LlTTEBlIM INI KUN:
N.O.T. eri N.U.M.
H.D.*
Nieuwe Uitgaven
VERTELLING
Kou op de Borst
VJSiSS
DINSDAG 20 NOVEMBER 1934
HAARLEM'S DAGBLAD
HET TOONEEL
DE HACESPELERS.
ZESTIEN JAAR.
Niet vele meisjes van zestien jaar, die hun
vader vroeg door den dood hebben verloren,
zullen op de ontdekking, dat haar moeder
gaat hertrouwen, zoo hevig en geëxalteerd
reageeren als Irene Lawrence dit doet in
„Sixteen", het tooneelspel van Aimee en
Philip Stuart, dat De Hagespelers thans op
het repertoire hebben genomen. De frissche
en gezonde wijze, waarop haar jongere zusje,
een meisje van 14, het bericht van haar moe-
der's huwelijk opneemt, lijkt ons normaler
toe, maar daarom zouden wij toch niet
gaarne durven beweren, dat er niet zulke
meisjes als Irene zijn, al is haar houding dan
ook op de grens van het ziekelijke af. Zeker
is het, dat de auteurs het conflict, zooals zij
het hebben gesteld in hun stuk, zeer fijn en
teer hebben behandeld en het psychologisch
ook heel aanvaardbaar hebben gemaakt.
Mevrouw Jennifer Lawrence heeft haar
dochtertje steeds in den waan gelaten, dat
haar vader, die als officier in den wereldoor
log aan het front had gediend en door een
auto-ongeluk was omgekomen, toen de twee
meisjes nog zeer jong waren, een ideaal man
was geweest. Voor Irene is er een aureool om
het hoofd van dezen vader, die naar zij
meent haar moeder zoo gelukkig heeft ge
maakt. Wanneer zij dan ook op een dag haar
moeder in een omarming ziet met een voor
haar vreemden man, geeft dit haar zulk een
schok, dat haar aanhankelijke liefde voor
haar moeder plotseling verandert in afkeer.
Zij ziet hierin een schending van de nage
dachtenis van haar vader, en haar liefde ver
keert zelfs in haat, als zij hoort, dat haar
moeder het plan heeft te hertrouwen.
De gedachte, dat een ander, een vreemde
man, de plaats van haar vader zal gaan inne
men, wordt haar ondragelijk. Zij komt er door
in een toestand van over-exaltatie, zoo zelfs,
dat zij het huis ontvlucht met het plan een
eind aan haar leven te maken.
Zoo ver komt het echter gelukkig niet.
Wanneer mevrouw Lawrence en Mr. John Cor
bett na hun pas gesloten huwelijk thuis ko
men, vinden zij het meisje bewusteloos op
den overloop van hun flatwoning liggen voor
de deur. Dan eerst gaan de oogen van de
moeder open en begrijpt zij, wat dit huwelijk
voor haar dochter heeft beteekend. Het is de
oude dokter Sloane, de huisvriend al sinds
hun prilste jeugd, die Irene de waarheid om
trent haar vader, die in het geheel niet de
ideaal echtgenoot voor haar moeder is ge
weest, zooals het kind zich dat altijd heeft
verbeeld openbaart, Dr. Sloane houdt haar
voor, dat ook haar moeder nog recht heeft op
geluk. Dan begrijpt het kind en zij reikt de
hand aan Mr. Corbett, die nu geen „vreemde"
meer voor haar is.
Dit conflict, dat zoo vele meisjes moeten
doormaken, al zullen ze niet allen even hevig
reageeren als deze Irene, is ik schreef het
reeds met fijnen toets door de auteurs van
„zestien jaar" behandeld. Als tegenstelling
hebben zij naast dit geëxalteerde meisje het
jongere zusje geplaatst, dat een en al levens
lust en egoïsme is, een enfant terrible tevens
in haar onschuld en onnoozelheid. Zelden
heben wij op het tooneel een in haar gezonde
ongekunsteldheid uitbundig kind zoo frisch
en raak en geteekend gezien als deze „Baba"
en zij Tyerd door het levendige, sprankelende
en fijn-komische spel van Corry Kan—Vonk
tot één brok natuur.
Wel heel subtiel is het tooneeltje op de
slaapkamer tusschen deze meisjes, wanneer
Baba in haar onschuld over de mogelijkheid
spreekt, dat zij nu later misschien nog een
broertje of een zusje zullen krijgen en daar
door ongewild Irene tot een graad van hoog
ste overspanning brengt. Prachtig was dit
tooneeltje van Adrienne Canivez en Corry
KanVonk en deze laatste speelde het slot
van deze scène, wanneer zij angstig de kamer
ontvlucht, met een dramatisch sterk en zui
ver accent, dat een geheel nieuwen kijk op
het talent van de jonge actrice gaf.
Heel dit stuk is vol van fijne trekjes, waar
door ons het gecompliceerde karakter van
Irene klaar en duidelijk wordt. De tooneeltjes
tusschen Irene en mevrouw Mc. Neil een
schat van een verstandige grootmoeder, door
mevrouw Rika Hopper met groote innigheid
gespeeld zijn juweeltjes en ook het gesprek
van deze oude vrouw met de levenswijze Dr.
Sloane een den heer Jacques van Hoven
goed liggende rol, die echter nog beter zal
worden bij meer inspelen en grootere rolvast
heid een gesprek, waarin de psyche van dit
meisje in de puberteitsjaren door den dokter
medisch wordt belicht, trof door natuux-lijk-
heid en warmte van toon.
Er zijn ook wel eenige zwakke plekken in dit
stuk van Aimée en Philip Stuart zoo gaat
de voltrekking van het huwelijk van Jennifer
Lawrence en Mr. John Corbett wel overrom
pelend vlug en is dat blijkbaar enkel en alleen
zoo geforceerd ten behoeve van de auteurs, die
het noodig hadden voor den verderen gang
van hun stuk en is ook het slot. de vlugge om
keer van Irene en de medisch niet geheel ver
antwoorde wijze van Dr. Sloane om Irene over
de crisis heen te helpen door haar in haar
overspannen toestand de waarheid van haar
vader te onthullen niet bepaald overtui
gend, maar als geheel heeft dit stuk, waarin
een zoo veel voorkomend conflict op een niet
gewone en toch zeer subtiele wijze is uitge
werkt, indruk op mij gemaakt en mij in som
mige tooneelen ontroerd. Zeker niet het minst
door de superieure voorstelling door de Hage
spelers onder leiding van Eduard Verkade, een
opvoering, waarin mij vooral de teere en in
tieme sfeer ten zeerste heeft getroffen.
Adrienne Canivez heeft in de rol van het
16-jarig meisje opnieuw getoond een zeer bij
zonder talent, dat eigenlijk alleen nog maar
wachtte op den regisseur, die het volkomen
tot ontplooiing zou brengen, te bezitten. Dezen
regisseur heeft zij in Verkade gevonden. Zij
heeft de uiterst moeilijke rol van Irene met
haar zeer gecompliceerd karaktertje etherisch-
fijn en ontroerend jong gespeeld en dit door
innerlijken strijd en leed verteerde meisje, dat
op de grens van het vrouw worden staat, op
sublieme wijze voor ons tot leven gebracht. Het
was een creatie van deze jonge actrice, volko
men doorleefd, die ook door de vele fijne
nuances groote bewondering afdwong.
Tine Medema was Jennifer Lawrence, de
moeder, die hertrouwen gaat en zij trof mij
vooral in haar gesprek met Verkade in het
tweede tafereel door de zuiverheid van toon
en de innerlijke distinctie van haar spel. Ver-
fcade had de rol van John Corbett den man
voor zich zelf gekozen en hij maakte hem
heel sympathiek.
Rika Hopper, Corry KanVonk en Jacques
van Hoven noemde ik reeds. Als ik nog zeg. dat
Marie van Westerhoven een van de weinige
nog overgebleven actrices der oude garde
van juffrouw Queen, het factotum van de fa
milie Lawrence, een juweel van een gedienstige
maakt, dan zal het wel duidelijk zijn, dat de
bezetting van dit stuk over de heele linie voor
treffelijk is. Stuk en opvoering hadden bij het
publiek dan ook een zeer warm succes.
J. B. SCHUIL.
VER. HERMAN HEYERMANS
ALLERZIELEN.
HeyermansHerdenking.
De arbeiders-tooneelvereeniging, die den
naam van Herman Heijermans als een sym
bool tot de hare genomen heeft, mocht gis
teren in den Schouwburg aan den Jansweg
de reeks herdenkingsavonden ter herinne
ring aan den in 1924 gestorven tooneelschrij-
ver openen. Zij heeft dit gedaan met veel
piëteit en voor een tot de laatste plaats be
zette zaal. Links voor het doek stond de i'or-
sche, stoere kop van Heijermans, in zwart-wit
eteekend door den heer Poppen Jr. en dit gaf
reeds dadelijk stemming aan dezen bijzonde
ren avond. De vice-voorzitter der vereeniging
de heer Gebe herdacht met eenige gevoel
volle woorden den grooten schrijver, die met
zijn tooneelwerken zoo veel voor de arbeiders
had gedaan en verzocht daama het publiek
staande en in stille aandacht hulde aan den
doode te brengen. Toen volgde treurmuziek
en eerst daarna ging het doek op voor de
opvoering van Allerzielen.
De vereeniging Herman Heijermans heeft
dit bekende en veel besproken stuk reeds
eenige malen gespeeld en er steeds een mooi
succes bij haar leden mee gehad. Ook gisteren
hadden de spelers niet over gebrek aan bijval
te klagen. Met groote aandacht werd het
spel gevolgd en na elk bedrijf klaterde het ap
plaus door de zaal.
Ook nu trof ons de ernst, waarmee Aller
zielen door Heijermans werd gespeeld. De le
den hebben zich met toewijding aan dit stuk
gegeven en de opvoering getuigde dan ook
van begrip en liefde voor het werk. Ook nu
behoorden de gesprekken tusschen de twee
pastoors tot de beste gedeelten van den
avond. Hier stonden twee mannen van geheel
verschillende geestesrichting tegenover elkaar
en in hun spel bleek wrel volkomen hoe ver
zij van elkaar verwijderd waren. De heer C.
Poppen heeft pastoor Nansen reeds meer ge
speeld. Hij speelt hem met een milde zacht
heid, menschelijk en zonder pathos.
De heer J. Rense. dien ik voor het eerst in
de rol van pastoor Pronk zag. gaf vooral het
hard-verbetene en onverzettelijke in dezer
geestelijke, Over het algemeen viel zijn spel
te loven, al was hij dan ook niet aldoor ze
ker van zijn tekst en zocht hij in zulke oogen-
blikken wel eens te veel zichtbaar hulp bij
den souffleur.
Ook mevrouw Schagen in de rol van Rita
was voor mij nieuw. Deze min of meer sym
bolische figuur is wel verreweg de moeilijk
ste in het stuk en ik heb haar maar eenmaa1
en wel door mevrouw Van der Horst
werkelijk goed zien spelen. Mevrouw Scha
gen had veel werk van de rol gemaakt en zij
kende den tekst als haar naam. Ook wist zij
zich voor te veel rhetoriek te hoeden, maar
tot een werkelijk levend wezen vermocht zij
Rita toch niet te maken. Maar dat is nog
aan geen enkele dilettante gelukt. Het was
in ieder geval prijzenswaard, wat zij er van
terecht bracht.
De heer E, Schiffer had zijn oude rol van
koster Langebier weer qpgenomen en hii
heeft zich ditmaal gehoed voor te nadruk-
velük en opzettehik komisch spel. De rol
heeft er ongetwijfeld door gewonnen. Een
zeer sympathieke non lief vooral door
haar zachtheid was mevrouw Heynerman.
Jannetje mevrouw Boerrichter was
vooral goed in het eerste bedrijf, waarin zij
ook aardig tegenspel kreeg van mevrouw
Scheffer, die opnieuw de Jurk van Juffrouw
Co had aangetrokken. In het tweede bedrijf
wordt van Jannetje meer spel geëlscht en
hieraan kon mevrouw Boerrichter niet in de
zelfde mate voldoen als in I. De harde en
norsche Van Dalen had van den heer Meijer
wel wat meer teekening kunnen krijgen.
Als geheel viel er ook ditmaal in de op
voering van Allerzielen door Herman Heijer-
man veel te waardeeren. Het doet altijd pret
tig aan te merken, dat spelers ernstig op een
stuk hebben gewerkt en zich met al hun
krachten in een voorstelling geven. Dat was
hier het geval en de opvoering van Allerzielen
behoort dan ook tot het beste, dat ik van
deze arbeiderstooneelvereenigir.g heb gezien.
Ook van de costuums. die door Mary van Ek-
Koning waren geleverd, waren goed verzorgd
Zoo heeft deze arbeiders-tooneelvereeni
ging de nagedachtenis van Heijermans giste
ren op een waardige, mooie wijze gehuldigd,
waarvoor het publiek er waren ook weer
zeer vele werkioozen zich terecht dank
baar heeft getoond.
J. B. SCHUIL.
Joodsche kunstenaars iedere
werkzaamheid verboden?
Comoedia verneemt uit Berlijn, dat de Jood
sche schilders en beeldhouwers in Duitsch-
land persoonlijk de schriftelijke kennisgeving
hebben ontvangen, dat zij voortaan niet meer
mogen schilderen en beeldhouwen. Max Lie-
bermann heeft dezen brief niet ontvangen.
(N R. C.)
MUZIEK.
Muziekschool van Toonkunst
Sonatenavond door leeraren.
De leerlingen in te leiden tot belang
rijke werken der toonkunst, om daardoor de'
kennis aan te kweeken en den lust tot musi-
ceeren te bevorderen".
Niet waar? Hebben wij tenslotte niet ons
inzicht in de muziek te danken aan het luiste
ren naar wat de musici ons te hooren geven
en aan het daarna liefst zelf de handen aan
den ploeg te slaan, zoodoende meewerkend om
het thuis-musiceeren in zijn oude eer te her
stellen? Want op dit laatste komt het aan:
alleen luisteren brengt ons er niet. Inzicht
komt pas, als men door de huismuziek het
werk zelf ter hand neemt.
Maar hoor ik zeggen voor een zoo
extra zware pianopartij als van die violoncel
sonate van Saint-Saëns schrikt onze jeugd
terug. En onze jonge violisten zullen Schu
bert's groote sonate in A groot niet ten on
rechte vol geniepige struikelplaatsen vinden,
'denk eens aan het Scherzo, of meer nog aan
het Slot-allegro) En komen ook niet in de
fluitpartij van Bach's trio-sonate (uit ..Das
Musikalische Opfer") moeilijkheden voor om
bij de studie den moed te verliezen?
Nee. gemakkelijk is 't zeker niet. Maar daar
voor is 't ook kunst: maar 't harde het heel
harde werken wordt juist gemakkelijk ge-
•T<ankt. doordat de muziek de goede genius is.
die ons als we eenmaal ontvankelijk zijn
eworden niet meer loslaat en ons $en
kortsten weg wijst naar 't hooge doel. En deze
avond heeft ons daarbij wel zeer geholpen. In
Schubert was het Jos. de Clerck's prachtig
viriel vioolspel, die ons den adel der muziek
en de zeer sterke verwantschap met Beetho
ven rechtstreeks deed aanvoelen, terwijl in 't
samenspel met de fluit en de continuo (hier
de vleugelt bij Bach zoovele muzikale fijnhe
den werden geopenbaard, dat men sterk den
lust gevoelt, 't geheele „Musikalische Opfer"
te leeren kennen. Men weet toch, hoe dit werk
ontstond? De oude meester Bach gaf ten laat
ste toe aan de vereeren.de uitnoodiging van
Frederik den Groote (die Bach's zoon Philip
Emmanuel in dienst had als accompagnateur
der hof con eer ten), die den grootmeester der
Fuga nog eens wilde zien. Bach ging dan ein
delijk, en 't eerste wat de oude Frits hem in
de hand gaf, was een muziekthema voor een
fuga. En Bach, die gemakkelijker op kruk of
orgelbank zat dan in den reiswagen, improvi
seerde meteen een wonderlijke fuga aan 't
claveoimbel. Toen hij eindelijk weer in Leipzig
terug was, zette hij zich (ook een beetje uit
deferentie voor den muzikalen vorst), aan den
arbeid, en er ontstond een werk uit zes deelen.
nl. 1. een fuga voor 3 stemmen, 2. een voor zes
stemmen, 3 acht canons, alle evenals de fuga's
op 't thema c-es-g-as-b enz. 4. Een fuga (ca
non in de quint), 5. een sonate voor fluit,
viool en continuo, 6. een canon met tegenbe
weging (instrumenten als in 5). Men zal mee-
nen: zeker heel geleerde kost. Maar de luiste
raars weten wel beter; die denken heel an
ders, en het wonderschoone Andante was hun
een herinnering aan een overschoone plaats
in de Mattheüs-passie. Het prachtig-ingehou-
den musiceeren bij Jos. de Klerk fluit en
Jos. de Clerck viool bracht ons heel
dicht bij den kostelijken schat der oude mu
ziek, en wij waren oprecht blij. gevolg te heb
ben gegeven aan de uitnoodiging om deze
uitvoering bij te woner..
Een belangrijk deel hieraan had ook Cor
de Wilde, door een volmaakte beheersching
der veeleischende cellosonate van Saint
Saëns. En daartoe rekenen wij ook 't zegevie
rend strijden tegen de steeds zakkende sna
ren 't was warm in de zaal, want er waren
veel luisteraars. En directeur A. de Vogel
lachte wat met de moeilijkheden bij Schu
bert en bij Saint Saëns ook. en mocht zich te
recht verheugen in de groote aandacht van
een opgetogen publiek.
G. J. KALT.
Het Grootbedrijf in het moderne
distributiesysteem.
Uitgegeven is door de Vereeniging van
Grootwerkgevers in het Winkel- en Magazijn-
bedrijf: Het Grootbedrijf in het moderne
Distributiesysteem, prae-advies voor ade Ver
eeniging uitgebracht door drs. H. W. Pleiter
en behandeld op de ledenvergadering van 27
September in Amsterdam.
Het Tweede Prentenboek.
Door van Holkema en Warendorf N.V. te
Amsterdam is uitgegeven Het Tweede Pren
tenboek, een verzameling platen voor babies
van 14 jaar, met een inleiding van J. Rie-
merisRe ur slag.
Het zijn vierentwintig fraaie foto's uit het
doen en laten van het kind, zoo uit het dage-
lijksche leven, aan de ontbijttafel, in den
tuin of badkamer, bezig met spelen of aan
het werk. Bij de opvoeding van het kind kan
ndeze collectie platen dit prentenboek uit
muntende diensten bewijzen.
Het nieuwe Verbond,
dooir K. A. Beversluis.
Door Van Goi-cum en Comp. N.V. te Assen
is uitgegeven Het Nieuwe Verbond, leerboek
voor het godsdienstonderwijs voor leerlingen
van Gymnasia, Middelbare-. Kweek-, ULO-
scholen en voor zelfstudie, door K. A. Bever
sluis, Ned. Herv. predikant te Zutphen. Het
boek. met vele platen en twee kaartjes ver
lucht, verscheen als nummer 13 in de Eras-
mus-seiie
Hoe verzorgen wij onze Hond?
door G. van Herwaarden.
De heer G. van Herwaarden, dierenarts,
heeft een boek geschreven waarin hij den
velen hondenliefhebbers voorlichting geeft
omtrent de huisvesting, de voeding en de
haar- en huidverzorging van den hond, zoowel
in gezonden- als in zieken dagen.
Het van tallooze afbeeldingen voorziene
werkje verscheen bij de N.V. Uitgeverij „Kos
mos" te Amsterdam.
Psychologie van het kind door
dr. Th. van Schelven.
Dr. Th. van Schelven, zenuwarts te 's Gra-
venhage, heeft naar aanleiding van een ra
diorede over de Psychologie van het Kind een
grooten stroom brieven gekregen om te be
antwoorden. Die antwoorden zijn verwerkt in
het boek, dat de radiolezingen uitgebreid en
aangevuld bevat en dat één antwoord is op de
vragen om voorlichting en hulp. Dit boek
„voor ouders en andere opvoeders" is uitgege
ven te Amsterdam door de N.V. Uitgeversmij
„Kosmos".
De garantie als aanvullende
financierings-figuur, door dr.
A. B. A. van Ketel.
Dr. A. B. A. van Ketel heeft een rede uitge
sproken over „De garantie als aanvullende
financierings-figuur" bij de aanvaarding van
het ambt van buitengewoon hoogleeraar aan
de R.K. Handelshoogeschool te Tilburg op 9
Oct. 1934. Deze rede is in druk uitgegeven
door H. Gianotten te Tilburg.
Herinneringen aan vroeger jaren.
In de 11de vergadering van de Tweede Ka
mer der Staten-Generaal. gehouden op 14
November 1934, werden bij de algemeene be
schouwingen over de Rijksbegrooting voor het
dienstjaar 1935 door den minister-president
aan het adres van den heer AalVerse de na
volgende woorden uitgesproken: „De geachte
afgevaardigde zegt: indien gij niet spoedig
met die organische bedrijfsordening komt.
dan komt uw N. U. M. weer terug. Ja, mijnheer
de voorzitter, het zou wel eens kunnen zijn
dat die N. U. M. er al binnen 14 dagen was
Men kan toch niet verwachten, dat men de
organische ordening in de maatschappij
binnen 14 dagen tot stand brengt!" Wij wanen
ons terug in de oorlogsjaren. Controle op den
uitvoer, thans en toen ook.
De N. O. T. en N. U. M. komen ons weer
voor den geest
De uitvoerverboden van toen.
Wij gaan terug naar de moeilijke omstan
digheden waarin wij ons in Augustus 1914
bevonden. Mogelijke voedselschaarschte was
oorzaak, dat de wet van 3 Augustus 1914 tot
stand kwam, waarbij in geval van oorlóg of
oorlogsgevaar bij Algemeene Maatregel
van bestuur de uitvoer van bepaalde goe
deren tijdelijk verboden kon worden. Het
valt daarbij op, dat deze wettelijke regeling
geen speciale goederen aanduidde, doch over
bepaalde" goederen sprak, telkenmale aan
te duiden bij Algemeenen Maatregel van
bestuur. Een aantal etenswaren werden het
eerste onder de wet gebracht Militaire belan
gen speelden daarbij een belangrijke rol. Wel
dra dienden de uitvoerverboden om ons eco
nomisch leven eenigermate op gang te hou
den. Het aantal te overwinnen moeilijkhe
den was legio. Als onzijdige natie dienden wij
onze internationale vriendschapsbetrekkingen
geen geweld aan te doen. De beperking van
den uitvoer mocht verder niet leiden tot een
onevenredige bevoorrechting van bepaalde
groepen. Noodzakelijk bleek het naast de uit
voerverboden een vergunningsstelsel in te
voeren, uitzonderingbepalingen, welke ver
band hielden met de zeer bijzondere omstan
digheden waaronder wij toen leefden. Zoo
ontstonden uitvoerverboden voor suiker, bo
ter, kaas. aardappelen, alles omkleed met een
zeer gedifferentieerde regeling van uitvoer-
consenten. De noodzakelijkheid bleek al spoe
dig om voor elk product afzonderlijke rijks-
bureaux in te stellen. In het najaar van
1914 bleek de behoefte te bestaan om onze
beschikbare levensbenoodigdheden te inven
tariseeren. Groote moeilijkheden deden zich
daarbij voor. Ir.tusschen breidde het aantal
uitvoerregelen zich uit. De verschillende
groenten, eieren en het varkensvleesch wer
den er in betrokken. Aan provinciale en
plaatselijke bureaux en commissies werd de
verzorging van onderdeelen van het voe
dingsprobleem opgedragen. Het niet-publiek-
rechtelijk centraal distributie apparaat werd
later omgezet in een Rijksbureau. De moei
lijkheden werden daardoor maar ten deele
ondervangen. De distribuanten moesten dik
wijls uitgeschakeld worden, tusschenhandela-
ren zagen dikwijls kans grove winsten te
maken, de boeren kwamen daartegen in op
stand. De inschakeling van vereenigingen
van belanghebbenden en de uitschakeling' van
bepaalde regeeringsbureaux konden dit kwaad
maar ten deele verhelpen.
De wet der uitvoerverboden werd op den-
zelfden dag bekrachtigd als de Levensmidde
lenwet ter voorkoming van het gevaar van
vasthouding en prijsopdrijving van levens
middelen, grondstoffen van levensmiddelen,
huishoudelijke artikelen en brandstoffen.
De N. U. M. van 1917.
De ontevredenheid over het bestaande was
aanleiding tot de oprichting van de 5»T. U. M.
Deze naamlooze vennootschap zou in de
oogen van velen, de bezwaren kunnen ophef
fen. Bij Besluit van 22 December 1917, S. 276
kwam deze Nederlandsche Uitvoer Maat
schappij tot stand. Zij kreeg het uitsluitend
recht tot het afgeven van vergunningen tot
uitvoer naar het buitenland van goederen,
waarvan de export krachtens de wet van
1914 was verboden. Zij nam een gedeelte der
re geer ings taak over en diende er zorg voor te
dragen, dat geen voorraden levensmiddelen
en grondstoffen, welke wij in ons land niet
konden ontberen, wegvloeiden. Daarnaast had
de N. U. M. de controle, dat wij inderdaad
waarf voor ons geld kregen, terwijl de Staat
der Nederlanden een grooter gedeelte der
gemaakte winst zou opeischen. Intusschen
bleek al spoedig, dat de N. U. M.-winstcn te
genvielen. Nederland was niet meer een land
van overvloed. Met de N. U M. heeft het nooit
willen vlotten. Zij had gebrek aan medewer
king. Het Departement van Landbouw had
er niet het minste mede op en beschouwde
haar als een lastige indringster. Betrekkelijk
kort na haar ontstaan kwam reeds een voor
stel tot wijziging der N.U.M. aan de orde. Men
wenschte de N U. M. om te zetten in een
N. I. U. M., welk orgaan het geheele goederen
verkeer met het buitenland, voor zoover de
N.O.T. daarbij niet betrokken was, zou cen-
traliseeren. Van centraliseeren was bijna
geen sprake meer. Waar rog sprake was van
in- en uitvoer geschiedde deze door officieele
of semi-officieele contracten.
De beteekenis van de N. U. M. was daardoor
in beduidende mate afgenomen. De wapen
stilstand van November 1918 veranderde daar
bij het algemeen aspect. Er ontstond een
streven de door de volksvertegenwoordiging
gedelegeerde macht weer in handen te geven
van de verantwoordelijke Ministers. Onmid
dellijk na het sluiten van de vrede was de
N. O. T. reeds begonnen met hare liquidatie.
Na vele schermutselingen werd in de Alge
meene Vergadering der N.U.M. gehouden op 1
Juni 1925 tot liquidatie besloten. Daarmede
was het begin ingeluid van een periode, welke
een einde maakte aan een orgaan, hetwelk
zeer weinig vrienden heeft gehad. Weinigen
hebben het gevoel gehad, dat de N.U.M. bij
stand en hulp van eenig belang heeft gege
ven.
MOLLERUS.
En toch draait ze!
Ik heb een uitvinding gedaan. De octrooi
aanvrage is al onderweg, dus ik mag er wel
iets van verklappen. Ik was gaan nadenken
over het feit, dat als ik 's avonds fiets, ik niet
alleen trap. om vooruit te komen, maar ook om
electriciteit op te wekken voor mijn lantaarn,
door middel van de dynamo.
Electriciteit is te gebruiken voor verschillen
de doeleinden: verlichting, verwarming, maar
ook voor energie. Je kunt er een motor door
op gang brengen!
Als ik nu eens een paar dynamo's op mijn
fiets monteerde en de opgewekte electriciteit
leidde naar een electro-motor. De motor zou
gaan draaien en de rest is eenvoudig! Die
motor moet mijn vervoermiddel voortbewegen
of het nu een fiets is. auto of vliegmachine,
het doet er niet toe.
Door die voortbeweging wordt weer electri
citeit opgewekt zoodat de motor blijft draaien!
Een ideale cirkelgang!
Goedkooper kan het niet!
Ik ben wat in mijn schik, dat een eenvou
dige jongen als ik dat nu juist heeft uitgevon
den. Het is ook wel weer te begrijpen, want
die geleerden en al degenen die zoo knap zijn
in mechanica, zoeken het veel te ver.
Zoo vertelde ik mijn plannen aan mijn
vriend, den technicus. Hij was blijkbaar ja-
loersch en daarom probeerde hij mijn idee uit
mijn hoofd te praten.
„Het zou een perpetuum mobile zijn", be
weerde hij, ,.en dat is „onmogelijk!".
Een perpetuum mobile", wierp ik tegen,
„is het eeuwig bewegende en mijn electrische
fiets beweegt niet eeuwig, maar is onderhevig
aan slijtage. Het foefje is alleen maar dat de
electriciteit niets kost. Bovendien ben Je er
wel heel zeker van, dat het perpetuum mobile
onmovelijk is?"
„Absoluut!"
,.Heb je dan wel eens gehoord van Galileï?"
„Ja".
„Nou. vroeger stond de aarde stil. Galileï
he.eft. haar op gang gebracht. De menschen
uit zijn tijd wilden dat niet dadelijk gelooven,
maar tot het laatste hield Galileï vol: En toch
draait ze!
De aarde draait nog steeds, hoewel Galileï
er niet meer is om haar op gang te houden.
Hij is al honderden jaren dood.
Is dat een bewijs of niet?"
De technicus wist hierop geen antwoord. Hij
is weggegaan en ik heb hem nog niet terug
gezien. Zeker boos. dat ik voor zijn argumen
ten niet gezwicht ben en omdat er tegen mijn
redeneering niets is in te brengen.
Ik ben aan het werk gegaan en ik moet toe
geven. dat het principe eenvoudiger is, dan
de uitvoering. Maar mijn fiets, het wonder
van Kos telooze) -el ectro) - me (chanische) -
vo(ortbeweging) ik noem haar Koselmevo
is toch klaargekomen. Heelemaal bedrijfs
klaar is de Koselmevo nog niet. Ik vermoed
dat de dynamo's niet sterk genoeg zijn, want
zonder trappen komt zij meestal niet vooruit.
De Koselmevo rijdt ook nog niet zoo snel als
een gewone fiets, vanwege den remmenden
invloed der dynamowieltjes. Maar dat is na
tuurlijk voorbij als de dynamo's zooveel elec
triciteit leveren dat de motor normaal functio
neert. U ziet. het is slechts een kwestie van
enkele technische verbeteringen, hoewel mijn
Koselmevo reeds nu al een enkelen keer aan
mijn verwachtingen voldoet.
Bijvoorbeeld, wanneer ik haar den Hooge
Duin-en-Daalscheweg heb opgeduwd en ik ga
dan op het zadel zitten, dan behoef ik niet
te trappen, dan werkt de installatie uitmun
tend.
En als ik dan zoo op mijn Koselmevo naar
beneden snor, jubelt het in mij: „En toch
draait ze!"
H. K.
Wrijf het goed over
keel en borst
WERKT OP 2 MANIEREN TEGELIJK
(Adv. lngez. Med.)
AGENDA
DINSDAG 20 NOVEMBER
Groote Kerk: Orgelbespeling. 8.159.15 uur.
Stadsschouwburg: Dansavond Yvonne
Georgi. 8 uur.
Vereen. „Harmonia". Psychometrische
Séance" van mevr. Joost van Heyningen. Ge
bouw „De Nijverheid". 8.15 uur.
Frans Hals Museum: Tentoonstelling 17e
Eeuwsche Hollandsche Kunst. 105 uur.
Kamer van Koophandel. Vergadering Ge
bouw der Kamer, Nassauplein. 7.30 uur.
Gebouw Haarl. Jongemannen Vereeniging.
Bazar van de Ned. Middernachtzending.
3—5 en 710 uur.
Luxor Sound Theater: „Koningin Chris
tina" (geprol.) 7 en 9.15 uur.
Palace, Cinema Variété: „Fedora". Op het
tooneel Sereno's Musical Act. 7 en 9.15 uur.
Rembrandt Theater: „Voorjaarsparade". Op
het tooneel: Trio Saycetto, rijwiel-sensatie.
7 en 9.15 uur.
WOENSDAG 21 NOVEMBER
Gem. Concertzaal: Doopsgezind Zangkoor
met. Die Schöpfung. Medewerking van H- O. V.
en solisten. 7.30 uur.
Stadsschouwburg: Kunst aan het Volk, In-
dra Ramosay en Devaki met Hindoe-orkest.
8.15 uur.
Schouwburg Jansweg: Heyermans herden
king. Op Hoop van Zegen met Esther de Boer
8.15 uur.
Remonstrantenhuis: Johnnie Harlnck voor
de Ned. Vereen, v. Spiritisten Harmonia over
„Is het spiritualisme uit God of uit den Dui
vel? 8.15 uur.
Gebouw Haarl. Jongemannen Vereeniging.
Bazar van de Ned. Middernachtzending.
10.30—12, 2—5 en 7—10 uur
R.K. Kerk, Spaarne 99: Conferenties voor
niet-katholieken over Licht in de Duisternis
door Franciscaner Pater Wijnand Sluys. 8.30 u.
Bioscoopvoorstellingen 's middags en des
avonds.
Frans Hals Museum: Tentoonstelling 17e
Eeuwsche Hollandsche Kunst. 105 uur.
Teyler s Museum, Spaarne 16. Geopend op
werkdagen van 11—3 uur, behalve 's Maan
dags. Toegang vrij.