nieuwe tijden vereischen nieuwe ge
dachten Het is verblijdend, te constateeren.
dat reeds hier en daar jongere krachten met
een door geen sleur bezwaarde frischheia aan
het werk gezet zijn. Tot hun taak behoort
niet uitsluitend het voortzetten van het oude
bedrijf, maar vooral het gezamenlijk over
zien van het totale terrein, het inventarisee
ren van wat bruikbaar is, en het opruimen
van wat beter gemist kan worden, ook al zou
dit menigeen aan het hart gaan. Voorts het
zoeken naar aaneensluiting, naar afronding
van het gebied in plaats van de tot dusverre
gevolgde angstvallige afbakening van elks ter
rein. Reeds alleen in de transatlantische vaart
zou waarlijk heel wat te rationaliseeren zijn,
mits men van te voren bereid is om locale of
persoonlijke stokpaardjes en taboos zoo noo
dig naar de rommelkamer te verbannen.
Schepen, waarmee men op een bepaalde lijn
vruchteloos tracht te concurreeren, kunnen
misschien op een andere lijn een succes wor
den. Mits het er niet toe doet of Amsterdam
dan wel Rotterdam hun basis wordt en of di
recteur zus dan wel dirceteur zóó er over zal
gaan. En mits er geld is om de allicht ver-
eischte veranderingen aan te brengen, die
elke wijziging van route pleegt mee te bren
gen.
Een dergelijke concentratie aller krachten
zou volstrekt niet noodzakelijkerwijze tot een
fusie behoeven te leiden. Reeds een studie
van mogelijke rationaliseering over de ge-
heele linie zou groot nut hebben, en ongetwij
feld tot practische maatregelen voeren.
Misschien zal de Regeering. alvorens over
heidssteun toe te zeggen, ook zelf wel met.
wenachen van dezen aard verschijnen, waar
toe zij onder die omstandigheden natuurlijk
het volste recht zou hebben. Den veteranen in
de scheepvaart zal een dergelijke inbreuk op
hunne tot dusverre zoo onaantastbare sou-
vereiniteit bezwaarlijk aangenaam in de ooren
kunnen klinken. Zij zullen echter wel zoo ver
standig zijn om dit offer ivoor zoover het er
een is"' te brengen. Wat de jongere elemen
ten betreft, stemt het tot vertrouwen op te
merken, dat er geen principieele afkeer van
een breedere samenwerking schijnt te be
staan, doch dat integendeel een hoopgevende
neiging kan worden geconstateerd om het
vraagstuk van de Nederlandsche scheepvaart
meer dan te voren, en onbevangen, te zien als
een groot algemeen belang.
Onder dergelijke omstandigheden behoeft
er ook geen bezwaar te bestaan om dezen
zoo gewichtigen tak van nationale bedrijvig
heid over de tijdelijke moeilijkheden van de
crisis heen te helpen.
Ver van huis is 't ook niet alles.
Drie Amsterdamsche inbrekers te Groningen
gearresteerd.
Gisternacht bemerkte een surveilleerend
agent van politie te Groningen, dat in den
ijzerhandel van de firma Adriani aan de
Hooge Der A, inbrekers aan het werk waren.
Het hoofdbureau van politie werd gewaar-
schuwod waarop een 20-tal agenten de om
geving afzetten. In het gebouw werden twee
inbrekers gearresteerd. Korten tijd latei-
bleek dat er nog een derde inbreker in de
dakgoot kroop. Een achtervolging volgde,
waarbij werd geschoten. Een der kogels had
den man geraakt, zonder hem evenwel te
verwonden, daar de kogel op zijn portefeuille
was afgestuit.
Het bleken drie Amsterdamsche beroeps
inbrekers te zijn, n.l. de 43-jarige machine
bankwerker H. S.. de 33.jarige meubelmaker
S. H. en de 44-jarige M. J. v. d. H. Zij waren
in het bezit van talrijke inbrekerswerktuigen
Een van hen had een bedrag van ruim f 100
bij zich. De politie onderzoekt of dit bedrag
van diefstal afkomstig is.
Lagere salarissen voor hooger
Gemeen tepersoneel
Regeering wil njeer gelijkheid met
Rijkssalarissen.
Eenigen tijd geleden hebben wij melding
gemaakt van een schrijven der Regeering aan
de groote gemeenten gericht, waarin werd ge
zegd. dat bij het opmaken der begrooting
voor 1935 rekening ermee moest worden ge
houden met een verlaging van salarissen en
loonen, zoodanig, dat deze in overeenstem
ming zouden komen met die bij het Rijk. De
Tel. verneemt nu nader, dat het verlangen
der regeering niet in de eerste plaats verband
houdt met de noodzaak van verdere bezui
niging. doch veeleer voortspruit uit de over
weging, dat het niet gewenscht geacht wordt,
dat een groote afstand gehandhaafd blijft
tussohen Rijkssalarissen en gemeentesala-
rissen.
Met name heeft de Regeering het oog, niet
zoozeer op de salarissen van de lagere groe
pen ambtenaren en werklieden, als wel op die
van de hooge groepen. Zoo worden b.v. de
directeuren van bedrijven en groote instel
lingen van het Rijk beduidend veel lager ge
salarieerd dan de overeenkomstige functiona
rissen bij de groote gemeenten.
Hoewel financleele gelijkstelling voor de ge-
mee ntebegroo tin gen niet veel voordeel ople
vert, meent de regeering toch, dat terwïlle
van een meer zuivere verhouding tusschen de
hoogere overheidssalarissen, de gemeenten
tot verlaging moeten overgaan.
Hulpmaatregelen voor de
visscherij.
Bedrijf 'op een loonender basis.
Credietverleening, organisatie van
belanghebbenden enz.
GöMBöS HERTROUWD MET ZIJN
EERSTE VROUW.
De eerste minister van Hongarije generaal
Gömbös is in de parochiale kerk van Nagy-
teteny hertrouwd met zijn eerste vrouw Mar
garet Reicherti
Naar men ons meedeelt, zijn de volgende
nieuwe maatregelen met betrekking tot de
visscherij op grond van de Landbouw-Crisis-
wet 1933 in voorbereiding.
De toestand in de zeevisscherij is van dien
aard, dat maatregelen genomen zullen moeten
worden om hierin verbetering te brengen.
Hoewel de verminderde export een voor
name rol speelt bij de slechte bedrijfsresul
taten. zijn daarnaast verschillende zeer be
langrijke oorzaken aan te wijzen, waardoor
het bedrijf in den huidigen toestand is ge
raakt.
Getracht zal worden, door het nemen van
verschillende maatregelen onder de Land-
bouwcrisiswet 1933 het bedrijf op een loonen
der basis te brengen.
Deze maatregelen zijn te onderscheiden in
die, welke onmiddellijk zullen worden over
wogen, b.v. maatregelen ten opzichte van den
uitvoer van fijne visch naar Frankrijk, en die
welke slechts geleidelijk ten uitvoer zullen
kunnen worden gebracht, onder meer een meer
regelmatige aanvoer, verruiming van den af
zet en vermindering van de productiekosten,
door samenwerking en verbetering op bedrijfs
organisatorisch gebied.
Het ligt in de bedoeling als eerste stap over
te gaan tot het organiseeren van de belang
hebbenden, ten einde ter bereiking van het
hierboven gestelde doel verschillende maat
regelen te kunnen voorbereiden en uit te
voeren.
Steun aan de haringvisscherij.
Zooals reeds eenigen tijd geleden werd
medegedeeld, zal een crediet van f 750.000 ter
beschikking worden gesteld voor den opslag
van haring, teneinde te voorkomen, dat de
door de Nederlandsche haringdrijfnetvisschers
aangevoerde haring door tijdelijke te groote
aanvoeren ongewenscht in prijs zal dalen.
Omtrent de uitvoering van deze credietver
leening is een regeling in voorbereiding.
Steun aan consumptie-garnalen-
visscherij.
Teneinde verbetering te brengen in den
slechten toestand van de consumptie-garnalen
visscherij, zullen de volgende maatregelen
worden genomen:
De exporteurs van gepelde en ongepelde
garnalen en de pellerijen zullen zich ais ge-
organiseerden moeten aansluiten bij een door
den minister aan te wijzen crisisorganisatie.
De uitvoer van gepelde en ongepelde gar
nalen wordt gebonden aan een vergunning.
Een dergelijke vergunning wordt uitsluitend
uitgereikt aan georganiseerden, wanneer deze
ten genoege van die crisisorganisatie aantoo-
nen. dat de garnalen worden geleverd tegen
prijzen, welke gelijk zijn aan of hooger dan
door den minister vast te stellen minimum
prijzen; bovendien zal deze vergunning niet
worden afgegeven dan nadat de georganiseer
de ten genoege van de crisisorganisatie heeft
aangetoond, dat aan de garnalenvisschers een
prijs is betaald, gelijk aan of hooger dan een
door den minister te bepalen minimumprijs.
Alleen georganiseerde pellerijen zullen ge
pelde garnalen voor de binnenlandsche con
sumptie mogen afleveren; een vergunning
daartoe wordt slechts afgegeven, indien zij
ten genoege van de Crisisorganisatie hebben
aangetoond, dat de gepelde garnalen worden
geleverd tegen een prijs gelijk aan of hooger
dan een vastgestelden minimumprijs.
Overwogen zal worden, in hoeverre een uit
breiding van deze maatregelen noodzakelijk is.
Voor de oestercultuur zullen eveneens ver
schillende maatregelen worden genomen, ter
wijl minimum-prijzen zullen worden vastge
steld.
Chineesche boekhouder te
Rotterdam vermoord.
Landgenoot schoot hem op
straat neer.
Dader terstond gearresteerd.
In de Edisonstraat te Rotterdam is Vrij
dag een 32-jarige Chineesche ..shipping-
master" door een 37-jarigen stoker-landge
noot om het leven gebracht. Toen het slacht
offer in de Edisonstraat uit de tram stapte,
werd hij opgewacht dooV den stoker, die
naast hem ging loopen.
Wat tusschen beide mannen besproken is
zal wel een geheim blijven.
Bij het kantoor van het Electriciteitsbe-
drijf gekomen trok de stoker plotseling een
cylinder revolver waaruit hij van een korten
afstand een schot afvuurde dat Chin in het
hoofd trof.
De shipping-master wankelde nog enkele
meters voort, waarna hij op de straat neer
viel.
De stoker wierp zich daarna op hem ging
schrijlings op hem zitten en vuurde de vijf
nog in de kamer zittende patronen op zijn
slachtoffer af. Daarmee was zijn moordlust
blijkbaar nog niet bevredigd, want met den
kolf van den revolver sloeg hij daarna als een
razende op zijn zieltogend slachtoffer in.
Vervolgens stond hij op om rustig te blij
ven toekijken hoe Chin, die uit tal van won
den bloedde, den laatster! adem uitblies.
Op het geluid van de schoten waren ver
scheidene voorbijgangers toegesneld.
Een paar spoorwegarbeiders hebben den
stoker, die geen verzet pleegde vastgegrepen
enovergeleverd aan den inspecteur van den
justitieelen dienst van het bureau der Rivier
politie. die met enkele agenten onmiddellijk
op de plaats van de misdaad, die vlak bij het
bureau is gelegen aanwezig was.
Zooals dat altijd het geval Is bij twisten
onder Chinee zen zal men vermoedelijk het
juiste over de drijfveer tot deze afschuwe
lijke misdaad wel niet te weten komen.
Zeer vermoedelijk betreft het hier weer een
wraakneming. Chineesche Shipping-Masters
genieten nu eenmaal niet de onverdeelde sym
pathie van hun landgenooten en het is niet
de eerste keer dat een van hen werd vermoord
of op geheimzinnige wijze verdween.
Een Lijfrente-Polis
der „Nationale"-
geeft een
hooge vaste rente
(Adv. lngez. Med.)
y
DE HEER
S
m-y
ii
C.A. LUITINCH
VERTELT.
O
V
E
iR
DE
De heer G. A. Luitingh, de koster der St.
Bavo, kent de geschiedenis dezer kerk als wei
nig anderen. Hij is de vraagbaak voor ieder
die iets van dit mooie oude bouwwerk en zijn
geschiedenis wil weten.
Vertelt u ons zoo vroegen wij hem wat
u bekend is over legenden die aan de Bavo ver
bonden zijn. Uit zijn verhaal maakten wij de
volgende aanteekeningen.
Het ondeugende kind.
De legende wil. dat er eens een kind was.
dat zijn ouders geslagen had. Toen dit on
deugende kind gestorven was en het lijkje in
de St. Bavo begraven was groeide de hand
die geslagen had boven het graf uit. De hand
werd afgehouwen, maar groeide steeds weer
aan. Er is tenslotte op de zerk een koperen
plaat bevestigd om dit te voorkomen.
Nu is het waar dat er in de kerk eenige
zerken zijn met koperen platen. Dat is op zich
zelf evenwel geen bewijs, want vroeger werden
op vele zerken zulke platen bevestigd. In den
tijd van Napoleon zijn de meeste koperen pla
ten van de zerken gesloopt om er kogels van te
gieten. Eenige platen zijn blijven zitten, maar
er valt niet uit af te leiden, dat daaronder een
kindergraf is.
Bovendien hebben verschillende kerken in
ons land een legende van zoo'n boven het graf
groeiende kinderhand!
De gevallen weesjongen.
Er is eens een weesjongen van een der bal
ken in het Noordertransept gevallen. Dat was
nog in den tijd toen de gewelven nog niet ge
maakt waren, dus ongeveer een eeuw geleden.
De jongen liep toen over een der balken. Hij
viel en als plaats waar hij op den grond is
neergekomen wordt een in tweeën gebroken
zerk aangewezen.
Het is niet bekend waarom of de jongen
op de balk aan het loopen was. In een boek
wordt gezegd, dat hij aan het kerk was
voor de versiering der kerk ter gelegenheid
van een bezoek van den Koning. Anderen
willen, beweren dat de jongen een staaltje
van durf wou laten zien door op zoo'n
hoogte over een balk te loopen.
Er wordt ook verteld,, dat in het Noorder
transept een Mariabeeld stond, dat hij wilde
weghalen. Ik kan evenwel niet aannemen,
dat er in dezen tijd op die plaats nog een
Mariabeeld gestaan heeft.
De beelden die niet bedekt kun
nen worde n.
Ongeveer een halve eeuw geleden is in
het Noordertranspect aan een der muren een
kleine beeldengroep ontdekt, die door metsel
werk aan het oog onttrokken was. De beelden
zijn vermoedelijk tijdens den beeldenstorm
beschadigd geworden en daarna weggemet-
seld. Toen dit ontdekt is werd de muur ge
deeltelijk weggebroken om de groep weer in
het gezicht te brengen.
Nu wordt verteld, dat herhaaldelijk ge.
poogd is de muur dicht te metselen, maar
dat men daarin niet geslaagd is. Steenen die
er in gebracht worden, zouden er weer uit
zich zelf uitvallen.
Ik kan evenwel verzekeren, dat al dien tijr
niet getracht is om het gat dicht te metse
len.
De pestbuil-bacillen.
Onder de honderdslagenkapel moest het
zal ongeveer 60 jaar geleden zijn, want het
was in den tijd dat de heer Joh. de Breuk,
die het mij verteld heeft, jong was eenig
herstelwerk uitgevoerd worden. De mannen
die dit werk uitvoerden moesten in den grond
werken waar vroeger begraven was. Bij drie
van hen deden zich ziekteverschijnselen
voor, gepaard met hevigen uitslag. De ge
neesheeren constateerden toen. dat de man
nen besmet waren met bacillen van pest
buil. Blijkbaar was daar dus vroeger iemand
begraven die aan pest gestorven was. Na
zooveel jaar minstens 40 jaar. want sinds
100 jaar wordt niet meer in de kerk be
graven hadden de bacillen dus hun smet-
kracht nog niet verloren.
Er wordt weinig in de kerk in den grond
gewerkt. Als het gebeurt wordt in het ver
volg natuurlijk de uiterste voorzichtigheid
betracht. Niet alleen in de kerk maar ook
ook rondom werd in den ouden tijd begra
ven. Overal waar men een spade in den
grond steekt worden daarvan nog de bewij.
zen gevonden.
Op de plaats waar nu de vischmarkt ge
vonden wordt, was vroeger het dievenkerk-
hof.
De kinkhoestpomp.
Aan de kerk tegenover de Jansstraat stond
vroeger een pomp. De legende wilde, dat het
water van die pomp een gunstige werking
had bij kinkhoest. Toen de duinwaterleiding
kwam is de pomp op last van het gemeente
bestuur, gelijk met de vele andere stads-
pompen, weggebroken.
Toen de pomp al jaren verdwenen was.
op zekeren dag aan de kosterij gebeld door
automobilisten uit Hilversum. Zij vroegen
waar de kinkhoestpomp stond. Zij hadden
thuis aan kinkhoest lijdende kinderen en
hoopten die te kunnen genezen met het water
van de pomp.
De heer de Breuk, die toen nog leefde
kwam er bij. Wat konden wij doen om de
menschen uit Hilversum ter wille te zijn? In
de kosterij is ook een pomp, die toen nog
voor schrobwater gebruikt werd en vermoe
delijk op dezelfde wel onder de kerk aange
sloten is. Wij hebben de Gooilanders toen
gelukkig gemaakt met water uit die pomp.
Of het water de kinkhoest genezen heeft,
weet ik niet. Ik ben'later nog wel eens in
Hilversum geweest, maar hoesten heb ik niet
gehoord
Het spookte.
Eiken avond maak ik in de kerk een rond
gang om te onderzoeken of alles in orde is.
Zoo'n wandeling in een donkere kerk, ter
wijl de eenige verlichting bestaat uit een
lantaarn die je in je hand hebt. heeft altijd
iets eigenaardigs. Ik neem wei eens men-
schen mee en die komen, vooral door het on
gewone, steeds onder den indruk.
Op een avond hoorde ik een geluid dat op
kreunen van een mensch geleek. Ik keek
overal rond maar zag niets Eindelijk kwam
ik er achter, dat het geluid onder den grond
van de Brouwerskapel kwam. Zou na eeuwen
een oude brouwer in zijn graf onrustig gewor
den zijn? Er kan toch zoo redeneerde ik
geen levend wezen onder de zware zerken
gekomen zijn. Weer klonk het kreunen
Het kwam juist onder den grond op de plek
waar ik stond. Toen zag ik bij het licht van
mijn lantaarn. dat eenige vleermuizen be
kneld zaten in een spleet tusschen twee
zerken.
Ik had eenige kennisen bij mij thuis. Die
ging ik halen met de verzekering, dat het in
de kerk spookte. Zij hoorden oo het gekreun.
Bij het licht van de lantaarn zag ik hun ge
laat lijkbleek worden. Toen heb ik ze maar
gauw de oplossing van de spookhistorie laten
zien!
Dit geval toont evenwel aan hoe gemakke
lijk spookverhalen ontstaan als voor vreem
de geluiden in oude gebouwen geen verkla
ring gevonden kan worden.
Aaxi den dood ontsnapt.
In het verleden waren eens twee mannen
in de kap van®de kerk aan den arbeid. Zij
kregen, waarover is niet bekend, hoogloopen-
de ruzie. Het liep daar in de hoogte zelfs
uit op een handgemeen. De een gooide den
ander naar beneden. Maar het slachtoffer
had de tegenwoordigheid van geest om zich
aan een balk vast te klemmen. Zoo heeft
hij uren gehangen. Eerst toen werd zijn hulp
geroep door anderen gehoord en kon men er
in slagen hem uit zijn hachelijke positie te
bevrijden.
Steenenwerpers staan terecht.
Naspel der Amsterdamsche relletjes.
Toen op den 5den Juli een polltieoverval-
wagen de Van Boetselaerstraat te Amsterdam
binnenreed zagen de chauffeur en de briga
dier die naast den chauffeur zat, dat cm
menigte bezig was de straat op te breken en
een barricade op te werpen. Kort daarop werd
gearresteerd de 40-jarige timmerman R. S.,
cue ervan verdacht werden daar met steenen
naar de politie te hebben geworpen.
De verdachte stond naar aanleiding daar
van Vrijdag terecht, maar hij ontkende met
steenen naar de politie te hebben geworpen.
Uit het getuigenverhoor blijkt, dat de ver
dachte steenen heeft genomen en die zonder
bepaald te richten tusschen zijn beenen doDr
naar achteren heeft geworpen. De brigadier,
die hem later heeft gearresteerd heeft den
verdachte herkend aan zijn kleeding. Hij
heeft hem niet, terwijl hij gooide in het gelaat
gezien.
Een andere getuige, een agent van politie,
heeft hem wel in het gelaat gezien cn deelde
voorts mede. dat hij hem ook heeft zien
gooien met steenen tusschen zijn beenen door
Of het de bedoeding van den verdachte is ge
weest naar de politie te gooien, kon deze ge
tuige niet verklaren. Het OM. meende dat
verdachte moet worden vrijgesproken.
De verdediger van beklaagde vroeg de on
middellijke invrijheidstelling van zijn
cliënt.
De Rechtbank die daarop in de Raadkamer
gaat, besluit dadelijk uitspraak te doen. Zij
spreekt verdachte vrij van het hem ten laste
gelegde en gelaste zijn onmiddellijke in
vrijheidstelling.
Hierna stonden terecht een 57-jarige schil
len ophaler en een 34-jarig los werkman, die
uitt het dakraam van de Houtrijkstraat 65 op
5 Juli met steenen naar de politie hadden
geworpen. De beide verdachten ontkenden.
De hoofdinspecteur, die het proces-verbaal
heeft opgemaakt, blijft bij zijn verklaring en
herkende beslist beide verdachten, die zeker
ieder eenmaal met een klinker naar hem ge
worpen hebben. Door eenige getuigen a dé
charge worden nog eenige vragen beant
woord, waaruit zou blijken dat beide ver
dachten dien avond niet op zolder zouden zijn
geweest.
Het O.M. achtte het ten laste gelegde bewe
zen. Spr vroeg zes maanden gevangcnisstraj
met aftrek van het voorarrest.