HONIG's BOUILLONBLOKJES - 6 voor 10 cent - voor Ragout
Het buitenlandsche boek van deze maand.
Radiomazlek der week
BIOSCOOP.
ZATERDAG I DECEMBER 1934
HAARLEM'S DAGBLAD
'17
CINEMA PALACE.
Bleeke Bet. En Jopie Koopmans.
Bleeke Bet is weer teruggekeerd naar Haar
lem en heeft deze week haar tenten opgesla
gen in Cinema Palace, waar ze ongetwijfeld
weer successen zal boeken. Indertijd hebben
we de film reeds uitvoerig besproken, zoodat
we met de aankondiging thans kunnen vol
staan.
Jopie Koopmans, die in de film haar Radijs
lied zingt en een groote rol vervult in die rol
prent, zingt in levenden lijve op het tooneel
haar liedjes, die door het publiek zeer op prijs
werden gesteld. Zij is een lieftallige verschij
ning, die als intermezzo een vlotte stepdance
uitvoerde. Zij bracht eenige vroolijke liedjes,
afgewisseld door een van ernstiger genre en
als toegift schonk ze het radijslied uit de film.
Ze beweegt zich met een natuurlijke losheid op
de planken, doch zij hoede zich voor imitatie
van Fientje de la Mar, die we even in haar
zang hebben opgemerkt.
Het voorprogramma bood buitenlandsche
en binnenlandsche journaals. Van de eerste
noemen we het huwelijk van den hertog van
Kent met prinses Marina van Griekenland,
welke opneming reeds Donderdagavond ver
toond is: snelle reportage! Van de tweede trof
fen ons het huwelijk van Oor Wals, die als ge
tuigen van Egmond en Pijnenburg had, beiden
keurig in jaquet en met hoogen hoed, voorts
een korte opneming van Richard Strauss en
dan nog een fraai stukje film van Sonja He-
nie, die in Amsterdam haar ijsdansen voor de
camera uitvoerde.
LUX OR THEATER
Als een vrouw liefheeft,
Luxor brengt deze week weer eens een goede
Amerikaansche film met een belangrijk thema
„Als een vrouw lief heeft" behandelt het
moeilijke probleem omtrent de verhouding
tusschen waarheid en goedheid. Moet men
onder alle omstandigheden de waarheid zeg
gen, ook wanneer deze waarheid een ander
pijnigt of doodt en dient men aan zijn waar
heidsdrang zelfs zijn liefde op te offeren? Of
moet de praktische goedheid het laatste woord
spreken en is een leugen in geval van nood
het geoorloofde middel om een situatie te
redden en levensgeluk te behouden?
Deze film, waarin Norma Shearer dit pro
bleem belichaamt, lost het conflict op bevre
digende wijze op door er op te wijzen, dat er
nog een derde mogelijkheid bestaat. „Als onze
liefde niet in staat is gebleken om de waar
heid te verdragen, dan is onze liefde niet
groot genoeg geweest." zegt de hoofdpersoon
op zeker oogenblik. En daarin heeft zij ge'ijk.
De liefde tusschen Mary (Norma Shearer)
en lord Phillip (Herbert Marshall) blijkt ten
slotte groot genoeg om de waarheid te ver
dragen, en rijst zegevierend omhoog na een
reeks nederlagen in smartelijken strijd. Het
„happy end" is in dit geval geen concessie
aan het publiek, maar de logische uitkomst
van een ernstig behandeld gemoedsproces. En
de scène, waarmede de geschiedenis besluit is
hierdoor wel een der mooiste en treffendste
uit het werk, dat tot het allerlaatste oogen
blik de aandacht gespannen houdt.
Een bezwaar om ten volle „in" de film te
De Nederlandsche film „Bleeke Bet" beleeft deze week een reprise in het
Cinema Palace. Op de hierbij afgedrukte foto staan van links naar rechts Aaf
Bouber (Bleeke Bet), Sylvain Poons (Goocheme Sally), Corrie Vonk,
Fientje de la Mar en Jopie Koopmans.
(Adv. Ingez. Med.)
1
EEN VOORBESPREKING
DOOR KAREL DE JONG
De Rich. Strauss-serie in het Concertgebouw
wordt Zondagnamiddag voortgezet. Ik moet
ronduit zeggen dat de Symphonia domestica
mij verleden Zondag niet heeft kunnen boeien.
Bij het langzame middendeel kreeg ik een ge
voel van verveling en ik heb van verschillen
de andere luisteraars gehoord dat het hun
net zoo gegaan was, zoodat we wel mogen
aannemen dat diegenen, die meenen dat de
Domestica tot Strauss* zwakke werken be
hoort, de plank niet ver mis slaan
Over „Also sprach Zarathustra', dat a.s.
Zondag aan de beurt is, heeft men indertijd
ook heel wat geredekaveld. Reeds de aankon
diging van 't werk werd van vele zijden scep
tisch of zelfs hoonend ge.jegerd: „nu werd het
al te dwaas: Strauss ging philosophie op mu
ziek zetten!" Deze tegenwerping getuigde toch
eenigszins van vooringenomenheid of kort
zichtigheid. Men had gevoegelijk dezelfde be
zwaren tegen de verschillende Faust-compo-
sities kunnen aanvoeren, want de Faust-
legende en de dramatiseering daarvan behel
zen toch ook in de eerste plaats een wereld
beschouwing en de conflicten die daarvan het
gevolg zijn. Ook Nietsche's Zarathustra is een
met Faust verwante verpersoonlijking, een
zoeker die het wezen en den oorsprong der
dingen tracht te doorpeilen Beiden zonder
den zich af van de wereld: Faust In zijn stu
deercel, Zarathustra in de eenzaamheid der
bergen. Beiden blijven onbevredigd door wat
wetenscha,p en geloof hun hebben kunnen ge
ven; beiden snakken naar iets dat hen daar
boven verheft. Faust vindt zijn verlossing in
de Goddelijke eeuwige Liefde. Zarathustra in
den Goddeliiken Lach. En ook Zarathustra
heeft zijn Mepliisto; men leze slechts de vol
gende regels van Nietsche: „Und als ich mei-
nen Teufel sah. da fand ich ihn ernst, gründ-
lich. tieffeierlich: es war der Geist der
Schwere. durch ihn fallen alle Dinge. Nicht
durch Zorn. sondem durch Lachen tötet man.
Auf, lasst uns den Geist der Schwere töten!"
Strauss' werk nu wil het proces schilderen,
dat zich in Zarathustra's ziel voltrekt. De ver
schillende beroerende momenten treden in
den vorm van leidmotieven ot>. Men vindt ze
in het Tanzlied alle terug, doch in een door
den geest van het lichte, dus in dit geval door
het dansrvthme, veranderde gedaante. Maar
het wereldraadsel blijft onopgelost: dit zegt
ons het slot van het toongedicht, dat met het
„natuurthema c-g-c afsluit. De orkestbezet
ting van Strauss' on. 30 is volgens de parti
tuur: 16 eerste en 16 tweede violen, 12 alten
en 12 celli, 8 contrabassen, 2 harpen. 4 flui
ten. 3 hobo's en althobo. 1 es-clarinet, 2 bes
klarinetten. 1 basclarinet. 3 fagotten, 1 con
trafagot. 6 hoorns. 4 tromoetten. 3 bazuinen.
2 bas-tuba's, pauken, groote trom, bekkens,
triangel, klokkenspel, een lage klok en orgel.
Het is dus weer een reusachtig apparaat, maar
hier toch meer geëvenredigd aan de grootte
van het dichterlijke onderwerp dan in de S.
domestica. Omtrent de structuur van het werk
en de bedoelingen van den componist geven
de opschriften van de verschillende gedeel
ten eenige opheldering. Met het natuurthema
vangt het werk aan; da.n wordt ons geschil
derd, hoe de mensch (de „Hinterweltler") er
op reageert. We hooren de melodie van het
Gregoriaansche Credo, dat door een innige
melodie gevolgd wordt; dan komt „het groote
verlangen"; de „vreugden en hartstochten
doen zich hooren en te midden daarvan klink!
het motief van den „afkeer": een der hoogte
punten van het werk. De „wetenschap" dient
zich aan in een contrapuntische verwerking
van een thema dat uit het natuurthema (in
C. gr. t.) en de omkeering van het verlan
gensthema (in b, kl. t.) samengesteld is-
daarna wordt al het voorafgegane zinrijk en
kunstig gecombineerd in een gedeelte dat „de
genezende" heet. Plotseling klinkt dan weer
in volle kracht het motief van het begin: het
onopgeloste wereldraadsel. Doch nu vervluch
tigt de geest der zwaarte: alles wordt licht
lachend, schertsend: zelf* het motief van de^
afkeer krijgt een humoristische tint; he*
Tanzlied vangt. aan. Het besluit wordt gevormd
door het „Nachtwachterlied", een melodie, die
ook tevoren, na de „wetenschap", was opge
treden, en -die nu tot de hoogste regionen
stilet.
We willen nu ook enkele andere uitzendin
gen nagaan. Op de merkwaardige samenbal
lingen. die zich soms zonder eenige aanlei
ding (herdenking of iets de>-°-pljjks) voordoen
heb ik wel eens gewezen. We hebben er nu
weer een: Beethoven's Tripelconcert. dat toch
heucch niet tot zijn belangviike werken be
hoort en meer als een op verlangen van zijn
leerling aartshertog Rudolf geschreven gele
genheidsstuk is te beschouwen, wordt Zonda?
door Praae en Maandag door Hilversum uit
gezonden. Het werk dateert van 1805 en staat
oua inhoud aanmerkelijk beneden het vijf ja
ren vroeger geschreven derde pianoconcert
en is met het vierde, dat er slechts twee opus
nummers mee verschilt, heelemaal niet te
vergelijken. De biografen ziin het er over eens.
dat. de inspiratie er vrijwel ln ontbreekt en
dat het niet boven de tallooze soloconcerten
van zijn ti.ideenooten staat. Bii de eerste uit
voering speelde de aartshertog de pianopartij.
Deze was in 1804 als 16-jarige jongeline Beet
hoven's leerling geworden en ondanks het
leeftijds- en si-andsvemchil was spoedig een
vriendschappelijke verhouding tusschen bei
den ontstaan, en dat die duurzaam is geweest
blijkt wel uit de vele dedicaties van belang
rijke werken uit lateren tiid, toen aartshertog
Rudolf in tusschen aartsbisschop van Olmüte
geworden was. De omgang tusschen beiden
was merkwaardig: in brieven gebruikte Beet
hoven steeds de door de etiauette voorgeschre
ven titulatuur, maar in het persoonlijke ver
keer schijnt hij nogal eens tegen die etiauette
gezondigd te hebben, heteeen de ergernis van
de hofdignitarissen opwekte. Voor den zeer
democratisch aangelegden componist was
trouwens die etiquette iets onmogelijks.
Zondagnamiddag speelt Jos. Hofmann voor
de microfoon te Droitwich en ik kan allen kla
vierliefhebbers aanraden het snel van den 58-
jarigen oud-leerling van Rubinstein te be
luisteren. Hofmann is een der grootsten on
der de ouderen, technisch onfeilbaar, muzikaa1
veelzijdig en interessant, sterk persoonlijk.
Brahms zal men uit Parijs, waar men lange
jaren afkeerlg van zlln muziek geweest is.
kunnen hooren en wel de eerste Symphonie
Zondag, het tweede Piano-kwartet en eenige
Liederen Dinsdag. Hoe de Fransche opvatting
van Brahms' muziek zal ziin. zuPen we moe
ten afwachten. In het Leerboek der Composi
tie van V. d'Indy staat nog. dat men voor
Brahms eerbied moet hebben, maar dat het
moeilijk ls om van hem te houden. Brahms
geldt daar zoo'n beetje als verpersoonlijking
van Germaansche zwaarwichtigheid. Mis
schien zijn de meeningen te dien opzichte
veranderd en in 't belang van het onderling
begrijpen en dus van den wereldvrede zou
men wenschen, dat er nog heel wat meer mee-
ningen kenterdenEen artistieke kentering in
omgekeerde richting heeft men kunnen waar
nemen bij een der meest uitgesproken Duit-
sche componisten, Max Reger, wiens Ballet
suite duidelijk den invloed van Debussy toont.
Men beluistere de uitzending van Huizen op
Dinsdagavond, om zich daarvan te overtui
gen.
Joe Lederer; Unter den
Apfelbaumen. Universitas Verslag.
Joe Leder er's laatste boek is ongetwijfeld
haar beste geworden.
Men herinnert zich van deze schrijfster
waarschijnlijk nog haar eersteling, waarmee
zij ongeveer vijf jaar geleden de aandacht
op zich vestigde: „Das Madchen George", een
boek dat zich kenmerkte door een aantal zeer
verschillende eigenschappen: een bijzondere
gevoeligheid en een klare en directe stijl in
de eerste plaats, maar aan den anderen kant
door een gegeven, dat weinig origineel was
en een theatraal en weinig gemotiveerd slot.
In haar volgende boeken scheen het. alsof
zij toch niet in staat zou zijn de belofte, die
haar eerste boek ondanks de fouten die
het aankleefden inhield, in vervulling te
doen gaan. Zij schreef er nog drie, waarin wel
haar eigenaardige, suggestieve stijl behouden
bleef, maar waarin zij telkens geen logisch en
afgerond geheel van haar verhaal wist te
maken en om aan een einde te komen bij een
al te abrupte zelfmoord van de hoofdpersoon
haar- toevlucht moest zoeken. Die eentonig
heid werke op den duur vermoeiend en ver
velend; de schrijfster verspeelde de belang
stelling, waarmee in den beginnen haar
nieuwe romans begroet werden en toen er
eenige jaren lang niets meer van haar ver.
scheen, werd zij vergeten.
Nu echter dezer dagen haar laatste roman
„Unter den Apfelbaumen" uitkwam blijkt het
dat Joe Lederer, zij het langs een omweg,
toch de belofte gehouden heeft die zij met
haar eersteling deed: .Unter den Apfelbaumen'
is een boek, zoo verfijnd, zoo gevoelig, zoo
knap. van stijl en bouw als er maar zelden
één verschijnt. De gevaarlijke neiging tot het
theatrale, die de schrijfster had en die zoo
veel gevoelige bedierf, is volkomen verdwenen;
de klare, suggestieve stijl is daarentegen ge
bleven en heeft zich zelf nog verdiept, zoodat
over dit heele boek, dat de vacantiebeleve-
nis van een veertienjarig meisje in een klein
Boheemsch stadje behandelt, weinig slechts
en heel veel goeds te zeggen valt. Bepalen we
ons daarom ditmaal tot het goede.
Want hoe levendig is dit alles niet weer
gegeven. hoe fijn is de ontgoocheling van het
kleine meisje, dat de zomervacantie komt
doorbrengen bij haar twee jaar ouder nichtje
Sophia, dat tot nu toe haar grootste vriendin
en eenige vertrouwde was, gedacht en be
schreven! Die ontgoocheling waarvan ver
scheidene phases zich afspeLen onder de appel
boomen, die staan achter het huis van Tante
Marie, de moeder van Sophia, en die de groot
ste is. die 'ze ooit beleefd heeft en volgens
haar eigen overtuiging ooit beleven zal: dat
laatste zou bovendien ook uitstekend bewaar
heid kunnen worden, want is het niet bijna
altijd de eerste maal, dat men iets onder
vindt, die de grootste indruk maakt?
Ieder jaar is het nichtje de zomervacantie
komen doorbrengen bij tante Marie, in het
groote geheimzinnige huis met den grooten
geheimzinnigen tuin, waarin twee kleine
meisjes samen veel kunnen beleven, dat hen
tot onverbrekelijke trouw aan elkander' ver
plicht. Die trouw bestaat dan ook en is vast
gelegd in vele plechtige geloften, zooals kin
deren die elkaar plegen te doen: een gelofte
van elkaar alles te zullen vertellen, van nooit
iets voor elkaar geheim te zullen houden, van
er nooit grootere vriendinnen op na te zullen
houden.
In de vacantie, die beschreven wordt, blijkt
dat de ontrouwe Sophia al die geloften de een
na de ander verbroken heeft, zij heeft een
andere vriendin gevonden, weer twee jaar
ouder dan zij zelf; als een tooneelgezelschap
een paar weken lang voorstellingen in het
stadje geeft, beleeft Tinka, de bewonderde en
aangebeden vriendin, haar eerste liefdesge
schiedenis met een veel ouderen man. en het
kleine meisje beleeft het heele geval mee,
zonder te begrijpen, wat er zich afspeelt, ter
wijl Tinka al haar belevenissen aan Sophia
toevertrouwt, en Sophia alle plechtige geloftes
schendt door alles voor zich te houden en haar
nichtje in volkomen onwetendheid te laten.
Pas als de tooneelspeler met de Noorderzon
vertrokken is, Tinka en het spelletje uit tijd
verdrijf heeft gelaten voor wat ze zijn, komt
het verraad uit: Tinka laat in haar wanhoop
alle voorzichtigheid varen onthult alles wat er
gebeurd is en het kleine meisje ziet zich met
een slag alles ontvallen, dat haar tot nu toe
heilig was. Het besef, dat zij den heelen zomer
lang door het oudere tweetal buiten alles ge
houden en uitgelachen is, is har teveel. Zij
vraagt haar moeder haai' thuis te laten komen
en reist af.
Het is vooral de fijne, weloverwogen bouw
Norma Shearer en
Robert Montgomery in
de Metro-film
„Riptide" (Als een
Vrouw liefheeft)die
deze week in het
Luxor Theater
draait.
komen, is de voor een Nederlandsche burger
publiek moeilijk te begrijpen omgeving van de
Amerikaansche pretmakerswereld. Mary, die
later blijkt een vrouw met zuiver gevoel en
een idealistische opvatting te zijn en de iet
wat stugge en zwaarmoedige lord Phillip ont
moeten elkaar op een feest en de geweldige
hoeveelheden alcohol, die men daar drinkt,
maken het alleen mogelijk, dat dit jaar bij
de allereerste kennismaking reeds tot het ero
tische uiterste gaat.
Uit deze roes ontwikkelt zich echter een
liefde voor 't leven; innig is het jonge paar
aan elkander verknocht, en des te grooter is
de teleurstelling voor Mary, wanneer haai
man haar voor langen tijd voor zaken ver
laten moet.
Als deze afwezigheid het gevoelige vrouwtje
te zeer drukt, stelt de frivole tante Hetty
haar voor, wat afleiding te zoeken ln het on
gebonden leven van de rijke jongelui, in wier
kringen Mary vóór haar huwelijk zeer gezien
was. Het meisje, alweer zwaar onder den
drank, gaat een vroegeren vriend van haar.
het beruchte fuifnummer Tommy (Robert
Montgomery) van zijn kamer halen en bij het
nachtbraken wordt het paar in een sentimen-
teele alcoholische roes naar elkander gedre
ven. Maar Mary heeft nog juist genoeg tegen
woordigheid van geest overgehouden, om haar
slaapkamerdeur te sluiten. Bij een poging om
deze te forceeren, valt de dronken Tommy
van een balkon naar beneden.
Er ontstaat een schandaal, dat tot Phillip
doordringt. Deze roept bij thuiskomst zijn
vrouw ter verantwoording, maar hij kan niet
gelooven, dat er niets ergers gebeurd is dan
hetgeen zij hem naar waarheid opdischt. Een
vervreemding treedt in.
En nogmaals wanhopig zoekt Mary opluch
ting bij het stel drinkebroers in de nachtsicie-
teit, waar zij ook Tommy weer vindt, tegen
wiens aandringen zij thans geen weerstand
genoeg meer bezit.
Wederom ter verantwoording geroepen, wil
zij haar man nogmaals de waarheid vertellen,
maar zoodra zij bemerkt, dat dit zoowel zijn
leven als dat van haar en hun dochtertje zou
vernietigen, besluit zij zich met ontkenning
te redden. Maar Phillip laat zich niet om den
tuin leiden, en vraagt echtscheiding aan.
Tijdens de echtscheidingsprocedure bemer
ken de beide menschen, dat zij ondanks alles
nog teveel van elkaar houden en wanneer
Mary op loyale wijze afstand doet van alles en
zelfs haar kind aan den man overlaat, omdat
zij begrijpt, dat dit haar rechtvaardige straf is,
ontroert deze boetedoening den echtgenoot
zoo, dat alles vergeven en vergeten is en het
drietal tezamen blijft.
Het is een verdienste, dat de film van Tom
my, den verleidelijken doordraaier, geen an
tipathiek iemand heeft gemaakt, maar een
naief en tenslotte zelfs toch ook ernstig en
goedhartig wezen. Want hierdoor wordt het
conflict zuiverder gesteld.
De ironie en de dronkemanshumor van
Tommy brengen de lichtere toetsen aan in dit
drama, waarin een enkele episode, de gemoe-
van dezen roman, die eigenlijk niet meer
dan een groot opgezette novelle is, die dit
laatste boek van Joe Lederer zijn charme
verleent. Het verhaal op zich zelf is betrekke
lijk onbelangrijk: dat oudere mannen, tooneel -
spelers of niet, misbruik maken van het
vertrouwen van al te naïeve kleine meisjes,
is in het dagelijksoh leven geen zeldzaam
heid, en in de romanliteratuur is het dat nog
minder. Wel een zeldzaamheid echter is het.
als een schrijver of schrijfster van een zoo
„alte Geschichte" werkelijk iets nieuws weet
te maken; en dat is het wat Joe Lederer ge
lukt is, doordat zij har lezers het geval van
het standpunt van een kind veertien jaar laat
beleven. Zij is er op die manier in geslaagd
het al te vaak gebruikte gegeven oorspronke
lijkheid in te blazen, wat des te opmerkelijker
is, omdat in haar vorige boeken juist de be
handeling van het gegeven zelden eenige oor
spronkelijkheid had. Zoo blijkt ook uit dit
geval alweer de juistheid van de theorie, dat
de zwakheden van een beginnend schrijver
juist dikwijls later zijn sterke punten wor
den.
En aangezien Joe Lederer in „Unter den
Apfelbaumen" haar rake visie op menschen
en dingen en haar knappe wijze van beschrij
ven bewaard heeft,, is het een prachtig ge
heel geworden. Het kleine Boheemsche stadje
wordt onder haar handen een oord van
romantische bekoring, een ideale achtergrond
voor het stukje kinderleven, dat er zich af
speelt. Buitengewoon beeldend zijn de men.
schen, verschillende figuren beschreven: de
kleine, wijze hoofdpersonen met haar droomen
en illusies, de dweepzieke Sophia met haar
vage verlangens en melancholieën, de zelf
verzekerde bewonderde Tinke, Tante Marie,
de goedige, mar nuchtere en de verre, be
grijpende moeder.
Het herscheppen van de eigenaardige sfeer
die kinderlevens pleegt te omgeven, is wel de
moeilijkste taait, die een schrijver of schrijf
ster zich stellen kan. Met „Unter den Apfel
baumen" heeft Joe Lederer tot op zekere
hoogte het pendant geschapen van dat andere
merkwaardige boek, waarin Manfred Haus-
mann zoo suggestief het leven van een paar
jongens van veertien en zestien weergeeft:
„Abel mit der Mundharmonika". Hier zijn
het meisjes, mar van de beide boeken gaat
dezelfde frissche, dichterlijke, half sprookjes
achtige bekoring uit: de bekoring, die van
kinderen uitgaat, omdat zij nog zoo sterk hun
eigen leven, en zoo weinig dat van de wereld
leven.
WILLY VAIN DER TAK,
delijke brand op het kasteel, wel zeer zonder
ling en ondoordacht aandoet.
Hoewel het thema, mede misschien door het
onsympathieke milieu, niet zoo ontroerend be
werkt is als in sommige andere huwelijks
tragedies uit de Amerikaansche productie en
in vergelijking daarmee zelfs zwak is te noe
men, verleen en het weeke en tintelende spel
van Norma Shearer en de markante typeering
van Robert Montgomery aan deze vertooning
beteekenis.
Het bijwerk beweegt zich in de gebruikelijke
genres.
H. G. CANNEGIETER»
REMBRANDT THEATER.
„Goud" met Hans Albers.
Hans Albers, de man met het wilskrachtige
gezicht, heeft voor het publiek altijd bijzon
dere bekoring. Een filmprogramma, waar zijn
naam op voorkomt, trekt, steeds volle zalen.
Men kan er ook bijna altijd zeker van zijn,
dat men in een Hans Albers-film een held te
bewonderen krijgt, die in de spannendste
en gevaarlijkste avontu
ren verwikkeld raakt,
welke evenwel, dank zij
zijn juiste kijk op dingen
en menschen en zijn voor
niets en niemand buigen
de wil en zijn doorzicht
tot een, voor hem. goed
einde, worden gebracht.
Een man met een spre
kend masker als Hans
Albers heeft, wien de
wilskracht als op het ge
zicht geschreven staat,
is als het ware gescha
pen voor dergelijke rol
len.
In Goud zijn BrigittcBrigitte Helm.
Helm en Lien Deyers zijn tegenspeelsters. Llen
Deyers heeft maar een klein rolletje, maar ze
speelt het heel, heel fijn.
Daar de film al eerder in Haarlem is ge
weest en toen besproken is, behoeven we er
niet meer over te schrijven, dan liefhebbers
van spannende films aan te raden deze week
een avond naar Rembrandt te gaan.
Het Fox Movie News en Polygoon's Hol
lands Nieuws geven beide fragmenten van de
huwelijksplechtigheid die Donderdag in En
geland plaats had. Zoo krijgen we een idee
van het enthousiasme waarmee Engeland dat
vorstelijke huwelijk gevierd heeft.
Op het tooneel vergasten de „4 Serenaders"
de bezoekers met hun accordeons op zeer
goede muziek, die zoo gewaardeerd werd dat
de accordeonisten een toegiftje moesten
geven.
Bali, het Eiland der Demonen.
Op verzoek wordt Zondagmorgen in het
Rembrandt Theater een reprise gegeven van
het verleden week vertoonde filmwerk over
Bali, het Eiland der Demonen. Wie deze film
nog niet zag, kan morgen zijn schade dus
inhalen.
Als No. één op de verlanglijst
van iederen ontwikkelden Haarlemmer staat
„VOLK IN TWEESTRIJD"
Het nieuwe meesterwerk van NIS PETERSEN,
de schrijver van „De Straat der Sandalen-
makers". Dit boek is een geschenk van
blijvende waarde, het verdiept Uw leven en
verrijkt Uw geest.
In luxen band, voorzien van Anton Pieck's
fraaie ontwerpen, ad ƒ3.90 verkrijgbaar bij
alle Haarlemsche Boek
handelaren.
(Adv. Ingez. Med.)
Inbreker gevraagd.
Inbreker gevraagd, het vroolijke spel van
onzen stadgenoot Henk Bakker en Jan Fa-
bricius, dat morgen voor het eerst in onzen
Stadsschouwburg te Haarlem zal worden op
gevoerd heeft in de provincie, waar het in de
maand November door Het Nieuwe Schouwtoo-
neel werd gespeeld een zeer goede pers gehad.
Zoo schreef de Middelburgse he Courant: „Een
vroolijk spel.... inderdaad, het ls een en al
vroolijkheid. maar den verstaander zegt het
meer dan minig zwaarwichtig drama. Er ko
men in dit spel tal van komische situaties voor
Eigenlijk is het er een aaneenschakeling van
en de toeschouwer lacht, in alle toonaarden
van het begin tot het einde" en De Dordrecht-
sche Courant schrijft over de hoofdrol, ge
speeld door Lou Ezerman: „Een sublieme too-
neelfiguur, een figuur, waaraan Ezerman's
naam voor altijd zal verbonden blijven. Een
zoo gave. een zoo boeiende, een zoo beheersch-
te pantoffelheld als Ezerman's schepping ziet
men zelden. En naast die heerlijke gestalte,
die bangerd, die het waagt met inbrekers te
onderhandelen, stond een vcrrukelijk char
mant dienstmeisje van Dogi Rugani. Het spel
heeft een avond van uitbundig vermaak ge
schonken.
Kalenders.
De Bond van Nederlandsche Volksuniversi
teiten heeft een kalender voor 1935 uitgegeven,
die voor elke week een teekening of een foto
biedt of een reproductie van schilderijen van
bekende meesters. Achterop de bladzijden staat
verklarende tekst van de afbeelding.
Uitgegeven door het VERDINASO is een
maandkalender, de Dietsche Volkskalender
voor 1935, uitgevoerd in witte letters op een
blauw fond met een roode en witte rand er
omheen. Bekende uitspraken over Dietschland
zijn op elk blad afgedrukt.
C. J. Terwee te Putten heeft een Bezaan
kalender het licht doen zien, die voor elke
drie maanden een reproductie van een hout
gravure van J. Bezaan bevat. De kalender is
verschenen in een oplaag van 500 exemplaren
Wij ontvingen de kloeke Nederlandsche
Folklorekalender, uitgegeven door de N.V. Uit
geverij v'h C. A. Mees te Santpoort. Voor elke
twee weken geeft deze kalender een teekening
van een volksgebruik met verklarenden tekst.
Bij voldoende in teekening zal deze kalender in
volgende jaren worden voortgezet, zoodat de
kooper dan een steeds vollediger verzameling
van volksgebruiken krijgt, in een speciale por
tefeuille te bewaren.
N. Sickenga leverde zes gekleurde teekenin-
gen voor een kalender, die op één blad twee
maanden aangeeft. Er zijn gereproduceerd
teekeningen van een haan. een keeshond,
paardenkoppen, een kind met een konijn, gei
ten en een kalkoen.
Tenslotte vestigen we de aandacht op de
weekkalender van de Nederlandsche Vereeni-
ging van Huisvrouwen. Deze kalender bev.rt
achterop elk blaadje mededeelingen, gegevens,
wetenswaardigheden en foto's over afdeelin-
gen en tevens bovendien nog speciale recepten.