BRIEVENBUS.
D
ZATERDAG 20 OCTOBER 1934
HAARLEM'S DAGBLAD
16
===£h
Deze raadsels zijn ingezonden dooi* Jon
gens en Meisjes die Onze Jeugd lezen.
Iedere maand worden onder de beste oplos
sers vier boeken verloot.
AFDEELING I.
(Leeftijd 10 jaar en ouder)
1. (Ingez. door Opoe s Lieveling.)
Mijn geheel is een plaats in Groningen van
9 letters.
1 2 3 4 is niet laag.
6 7 S 9 is iets, waar de duinen rijk aan zijn.
4 5 6 3 8 9 is het tegengestelde van ziek.
2. (Ingez. door Avondster.)
Neem uit onderstaande zinnen telkens een
Tvoord, zoodat er een spreekwoord ontstaat.
a. De schoenmaker lapt deze schoenen.
b. Ik houd veel van appels.
c. Wil je er een paar voor me halen?
d. Je kunt ze bij den groenteboer krijgen.
e. Doe je het?
d. Wat leest hij?
3. (Ingez. door Opoe's Lieveling.)
Maak uit onderstaande letters twee meisjes
namen.
atoodhre
4. (Ingez. door Opoe's lieveling.)
Vul de puntjes in met letters, zoodat er een
bekend spreekwoord komt.
E.n v".ver..-st w.. .ij. ha..n ma.,
.iet .ij. .tr...n
5. (Ingez. door W. B.—Z.) Strikvragen.
a. In welk geval is 2 x 2 6?
b. Gij ziet mij in uw hand.
Kunt mij aan 't spoor ontdekken,
Gij vindt mij op de kaart,
Gij kunt mij zelf ook trekken.
Ik ben op menig schip
Loop vaak langs het papier.
Leest men mij omgekeerd,
Dan ben ik een rivier.
6. (Ingez. door W. B.Z.) Begraven steden.
a. Ga gauw naar bed. U meet. rust hebben.
b. Moeder zei: Stel je voor, dat vader ons
jomt halen.
c. Loop naar de naastbijzijnde woning.
d. Mag ik een snee koek?
e. Wat zegt U? "t Recht moet zijn loop heb
ben.
f. Belemmer me niet in mijn pogingen.
AFDEELING IL
(Leeftijd 9 jaar en jonger)
1. (Ingez. door W. B—Z.) Strikvragen,
a Wie weet de kunst zoo ver te drijven
Met rooden inkt toch zwart te schrijven?
b. Welke schepen varen niet op het water?
c. Het heele abc was gevraagd op een diner
Maar de zes laatsten kwamen te laat. Wie
Weet waarom?
d. Met welke schuit wordt niet gevaren?
2. (Ingez. door w. B—Z.) Rebus.
Welke stad staat hier?
R R R
R E R
R R R
3. (Ingez. door W. B.—Z.)
Overdag kan ik rusten met goed fatsoen.
Want dan heb ik heelemaal niets te doen.
Maar 's avonds en 's nachts moet de zon
voor mij wijken.
Dan ben ik verplicht door de ruiten te kijken
4. (Ingez. door W. B.Z.) Driehoekraadsel.
xxxxxxxxxx
Wim 5 Lentebloempje 6 Zomerkindje 5 Aca
ciatakje 6 Nachtegaaltje 6 Postjager 6 Jan-
nie v. Kleef 6 Goudsbloempje 6 Duinroosje 6
Bagheera 6 De tuinman 5 Zandkevert.je 6 Ge-
lukspop 6 Seringenknopje 6.
WAAR JE AAN DENKEN MOET.
Bevroren groenvoer is voor konijnen heel
slecht. Als het straks gaat vriezen, bewaar je
koolbladen dan op een beschut plekje.
Uskoud drinkwater is voor geen enkel dier
goed. Doodt buitenshuis geen spin. Spinnen
zijn zeer nuttige dieren. Ze vangen de scha
delijke motten, vliegen, muggen, bladluizen
en verder een groot aantal insecten welke voor
onze bloemen, boomen en planten schadelijk
zijn.
Door zout in het water te doen, kun je een
gebarsten ei koken, zonder dat het ei uit
kookt. Het zout slaat neer op de breuk, zoodat
deze niet verder gaat.
W. B.—Z.
RUILRUBRIEK
WIJN AND A KARBERG. Lange Molenstraat
18 ra., heeft: Roodbandplaatjes, Hilles. Drie
sen vlaggen, Bussink, Van Nelles Koffie éti-
ketten, Klokzeep, Londen caramel vlaggen,
Nederland op en in 't water, Tieleman molen
bons. en vraagt hiervoor terug Droste, post
zegels, Verkade, Sunlight. Ook ruilen van
postzegels.
ACACIATAKJE, Spaarnwouderstraat 110,
heeft te ruilen: Athletiek, Funke, Filmsterren,
Voetbal techniek en taktiek, Spelregels, Haas,
Dobbelman, Erdal, Driessen vlaggen, Bussink,
Sickesz. Hiervoor graag terug: Zwemmen, In
Filmland, Duif. Ufa in de Wildernis, Felix.
RUBRIEKERTJESLIJST.
Hendrika v. d. Wateren, oud? Weltevreden-
straat 36.
Lenie v. d. Graaf, oud 7 jaar. en
Aat v. d. Graaf, oud 9 jaar, beiden te Voor
burg.
ST. NICOLAAS-RUBRIEK.
Prinsesje Sterremuur, Sumatrastr. 27, Heem
stede, vraagt wol om een das te breien.
Mevrouw H. dank ik vriendelijk voor de ont
vangen lappen, handwerkwol enz.
Wie er iets van wil gebruiken voor boekom
slagen, taschjes, naaldenboekjes, mutsjes, pop-
pekleertjes, dekentjes, kleedjes enz. mag Woens
dag bij mij een en ander komen halen. Ook
heb ik nog sigarenkistjes en allerlei doozen.
WAT MAKEN WIJ VOOR DEN
SINT NICOLAASWEDSTRIJD?
Verleden jaar heb ik op de tentoonstelling
verwonderd gestaan over de prachtige dingen,
die jullie hadden gemaakt voor onzen St. Ni-
colaaswedstrijd en ik weet zeker, dat er in
deze weken met noeste vlijt wordt gewerkt
aan poppenkamers, paardenstallen, winkels,
enz. en natuurlijk ook aan een massa andere
dingen.
Vanzelfsprekend zijn niet alle rubriekertjes
even handig om dergelijke vernuftige cadeaux
voor de zieke kinderen te kunnen produ-
ceeren, maar ik vertrouw erop, dat er niemand
onder jullie is, die zegt: Ik doe maar niet met
den St. Nicolaaswedstrijd mee, want een pop-
penkamer of iets anders kan ik met geen mo
gelijkheid „voor elkaar krijgen". Stel je voor,
dat Sinterklaas straks eens zou zeggen: Dit
jaar krijgen de kinderen in Nederland maar
eens geen cadeaux, want ik kan ze onmogelijk
allemaal inpakken voor 5 December. Dan zou
je toch leelijk op je neus kijken!
DAT, WAT JE NIET KUNT.
Probeer eens met je rechterhand over je lin
kerslaap te wrijven en met je lin
kerhand gelijktijdig op je rechterknie te slaan
Herhaal deze oefening dan in tegengesteld,e
richting, vlug achter elkaar.
Maar dat er onder jullie zijn, die zeggen: Ik
weet niet, wat ik dit jaar moet maken, want
Pietje maakt een paardenstal en Annie van
hiernaast een poppenkamer en Toosje van
den overkant weer wat anders, vermoed ik
wel. Om iets in een winkel te koopen, vinden
jullie te kinderachtig: dat kan ik me zoo
voorstellen 1 Voor jullie heb ik wat bedacht!
Wat denken jullie van 'n legdoos? Natuurlijk
heelemaal compleet afgewerkt, keurig netjes,
alsof hij zoo uit den Franschen bazar in Am
sterdam komt!
Heb je niet veel tijd, dan neem je eenvou
digweg een paar briefkaarten. Het beste zijn
die kaarten, welke geteekend zijn, dus geen
foto's van stadsgezichten of zooiets! Een bloe
menmeisje, een grappig clowntje is altijd heel
aardig.
De prentkaart plak je nu stevig op een stuk
dik karton van 2 a 3 mM. en zorgt er tevens
voor, dat al je kaarten nu precies even groot
worden.
Nu gaan we de kaart in stukjes snijden. Als
je bang bent voor je vingers, laat je dit werk
je vader of grooten broer maar opknappen!
Maar denk er om, niet zoo maar in het wilde
weg de kaart aan stukken snijden, want dat
staat erg slordig' en verhoogt absoluut niet
het leuke van het spel. Je moet systematisch
te werk gaan, dat wil zeggen: volgens een ze
kere regelmaat.
Hieronder zien jullie een verkleinde legplaat
Je kunt nu de zwarte lijnen aan de keerzijde
van jullie legkaarten nateekenen, waarna je
gaat uitsnijden. Natuurlijk kun je ook andere
lijnen teekenen, maar niet te veel stukjes ma
ken! Denk er nog'om. voordat je gaat snijden,
de opgeplakte prentkaart eerst goed te laten
drogen. Een dag ongeveer is voldoende!
Hier zien jullie het voorbeeld. De buitenste
lijn is de rand van de kaart:
Een leerzaam spel kun je maken van een
oude atlas. De landkaarten zijn daarin alle
maal op een zijde van de bladzijden gedrukt.
Dat komt nu heel goed van pas. Je gaat hier
mee hetzelfde te werk, als met de prent
kaarten.
Beschik je over veel vrijen tijd, dan koop je
in den winkel een paar teekenkaartjes, b.v.
van de werelddeelen en trekt daarop zelf de
rivieren, de spoorlijnen; puntjes voor de
plaatsnamen, eerst met potlood, later met inkt
over. Verschillende kleuren is natuurlijk het
mooiste. In een atlas heb je een mooi voor
beeld.
Om het spel verder af te werken, gaan we
nu ramen maken, om de legkaarten in te
leggen.
Hiervoor heb je noodig weer eenige stukken
dik, karton 2 a 3 m.M. dik is voldoende. Deze
kartonnen snijd je op een grootte, dat aan
weerszijde van de legplaat 2 a 3 cM. uitsteekt.
Dat is de raamlijst.
Precies in het. midden van de kartonnen
snijd je een rechthoek of vierkant uit, zuiver
ter grootte van de legkaart. Denk erom, dat
je eerst de legkaart in het vereischte aantal
stukken moet snijden, alvorens het raam te
maken, omdat door de insnijdingen de grootte
van de legplaat niet even lang en breed blijft,
maar wat kleiner wordt. Eerst dus de legplaat
snijden en dan pas het raam maken.
Heb je de raamlijst klaar, dan plak je aan
de achterzijde een stevig, dik stuk papier. Goed
zwaar papier ervoor nemen!
Het geheel kun je nu beteekenen of met
mooi papier beplakken. De legkaart past nu in
het raam, wat een aardig cachet geeft. (Ca
chet is „gezicht", voorkomen, idee. stempel).
Figuur 2 geeft je een voorbeeld, hoe het
raam eruit ziet.
Nadat alles keurig gedroogd is, is je legplaat
(of platen) klaar en gaan we nu een doos
zoeken.
ttcken oU.
bf'nen mui
le^kofcv^
Maar daar ben je ook nog maar zoo ineens
niet mee klaar. Doch dat doen we de volgende
week. Dan gaan we ook nog wat andere din
gen maken.
W. L.
Emmastraat 36.
Brieven aan de Redactie van de Kinder-
Afdeeling moeten gezonden worden aan
Mevrouw BLOMBERGZEEMAN, Marnix-
straat 20.
x
x
een stad in Zeeland.
staat op e enschrijftafel.
staat in Utrecht.
zitten aan rozen.
smaken lekker en zijn gezond.
een schoolvak.
gebruikt een timmerman
bestaat uit 60 minuten.
behoort bij een schip.
een medeklinker.
5. (Ingez. door W. B.Z.)
Een glibberige viscli en een net omgekeerd,
geven een-stadje in den Achterhoek. Welk?
6. (Ingez. door W. B.—Z.)
'r8 m
t MVillt
Welk spreekwoord staat hier?
RAADSELOPLOSSINGEN.
De raadseloplossingen der vorige week zijn:
AFDEELING I.
1 De appel valt niet ver van den boom.
2. Eindhoven
3. Belleroontje.
4. a. karren, die stilstaan, b. vollen, c. appel,
e. schaar, f. iemand met één oog, want die
kan iemand met twee oogen zien.
5. Mitzi Green.
6. Kerkrade
AFDEELING II.
1. Nijmegen.
2. De kachel.
3. Boek. doek, hoek, koek, roek, snoek.
4. Nachtvlinder.
5. De Ietter r.
6. a. een weg. b. Om vooruit te komen. c.
Emma zet u thee.
Goede raadseloplossingen ontvangen van:
Opoes lieveling 6 Gouden regen 5 Water
lelie 5 Avondster 4 Zonnestraaltje 6 Zonnefee
6 Poppenverpleegstertje 6 De flinke naaister
6 De kleine figuurzager 6
Zangvogeltje 6 Gouden regen 6 Prinsesje
Sterremuur 5 Zwartkijkertje 6 Zonneroosje 5
Dikzak 6 Klavertje Vier 6 Kinnie 4 Vaders
Jongen 5 Moeders Troost 6 De Tuinman 5 Juf
fertje Soring in 't- veld 6 De kleine Rekenbaas
6 Theeroosje 6 Mitzi Green 6 Dierenvriendin 6
Borduurstertje 6 Doornroosje 6 Vaders eenig-
ste jongen 6 Oever kevert je 5 Zeeroosje 6 De
kleine Gymnast 6 Jasmijn 6 Waghondjie 6
Oranje-appeltje 6 Prinses Engelientje 6 Ma
deliefje 6 Iris 6 Moeders Oogappel 6 Dicky
Durf 6 Poesenmoedertje 6 Pinksterbloempje 6
DE FLINKE NAAISTER. Je raadsels zijn
goed.
DE KLEINE FIGUURZAGER. Ik ben blij
dat ik het zoo goed geraden heb. Lezen nu de
andere familieleden je boek?
W. L. 't Spijt me, maar op 25 October
moet ik zelf een lezing houden, dus ik kan
niet op je concert komen. Welke solisten zijn
er? Ik zal weer wat van je copie naar de druk
kerij zenden. Het feest in den Schouwburg is
op 1 December.
NAPOLEON. Ben je met je vriend naar
Zaandam geweest? Hoe heb je het er gehad?
En hoe was het Woensdag? Het leek me geen
gemakkelijk onderwerp, maar je zit nog al in
de historie, hè?
AVONDSTER. Ben je al aan het breien?
Das en camisole zullen heel welkom zijn. Nog
wel gefeliciteerd met den verjaardag van zusje
Wat heeft ze gekregen? Om aan 't eind der
maand mee te mogen loten voor een raadsel-
prijs moet je minstens 13 raadsels per maand
hebben goed gehad. Zooals je bemerken zult,
heb ik je raadsel al geplaatst.
OFOES LIEVELING. Wil je voortaan op
ieder los velletje je naam zetten? Je raadsels
heb ik op één na geplaatst. Die strikvraag had
er al eens in gestaan. Naar welke Zondags
school ben je geweest? 't Is wel jammer, dat
de herfstvacantie zich zoo leelijk inzette. Ik
denk, dat je toch wel plezier zult hebben. Ge
zellig, dat grootmoeder en kleinkind nu zoo
druk samen aan 't werk zijn. Die babyschoen
tjes zullen heel welkom zijn voor den St. Ni
colaaswedstrijd.
HENDRIKA v. d. W. Je bent hartelijk
welkom. Als je een Rubriekertje kent, wil die
je zeker wel helpen met de raadsels. Uiterlijk
's Woensdags moeten ze bij mij bezorgd
worden.
WATERLELIE. Je ruil-aanvraag zal ge
plaatst worden.
MODE POPJE. Gezellig, dat jij je ook weer
aan komt melden. Op welk atelier ben je?
Kom bij mij maar eens naar lapjes kijken. Wil
ik in de St. Nicolaas-Rubriek voor je om een
popje vragen? Maar dan moet je je adres op
geven. Den laatsten Maandag In November
moet alles naar de Tijdingzaal van Haarlem's
Dagblad worden gebracht. Wat leuk, dat je
broertje nu ook meedoet.
JACKIE C- Moet je iederen dag van school
sommen maken? Kun je goed teekenen? Flink
zoo. dat jij voor moeder de boodschappen
doet. Natuurlijk is het altijd prettig wat voor
moeder te doen.
LENIE en AAT v. d. G. Ik vind het erg
leuk, dat jullie ook wat maken voor de zieke
kinderen. En een pop is altijd zoo'n heerlijk
cadeau, 't Is maar lief van tante Jo om een
Haarlemsche pop naar Voorburg te brengen.
KINNIE. .Wat prettig, dat het bedje al
haast klaar is. Welke kleur heeft het? Ja, ik
vind het ook aardig van broer, dat hij zijn
melkwagentje af wil staan.
KLAVERTJE VIER. Als de vaders mee
helpen, wordt het altijd goed. Heb je een pret
tig vacantieweekje gehad? En ben je al be
zig om 't popje aan te kleeden? Niet te lang
wachten, want de tijd gaat gauw voorbij.
DIKZAK. Als je de volgende week je
naam. leeftijd en adres vermeldt, zal ik je in
de Rubriekertjeslijst plaatsen.
ZONNEROOSJE. Mischien vallen de laat
ste vacantiedagen nog mee. Je bent zeker flink
opgeschoten aan de poppekamer. Wat aardig,
dat je zus een pop aan wil kleeden. Hoe was
het op Concordia? Ben je met moeder nog
naar Thijse's Hof geweest?
ZWARTKIJKERTJE. Je raadsels zijn
goed. Ja, ik zou mijn wintermantel maar aan
trekken, als ik zoo'n last van de kou had. Nu
niet zoo zwart kijken, als de regen klettert,
't Is nu eenmaal de tijd van 't jaar.
PRINSESJE STERREMUUR. Heb je goed
op je zusje gepast? Was de avond nog al gauw
om? Ben je gisteravond nog naar het Jaar
feest geweest? Werd er voorgedragen? In de
St. Nicolaas-Rubriek zal ik om wol voor je
vragen.
ZANGVOGELTJE. Dus je komt dicht bij
me te wonen. Wanneer zal het zijn? Is de baby
nu in de kleeren? Heb je gezellige vacantie
dagen gehad? Je verborgen steden zijn goed.
Ook het kruisraadsel.
MIEP. Een kleedje om een vaasje bloe
men op te zetten, lijkt me ook heel aardig. Nu
je zoo dikwijls in het Ziekenhuis komt, hoor
je natuurlijk ook wel eens, dat. de patientjes
graag willen hebben. Blijft het met A. goed
gaan? Van harte verder 't beste toegewenscht.
WIM. 't Doet me plezier, dat het boek
naar je zin is. Heb je al veel boeken? Kom bij
mij maar eens kijken naar platte doozen.
Moet het voor een legkaart dienen?
PINKSTERBLOEMPJE. Hartelijk gefeli
citeerd met je nieuwe nichtje. Hoe heet ze?
Ben je Donderdag weer naar de Waterratten
geweest? Ik kan me niet begrijpen, dat daar
een ziekenhuislucht is. Misschien was er om
een en ander schoon te maken carbol ge
bruikt. Zeker is het goed, dat ie een spelden
kussen maakt. Een herstellend patientje heeft
dat wel gauw noodig.
POESENMOEDERTJE. Gaan jullie samen
naar Stoop, of om beurten? Voor wie maak je
dat corsetje? Voor jezelf? Hoeveel meisjes zijn
er Woensdag bij jullie geweest? Je schrift met
briefjes wordt zeker al aardig dik.
VADERS JONGEN. Prettig voor je jongen,
dat vader op zulke leerzame tochtjes met je
meegaat. Daarvoor ben je ook vaders jongen,
hè. Zoo met zijn allen op de fiets is ook reuze
gezellig. Ik denk, dat er ook veel belangrijks
voor je te zien is in het Veiligheidsmuseum.
Wat treft het goed, dat die Directeur een ken
nis van vader is.
GELUKSPOP en SERINGENKNQPJE. Wat
prettig, dat jullie ook al aan dsn St. Nicoldas-
wedstrijd bezig zijn. Mijn oude klantjes we
ten wel, hoe het wezen moet. Onderkleeren
zijn altijd zoo heel erg noodig. Dat is zeker
een gezellig dagje geworden in Amsterdam.
Waar zijn jullie heen geweest?
DICKY DURF. Je raadsels zijn goed.
Een ledikant is al genoeg, maar wil je er twee
maken, dan is het natuurlijk dubbel prettig.
GLADIOOLTJE. 'k Vond het gezelüg
weer eens een briefje van je te krijgen. Wat
heerlijk, dat je een poppekamer maakt voor
't Diaconessenhuis. Je hebt al heel wat meu
beltjes klaar. Ik kan me best begrijpen, dat je
hart nog altijd naar 't ziekenhuis uitgaat,
waarin je zeif hebt gelegen.
MOEDERS OOGAPPEL. Je hebt je vacan
tieweekje dus best besteed. Gezellig, dat je nu
zooveel bij Greta komt. 't Is prettig, dat moe
der je helpen wil voor den St. Nicolaaswed
strijd. Dan wordt het zeker goed.
MADELIEFJE. Waarom moest je de sokjes
uithalen? En waaraan ben je nu bezig? Je
raadsels zijn goed.
PRINSES ENGELIENTJE. Je hebt het
kruikezakje vlug afgemaakt. Je verlangt ze
ker altijd naar Donderdagavond. Hoe lang
moet je op de Streepjesclub blijven?
ORANJE-APPELTJE. Jij hebt altijd maar
een knappe secretaresse. En een knappe hand
werkster bovendien, hè? Je bent met je das al
vlug klaar. Is 't popje al in de kleeren? Wil je
mij groeten terug doen aan juffrouw van A?
Ik wil die poppenkop graag hebben, er is nog
al eens vraag naar,
WAGHONDJIE. Oefen je dan vooral
maar in langzaam spreken. Wanneer worden
de rollen verdeeld? Ik kan me voorstellen,
dat dat gezellige Zondagavonden voor je zijn,
als moeder voorleest, en de grootouders ook
luisteren. Je neefje Albert mag ook best Ru
briekertje worden. Hij is er nu oud genoeg
voor.
JASMIJN. Is tante Betsy zoo'n knappe:
coupeuse? Je kousen zijn nu zeker af. Heb je
prettig bij Pianiste gespeeld Woensdag? Wat
"nebben jullie alzoo gedaan? 't Was wel leuk.
dat je Marie O. ook weer eens sprak. Heb je
goede manieren geleerd op zang?
DE KLEINE GYMNAST. Speelde die film
in het land der roodhuiden? Ik kan me begrij
pen, dat je van alles genoten hebt. 't Was Za
terdag zeker stil in het Naaldenveld. Maar na
tuurlijk toch fijn om er spelletjes te doen. Je
raadsels zijn goed.
ZEEROOSJE. Je raadsels zijn goed. Heb
je je diploma al ingelijst? Wat aardig van
moeder om slaapsokjes te breien voor een pa
tientje. Ben je al aan het schortje begonnen?
DOORNROOSJE. Je raadsel is goed.
DIERENVRIENDIN. Jij mag toch zeker
ook het boek van je zusje lezen? Wie weet. hoe
gauw je zelf prijswinner wordt. Vast heel har
telijk gefeliciteerd met je verjaardag. Wat
een bof om op Zaterdag jarig te zijn.
BORDUURSTERTJE. Dat was aardig van
die kennis om die jou wol te geven voor het
jurkje. Ik heb wel borduurwol gekregen, maar
die is voor breiwerk niet geschikt. Zou je
tante in Halfweg ook nog wat maken?
DOORNROOSJE. 't Doet me plezier, dat
het boek naar je zin is. Ik ben toch zoo be
nieuwd, wat jij aan 't maken bent. Dat wordt
Zaterdag dubbel feest voor je. Heel veel plezier
gewenscht.
DUINROOSJE. Aardig van je, dat je zusje
helpt. Is ze nu klaar? Is je eerste sokje af?
Ben je met je driehoekspak er op uit geweest?
GOUDSBLOEMPJE. Ben jij nu ook op
den Driehoek? Vind je het er ook zoo prettig?
Is je beursje af? Kun je zoon beursje haken
en breien? Heeft zus het lijstje klaar ge
kregen?
DE POSTJAGER. Leuk, dat jij je ook
weer aan komt melden. Ik ben vol belangstel
ling voor je kiekkast. Is dat Friesch speelgoed?
In ieder geval lijkt het me een heel aardig ge
schenk.
NACHTEGAALTJE. In dezen tijd moet je
het dubbel waardeeren, dat er nog een nach
tegaaltje is. Je schrijft zoo duidelijk met pot
lood, dat je er mee mag blijven schrijven. Wat
maken de zusjes nu voor den St. Nicolaaswed
strijd? Is de verkoudheid over?
ACACIATAKJE. 't Is eigenlijk wel gezond
om zoo lang mogelijk op 't veld te spelen. Dat
hardt. Alleen er maar voor zorgen niet nat
te worden. Spelen jullie nog hockey?
ZOMERKINDJE. Je neefje is welkom. Hij
moet maar eens rustig over zijn naam denken.
Hoe gaat 't met de proeven op school? Jullie
zijn er gauw bij. Heb je gisteren fijn gezwom
men in Stoop? Welke wedstrijd is er van Hille?
Een rasecht Rubriekertje kan aan eiken wed
strijd deelnemen. Is 't niet zoo? Je strikvragen
zijn goed.
LENTEBLOEMPJE. Ik hoop, dat je het
altijd prettig zult vinden Rubriekertje te zijn.
Wat ben ik benieuwd naar die uitgezaagde
pop- Is 't een clown? Wat schrijf je keurig!
DE TUINMAN. Ga je nu weer trouw mee
doen? Studeer je soms voor professor? Wacht
daar nog maar een beetje mee. Hoe gaat het
met Lyts Feint?
MITZI GREiEN. Jij wou zeker wel iedere
week naar zoo'n aardige film. Vast wel gefe
liciteerd met vaders verjaardag. Wat krijgt
vader van je? Ik zal het niet over vertellen.
THEEROOSJE. Op school vragen de kin
deren zeker dikwijls aan je hoe laat of het
is. Is je pyjama-jasje haast af? Dat duurt lan
ger dan het broekje, hè? 't Zou aardig zijn,
als je voor een ziek kindje een nachtponnetje
maakte. Wanneer is Paska jarig? Hoe oud
wordt hy dan? Je mag wel eens een verhaal
tje sturen. Als het heel goed is, zal ik het een
plaatsje geven. Je raadsels zijn goed.
DE KLEINE REKENBAAS. Een half uur
tje voor je huiswerk is niet zoo heel erg, hè?
Ga je weer naar de figuurzaagles? Wat ga je
er maken? Ik vind het toch zoo prettig, dat
jullie ook allemaal aan den St. Nicolaaswed-
strijd bezig zijn.
JUFFERTJE SPRING IN 'T VELD. Op "t
Maandagavondclubje zijn zeker oudere kin
deren en de oefeningen zullen ook wel moei
lijker zijn. Is 't niet zoo? Wat knap, dat je
ook al kunt figuurzagen. Wat brei je nu? Jij
kan nog heel wat meer dan springen.
W. BLOMBERG—ZEEMAN.
Marnixstraai 20.
Haarlem, 19 October 1934,
UIT DE NATUUR.
EIEREN.
Al dikwijls heb je een ei gegeten, gekookt,
gebakken of op welke manier ook bereid. Je
weet, dat het bestaat uit een schaal, een witte
glibberige massa en een gele dooier. Eieren
worden meestal door vogels gelegd en heel
veel eieren dragen fraaie kleuren. Meestal
fceere kleuren, sommige met vlokken of spik
kels. De schaal is kalkachtig en heeft heel
fijne openingen om lucht door te laten, dit is
te zien als je een ei in water legt.
Op de kalkschaal volgt een vlies, het eiwit
is door een iets dunner vliesje omgeven. Deze
beide vliezen liggen tegen elkaar, behalve op
een punt, waar een kleine ruimte er tusschen
is, de luchtkamer. Aan eiken kant van de
dooier bevinden zich in het eiwit, twee ge
draaide strengen, de hagelsnoeren.e die hem
op zijn plaats houden. De dooier dient voor
het grootste gedeelte, evenals het dunne en
dikke eiwit, tot voedsel van het jonge dier,
doch ook de kiemschijf, de z.g. vormings
dooier. waaruit het jonge dier groeit bevindt
zich hierin. Van de kiemschijf, gaat een
streng naar het midden van den dooïerbol en
zwelt daar tot een kogeltje op. Dit stolt bij
het koken niet gemakkelijk, zie maar eens bij
een tamelijk stevig gekookt ei dat er een licht,
zacht gedeelte in het midden van de dooier
zit.
De eieren kunnen tamelijk lang goed blij
ven. Om ze tot ontwikkeling te brengen heb
ben ze veel warmte noodig. De wijfjesvogels
broeden ze meestal uit, doch in sommige ge
vallen zorgt het mannetje voor de ontwikke
ling. Kleine eieren van kleine vogelsoorten
hebben slechts weinig broeddagen noodig. Een
kippenei heeft 21 dagen noodig om tot kuiken
te groeien, een struisvogel b.v. 7 weken.
Als het jonge dier in het ei begint te
groeien, krijgt het lucht door de openingen in
de schaal. Niet alle vogels zijn gelijk als ze uit
het ei komen, wat hun bekleeding betreft.
Sommige zijn direct met veeren bedekt, zwem
vogels trekken direct naar het water, andere
soorten zijn kaal of hebben haaraehtige vee-
ren. De eerste soort zorgt direct voor zijn
eigen voedsel. Kuikens pikken heel eigenwijs
net als moeder kip en de jonge eendjes slob
beren net zoo hard als de groote eenden mee.
Andere worden nog een poosje door de ouders
met insecten of geweekte zaden gevoerd. Dit
laatste kan je heel aardig bij een duivenfa
milie waarnemen.
De meeste vogels leven in paren, ëen man
netje en een wijfje, hoenders, fazanten, enz.
hebben meer vrouwtjes. Je ziet wel paren, die
jaren lang bij elkaar blijven., b.v. ooievaars
en elk jaar hetzelfde nest opzoeken. Andere
leven slechts in den broedtijd samen en voe
gen zich dan later weer bij hun soortgenooten
tot troepen. De nesten, die de vogels bouwen
of gebruiken voor hun eieren zijn soms zeer
uiteenloopend en er zijn ware kunststukjes
van bouwtechniek bij. Andére vogels maken
hun nest zoo primitief mogelijk. Struisvogels
b.v. een holte in het zand. Holle boomen wor
den gebruikt door de specht. Plantendeelen,
klei, mos, veeren, haren enz. van alles wordt
gebruikt om nesten samen stellen. Elke vogel
soort bouwt het nest. dat voor zijn geval het
meest geschikt is. Het voert nu te ver alle
soorten nesten te behandelen, daarover later
wel eens.
S.
Hoe Amerika aan zijn naam gekomen is. In
1507 een jaar dus na den dood van Columbus,
schreef een zekere Martin Waldzeemuller een
boek, waarin de 4 ontdekkingsreizen van Ame
rigo Vespucci voorkwamen en omdat hij
meende, dat Vespucci het nieuwe werelddeel
ontdekt had, stelde hij voor het Amerika te
noemen. In 't jaar daarop, dus in 1508 ver
scheen te Rome ere eerste gedrukte wereld
kaart; wel was Amerika er opgeteekend doch
zonder naam, maar in 1514 verscheen er een
nieuwe wereldkaart geteekend dooi' den be
roemden Italiaanschen schilder Leonardo da
Vinei en hierop was het nieuwe werelddeel
aangeduid met den naam Amerika.
POSTZECELRUBRIEK.
FINLAND (SUOMI) II.
Ja~,
JO
r&8t/
jT
'O
20
-if
r
/O
i&Pq - gr
/O
*0
'-f
O
In 1875 verscheen een serie frankeerzegels
in nieuwe teekening, het waardecijfer staat
in alle vier de hoeken in een cirkeltje, boven
en onder de waardeaanduiding en links en
rechts de landsnaam, in het midden het wa
pen. De waarden zijn 2 penni (grijs) 5 p.
(ranje) 10 p. (bruin) 20 p. (ultramarijn) 25
p. (rose); 1 M. (violet).
In 1876 verschenen in dezelfde uitgave 8 p.
(blauwgroen) en 32 p. (karmijn) grootte der
vakjes 28 bij 23 mM.
Een geheel zelfde serie, echter in andere,
kleuren verscheen in 1884 nl. 5 p. (geelgroen)
10 p. (rose) 20 p. (geeloranje) 25 p. (ultrama
rijn) 1 M. (grijs rose) 5 M. (groen en rose)
10 M. (bruin en rose). Grootte der vakjes 28
bij 23 m.M.
In 1889—'95 verscheen een serie in onge
veer dezelfde teekening, met dit verschil, dat
alleen boven links en rechts de waardecijfers
staan, dit zijn 2 p. grijs) 5 p. (groen): 10 p.
(rose) 20 p. (geeloranje) 25 p. (ultramarijn)
l M. (grijs en rose) 5 Mk. (groen en rose) en
10 M. bruin en rose).
Afmetingen der zegels als de vorige serie,
ziet het schetsje.
Nieuwe deelnemers:
270 A. v. Walsem. Jordensstraat 78.
23 Joost Jungcurt. Dr. Schaepmanstraat
5 hs.
25 E. A. Schultz Jr., Alb. Bergstraat 64.
Dubbele zegels ontvangen van Walbach.
Rustenburgerlaan 23.