BINNENLAND
BEKENDE
HAARLEMMERS.
3
Vijf en twintig sprekers over Defensie.
VRIJDAG 30 NOVEMBER 1934
HAARLEM'S DAGBLAD
Zender te Huizen zal gesloten
worden.
Kootwijk wordt aanzienlijk
versterkt.
Omroepvereenigingen stemmen met gemengd
zenderbedrijf in.
Donderdagmiddag is in het gebouw
van het hoofdbestuur der posterijen,
telegrafie en telefonie onder voorzit
terschap van mr J. A. de Wilde, mi
nister van binnenlandschc zaken, een
bijeenkomst gehouden van de vier
groote omroepvereenigingen, in het
bijzijn van den directeur-generaal der
P. T. T. en de commissie voor het zen-
dervraagstuk. Het doel van deze sa
menkomst was te onderzoeken, of de
voorstellen, vervat in het rapport van
de zendercommissie, hetwelk eenigen
tijd geleden aan den minister van
binnenlandsche zaken Is aangeboden,
de instemming van de besturen der
vier gi'oote omroepvereenigingen heb
ben.
Uit de gevoerde besprekingen is ko
men vast te staan, dat ook de omroep
organisaties de voorgestelde oplossing
van het zendervraagstuk aannemelijk
achten.
De hoofdlijnen van het verslag, ten aanzien
waarvan onder de belanghebbenden volle
dige eenstemmigheid werd bereikt, zijn in het
kort:
Er zal komen een gemengd zenderbedrijf,
waarin Staat en omroepvereenigingen parti-
cipeeren, doch waarin aan den Staat overwe
gende zeggenschap zal worden toegekend.
Dit gemengde bedrijf, dat in den vorm van
een N.V. tot stand zal komen, zal met uitslui
ting van ieder ander belast zijn met den aan
leg en de exploitatie van de zendinrichtingen
voor den Nederlandschen radio-omroep. In
deze vennootschap zullen de Staat en de al
gemeene omroeporganisaties de eenige aan
deelhouders zijn.
Het bestuur van het zenderbedrijf zal be
rusten bij een raad van beheer, waarin naast
vertegenwoordigers der algemeene omroepor
ganisaties vertegenwoordigers van den Staat
(P.T.T. en Radioraad) zullen zitting hebben.
Op belangrijke besluiten van dit beheers
orgaan zal van overheidswege hetzij in den
vorm van een goedkeuringsrecht van den mi
nister. hetzij in den vorm van een vernieti
gingsrecht door de Kroon, toezicht worden
uitgeoefend.
Verder zijn nog verschillende bevoegdheden
voorbehouden voor de algemeene vergadering
van aandeelhouders, welke tenminste éénmaal
per jaar gehouden wordt en waarin de aan
deelhouders door andere personen, dan die.
welke in den raad van beheer zitting hebben,
zullen worden vertegenwoordigd.
Gedurende den tijd, welke gemoeid zal zijn
met den aanleg van de definitieve zendappa
ratuur. zal, voor zoover het de uitzendingen
over de lange golf betreft, gebruik gemaakt
worden van den rijkszender te Kootwijk, wel
ke voor dit doel aanzienlijk versterkt zal wor
den: de zender te Huizen zal gesloten worden,
Voor zooveel betreft de uitzendingen over
de korte golf. onderzoekt de zendercommissie
nog de mogelijkheden om ook ten aanzien van
deze uitzendingen den overgangstoestand te
overbruggen.
Betalingen aan Duitschland
gaan gewoon door.
Voor December zelfde regeling als nu geldt.
Bij de onderhandelingen over een nieuw
clearingverdrag met Duitschland, welke thans
in Den Haag plaats hebben, werd overeenge
komen dat de Duitsche autoriteiten voor de
maand December „Devisenbescheinigungen"
welke recht geven om op de Nederlandsch-
Duitsche clearing te storten, zullen afgeven op
dezelfde basis als voor de maand November
was overeengekomen.
Parijs huldigt Uiver-
bemanning ook.
Jhr. Loudon spreekt de vliegers toe.
De bemanning van de Uiver is te Parijs Don
derdagmiddag op hartelijke wijze gehuldigd.
Pannen tier, Moll, van Bruggen en Prins
arriveerden om twee uur op Le Bourget met
de Ekster, met welk toestel ook de heer A. Ples-
man, de directeur der K. L. M. uit Nederland
was meegekomen. Aangezien de aankomst van
de Ekster op drie uur was bepaald, ontbraken
bij de ontvangst verschillende officieele per
soonlijkheden. die anders ongetwijfeld aan
wezig zouden zijn geweest.
De heeren werden verwelkomd door den
commandant van het vliegveld, de heer Gi-
randot, en eenige zijner officieren. Voorts was
ter begroeting aanwezig de heer Labouchère,
voorzitter der Nederlandsche Vereeniging te
Parijs. Verder bevond zich op Le Bourget een
groote groep landgenooten en tal van bekende
figuren .uit luchtvaartkringen. Na de ont
vangst in een der gebouwen, voerde een twee
tal eskaders eenige vluchten uit.
Vervolgens begaf het gezelschap zich naar
de Nederlandsche ambassade, waar den gasten
een tea werd aangeboden door den Nederland
schen gezant te Parijs, Jhr. Dr. J. Loudon. Deze
hield een korte rede, waarin hij op kernach
tige wijze de verdiensten der aviateurs deed
uitkomen. Spr. huldigde eveneens den heer
Plesman, die de K. L. M. heeft opgebouwd en
groot gemaakt.
Hedenochtend zou de Uiverbemanning een
bezoek brengen aan het Graf van den Onbe
kenden Soldaat, waarop zij een krans zou leg
gen. Hedenmiddag te zes uur zal de huldiging
plaats hebben door de Fransche Aéro Club.
terwijl vanavond te acht uur de Nederland
sche Kamer van Koophandel te Parijs de be
manning van de Uiver en de directie der
K. L. M. in Hotel Continentale een diner zal
aanbieden.
Pander-bemanning in Neder
land terug.
Den Haag bereidde hun een hartelijke
ontvangst.
Donderdag is de bemanning van den ver
ongelukten Panderjager, Geyssendorffer, As
jes en Pronk, met den Genua-express in Den
Haag aangekomen. Precies op het vastgestelde
uur stoomde de trein onder den kap en wel
dra had men het lachende gezicht van Geysen
dorffer en daarnaast Asjes en Pronk voor een
der coupéramen ontdekt Een luid hoera
steeg op. Eenige oogenblikken later verlieten
zij den trein en het was een ontroerend
oogenblik, toen Geysendorffer door zijn be
jaarde vader en moeder omhelsd werd.
Daarna volgden natuurlijk vele begroetingen
Van de K. L. M. werden drie groote kransen
overhandigd en de bemanning om de schou
ders gehangen.
In triomf gng de stoet het perron af en bui
ten werden zij door een groote menigte toege
juicht, terwijl men het Wilhelmus aanhief. In
auto's reden de vliegers omstuwd door veel
publiek naar Hotel Des Indes waar in de hall
zich eenige honderden personen bevonden.
Prof. L. A. van Royen voerde het woord na
mens het syndicaat Londen-Melbourne-race.
De heer van Balkom sloot zich namens de ver
keersvliegers der K. L. M. bij de hartelijke
loorden van welkom aan.
GOEDE VANGST DER AMSTERDAMSCHE
POLITIE.
Met de arrestatie van den 23-jarigen glazen-
wasscher, die Maandagavond in de Konings
laan te Amsterdam een vrouw, die daar op de
fiets reed. een enveloppe met geld heeft ont
rukt, blijkt de politie van het bureau Over
toom een goede vangst te hebben gedaan. Den
laatsten tijd is nl. aan het bureau Marnix-
straat aangifte gedaan van een aantal in
braken, waaromtrent het ernstige vermoeden
bestaat, dat de gearresteerde daaraan debet is.
REPLIEKEN IN GOUDCLAUSULEPROCES
Voor de civiele kamer van het Haagsche Ge
rechtshof zijn Donderdag in de zaak van de
Vereeniging voor den Effectenhandel tegen de
Bataafsche Petroleum Mij. de replieken ge
houden in de bekende goudclausulekwestie.
Vervolgens kwam aan de orde de zaak van
de Koninklijke Petroleum Mij. tegen de Ver.
voor den Effectenhandel.
Havendiefstallen te Rotterdam
opgehelderd.
Zeven personen aangehouden.
De rivierpolitie te Rotterdam heeft dne we
gers en vier grossiers aangehouden, die een
aantal bananenimporteurs benadeeld hebben
door bij de aflevering minder gewicht op te
geven dan in werkelijkheid werd geleverd. De
grossiers kregen zoo 'n aardig voordeel, terwijl
de wegers een vergoeding kregen van f 10 a
f 15 per vrachtwagen.
Cortes keurt handelsverdrag
goed.
Reuter meldt uit Madrid:
De Cortes heeft thans definitief en wel
met 212 tegen 32 stemmen haar goedkeu
ring aan het handelsverdrag tusschen Spanje
en Nederland gehecht.
Rijnstrandbadzaak opnieuw
Tweeduizend gulden boete gevraagd.
Het Arnhemsche Gerechtshof behandelde
de strafzaak tegen den heer J. J. W. IJssel-
muiden, die door de Arnhemsche Rechtbank
werd vrijgesproken van de hem ten laste ge
legde verduistering subs, heling, meer subs,
bedriegelijke bankbreuk in zijn kwaliteit van
secretaris-penningmeester van het voormalige
Rijnstrandbad te Arnhem. De officier van
Justitie had destijds zes maanden gevange
nisstraf geëischt. Na het getuigenverhoor
eischte de procureur-generaal vernietiging
van het vonnis der rechtbank en veroor
deling van verd. tot f 2000 boete of dertig
dagen hechtenis.
Arrest 13 December.
ECHTPAAR DOOR KOLENDAMP
VERGIFTIGD
Te Goes heeft zich ten huize van den heer
G. V. Pennings een geval van kolendamp
vergiftiging voorgedaan. Donderdagavond
vond men zoowel de heer P. als zijn eohtge-
noote bewusteloos op de slaapkamer. Spoedig
werd medische hulp ingeroepen, Bij de vrouw
is het bewustzijn teruggekeerd, de man is
nog steeds bewusteloos. Direct levensgevaar
is niet aanwezig.
De kolendampvergiftiging is wellicht ver-
oorzaakt door een nieuwe kachel, die in een
aangrenzend vertrek stond te branden.
Minister Van Schaik zeer
getroffen.
Door de gevolgen der
Larensche uitzetting.
Pogingen om onrust te zaaien worden
krachtig bestreden.
Deurwaarders zullen worden uitgeschakeld.
In de Memorie van Antwoord op het voor-
loopig verslag der Tweede Kamer over de
Justitie-begrooting deelt de minister het vol
gende mede:
Nadere inlichtingen, ingewonnen inzake het
Larensche geval, hebben aan het licht ge
bracht, dat de betrokken personen scherp uit
gevraagd zijn door de Duitsche ambtenaren.
Zoodoende kwam volgens de Duitsche regee
ring aan het licht, dat zij onwettig werkzaam
waren geweest voor de Duitsche Socialistische
Arbeiderspartij. De Duitsche regeering is er
op gewezen, dat de Nederlandsche autoriteiten,
toen de overneming van deze personen was
gevraagd, niet voorzien hebben dat dit voor
de betrokkenen zóó ernstige gevolgen zou kun
nen hebben en dat de minister zeer getrof
fen is door het besef van deze gevolgen en
door het feit, dat deze personen feitelijk in de
positie waren gebracht alsof zij aan Duitsch
land waren uitgeleverd (zonder dat de voor
schriften van het uitleveringsverdrag waren
nageleefd). Aan de Duitsche regeering is ver
zocht, met deze omstandigheden rekening te
willen houden.
Voorts zegt de minister dat de regeering, in
dien zij niet krachtig waakt tegen misdadige
pogingen om onrust en een geest van opstan
digheid onder het volk te zaaien, in beleid
tekort zou schieten. De justitie behoeft niet tot
matiging aangespoord te worden.
Over aanhangige wetsontwerpen zegt de mi
nister, dat de regeling van het huwelijks
vermogensrecht behoort tot de onderwerpen,
die aanleiding kunnen geven tot het toespitsen
der tegenstellingen, welke het huidig kabinet
bij voorkeur wil laten rusten. Regeling dezer
materie is niet zoo urgent, dat het geboden
zou zijn haar in de gegeven omstandigheden
ter hand te nemen.
De indiening van een wetsontwerp tot over
brenging van het grootste gedeelte der werk
zaamheden van deurwaarders in strafzaken
naar de posterijen is binnen niet al te langen
tijd te verwachten.
Bij dezen stand van zaken schijnt het voor
het tegenwoordige bewind weinig opportuun
een verlaging van het deurwaarderstarief ter
hand te nemen.
Een wetsontwerp tot nieuwe regeling van
den pacht is in voorbereiding.
STA TEN-GENERAAL
TWEEDE KAMER
Minister Deckers verdedigt zijn begrooting.
's-GRAVENHAGE, 29 Nov. Als hors
d'oeuvres variés fungeerden nog een aantal
sprekers. Jhr. Mr. de Geer (c.h.) trad alleen
in het veld om zich zoowel tegen de invoering
eener weerbelasting (door Mr. v. Rappard)
bepleit) als tegen het door Mr. Westerman
aanbevolen plan van een heffing-in-eens uit
te spreken: elke nieuwe oplegging van finan-
cieele lasten acht hij uit den booze.
Zijn partijgenoot Krijger trok hierna ten
strijde tegen 's Ministers voornemen i.z. op
heffing van het vooroefeningsinstituut. Hij
loopt zelfs met een motie in zijn zak rond,
waarvoor hij in elk geval niet de stem van Mr.
Goseling (R.K.) zal krijgen.
Evenals de heer v. Dijk (a.r.), die ernstige
bezwaren tegen verkorting der herhalings
oefeningen ontwikkelde, en voorts over den
achterstand bij de Indische vloot klaagde, cri-
t is eerde Mr. Goseling de v.d. fractie wegens
haar plan om tegen de begrooting te stemmen.
Mr. Joekes antwoorde hierop o.m.: als wij
„geclausuleerd" onze stem aan de begrooting
van Minister Deckers onthouden, kan de Re
geering dit met een rustige gemoedsstemming
ondergaan. Mr. Goseling gaf hij intusschen den
vriendenraad, met zijn R.K. fractiegenooten,
om der wille van het landsbelang even duide
lijke houding tegenover het Kabinet aan te
nemen als de vrijzinnig-democraten.
Tenslotte bracht de heer Wijnkoop, pratend
over Sovjet-Rusland en den Volkenbond, over
Duitschland's internationale plannen, over de
noodzakelijkheid van een roode eenheidsactie,
het gehoor in een jubileumstemming: hij was
n.l. de 25ste spreker bij dit debat!
Toen kon eindelijk Minister Deckers aan het
woord komen ter defensie van zijn beleid. Had
men. z i soms zelfs op zeer bedenkelijke ma
nier. verkondigd, dat onze weermacht momen
teel bitter weinig waard zou zijn vooral Mr.
Westerman moest hiervan de noodige verwij
ten aanhooren in zijn oogen was dit vol
komen onwaar. Integendeel we zijn parater
dan ooit en onder zijn Ministerschap is er heel
wat gedaan voor versterking van het materieel
van leger en vloot.
Minister Deckers zette uiteen, waarom gerust
gezegd kan worden, dat Nederland niet aan
den bewapeningswedloop deelneemt, terwijl de
Regeering toch voor verdere verbetering van
onze weermacht de noodige maatregelen treft.
Deze hebben ten doel rekening te houden
met wat voor het harmonisch geheel van le-
ner en vloot, in verband met de hedendaag-
sche moderne uitrusting en dus passend bij
de moderne techniek, noodig is.
Had de heer Schilthuis (v. d.) in de mee
ning verkeerd, dat de Regeering van oordeel
is, dat ons leger er op berekend moet zijn zelf
standig te kunnen optreden, de Minister zou
hem wel even uit deze waan komen helpen,
door te verklaren, dat hetzij in, hetzij zelfs
buiten Volkenbondsverband, Nederland onge
twijfeld niet alleen ten strijde zou trekken, al
kon het wel wezen, dat het in staat moet we
zen, voor korten tijd, den eersten stoot op te
vangen. Na deze uiteenzetting mag ik dus
misschien nog hopen op de stemmen der v. d.
Kamerleden, merkte Minister Deckers half in
ernst, half voor den grap op. „Zoodra deze
veranderde zienswijze omtrent doelstelling der
weerwacht ook in de cijfers te zien is", inter
rumpeerde Mr. Joekes, waarop de Minister
constateerde, dat er dus in elk geval thans
tusschen hem en de v. d. geen beginsel-ver
schil meer bestaat, doch alleen 'n verschil van
opvatting omtrent wel of niet noodzakelijke
kosten!
Komende aan de verdediging der plannen,
die eenerzijds besparing, anderzijds toeneming
van de weerkracht onzer weermacht moeten
bevorderen, slaakte de Minister de verzuch
ting, dat het wel heel moeilijk is om het ieder
een op het stuk van bezuiniging naar den zin
te maken. Dit was hem o.m. gebleken t. a. v.
het vooroefeningsinstituut. Nauwelijks 1 10
van de in te lijven dienstplichtigen maken er
gebruik van. Waar anderzijds tegenwoordig
het kazerneleven lang niet meer zulke gevaren
voor den jongen militair oplevert als vroeger
schatte de Minister thans de voordeelen van
opheffing grooter dan de nadeelen. Dit geldt
ook voor afschaffing der burgercorveeërs,
mits uitbreiding van het contingent en ver
lenging van den eersten oefeningstijd daar
mee gepaard zullen gaan. Hieraan zal dus eerst
de wetgever zijn goedkeuring moeten hechten.
Het slot zijner wel zeer lange rede wijdde
Minister Deckers aan de sociaal-democraten
wien hij tal van voorbeelden onder de oogen
bracht ter staving van zijn bewering, dat de
socialistische pers, de personeelsbonden en de
S.D.A.P. zelf allerminst zoo vrij uitgingen wat
ondermijning van het gezag der weermacht
betreft, als o.m. de heer v. Zadelhoff wel had
willen beweren.
AVONDVERGADERING.
Begrooting van Koloniën.
Nadat de heer Ter Laan (s.d.) eenige moties
in de leege zaal geslingerd heeft ten bate van
onderwijzers, die na voor den Indischen dienst
te zijn opgeleid in geval van zakken voor de
hoofdacte, de aanvankelijk aan hen uitge
keerde toelagen moeten terugbetalen, ver
scheen de heer v. Kempen (lib.) om zich met
het vraagstuk der kostenverdeeling over de
vloot bezig te houden. Deze spreker keurde
het gesplitste financieele beleid af. Veel beter
had hij het gevonden als overeenkomstig de
voorstellen der commissie-Idenburg al 1 e
kosten op de Rijksbegrooting, nl. ten laste van
Defensie waren gebracht.
Ir. Cramer (s.d.) was het met den liberalen
woordvoerder omtrent dit vraagstuk eens en
bepleitte voorts in het algemeen meer royali
teit van Nederland tegenover Indië. De heer
v. Boetzelaer v. Dubbeldam (c.h.) prefereert
met den Minister het systeem van half-om-
half verdeeling der vlootkosten.
Dan komt Mr. Rutgers (a.r.) op het spreek
gestoelte om te vertellen, dat hij het eens is
metzijn schoonvader, den oud-Gouv.-
Generaal Idenburg, voorzitter der commissie
i.z. bezuiniging op Defensie: dus, de uitgaven
voor de Marine moeten geheel door de Neder
landsche schatkist betaald worden, terwijl In
dië dan een bijdrage dient te leveren.
De heer Roestam Effendi (comm meent
evenals Ir. Cramer, dat Nederland alle kosten
ten behoeve van Indië, o.m. ook die van den
G.-G. op zich behoort te nemen.
Ir. Feber 'R.-K) verkondigt de meening, dat
er begripsverwarring omtrent uitlegging van
imperium moet zijn: voor de handhaving van
heel de Nederlandsche gemeenschap 'moeder
land en koloniën) behoeft zi. Indië niet bij te
dragen
Ook Mi- Joekes (v.d acht op den duur het
beste betaling door Nederland en dan een bij
drage van Indië.
Tegen middernacht kwam eindelijk de Mi
nister van Koloniën aan het woord. Eerst de
mededeeling aan den heer Sneevliet irev.-
soc.). dat de bewindsman èn zijn ambtena
ren. eventueel met behulp van voorlichting
uit Indië. het heel goed af kunnen vragende
Kamerleden afdoend van antwoord te dienen!
Wat de terugbetaling van toelagen betreft,
genoten door hen die hier te lande voor Indië
zijn opgeleid, wees Dr. Colijn er op. dat als
men in dezen voor één groep afwijkt, onmid
dellijk alle andere groepen op eenzelfde cle
mentie aanspraak komen maken. Intusschen,
ten behoeve van opgeleide onderwijzers is de
mogelijkheid voor tegemoetkoming geschapen
in die gevallen dat zulks billijk is.
En nu de hoofdschotel van het parlemen
tair souper: de kostenverdeeling voor de vloot.
De verdeeling van de werkzaamheid tusschen
den Minister van Defensie en al zijn andere
collega's minus zijn ambtgenoot van Kolo
niën, is een andere als tusschen dien bewinds
man en den Minister van Koloniën. Beiden
hebben ze bv. met den G.-G. te doen. en dan
weer ten deele met onder dien dignitaris staan
de militaire en maritieme autoriteiten in
Indië.
De algemeene draad die door dit debat liep.
aldus Dr. Colijn, was dat men meende te doen
te hebben met een definitieve beslissing aan
gaande het uitermate gewichtige vraagstuk
der kostenverdeeling en dit nu was niet het
geval. Een eindoordeel heeft de Regeering
nog niet opgemaakt: vóór dien is zeker nog
een commmissoriaa! onderzoek noodig. De
thans gedane keuze berust intusschen op het
inzicht der Regeering in de staatsrechtelijke
verhoudingen.
Los van de historie zou men eiaenlijk
hierin had de heer Schaepman gelijk een
staats- in plaats van een Rijks-defensiebe-
grooting in Nederland moeten hebben. Maar.
wij hebben wel met de historie rekening te
houden, en ook b.v. met het feit, dat het leger
in Nederl.-Indië voor 90 pet. een apparaat is.
niet ter vervulling eener internationale taak.
doch voor handhaving van de rust en orde
binnen Indië zelf.
Wat nu de bezwaren betreft, dat bij het
stelsel der Regeering de eenheid der staats-
Marine te loor zou gaan, deze acht Dr. Colijn
niet gegrond Overigens was het begin en het
eind van het ministerieele lied. dat deze zaak-
eerst later voor een definitieve beslissing in
aanmerking komt Tot later dus over dit be
langwekkende onderwern.
EERSTE KAMER.
Naturalisatie-kwesties.
De heer v. Citters (a.r.) bereed weer eens zijn
anti-vreemdelingenstokpaardje. Hij is op hun
naturalisatie allerminst gesteld en meent, dat
wij in dit opzicht veel te gemakkelijk zijn. Ook
vandaag ontdekte hij opnieuw gevallen van
naturalisatie-aanvragen, die hij liefst niet in
gewilligd had gezien, want het algemeen
landsbelang zou er geenszins mee gediend zijn
menschen in ons staatsverband op te nemen,
die dat vooral gaarne zien gebeuren met het
oog op hun individueele persoonlijke belangen.
Minister v. Schaik wees er echter op, dat van
den kant van onzen staat er wel degelijk een
collectief belang in het spel is: ons land heeft
er meer aan, dat menschen, die hier al jaren
wonen, zich behoorlijk gedragen en bovendien
geheel en al ingeleefd zijn in het Nederland
sche milieu nu ook het staatsburgerschap ver
krijgen, dan dat men hen daarvan uitsluit. Dit
laatste zou slechts het ontstaan van groote
vreemdelingen-kolonies tengevolge hebben en
dat ware juist in strijd met het algemeen Ne-
derlandsch belang.
Over de draadnagel-contingenteering bleken
Minister Steenberghe en Mr. Knottenbelt (lib.)
het niet geheel en al eens te zijn.
E. v. R.
Door onze lens gesnapt.
De heer A. van Driel.
De heer A. van Driel kwam 28 jaar geleden
in dienst bij de Haarlcmsche Gemeentereini
ging. van welk bedrijf hij nu reeds vele jaren
de leiding heeft. Hij was eerst technisch op
zichter. later inspecteur. In 1919 volgde zijn
benoeming tot hoofdinspecteur. Toen de heer
J. P. Boerkoel in Maart 1924 als directeur af
trad werd de heer Van Driel met de leiding van
het bedrijf belast. Enkele jaren later werd hem
ook de titel van directeur toegekend.
Onder zijn leiding werd het bedrijf belang
rijk verbeterd en gemoderniseerd.
De heer Van Driel is ook belast met het be
heer van het Centraal Vervoer en het haven
en marktwezen.
Hoezeer de heer Van Driel door het gemeen
tebestuur en het personeel van de Reiniging
wordt gewaardeerd bleek hem ondubbelzinnig
bij zijn zilveren jubileum op 1 Maart 1931.
In het organisatieleven heeft de heer Van
Driel steeds een plaats van beteekenis inge
nomen. Hij is voorzitter van het Hoofdbestuur
van den Chr. Ambtenaarsbond en lid van het
algemeen bestuur van het Chr. Nationaal Vak
verbond.
De heer Van Driel is voorts secretaris van
het Ned. Instituut van Directeuren van ver
voer- en reinigingsdiensten.
Ook vervult hij de functies van secretaris
van het bestuur van het Instituut „Oranje
Nassau" en ouderling der Geref. Kerk.
„Het lijkt wel Amerika."
Autobandieten op Rijksweg
AmsterdamAmersfoort.
Expediteurs waren hun slachtoffers.
Hooge straffen voor de rechtbank geëischt.
In den afgeloopen zomer werden op den
Rijksstraatweg Amsterdam—Amersfoort een
groot aantal pakjesdiefstallen gepleegd, ten
nadeele van expediteurs, die met hun vracht
auto's volbeladen met pakken en pakjes hun
weg van Amsterdam langs den Rijksstraatweg
namen.
Een zestal nog jeugdige personen tusschen
de 2C en 30 jaar was met elkaar in contact ge
komen; zij waren werkloos en zwierven veelal
in de late avonduren en in het nachtelijk
duister langs de straten. Langzamerhand
rijpte het plan om ware plundertochten langs
de groote wegen te maken en als terrein van
hun diefstallen werden de expeditieauto's ge
kozen. Een van het zestal beschikte over een
auto, en deze wagen zou op de nachtelijke
strooptochten goede diensten bewijzen, temeer
daar ook een stoutmoedige acrobaat zich
onder het gezelschap bevond, 's Nachts ach
tervolgde men met de roofauto de expeditie
auto's. De bumper van de auto werd tegen
de achterzijde van de vrachtauto gereden en
een van de roovers sprong dan vanaf de bum
pers op de achterzijde van de expeditieauto.
Soms werd de achterdeur open gevonden,
soms werd de afsluiting verbroken. De man
klom dan naar binnen en wierp pakjes en
pakken naar buiten, welke dan werden opge
vangen door zijn kameraad, die op de motor
kap van de auto zat. Deze acrobatische toeren
werden verricht, terwijl de auto's een vaart
hadden van 60 a 65 K.M.
Het werd een ware roof- en plundertocht,
en allerlei soort goederen, van bontmantels
tot pakken sigaretten werden buitgemaakt,
van welke diefstallen de expediteurs de dupe
werden.
Tenslotte wist de politie de zaak op te los
sen en zoo stonden Donderdag voor de Am-
sterdamsche rechtbank zes personen terecht,
verdacht van diefstal en twee wegens heling.
De dieven legden een volledige bekentenis af.
Hun verklaringen klopten niet precies wan
neer de vraag gesteld werd, van wien het plan
eigenlijk was uitgegaan: de voornaamste
schuld werd op een Duitscher geladen: zij wa
ren ervan overtuigd dat het werk niet gemak
kelijk was geweest, maar met een zekere be
roepstrots had een hunner geconstateerd:
„Het gaat mooi, hè, het lijkt wel Amerika".
Nadat de pakjesdieven afzonderlijk hadden
terechtgestaan en door politiemannen, expe
diteurs en chauffeurs formeele verklai'ingen
waren afgelegd, stonden vier van de zes ver
dachten samen terecht wegens de suikerdief
stallen.
Het O. M. eischte tegen S. v. D. twee jaar,
tegen H. W. O. anderhalf jaar, tegen J. O. R.
1 jaar, waarvan zes maanden voorw. en tegen
D. V. en K. zes maanden gevangenisstraf. Te
vens werd tegen L., O.. K. en v. O. 4 maanden
geëischt wegens de suikerdiefstallen.
Tegen de twee helers werd resp. één en an
derhalf jaar gevangenisstraf geëischt.
goed te doen verloopen is een eerste vereisch-