Koning Alexander van Joego-Slavië vermoord.
Bij zijn aankomst te Marseille doodgeschoten.
Ook minister Barthou gedood.
Koning Alexander's
opvolger.
De levensloop van
Barthou.
WOENSDAG TO OCTOBER T934
H A A REE M'S DSGBUX D
3
De dader, een Kroaat, door de menigte gelyncht.
Een Fransche generaal ernstig gewond.
Uit Marseille werd ons gisteren in den vooravond gemeld:
Toen Koning Alexander van Joego-Slavië hier vanmiddag aankwam
fs een aanslag op hem gepleegd. De Koning werd gewond het gebouw
van den prefect van politie binnen gedragen. Ook een generaal die in
zijn gevolg was, werd gewond.
Ook de Fransche minister van buitenlandsche zaken Barthou, die ter
begroeting aanwezig was, is gewond.
Nader werd ons door Reuter gemeld, dat Koning Alexander aan
zijn wonden overleden is. De dader heeft een twintigtal revolver
schoten gelost. Drie kogels hebben den Koning getroffen.
Ook minister Barthou overleed aan de bekomen verwondingen.
De dader werd door de menigte doodgeslagen.
Een Fransche generaal, die in het gevolg van koning Alexander
Was, Georges genaamd, en die volgens de eerste berichten gedood
was, blijkt ernstig gewond.
Ook een Zuid-Slavische generaal en de Fransche admiraal Berthelot
zouden tot de gewonden behooren.
De feestelijke ontvangst, dier men den
Zuid-Slavischen koning had willen bereiden,
heeft aanleiding gegeven tot een droevig
drama. Het geheele Fransche Middellandsche
Zee-eskader was op de reede bijeengekomen
teneinde de Zuid-Slavische „Dubrownik",
welke Koning Alexander naar Frankrijk
bracht, in te halen. Pietri bevond zich aan
boord van den pantserkruiser „Colbert"
teneinde daarmede het Zuid-Slavische slag
schip tegemoet te gaan. Koning Alexander
kwam aan boord van de admiraalsbarkas,
waarin ook Piétri gestapt was en waarmede
beiden de oude haven van Marseille binnen
voeren, waar onder leiding van den minister
van Buitenlandsche Zaken Barthou, en een
reeks andere Fransche en Zuid-Slavische,
militaire en civiele hoogwaardigheidsbeklee-
ders ter verwelkoming aanwezig waren.
Toen de barkas de haven binnenvoer, wer
den 21 saluutschoten gelost. Met zijn gast-
heeren stapte de Koning in een open auto.
die een langen, stoet auto's opende. Tezamen
met de Koning was de Zuid-Slavische mi
nister van buitenlandsche zaken, Jeftitsj,
aangekomen. Koningin Marie van Zuid-
Slavië had de reis naar Frankrijk niet met
het oorlogsschip meegemaakt, doch was per
trein afzonderlijk naar Parijs onderweg ge
gaan. Zij wilde den Koning in Dijon ont
moeten.
Toen de auto van den Koning de Place de
la Bourse opreed, weerklonken de schoten
die zoo tragische uitwerking zouden hebben.
De chauffeur van de auto vertelde later, dat
vier of vijf schoten op den Koning gelost
werden. „Ik heb den misdadiger onmiddel
lijk bij den nek gegrepen aldus verklaarde
hij, terwijl een overste die zich naast den
Koning bevond met zijn sabel op den dader
öiossloeg.
Nader werd nog gemeld, dat de dader eerst
getracht heeft een einde aan eigen leven
te maken door zich een kogel door den mond
te schieten, maar dat op hem toespringen
de agenten van politie hem daar geen ge
legenheid toe hebben gelaten. Op de Place de
la Préfecture schijnt hij door de menigte,
anderen zeggen door de politie, te zijn ge
dood.
De Fransche generaal Georges werd tijdens
den aanslag ernstig gewond.
In het geheele land zijn de vlaggen half
stok geheschen.
Barthou's dood.
Omtrent den dood van Barthou wordt het
volgende bekend:
In het ziekenhuis waar de minister van bui
tenlandsche zaken onmiddellijk naar toe ge
bracht wex-d, nam men eerst aan dat zijn ver
wonding niet van ernstigen aard was, hoewel
men het aangezien zijn linkeronderarm door
een kogel versplinterd was, wel noodig oor
deelde den arm te amputeeren. Het had er
eerst allen schijn van, dat het leven van Bar
thou geen gevaar liep. Tijdens de operatie
echter ontstond een bloeding, welke bloed
transfusie dringend noodzakelijk maakte.
Hiertoe werd oogenblikkelijk overgegaan, doch
de toestand van den minister werd zwakker
en zwakker tot eindelijk zijn hart ophield te
werken. Barthou was overleden.
Naar Reuter uit Marseille meldt, waren Bar
thou's laatste woorden: „Ik heb pijn, ik heb
dorst."
Gedurende de operatie, die Barthou onder
ging, heeft minister Piétri zich nog naar hem
toe begeven.
In het ziekenhuis vertoeven nog eenige lie
den, die bij den aanslag door kogels getroffen
zijn.
Nog zes personen getroffen.
Bij den aanslag te Marseille zijn ook eenige
toeschouwers door schoten gewond. Zes per
sonen. van wie twee kinderen, zijn met been
wonden in een ziekenhuis opgenomen.
Een politie-beambte, die door een schot in
het onderlijf werd gewond, verkeert in levens
gevaar.
De moordenaar.
De moordenaar van koning Alexander, Pe
trus Kalemen is naar vernomen wordt een
Kroaat, een onderdaan dus van den vermoor
den koning. Hij stond, op de lijst van verdachte
personen, die door de Zuid-Slavische politie
aan de Fransche politie was gegeven.
Hij is 34 jaar oud en koopman van beroep.
Hij zou in het bezit zijn van een paspoort,
afgegeven op 30 Mei 1934 te Zagreb. Eind
September moet hij Frankrijk binnengekomen
zijn.
Volgens het Alg. Handelsblad is bij de po
litie te Zagreb Kalemen niet bekend. Het is
geen Serbo Kroatische naam; wel komt hij
voor in de Hongaarsche grensstreken.
Het is gebleken, zoo zegt dit blad, dat er op
30 Mei van dit jaar geen Fransch visum is ver
strekt aan een Kalemen. Het paspoort van den
moordenaar zou dus valsch zijn of van een
vervalscht visum voorzien.
Verhaal van ooggetuige.
Overste Fiollet, die naast de auto van den
koning reed, vertelt het volgende over den
aanslag.
„De auto, waarin zich koning Alexander,
minister van buitenlandsche zaken Barthou
en generaal Georges bevonden, was juist ter
hoogte van de Place de la Bourse aangeko
men, toen ik zag hoe een man uit de menigte
te voorschijn schoot, langs de agenten van po
litie rende en voorbij mijn paard op de tree
plank sprong van de koninklijke auto. Ik gaf
mijn paard de sporen, maar ofschoon het
paard een sprong voorwaarts deed, kon ik
niet verhinderen, dat de dader zijn arm uit
strekte en verscheidene scheten op de koning
loste. Met twee slagen sloeg ik hem neer. ter
wijl de chauffeur van de auto twee scheten
loste. De moordenaar ging echter voort met
schieten, ofschoon hij op den grond lag. Zijn
kogels troffen twee agenten van politie en
een vrouw, die in de eerste rij der toeschop-
wers stonden. Politie en garde mobile vlogen
op den moordenaar af en trachtten de me
nigte van de auto weg te dringen De op den
grond liggende dader werd opgetild, waarop
de menigte zich op hem wierp."
Hoe de dader den Koning bereikte.
Gemeld wordt, dat de afzetting te Marseille
ter gelegenheid van het bezoek van koning
Alexander van Joego Slavië, was toevertrouwd
aan 1200 politie-beambten, 191 rechercheurs,
120 gendarmen, 48 leden van de mobiele garde,
zoomede een aantal soldaten.
Toen een politiebeambte bemerkte, dat een
man wilde doordringen tot den wagen van den
koning, wierp hij zich direct op dezen man.
De moordenaar richtte evenwel direct zijn
vuurwapen op den politieagent, dien hij neer
schoot. Op deze wijze kon de moordenaar den
wagen van den koning, welke slechts een snel
heid van 9 KM. had. bereiken.
De moordenaar maakte gebruik van een
schietwapen, dat een soort machinepistool was.
Twee doodelijke kogels.
Het geneeskundig onderzoek heeft uitgewe
zen, dat koning Alexander door twee kogels is
getroffen. Een der kogels was via de lever-
streek de borst binnengedrongen. Deze kogel
had een inwendige bloeding ten gevolge, welke
den dood heeft veroorzaakt.
De koning is voorloopig in uniform, waarop
het Grootkruis van het Legioen van Eer was
gespeld, opgebaard in de ontvangsalon dei-
prefectuur. De baar is met een vlag bedekt.
Naar verluidt zal het stoffelijk overschot
van Koning Alexander naar Zuid-Slavië wor
den vervoerd met hetzelfde oorlogsschip, waar
mede de Koning naar Frankrijk is gekomen.
De kruiser, de „Dubrownik", zal op de thuis
reis worden vergezeld door een Fransch eska
der als eere-geleide.
Medeplichtigen?
In het Fransche ministerie van Binnenland-
sche Zaken is men van meening, dat de scho
ten alleen zijn gelost door den gearresteerden
Joego Slaaf. Deze kon evenwel in verband met
zijn toestand niet worden gehoord. Andere
berichten maken melding van een aantal
medeplichtigen.
Toevallig heeft een filmoperateur den ge-
heelen aanslag opgenomen. De film wordt
direct ontwikkeld en ter beschikking gesteld
van de autoriteiten.
Een proclamatie van Doumergue.
In verband met den aanslag te Marseille
heeft de Fransche regeering de volgende pro
clamatie uitgevaardigd:
De Fransche regeering ziet zich met smart
gedwongen de natie den dood mede te deelen
van Z.M. Koning Alexander van Zuid-Slavië
juist op het oogenblik, waarop Zijne Majesteit
het gansche volk de bewijzen kwam brengen
van de toegenegenheid van het Zuid-Slavische
volk. De Fransche regeering geeft uiting aan
haar groote smart tegenover Hare Majesteit,
Koningin Maria van Zuid-Slavië. de regeering
van Zuid-Slavië en de bevriende natie.
Tevens vervult de regeering den droeven
plicht, kennis te geven van het feit, dat te
zamen met Koning Alexander, de minister van
buitenlandsche Zaken Barthou doodelijk ge
troffen is.
In dit tragische uur, nu beide volkeren zoo
smartelijk getroffen zijn, gevoelen zij zich
meer dan ooit vereenigd in gedachten en ge
voelens
Nationale rouw.
De Fransche regeering heeft besloten een
nationale rouw te land, ter zee en in de lucht
af te kondigen voor den tijd van één maand
In dezen tijd zullen alle feesten en ceremoniën
afgelast worden.
De Koningin op de hoogte
gesteld.
De koningin van Zuid-Slavië is gisteren te
Besancon aangekomen, waar zij oogenblikke
lijk op de hoogte gesteld werd van het treu
rige nieuws.
Het bericht werd gemeld aan den prefect
van het departement van Haute Salve de
Besancon, waar de trein, die koningin Maria
vervoerde, om 18.30 zou aankomen. De prefect
Beretti Bellarocca, schoonzoon van den mi
nister van Marine Piétri. die den Koning te
Marseille op een oorlogsschip was gaan be
groeten, begaf zich naar het station, maar be
merkte, toen hij in den trein bij de Koningin
kwam, tot zijn ontsteltenis, dat zij nog vol
strekt van niets wist!
Om haar het vreeselijke bericht met de noo-
dige voorzichtigheid mede te deelen, bleef de
prefect in den trein, die om 19.18 weer ver
trok en hij bracht onderweg te Koningin op
de hoogte.
De Koningin is inmiddels te Marseille aan
gekomen.
Minister Sarraut vraagt
ontslag.
Om 6 uur is de ministerraad bijeengekomen,
onder voorzitterschap van Doumergue. ten-
De 1 1 -jarige Prins Peter
tot koning uitgeroepen.
Koning Alexander van Joego-Slavië.
einde te beraadslagen over den door den aan
slag ontstanen toestand. De minister van bin
nenlandsche zaken Albert Sarraut die zich
verantwoordelijk acht, zal zijn ontslag aan
vragen.
De president der republiek, Lebrun, is
oogenblikkelijk na ontvangst van de berich
ten omtrent den aanslag, naar Marseille ver
trokken.
De indruk.
BELGRADO. 10 October (V. D.i Het tele-
graafagentschap Avala deelt mede. dat het be
richt van het tragische overlijden van koning
Alexander van Joego-Slavië algemeen.e ver
slagenheid en diepen rouw heeft teweegge
bracht. Het geheele volk draagt waardig den
slag, welke het heeft getroffen.
Alle winkels en openbare gelegenheden heb
ben na het bekend worden der verschrikke
lijke mare gesloten. Over het algemeen kon
men zijn ontroering niet bedwingen.
De ministerraad is onder voorzitterschap
van minister-president Oezoenowitsi bijeen,
ter bespreking van maatregelen, welke onder
deze buitengewone omstandigheden in het be
lang van het land moeten worden getroffen
Bij "zijn vertrek had koning Alexander de ko-
ninkliike voorrechten overgedragen aan den
ministerraad.
Opstand in Kroatië beraamd?
BELGRADO, 10 October FV.D.) In sommige
kringen wordt gevreesd, dat de moord op ko
ning Alexander bedoeld was als signaal voor
een opstand der Kroaten. De Kroaten streven
naar grooter mate van autonomie.
Het bericht van den moord op koning
Alexander verspreidde zich als een loopend
vuurtje door het land. Voor de bladen, die het
bericht bulletineerden, liep het volk te hoop.
In tal van steden kwam het naar United Press
aan de Tel. meldt, tot anti-Kroatische demon
straties. In politieke kringen neemt men aan.
BELGRADO, 9 October (Reuter). De
Joegosliavische ministerraad is hedenavond
bijeengekomen en heeft prins Peter tot
koning geproclameerd, onder den naam.
Peter II. De regentschapsraad zal later
worden benoemd.
De jeugdige koning is sinds eenigen tijd
te Londen op kostschool. Hij is pas 11 jaar
oua.
Bij art. 42 der grondwet, wordt bij den
dood van den vorst, de proonprins koning.
De kwestie van het regentschap moet bij
testament van den koning zijn geregeld. In
dien geen testament aanwezig is, wordt het
regentschap door de vertegenwordiging van
hel, land gekozen.
WEENEN: Uit Joego Slavische kringen te
Weenen verluidt, dat koning Alexander in
zijn testament heeft bepaald, dat hij wenscht
dat in geval van zijn dood een regentschaps
raad van drie personen tot de meerderjarig
heid van kroonprins Peter de regeering zal
leiden.
Deze regentschapsraad zal moeten bestaan
uit Koningin Maria van Joego Slavië, prins
Paul en den president van het Opperste Ge
rechtshof van Belgrado.
Deze berichten zijn met tendentieuze bedoe
lingen verspreid.
Joego-SlavischOostenrijksche
grens gesloten.
WEENEN, 9 Oct. Uit Graz wordt gemeld,
dat hedenavond zeven uur de Joegoslavisch-
Oostenrijksche grens hermetisch is gesloten.
De telefoonverbindingen en het geheele ver
keer met Joegoslavië zijn onderbroken
De geheele grens is met Joegoslavische troe
pen bezet.
Barthou.
dat kroonprins Peter weldra zal worden ge
kroond en dat in zijn naam de militaire dic
tatuur de macht in handen zal nemen.
De politie heeft bepaald, dat alle openbare
gelegenheden na tien uur 's avonds gesloten
moeten zijn.
Sterke politiepatrouilles trekken door Bel
grado. Daar is het overal rustig.
Het agentschap Avala meldt, dat het ge
machtigd is mede te deelen, dat alle" uit bui
tenlandsche bronnen stammende berichten
betreffende troepenbewegingen en gedeelte
lijke mobilisatie onjuist zijn.
Koning Alexander
van Joego-Slavië.
Alexander I, koning van Zuid-Slavië, uit het
huis Kara-Georgewitsj, was de tweede zoon
van koning Peter en koningin Zorka (Aurora),
een dochter van koning Nikita van Montene
gro. Hij is 45 jaar oud geworden. Hij werd 17
December 1888 te Cettinje geboren en genoot
met George, zijn ouderen broer, zijn eerste op
leiding in het Russische cadettencorps.
Toen Peter 15 Juni 1903 na den moord op
Alexander Obrenowitsj gekozen werd tot ko
ning van Servië kwam prins Alexander met
zijn zuster naar Belgrado. Hier werd hij,
schrijft de N.R.C. voorbereid onder leiding van
Servische leeraren voor de academische stu
die en vervolgens studeerde hij in het staats
recht.
In Maart 1909 zag kroonprins George af van
zijn rechten op den troon, waarop Alexander
tot troonopvolger werd uitgeroepen. Hij wijdde
nu zijn volle belangstelling aan het leger,
waarin hij, evenals zijn broer, aanvankelijk als
gewoon soldaat was opgenomen. Bij het uit
breken van den eersten Balkanoorlog (Octo
ber 1912) nam hij het bevel over het eerste
Servische leger op zich. waarmee hij de eerste
groote overwinning behaalde in den slag bij
Koemanovo.
Den 24en Juni 1914 nam prins Alexander
wegens ziekte van zijn vader het regentschap
op zich. Als regent bleef Alexander opperbevel
hebber van het leger. Hij bleef voortdurend in
het hoofdkwartier van het leger. Tot den dood
van Peter op 16 Augustus 1921, dus gedurende
heel den oorlog, is hij regent gebleven. Toen
besteeg hij zelf den troon als koning der Ser
viërs, Kroaten en Slowenen, een titel, die later
werd veranderd in koning van Zuid-Slavië
(Joego Slavië)
als koning op en 8 Juni 1932 trouwde hij met
prinses Maria, de tweede dochter van koning
Ferdinand van Roemenië en zuster van den
huidigen koning Karei II.
Aanvankelijk regeerde Alexander als con
stitutioneel vorst. Van zijn vader had hij eer
bied geleerd voor constitutioneele en parle
mentaire tradities. Alexander trachtte de drie
volken, die onder zijn heerschappij vereenigd
waren nader tot elkaar te brengen en de po
litieke tegenstellingen te verzachten. Hij stond
evenwel op de eenheid van het rijk, al trachtte
hij binnen constitutioneele grenzen te zorgen,
dat de Serviërs niet te veel overwicht uit
oefenden over de andere deelen des lands. De
omstandigheden waren hem echter te sterk.
Zoowel van Servischen als van Kroatischen
kant werden fouten en onhandigheden be
gaan. De Kroaten begonnen steeds harder om
een federatieven staat te roepen, de eenheid
des lands dreigde in gevaar te komen. Toen
nam de Koning zelf het roer in handen.
Den 6den Januari 1929 zette Alexander de
grondwet van Vidivdan buiten werking en
voerde met behulp van het kabinet Zifkowtsj
de obsolute dictatuur in. Hij motiveerde deze
daad met een manifest, waarin hij zeide:
Mijn verwachtingen, zoowel a's de ver
wachtingen mijns volks, dat de evolutie van
onze bin nenlandsche politiek de regeling en
consolidatie zou brengen van de betrekkingen
in den lande, zijn niet vervuld. De parlemen
taire orde en ons heele politieke leven krijgen
een steeds negatiever karakter, waardoor
volk en staat tot dusver slechts schade leden.
Alle nuttige instellingen in onzen staat. hur.
vooruitgang en de ontwikkeling van het heele
volksleven zijn daardoor in gevaar geraakt.
Door dezen ongezonden politieken toestand
in het land, worden niet alleen het binnen-
landsche bestaan en de vooruitgang, maar ook
de regeling en ontwikkeling van de buiten
landsche betrekkingen van onzen staat, zoo-
Op 16 Augustus 1921 volgde hij zijn vader I wel als de bevestiging van ons aanzien en ere- zienlijk verbeterd.
diet in het buitenland geschaad
Het zou kostbare tijd verliezen zijn in ver-
geefsche pogingen gelijk ons eenige der laat
ste jaren gebracht hebben, als men de genees
middelen voor dit kwaad zou willen zoeken in
parlementaire regeerings wisselingen als tot
dusver of in nieuwe verkiezingen voor de wet
gevende lichamen. Wij moeten nieuwe werk
methoden zoeken en nieuwe wegen inslaan
Ik heb daarom besloten en beslist, dat de
grondwet van het Koninklijk der Serviërs,
Kroaten en Slowenen van 28 Juni 1921 op
houdt rechtens re bestaan. Alle staatswetten
blijven van kracht, tot zij in geval zulks noo
dig is door mijn oekaze worden opgeheven
Langs denzelfden weg zullen voortaan nieuwe
wetten worden uitgevaardigd. De Skoepsjtina
die op 11 November 1927 gekozen is, wordt ont
bonden".
Op 2 Sept. 1931 werd het constitutioneele
regime in naam hersteld en werden de grond
trekken van de nieuwe grondwet geprocla
meerd, nadat reeds op 3 October 1929 de naam
des lands in konikrijk Zuid-Slavië was veran
derd.
In 1933 begon Alexander zich evenals tsaar
Boris van Bulgarije en koning Karei II van
Roemenië met de Balkanpolitiek in te laten.
In Januari bezocht hii Karei, in September
sprak hij Boris, toen deze Belgrado oasseerdo
en even later bezocht hij opnieuw Karei en
Boris (te Warna), waarna hij doorging naar
Kemal pasja te Stamboel. Dit was de rondreir
onder het motto ..De Balkan voor de Balkan
volken", welke leidde tot het sluiten van di
verse vredes- en vriendschapsverdragen waar
onder het veelbesproken Balkanverdrag van
Roemenië en Turkije toetraden, doch dat
krachteloos bleef door het afzijdig b'iiven ven
Bulgarije De betrekkingen van Zu'd-Sle.vi-
met dit land. aanvankelijk gespannen, ziir
door het contact tusschen de regeerders aan-
Louis Barthou is geboren in 1862 te Oloron-
Sante Marie, een stadje in de Fransche
Pyreneeën, gelegen aan de samenvloeiing
van de bergstroomen Acpe en Ossau, waar
zijn vader een winkel dreef in ijzerwaren.
In 1889, na een verziekingscampagne te
Oloron, verscheen hij :n de Kamer, ais jong
ste lid van de Republikeinsche afgevaardig
den om vijf jaar later als jeugdigste mi
nister van de Derde Republiek de portefeuille
van Openbare Werken te aanvaarden.
Barthou was Minister van Binnenlandsche
Zaken onder Méline in 1896. van Openbare
Werken onder Farrien in 1906 en vervolgens
onder Clemenceau tijdens diens langdurige
regeeringsperiode van voor den oorlog. Hij is
vier maal Minister van Justitie geweest, in
1 ministerie Poincaré, en in 3 ministeries
Briand, twee maal minister van Oorlog onder
Briand en nogmaals tijdens diens derde pre
sidentschap' en in het ministerie Steeg; twee
maal betrok hij het Departement aan den
Quai d'Orsay, in 1917 in het kabinet Fain-
levé.
Barthou behoorde niet tot de menschen,
die in gemakkelijke tijden beschikbaar zijn
voor regeeringsfuncties om zich in moeilijke
uren terug te trekken. Als minister, tot
veertien maal toe, als lid van het Comité de
Guerre, hoofd van de afdeeling Elzas
Lotharingen chef van de Fransche delegatie
te Genève in 1922, voorzitter van de Commis
sie van Herstelbetalingen, op al deze pos
ten heeft hij getoond de noodige talenten
te bezitten.
In de dagen, dat er onweer naderde, aan
gekondigd door de reis van den Duitschen
keizer naar Tanger en Algecirfas, de an
nexatie van Bosnië en Herzegowina, door
Oostenrijk in 1908. de inval van den
Panther in de wateren Agadir in 1911. toen
de oorlog voor de deur stond, bleek dat hij
niet alleen talenten bezat als redenaar en
schrijver, maar dat hij een der grootste en
meest zeldzame eigenschappen had. van een
staatsman: karakter. Als een van zijn meest
verdienstelijke daden beschouwt men in
Frankrijk de militaire wet, die hij onder zijn
minister-presidentschap in 1913 er wist door
te krijgen.
Wij geven hieronder nog een chronologi
sche opsomming van de verschillende open
bare functies welke Barthou heeft bekleed.
Afgevaardigde van 18891922; senator
van 1922 af; president van den Raad van
het Arrondissement Basses Pyrenees sinds
1924; lid en vroeger voorzitter van de
Union Democratique et Radicale; Minister
van Openbare Werken van 189495 en van
19061907; Minister van Binnenlandsche
Zaken van 18961898; Minister van Justitie
in het Kabinet van Briand van 19091913;
Minister-president en Minister van Onder
wijs van MeiDecember 1913; Minister van
Buitenlandsche Zaken in het kabinet van
Poincaré in 1917; Minister van Oorlog in het
kabinet van Briand in 1921; Minister van
Justitie in het kabinet van Poincaré van
19221924 en 19261928 en in het kabinet
van Briand in 1929; in Februari van dit jaar
werd Barthou opgenomen in de door Dou
mergue gevormde nationale regeering waarin
hij een der belangrijkste posten als mi
nister van Buitenlandsche Zaken bekleedde.
Voorts was hij voorzitter van de Commissie
voor de Herstelbetalingen in 1924; sinds
1918 was hij lid van de Academie Frangaise.
hij was voorzitter van de Société d'Histoire
de la Revolution Frangaise.
Niet alleen als staatsman, doch ook en niet
in mindere mate heeft Barthou als literator
naam verworven. Beroemd is zijn werk over
Mirabeau. Van zijn overige werken kunnen
nog worden genoemd: Lamartine Orateur,
Le General Hugo, Le Neuf Thermidor,
Lyautey et le Meroc. Danton, Rachel, Lettres
inédites d'Alfred de Vigny a Victor Hugo,
Auteur de Lamartine. Souvenirs de ia Rue
de la Sabliere. Le Politique. Paroles Vécues,
Diderot, La Vie Amoureuse en Richard Wagner,
ner.