HONIG's BOUILLONBLOKJES - 6 voor 10 cent - voor Ragout Het buitenlandsche boek van deze maand. Radiomazlek der week BIOSCOOP. ZATERDAG I DECEMBER 1934 HAARLEM'S DAGBLAD '17 CINEMA PALACE. Bleeke Bet. En Jopie Koopmans. Bleeke Bet is weer teruggekeerd naar Haar lem en heeft deze week haar tenten opgesla gen in Cinema Palace, waar ze ongetwijfeld weer successen zal boeken. Indertijd hebben we de film reeds uitvoerig besproken, zoodat we met de aankondiging thans kunnen vol staan. Jopie Koopmans, die in de film haar Radijs lied zingt en een groote rol vervult in die rol prent, zingt in levenden lijve op het tooneel haar liedjes, die door het publiek zeer op prijs werden gesteld. Zij is een lieftallige verschij ning, die als intermezzo een vlotte stepdance uitvoerde. Zij bracht eenige vroolijke liedjes, afgewisseld door een van ernstiger genre en als toegift schonk ze het radijslied uit de film. Ze beweegt zich met een natuurlijke losheid op de planken, doch zij hoede zich voor imitatie van Fientje de la Mar, die we even in haar zang hebben opgemerkt. Het voorprogramma bood buitenlandsche en binnenlandsche journaals. Van de eerste noemen we het huwelijk van den hertog van Kent met prinses Marina van Griekenland, welke opneming reeds Donderdagavond ver toond is: snelle reportage! Van de tweede trof fen ons het huwelijk van Oor Wals, die als ge tuigen van Egmond en Pijnenburg had, beiden keurig in jaquet en met hoogen hoed, voorts een korte opneming van Richard Strauss en dan nog een fraai stukje film van Sonja He- nie, die in Amsterdam haar ijsdansen voor de camera uitvoerde. LUX OR THEATER Als een vrouw liefheeft, Luxor brengt deze week weer eens een goede Amerikaansche film met een belangrijk thema „Als een vrouw lief heeft" behandelt het moeilijke probleem omtrent de verhouding tusschen waarheid en goedheid. Moet men onder alle omstandigheden de waarheid zeg gen, ook wanneer deze waarheid een ander pijnigt of doodt en dient men aan zijn waar heidsdrang zelfs zijn liefde op te offeren? Of moet de praktische goedheid het laatste woord spreken en is een leugen in geval van nood het geoorloofde middel om een situatie te redden en levensgeluk te behouden? Deze film, waarin Norma Shearer dit pro bleem belichaamt, lost het conflict op bevre digende wijze op door er op te wijzen, dat er nog een derde mogelijkheid bestaat. „Als onze liefde niet in staat is gebleken om de waar heid te verdragen, dan is onze liefde niet groot genoeg geweest." zegt de hoofdpersoon op zeker oogenblik. En daarin heeft zij ge'ijk. De liefde tusschen Mary (Norma Shearer) en lord Phillip (Herbert Marshall) blijkt ten slotte groot genoeg om de waarheid te ver dragen, en rijst zegevierend omhoog na een reeks nederlagen in smartelijken strijd. Het „happy end" is in dit geval geen concessie aan het publiek, maar de logische uitkomst van een ernstig behandeld gemoedsproces. En de scène, waarmede de geschiedenis besluit is hierdoor wel een der mooiste en treffendste uit het werk, dat tot het allerlaatste oogen blik de aandacht gespannen houdt. Een bezwaar om ten volle „in" de film te De Nederlandsche film „Bleeke Bet" beleeft deze week een reprise in het Cinema Palace. Op de hierbij afgedrukte foto staan van links naar rechts Aaf Bouber (Bleeke Bet), Sylvain Poons (Goocheme Sally), Corrie Vonk, Fientje de la Mar en Jopie Koopmans. (Adv. Ingez. Med.) 1 EEN VOORBESPREKING DOOR KAREL DE JONG De Rich. Strauss-serie in het Concertgebouw wordt Zondagnamiddag voortgezet. Ik moet ronduit zeggen dat de Symphonia domestica mij verleden Zondag niet heeft kunnen boeien. Bij het langzame middendeel kreeg ik een ge voel van verveling en ik heb van verschillen de andere luisteraars gehoord dat het hun net zoo gegaan was, zoodat we wel mogen aannemen dat diegenen, die meenen dat de Domestica tot Strauss* zwakke werken be hoort, de plank niet ver mis slaan Over „Also sprach Zarathustra', dat a.s. Zondag aan de beurt is, heeft men indertijd ook heel wat geredekaveld. Reeds de aankon diging van 't werk werd van vele zijden scep tisch of zelfs hoonend ge.jegerd: „nu werd het al te dwaas: Strauss ging philosophie op mu ziek zetten!" Deze tegenwerping getuigde toch eenigszins van vooringenomenheid of kort zichtigheid. Men had gevoegelijk dezelfde be zwaren tegen de verschillende Faust-compo- sities kunnen aanvoeren, want de Faust- legende en de dramatiseering daarvan behel zen toch ook in de eerste plaats een wereld beschouwing en de conflicten die daarvan het gevolg zijn. Ook Nietsche's Zarathustra is een met Faust verwante verpersoonlijking, een zoeker die het wezen en den oorsprong der dingen tracht te doorpeilen Beiden zonder den zich af van de wereld: Faust In zijn stu deercel, Zarathustra in de eenzaamheid der bergen. Beiden blijven onbevredigd door wat wetenscha,p en geloof hun hebben kunnen ge ven; beiden snakken naar iets dat hen daar boven verheft. Faust vindt zijn verlossing in de Goddelijke eeuwige Liefde. Zarathustra in den Goddeliiken Lach. En ook Zarathustra heeft zijn Mepliisto; men leze slechts de vol gende regels van Nietsche: „Und als ich mei- nen Teufel sah. da fand ich ihn ernst, gründ- lich. tieffeierlich: es war der Geist der Schwere. durch ihn fallen alle Dinge. Nicht durch Zorn. sondem durch Lachen tötet man. Auf, lasst uns den Geist der Schwere töten!" Strauss' werk nu wil het proces schilderen, dat zich in Zarathustra's ziel voltrekt. De ver schillende beroerende momenten treden in den vorm van leidmotieven ot>. Men vindt ze in het Tanzlied alle terug, doch in een door den geest van het lichte, dus in dit geval door het dansrvthme, veranderde gedaante. Maar het wereldraadsel blijft onopgelost: dit zegt ons het slot van het toongedicht, dat met het „natuurthema c-g-c afsluit. De orkestbezet ting van Strauss' on. 30 is volgens de parti tuur: 16 eerste en 16 tweede violen, 12 alten en 12 celli, 8 contrabassen, 2 harpen. 4 flui ten. 3 hobo's en althobo. 1 es-clarinet, 2 bes klarinetten. 1 basclarinet. 3 fagotten, 1 con trafagot. 6 hoorns. 4 tromoetten. 3 bazuinen. 2 bas-tuba's, pauken, groote trom, bekkens, triangel, klokkenspel, een lage klok en orgel. Het is dus weer een reusachtig apparaat, maar hier toch meer geëvenredigd aan de grootte van het dichterlijke onderwerp dan in de S. domestica. Omtrent de structuur van het werk en de bedoelingen van den componist geven de opschriften van de verschillende gedeel ten eenige opheldering. Met het natuurthema vangt het werk aan; da.n wordt ons geschil derd, hoe de mensch (de „Hinterweltler") er op reageert. We hooren de melodie van het Gregoriaansche Credo, dat door een innige melodie gevolgd wordt; dan komt „het groote verlangen"; de „vreugden en hartstochten doen zich hooren en te midden daarvan klink! het motief van den „afkeer": een der hoogte punten van het werk. De „wetenschap" dient zich aan in een contrapuntische verwerking van een thema dat uit het natuurthema (in C. gr. t.) en de omkeering van het verlan gensthema (in b, kl. t.) samengesteld is- daarna wordt al het voorafgegane zinrijk en kunstig gecombineerd in een gedeelte dat „de genezende" heet. Plotseling klinkt dan weer in volle kracht het motief van het begin: het onopgeloste wereldraadsel. Doch nu vervluch tigt de geest der zwaarte: alles wordt licht lachend, schertsend: zelf* het motief van de^ afkeer krijgt een humoristische tint; he* Tanzlied vangt. aan. Het besluit wordt gevormd door het „Nachtwachterlied", een melodie, die ook tevoren, na de „wetenschap", was opge treden, en -die nu tot de hoogste regionen stilet. We willen nu ook enkele andere uitzendin gen nagaan. Op de merkwaardige samenbal lingen. die zich soms zonder eenige aanlei ding (herdenking of iets de>-°-pljjks) voordoen heb ik wel eens gewezen. We hebben er nu weer een: Beethoven's Tripelconcert. dat toch heucch niet tot zijn belangviike werken be hoort en meer als een op verlangen van zijn leerling aartshertog Rudolf geschreven gele genheidsstuk is te beschouwen, wordt Zonda? door Praae en Maandag door Hilversum uit gezonden. Het werk dateert van 1805 en staat oua inhoud aanmerkelijk beneden het vijf ja ren vroeger geschreven derde pianoconcert en is met het vierde, dat er slechts twee opus nummers mee verschilt, heelemaal niet te vergelijken. De biografen ziin het er over eens. dat. de inspiratie er vrijwel ln ontbreekt en dat het niet boven de tallooze soloconcerten van zijn ti.ideenooten staat. Bii de eerste uit voering speelde de aartshertog de pianopartij. Deze was in 1804 als 16-jarige jongeline Beet hoven's leerling geworden en ondanks het leeftijds- en si-andsvemchil was spoedig een vriendschappelijke verhouding tusschen bei den ontstaan, en dat die duurzaam is geweest blijkt wel uit de vele dedicaties van belang rijke werken uit lateren tiid, toen aartshertog Rudolf in tusschen aartsbisschop van Olmüte geworden was. De omgang tusschen beiden was merkwaardig: in brieven gebruikte Beet hoven steeds de door de etiauette voorgeschre ven titulatuur, maar in het persoonlijke ver keer schijnt hij nogal eens tegen die etiauette gezondigd te hebben, heteeen de ergernis van de hofdignitarissen opwekte. Voor den zeer democratisch aangelegden componist was trouwens die etiquette iets onmogelijks. Zondagnamiddag speelt Jos. Hofmann voor de microfoon te Droitwich en ik kan allen kla vierliefhebbers aanraden het snel van den 58- jarigen oud-leerling van Rubinstein te be luisteren. Hofmann is een der grootsten on der de ouderen, technisch onfeilbaar, muzikaa1 veelzijdig en interessant, sterk persoonlijk. Brahms zal men uit Parijs, waar men lange jaren afkeerlg van zlln muziek geweest is. kunnen hooren en wel de eerste Symphonie Zondag, het tweede Piano-kwartet en eenige Liederen Dinsdag. Hoe de Fransche opvatting van Brahms' muziek zal ziin. zuPen we moe ten afwachten. In het Leerboek der Composi tie van V. d'Indy staat nog. dat men voor Brahms eerbied moet hebben, maar dat het moeilijk ls om van hem te houden. Brahms geldt daar zoo'n beetje als verpersoonlijking van Germaansche zwaarwichtigheid. Mis schien zijn de meeningen te dien opzichte veranderd en in 't belang van het onderling begrijpen en dus van den wereldvrede zou men wenschen, dat er nog heel wat meer mee- ningen kenterdenEen artistieke kentering in omgekeerde richting heeft men kunnen waar nemen bij een der meest uitgesproken Duit- sche componisten, Max Reger, wiens Ballet suite duidelijk den invloed van Debussy toont. Men beluistere de uitzending van Huizen op Dinsdagavond, om zich daarvan te overtui gen. Joe Lederer; Unter den Apfelbaumen. Universitas Verslag. Joe Leder er's laatste boek is ongetwijfeld haar beste geworden. Men herinnert zich van deze schrijfster waarschijnlijk nog haar eersteling, waarmee zij ongeveer vijf jaar geleden de aandacht op zich vestigde: „Das Madchen George", een boek dat zich kenmerkte door een aantal zeer verschillende eigenschappen: een bijzondere gevoeligheid en een klare en directe stijl in de eerste plaats, maar aan den anderen kant door een gegeven, dat weinig origineel was en een theatraal en weinig gemotiveerd slot. In haar volgende boeken scheen het. alsof zij toch niet in staat zou zijn de belofte, die haar eerste boek ondanks de fouten die het aankleefden inhield, in vervulling te doen gaan. Zij schreef er nog drie, waarin wel haar eigenaardige, suggestieve stijl behouden bleef, maar waarin zij telkens geen logisch en afgerond geheel van haar verhaal wist te maken en om aan een einde te komen bij een al te abrupte zelfmoord van de hoofdpersoon haar- toevlucht moest zoeken. Die eentonig heid werke op den duur vermoeiend en ver velend; de schrijfster verspeelde de belang stelling, waarmee in den beginnen haar nieuwe romans begroet werden en toen er eenige jaren lang niets meer van haar ver. scheen, werd zij vergeten. Nu echter dezer dagen haar laatste roman „Unter den Apfelbaumen" uitkwam blijkt het dat Joe Lederer, zij het langs een omweg, toch de belofte gehouden heeft die zij met haar eersteling deed: .Unter den Apfelbaumen' is een boek, zoo verfijnd, zoo gevoelig, zoo knap. van stijl en bouw als er maar zelden één verschijnt. De gevaarlijke neiging tot het theatrale, die de schrijfster had en die zoo veel gevoelige bedierf, is volkomen verdwenen; de klare, suggestieve stijl is daarentegen ge bleven en heeft zich zelf nog verdiept, zoodat over dit heele boek, dat de vacantiebeleve- nis van een veertienjarig meisje in een klein Boheemsch stadje behandelt, weinig slechts en heel veel goeds te zeggen valt. Bepalen we ons daarom ditmaal tot het goede. Want hoe levendig is dit alles niet weer gegeven. hoe fijn is de ontgoocheling van het kleine meisje, dat de zomervacantie komt doorbrengen bij haar twee jaar ouder nichtje Sophia, dat tot nu toe haar grootste vriendin en eenige vertrouwde was, gedacht en be schreven! Die ontgoocheling waarvan ver scheidene phases zich afspeLen onder de appel boomen, die staan achter het huis van Tante Marie, de moeder van Sophia, en die de groot ste is. die 'ze ooit beleefd heeft en volgens haar eigen overtuiging ooit beleven zal: dat laatste zou bovendien ook uitstekend bewaar heid kunnen worden, want is het niet bijna altijd de eerste maal, dat men iets onder vindt, die de grootste indruk maakt? Ieder jaar is het nichtje de zomervacantie komen doorbrengen bij tante Marie, in het groote geheimzinnige huis met den grooten geheimzinnigen tuin, waarin twee kleine meisjes samen veel kunnen beleven, dat hen tot onverbrekelijke trouw aan elkander' ver plicht. Die trouw bestaat dan ook en is vast gelegd in vele plechtige geloften, zooals kin deren die elkaar plegen te doen: een gelofte van elkaar alles te zullen vertellen, van nooit iets voor elkaar geheim te zullen houden, van er nooit grootere vriendinnen op na te zullen houden. In de vacantie, die beschreven wordt, blijkt dat de ontrouwe Sophia al die geloften de een na de ander verbroken heeft, zij heeft een andere vriendin gevonden, weer twee jaar ouder dan zij zelf; als een tooneelgezelschap een paar weken lang voorstellingen in het stadje geeft, beleeft Tinka, de bewonderde en aangebeden vriendin, haar eerste liefdesge schiedenis met een veel ouderen man. en het kleine meisje beleeft het heele geval mee, zonder te begrijpen, wat er zich afspeelt, ter wijl Tinka al haar belevenissen aan Sophia toevertrouwt, en Sophia alle plechtige geloftes schendt door alles voor zich te houden en haar nichtje in volkomen onwetendheid te laten. Pas als de tooneelspeler met de Noorderzon vertrokken is, Tinka en het spelletje uit tijd verdrijf heeft gelaten voor wat ze zijn, komt het verraad uit: Tinka laat in haar wanhoop alle voorzichtigheid varen onthult alles wat er gebeurd is en het kleine meisje ziet zich met een slag alles ontvallen, dat haar tot nu toe heilig was. Het besef, dat zij den heelen zomer lang door het oudere tweetal buiten alles ge houden en uitgelachen is, is har teveel. Zij vraagt haar moeder haai' thuis te laten komen en reist af. Het is vooral de fijne, weloverwogen bouw Norma Shearer en Robert Montgomery in de Metro-film „Riptide" (Als een Vrouw liefheeft)die deze week in het Luxor Theater draait. komen, is de voor een Nederlandsche burger publiek moeilijk te begrijpen omgeving van de Amerikaansche pretmakerswereld. Mary, die later blijkt een vrouw met zuiver gevoel en een idealistische opvatting te zijn en de iet wat stugge en zwaarmoedige lord Phillip ont moeten elkaar op een feest en de geweldige hoeveelheden alcohol, die men daar drinkt, maken het alleen mogelijk, dat dit jaar bij de allereerste kennismaking reeds tot het ero tische uiterste gaat. Uit deze roes ontwikkelt zich echter een liefde voor 't leven; innig is het jonge paar aan elkander verknocht, en des te grooter is de teleurstelling voor Mary, wanneer haai man haar voor langen tijd voor zaken ver laten moet. Als deze afwezigheid het gevoelige vrouwtje te zeer drukt, stelt de frivole tante Hetty haar voor, wat afleiding te zoeken ln het on gebonden leven van de rijke jongelui, in wier kringen Mary vóór haar huwelijk zeer gezien was. Het meisje, alweer zwaar onder den drank, gaat een vroegeren vriend van haar. het beruchte fuifnummer Tommy (Robert Montgomery) van zijn kamer halen en bij het nachtbraken wordt het paar in een sentimen- teele alcoholische roes naar elkander gedre ven. Maar Mary heeft nog juist genoeg tegen woordigheid van geest overgehouden, om haar slaapkamerdeur te sluiten. Bij een poging om deze te forceeren, valt de dronken Tommy van een balkon naar beneden. Er ontstaat een schandaal, dat tot Phillip doordringt. Deze roept bij thuiskomst zijn vrouw ter verantwoording, maar hij kan niet gelooven, dat er niets ergers gebeurd is dan hetgeen zij hem naar waarheid opdischt. Een vervreemding treedt in. En nogmaals wanhopig zoekt Mary opluch ting bij het stel drinkebroers in de nachtsicie- teit, waar zij ook Tommy weer vindt, tegen wiens aandringen zij thans geen weerstand genoeg meer bezit. Wederom ter verantwoording geroepen, wil zij haar man nogmaals de waarheid vertellen, maar zoodra zij bemerkt, dat dit zoowel zijn leven als dat van haar en hun dochtertje zou vernietigen, besluit zij zich met ontkenning te redden. Maar Phillip laat zich niet om den tuin leiden, en vraagt echtscheiding aan. Tijdens de echtscheidingsprocedure bemer ken de beide menschen, dat zij ondanks alles nog teveel van elkaar houden en wanneer Mary op loyale wijze afstand doet van alles en zelfs haar kind aan den man overlaat, omdat zij begrijpt, dat dit haar rechtvaardige straf is, ontroert deze boetedoening den echtgenoot zoo, dat alles vergeven en vergeten is en het drietal tezamen blijft. Het is een verdienste, dat de film van Tom my, den verleidelijken doordraaier, geen an tipathiek iemand heeft gemaakt, maar een naief en tenslotte zelfs toch ook ernstig en goedhartig wezen. Want hierdoor wordt het conflict zuiverder gesteld. De ironie en de dronkemanshumor van Tommy brengen de lichtere toetsen aan in dit drama, waarin een enkele episode, de gemoe- van dezen roman, die eigenlijk niet meer dan een groot opgezette novelle is, die dit laatste boek van Joe Lederer zijn charme verleent. Het verhaal op zich zelf is betrekke lijk onbelangrijk: dat oudere mannen, tooneel - spelers of niet, misbruik maken van het vertrouwen van al te naïeve kleine meisjes, is in het dagelijksoh leven geen zeldzaam heid, en in de romanliteratuur is het dat nog minder. Wel een zeldzaamheid echter is het. als een schrijver of schrijfster van een zoo „alte Geschichte" werkelijk iets nieuws weet te maken; en dat is het wat Joe Lederer ge lukt is, doordat zij har lezers het geval van het standpunt van een kind veertien jaar laat beleven. Zij is er op die manier in geslaagd het al te vaak gebruikte gegeven oorspronke lijkheid in te blazen, wat des te opmerkelijker is, omdat in haar vorige boeken juist de be handeling van het gegeven zelden eenige oor spronkelijkheid had. Zoo blijkt ook uit dit geval alweer de juistheid van de theorie, dat de zwakheden van een beginnend schrijver juist dikwijls later zijn sterke punten wor den. En aangezien Joe Lederer in „Unter den Apfelbaumen" haar rake visie op menschen en dingen en haar knappe wijze van beschrij ven bewaard heeft,, is het een prachtig ge heel geworden. Het kleine Boheemsche stadje wordt onder haar handen een oord van romantische bekoring, een ideale achtergrond voor het stukje kinderleven, dat er zich af speelt. Buitengewoon beeldend zijn de men. schen, verschillende figuren beschreven: de kleine, wijze hoofdpersonen met haar droomen en illusies, de dweepzieke Sophia met haar vage verlangens en melancholieën, de zelf verzekerde bewonderde Tinke, Tante Marie, de goedige, mar nuchtere en de verre, be grijpende moeder. Het herscheppen van de eigenaardige sfeer die kinderlevens pleegt te omgeven, is wel de moeilijkste taait, die een schrijver of schrijf ster zich stellen kan. Met „Unter den Apfel baumen" heeft Joe Lederer tot op zekere hoogte het pendant geschapen van dat andere merkwaardige boek, waarin Manfred Haus- mann zoo suggestief het leven van een paar jongens van veertien en zestien weergeeft: „Abel mit der Mundharmonika". Hier zijn het meisjes, mar van de beide boeken gaat dezelfde frissche, dichterlijke, half sprookjes achtige bekoring uit: de bekoring, die van kinderen uitgaat, omdat zij nog zoo sterk hun eigen leven, en zoo weinig dat van de wereld leven. WILLY VAIN DER TAK, delijke brand op het kasteel, wel zeer zonder ling en ondoordacht aandoet. Hoewel het thema, mede misschien door het onsympathieke milieu, niet zoo ontroerend be werkt is als in sommige andere huwelijks tragedies uit de Amerikaansche productie en in vergelijking daarmee zelfs zwak is te noe men, verleen en het weeke en tintelende spel van Norma Shearer en de markante typeering van Robert Montgomery aan deze vertooning beteekenis. Het bijwerk beweegt zich in de gebruikelijke genres. H. G. CANNEGIETER» REMBRANDT THEATER. „Goud" met Hans Albers. Hans Albers, de man met het wilskrachtige gezicht, heeft voor het publiek altijd bijzon dere bekoring. Een filmprogramma, waar zijn naam op voorkomt, trekt, steeds volle zalen. Men kan er ook bijna altijd zeker van zijn, dat men in een Hans Albers-film een held te bewonderen krijgt, die in de spannendste en gevaarlijkste avontu ren verwikkeld raakt, welke evenwel, dank zij zijn juiste kijk op dingen en menschen en zijn voor niets en niemand buigen de wil en zijn doorzicht tot een, voor hem. goed einde, worden gebracht. Een man met een spre kend masker als Hans Albers heeft, wien de wilskracht als op het ge zicht geschreven staat, is als het ware gescha pen voor dergelijke rol len. In Goud zijn BrigittcBrigitte Helm. Helm en Lien Deyers zijn tegenspeelsters. Llen Deyers heeft maar een klein rolletje, maar ze speelt het heel, heel fijn. Daar de film al eerder in Haarlem is ge weest en toen besproken is, behoeven we er niet meer over te schrijven, dan liefhebbers van spannende films aan te raden deze week een avond naar Rembrandt te gaan. Het Fox Movie News en Polygoon's Hol lands Nieuws geven beide fragmenten van de huwelijksplechtigheid die Donderdag in En geland plaats had. Zoo krijgen we een idee van het enthousiasme waarmee Engeland dat vorstelijke huwelijk gevierd heeft. Op het tooneel vergasten de „4 Serenaders" de bezoekers met hun accordeons op zeer goede muziek, die zoo gewaardeerd werd dat de accordeonisten een toegiftje moesten geven. Bali, het Eiland der Demonen. Op verzoek wordt Zondagmorgen in het Rembrandt Theater een reprise gegeven van het verleden week vertoonde filmwerk over Bali, het Eiland der Demonen. Wie deze film nog niet zag, kan morgen zijn schade dus inhalen. Als No. één op de verlanglijst van iederen ontwikkelden Haarlemmer staat „VOLK IN TWEESTRIJD" Het nieuwe meesterwerk van NIS PETERSEN, de schrijver van „De Straat der Sandalen- makers". Dit boek is een geschenk van blijvende waarde, het verdiept Uw leven en verrijkt Uw geest. In luxen band, voorzien van Anton Pieck's fraaie ontwerpen, ad ƒ3.90 verkrijgbaar bij alle Haarlemsche Boek handelaren. (Adv. Ingez. Med.) Inbreker gevraagd. Inbreker gevraagd, het vroolijke spel van onzen stadgenoot Henk Bakker en Jan Fa- bricius, dat morgen voor het eerst in onzen Stadsschouwburg te Haarlem zal worden op gevoerd heeft in de provincie, waar het in de maand November door Het Nieuwe Schouwtoo- neel werd gespeeld een zeer goede pers gehad. Zoo schreef de Middelburgse he Courant: „Een vroolijk spel.... inderdaad, het ls een en al vroolijkheid. maar den verstaander zegt het meer dan minig zwaarwichtig drama. Er ko men in dit spel tal van komische situaties voor Eigenlijk is het er een aaneenschakeling van en de toeschouwer lacht, in alle toonaarden van het begin tot het einde" en De Dordrecht- sche Courant schrijft over de hoofdrol, ge speeld door Lou Ezerman: „Een sublieme too- neelfiguur, een figuur, waaraan Ezerman's naam voor altijd zal verbonden blijven. Een zoo gave. een zoo boeiende, een zoo beheersch- te pantoffelheld als Ezerman's schepping ziet men zelden. En naast die heerlijke gestalte, die bangerd, die het waagt met inbrekers te onderhandelen, stond een vcrrukelijk char mant dienstmeisje van Dogi Rugani. Het spel heeft een avond van uitbundig vermaak ge schonken. Kalenders. De Bond van Nederlandsche Volksuniversi teiten heeft een kalender voor 1935 uitgegeven, die voor elke week een teekening of een foto biedt of een reproductie van schilderijen van bekende meesters. Achterop de bladzijden staat verklarende tekst van de afbeelding. Uitgegeven door het VERDINASO is een maandkalender, de Dietsche Volkskalender voor 1935, uitgevoerd in witte letters op een blauw fond met een roode en witte rand er omheen. Bekende uitspraken over Dietschland zijn op elk blad afgedrukt. C. J. Terwee te Putten heeft een Bezaan kalender het licht doen zien, die voor elke drie maanden een reproductie van een hout gravure van J. Bezaan bevat. De kalender is verschenen in een oplaag van 500 exemplaren Wij ontvingen de kloeke Nederlandsche Folklorekalender, uitgegeven door de N.V. Uit geverij v'h C. A. Mees te Santpoort. Voor elke twee weken geeft deze kalender een teekening van een volksgebruik met verklarenden tekst. Bij voldoende in teekening zal deze kalender in volgende jaren worden voortgezet, zoodat de kooper dan een steeds vollediger verzameling van volksgebruiken krijgt, in een speciale por tefeuille te bewaren. N. Sickenga leverde zes gekleurde teekenin- gen voor een kalender, die op één blad twee maanden aangeeft. Er zijn gereproduceerd teekeningen van een haan. een keeshond, paardenkoppen, een kind met een konijn, gei ten en een kalkoen. Tenslotte vestigen we de aandacht op de weekkalender van de Nederlandsche Vereeni- ging van Huisvrouwen. Deze kalender bev.rt achterop elk blaadje mededeelingen, gegevens, wetenswaardigheden en foto's over afdeelin- gen en tevens bovendien nog speciale recepten.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1934 | | pagina 17