Haarlem's Dagblad | 1934 | 20 december 1934 | pagina 10

Uit Haarlem's Gemeenteraad.

DobbcSfncmn
lebber... man!

DONDERDAG 20 DECEMBER '34

HAARLEM'S DAGBLAD

6

VERGADERING VAN WOENSDAG 19 DECEMBER.

Behandeling van de ontwerp-begrooting
van inkomsten en uitgaven der gemeente
voor den dienst van 1935.

ALGEMEENE
BESCHOUWINGEN.

De heer Reinalda (s.d.a.p) geeft een
overzicht van de economische positie var. de
gemeente. Sedert de behandeling van de be
grooting verleden jaar staat nog niet in cij
fers vast of die positie een andere is gewor
den. De belastingcijfers over 1932 en 33 ga
ven een indruk, over 1934 kan nog niets gezegd
worden omdat de de cijfers ontbreken. Het
beiastbaar inkomen van de ingezetenen van
Haarlem is met 10 millioen teruggeloopen. De
positie van Haarlem tegenover het geheel is
een eigenaardige. Haarlem is niet alleen een
woongemeente doch ook een werkgemeente.
Het gemiddelde cijfer van de positie der be
woners uit de omliggende gemeenten is an
ders dan die van de Haarlemmers. Meer dan
ooit nijpt, voor Haarlem de noodzakelijkheid
een nieuwe grensregeling, om te raken uit de
economische knel uit de grens, die om Haar
lem is gelegd. In plaats van dat Haarlem met
haar ontzaglijke werkloosheid vooruitaat met
de rijksmaatregelen ziet men dat B. en W. een
kwart millioen reserveeren omdat men hier
ee nstrop heeft aan die Rijksmaatregelen. De
grensregeling van Haarlem in 1927 is zeer on
voldoende. Het is dor hout hier, terwijl elders
roene oases liggen.

Aan de autonomie belfbeschikkingsrecht
der gemeente wordt getornd. In plaats van
beter raakt men er hier steeds slechter aan
toe. Al de in den loop der laatste vier jaar
hier getroffen maatregelen zijn gevolgen van
de maatregelen van het Centraal Gezag, Met
de tengevolge van de vermindering van de
draagkracht der bevolking van het belasting-
oppervlak. is de toekomst onzeker geworden.
Tengevolge van de financieele politiek van
1923 zijn alle benoodide reserves hier volledig
ingeteerd. De crisis hier doet zich op de fi
nancieele positie van de gemeente sterker gel
den dan van andere gemeenten.

Welk gedeelte van het volk wordt het ergst
getroffen? Spr. constateert dan. dat niet al
leen de arbeidersklasse wordt getroffen. Hij is
overtuigd, dat het heele Nederlandsche volk
getroffen wordt. De gemeentelijke overheid
heeft sterk besnoeid op sociale maatregelen.
Her deel der bevolking, dat het 't minst kon
lijden is er het slechtst aan toe gemaakt. Hier
en daar in ons land reeds, moest geconsta
teerd worden, dat men zich in medische krin
gen ongerust maakt over ondervoeding der
kinderen. Het is de taak van Haarlem's ge
meenteraad rekening te houden met den nood
van groote groepen der bevolking. Over de
steur.normen za! spr. het niet hebben, maar
door de landspolitiek loopt de koopkracht van
de bevolking terug, zoodat die politiek funest
wordt voor de maatschappij.

De reserves voor de gemeente zijn uitgeput,
ook die van de bevolking is uitgeput en daar
om handhaaft spr. zijn critiek op het finan
cieel beleid. Het centrale gezag trekt de werk-
loosheidzorg tot zich. wat spr. kan appreciee-
ren, maar de gemeente moet zich beschermd
weten tegen de aanvallen, die haar een kwart
millioen zullen kosten door de voorgestelde
twee wetsontwerpen. B. en W. worden aange
schreven, om eerst de begrooting naar Ged.
Staten te sturen, vóórdat de raad haar ziet.
B. en W. van Haarlem zijn hier niet op inge
gaan. Zij hebben de ontwerp-begrooting wel
ingestuurd, ongeacht de vraag, of ze er toe
genoodzaakt waren. De raad is echter thans
volkomen vrij allen met de begrooting te doen,
wat hem goed dunkt. Anders zou het poppen
kas' zijn er over te spreken.

(Bovenstaande is reeds in een deel der
vorige oplage opgenomen.)

(Vervolg.)

De heer Reinalda erkent mèt het college
dat aan verhooging der personeele belasting-
niet te ontkomen is. Maar met de voorgestelde
verhooging is spr. het niet eens en de fractie
verzet zich hiertegen. Ze wil de bestaande
heffing naar draagkracht handhaven.

Wat de tariefsverlagingen betreft, B. en W.
zagen de noodzaak de gas- en electriciteitsta-
rieven te verlagen, gedreven door de crisis.
Het zwaarste drukt de telkens terugkeerende
meterhuur. B. en W. doen iets, maar onvol
doende volgens spr. Hij ziet liever de meter-
huur verlaagd dan de tarieven. Het is beter
de meterhuur af te schaffen en de tarieven
te handhaven dan andersom.

Er zijn nog meer heel ernstige bezwaren,
die bij de behandeling wel ter sprake zullen
komen.

Spe. had gaarne gezien dat B. en W. deze
begrooting hadden aangegrepen om aan den
raad in veel sterkere mate crisismaatregelen
voor te stellen. Het werkfonds 1933 met een
bedrag van 60 millioen is een aoode musch,
die het volk getoond is. Als die doode musch
er niet was geweest, zou men verder geweest
zijn dan nu. De reorganisatie van het Ver-
wuift de brug over het Spaarne enz. die wer
ken zijn belemmerd.

Sedert jaren zün hier een havenplan, een
voorlichting van de zijde van B. en W. over
inóustrieele mogelijkheden en over de
crisis, maar een gefundeerd onderzoek naar
de economische mogelijkheid is noodzakelijk.
Het is beter die zaak centraal te bekijken,
doch als de regeering niets beter weet te doen
<ian de 60 millioen uit te hangen als lokvo
gel. dan moeten de lagere organen bedoeld
onderzoek niet verwaarloozen. Sur. vraagt of
hieromtrent crisismaatregelen genomen
kunnen worden.

Over de volkshuisvesting sprekende merkt
hij op, dat deze behartigd moet worden en
voortgezet met krotopruiming, afgezien nog
van wat noodig is voor de uitbreiding van de
gemeente.

Door de crisis heeft vooral het volksonder
wijs moeten lijden, maar het openbaar on
derwijs moet beschermd worden tegenover
het bizonder onderwijs. Zijn bezuinigingen
noodig dan moeten die voor beide gelijk zijn.
Het peil van het onderwijs mag niet verlaagd.
Het openbaar onderwijs mpet een voorwerp
van voortdurende zorg van de gemeente blij
ven.

Op den voorgrond moet staan bij B. en W.
een zeer oplettende zorg voor de gezondheid
van de bevolking. De „gezondheidsgolf" die we
kenden, is voorbij. Want in de woningen der
ingezetenen knaagt de mogelijkheid tot
ondermijning der volksgezondheid.

In dezen raad ontbreken de bindende ele
menten, die in deze crisis noodig zijn. In
die crisis staat de socialistische democra
tische partij ongebroken, en zij is overtuigd,
dat in het belang van het volk dat bindende
element absoluut vereischt is.

Mr. Van Dam (V.D.« zegt. dat de fractie
groote waardeering heeft voor het werk van
het college dat moeilijk is in deze tijden, en
zij brengt hulde daarvoor aan B. en W., al
heeft hij enkele bedenkingen er tegen.

De eerste taak van het gemeentebeleid is

|het lenigen van de nijpenden nood van een
groot deel der Haarlemsche bevolking. De
Vrijz.-Democraten hebben als richtsnoer voor
de door hen aan te nemen houding, de ge
dachte door sociale rechtvaardigheid en de
bescherming der economisch-zwakkeren.

Noodzakelijk is de werkloosheidszorg. De
gemeenschap benoeft geen dank omdat zij
haar sociale plicht tegenover de werkloo-
zen ten koste van zware offers vervuld heeft,
zij verdient echter zeker ook niet de verwij
ten. die sommige groepen der werkloozen dik
wijls tot haar richten. De gemeente kan een
omvang der werkloosheid beperken door het
doen uitvoeren van werken. Misschien kan de
koopkracht der werkloozen verhoogd worden
door levensmiddelen goedkoop ter beschikking
te stellen. De Vrijz.-Dem. vragen vooral aan
dacht- voor de jeugdwerkloosheid, om dat dit
een bijzonder belangrijk sociaal probieem is,
een urgent levensvraagstuk voor de toekomst
van land en volk. Aan de jongeren moet een
plaats verschaft worden in het arbeidsproces,
en men mag niet terugschrikken voor ingrij
pende maatregelen, zooals afvloeiing van
ouderen ten bate der jongeren. Voor de werk
verschaffing zou de maximum leeftijdsgrens
op 55 jaar gesteld kunnen worden. Misschien
is het mogelijk bij elk door de gemeente uit
te voeren werk een bepaald percentage jonge
werkloozen te werk te stellen. Aandacht wordt
gevraagd voor de technisch geschoolde jonge
werkloozen. De middenstand lijdt grooten
nood, de reserves zijn opgeteerd, het teveel
aan winkels is schrikbarend. Het verdwij
nen van winkels heeft groote vormen aan
genomen, dat beteekent een economisch ver
lies van geïnvesteerd kapitaal en moreele
schade voor de betrokkenen. Allerlei onsolide
bedrijfjes, die komen en verdwijnen, bederven
het voor de solliede middenstanders en ms
het bedrijf kapot. Meer dan ooit is samen
werking noodig, partij gekrakeel moet verme
den worden.

De Vrijz.-Dem. willen de opcenten op de
personeele belasting bepalen op 130. Deze be
lasting is een der minst sympathieke belas
tingen die de V. D. kennen. Het is opmerkelijk
dat naast de verhooging van lasten geen nieu
we bezuiniging wordt voorgesteld. De eenige
bezuiniging is het ontslaan van den bezui
nigingsinspecteur. en hieromtrent vraagi. spr.
nadere inlichtingen. De fractie vraagt alle
door den bezuinigingsinspecteur uitgebrach
te rapporten ter visie van den raad te willen
leggen. De V. D. zijn van oordeel, dat verhoo-
ging van belastingdruk ontoelaatbaar is zoo
lang er nog bezuiniging mogelijk ls.

Bezuinigingen zijn te vinden in: vermin
dering van de storting in het pensioenfonds
met 158,370 en terugstorting uit het reserve
fonds voor bijzondere doeleinden ad f 46.000.
voorts nog: intrekking van telefoonvergoe
ding voor de raadsleden, inkrimping van de
personeelsformatie van bouw- en woningtoe
zicht, reorganisatie van de werkwijze en in
krimping van de personeelsformatie van
openbare werken, opheffing van de gemeente
lijke bloem- en boomkweekerijingrijpende
reorganisatie van het onderhoud van wandel
plaatsen gen plantsoenen, opheffing van het
laboratorium voor pathologische bacteriologie
opheffing van de gemeentelijke Montessori
school. opheffing van het gemeentelijk bu
reau voor beroepskeuze, combinatie van de
functies van gemeente-ontvanger en hoofd
van den Incassodienst, vervanging van de
leerkrahten van de bezinkingsklassen aan
de buitengewone scholen door fröbel-onder-
wijzeressen, verlaging van de extra belooning
aan het personeel van de dag-openlucht-
school en verdere doorwerking van de com
binatie van de administraties der lichtfabrie
ken. Met de verhooging der opcenten op de
Personeele Belasting kan de fractie niet mee
gaan.

De heer Wolzak (a.r.) zegt dat de mee
ning, als zouden er geen binnende elementen
zijn zij het nemen van bezuinigingsmaatrege
len onjuist is. Voorstellen tot bezuiniging wor
den ditmaal door B. en W. niet gedaan. De
methode van den heer Castricum om den
begrooting terug te zenden voor wijzigingen
Ls, evenals de heer Reinalda beloofd heeft,
niet juist. De maatregelen door den heer Cas
tricum aangegeven zouden niet voldoende
zijn. Spr. had graag bezuinigingvoorstellen
gezien. Uit de rapporten van den bezuini
gingsinspecteur zou blijken dat er twee ton
zou kunnen worden bezuinigd. De rapporten
zijn niet overgelegd. De inspecteur vreesde de
critiek niet. Van B. en W. heeft, hij niet
steeds de noodige medewerking verkregen. Hij
was 5 maanden op het stadhuis zonder dat
hij werk had zoodat hij een paar duizend gul
den zonder werk er voor te doen ontving.
Zoolang de Raad de bezuinigingsrapporten
niet ziet is het den raad onmogelijk aan be-
lastingverhooging mee te werken. In de me
morie van antwoord staat, dat er een com
missie van 3 leden (hoofdambtenaren) be
noemd is. om rustig te bekijken op welk punt
nog bezuinigingen mogelijk zijn. Spr. criti-
seert de samenstelling van die commissie,
voor wie. bestaande uit ambtenaren die over
ambtenaren moeten oordeelen, het moeilijk Ls
objectief te blijven.

Over Maatschappelijk Hulpbetoon zegt spr.
dat die dienst in Utrecht. Arnhem en Gro
ningen veel minder kost dan in Haarlem, door
goedkoopere verzorging der administratie.

Mevr. mr. Schel te maConradi (v.b>
verklaart dat de voorstellen van B. en W.
teleurstellen, omdat geen bezuinigingen komen
Deze moeten van B. en W. uitgaan. De ge
makkelijkste weg is belastingverhoog ing, doch
men moet dien gemakkelijken weg niet nemen
Vergaande bezuinigingen zijn nu noodig. In
elk geval zal de raad volledige inzage moeten
hebben in de rapporten van den bezuinigings
inspecteur. De instelling van de 3-ledige com
missie is verkeerd, daar de leden niet vrij
zijn in hun optreden tegenover o.a. de Wet
houders.

Meer werk moet gemaakt worden van arbeid
voor den steun. Minder werk moet uitgevoerd
worden door de gemeente in eigen beheer,
als het mogelijk is, dat particulieren het
doen.

Wat voor de gemeente noodig is. moet zoo
goedkoop mogelijk worden aangeschaft, wat
piet gebeurt, zooals uit de stukken blijkt. Op
gehouden moet worden met woningbouw van
gemeentewege. Liever zou spr. zien huur-
verlaging van bestaande woningen.

Men kan accoord gaan met de verlagingen
van tarieven en meters, eveneens de verla
ging van personeele belasting voor koffie
huishouders. Graag had zij gezien dat ook
de vermakelijkheidsbelasting onder oogen was
gezien. De verhooging van de personeele be
lasting is zeer onaangenaam. De precario-
verordening wil spr. aangehouden zien tot
sen gewone zitting.

Mr. Bijvoet (r.k.) zegt. dat in de tijden
en in de te behandelen begrooting weinig pers
pectief zit. De autonomie van de gemeente is
terug gebracht tot *eer beperkte grenzen. De
werkloozenzorg is grootendeels onttrokken aan
het beleid van de gemeente. De regeering treft

OAGEUJKSCH WEERBERICHT

(Adv. Ingez. Med.)

hiervoor geen verwijt, want vele gemeenten
hebben het er zelf naar gemaakt. Spr doelt
hierbij niet op Haarlem.

Spr. brengt een woord van waardeering aan
B. en W. voor de wijze waarop zij haar taak
vervult. Hij noemt daarbij eenige voorbeelden,
waaruit het prijzenswaardig werken van de
wethouders spreekt. Hij heeft vertrouwen in
het college. Spr. maakt aanmerking op wat
B. en W. over den bezuinigingsinspecteur en
zijn werk schrijven. Zij zeggen dat deze niet
verantwoordelijk is aan den raad en de trap-
porten worden niet overgelegd. Spr. is van
meening dat de ambtenaren in dienst zijn
van Haarlem en aan het hoofd van Haarlem
staat de raad. Spr. critiseert het standpunt,
van B. en W. in dezen. Hij hoopt, dat alsnog
de rapporten zullen worden overgelegd, opdat
de raad kan uitmaken of er soms nog ergens
kan* worden bezuinigd.

Voorts critiseert spr. de verhooging van de
personeele belasting, wat hij een zeer on
gelukkig voorstel noemt, dat hij echter aan
B. en W. niet euvel kan duiden. Het is onbil
lijk in deze tijden, want m,en kijkt alleen tegen
de groote huizen aan doch men moest eens
achter gordijnen kijken, dan zou men de
stille armen ontdekken. Het is B. en W. echter
niet euvel te duiden omdat de regeering z.i.
onjuiste bepalingen heeft gemaakt, die hiertoe
wel dreven. Beter ware verhooging der opcen
ten op de gemeentefondsbelasting, die de
regeering echter onmogelijk heeft gemaakt.
Thans zal spr, voorstemmen doch mocht een
volgende maal weer een verhooging van per
soneele belasting worden voorgesteld, zou spr.
wel eens tegen kunnen stemmen.

Zijn meening over de voorstellen van den
heer Castricum wil spr. opschorten tot de
voorsteller ze heeft toegelicht.

Spr. brengt een woord van waardeering
aan den burgemeester voor de orde en rust
die hier in Haarlem heerschen. De ordening
van den middenstand zal moeten geschieden
door de regeering.

De heer Bijvoet meent, dat de christelijke
overtuiging en het nationaliteitsgevoel bij^ de
S.D.A.P. ontbreken, en daarom kan hij zich
voorstellen dat de S. D. A. P. meent dat het
bindend element ontbreekt.

De heer Visser <c.h.) Ls van oordeel, dat
de vorostellen van den heer Castricum over
de vergaderingen van den Raad niet in het
algemeen belang zijn. De raad heeft met op
twee na alle stemmen aangenomen bij uit te
voeren werken de georganiseerde patroons te
betrekken. Het gaat nu niet aan. een ander
standpunt in te nemen en wel dit: we gaan
naar den goedkoopste, al is die ongeorgani
seerd.

Hij vraagt of het niet mogelijk is het aantal
opcenten van 60 te verlagen op 30 en dan
het bedrag van f 198.000 voor storting in 't
pensioenfonds) met een overeenkomstig be
drag te verminderen. Hij dringt aan op het
overleggen van de rapporten van den bezui-
ningingsinspecteur. Hij wil verder gaan en een
commissie van raadsleden laten benoemen
om te onderzoeken of er nog bezuinigingen
in te voeren zijn.

Niettegenstaande de verwerping van zijn
vroeger gedane vorostellen is toch al eenigs-
zins gewerkt in die richting. De heer Meyer
de Vries heeft gezegd, dat 230 a 300 millioen
aan werkloozenzorg worden besteed. Deze zei,
dat deze uitgave niet kan doorgaan zonder
dat men er iets voor terugkrijgt. En spr. be
toogt, dat voor den steun iets terugontvangen
moet worden. Hij brengt hulde aan het werk
van den Wethouder inzake de werkloosheid-
zorg. doch in het systeem moet verandering
komen. De crisis is geen voorbijgaand ver
schijnsel.

De heer Castricum (R.-K.) constateert,
dat men steeds tegen belasting verhooging was,
doch dat er groote lasten zijn ingevoerd. De
voorgestelde verhooging der personeele belas
ting zal uitwerken, dat zij. die het minst kun
nen lijden, er het meest door getroffen wor
den. De voorstellen voor verhooging der per
soneele belasting, zooals ze er liggen kunnen
niet door den beugel. Laat, men deze verhoo
ging op 130 opcenten stellen. Spr. heeft niet
de overtuiging, dat de f 435.COO niet gevonden
kunnen worden in bezuinigingen. Met allen
aandrang moet er op worden aangestuurd, de
belastingen zoo laag mogelijk te houden. Deze
gedachte lag ten grondslag bij het opstellen
van zijn voorstellen Hij verdedigt, dan zijn
voorstellen om de wedden der wethouders te
verlagen, om geen presentiegelden meer uit te
betalen voor elke bijgewoonde raadszitting,
om de vrije telefoon sluit ing voor de raadsle
den te laten vervallen en de bioscopen te slui
ten op eersten Paasch- Kerst- en Pinksterdag.

De vergadering wordt hierop geschorst tot
des avonds.

AVONDVERGADERING.

De eerste spreker 's avonds is de heer Peper
'communist», die zegt dat deze begroot ing
misschien de laatste Ls. die in tegenwoordig
heid van de communisten zal worden behan
deld, omdat op het verwijderen van revolution
nairen uit de vertegenwoordigende lichamen
aangestuurd wordt. Deze crisis is niet van
voorbijgaanden aard, zooals de heer Visser al
zei.

Spr. roert het geval-Schuddeboom (bezuini
gingsinspecteur) aan. Zijn rapport, dat van
een zeker belang kan zijn. is door den wethou
der niet besproken met den samensteller, of
schoon B. en W. de bespreking wensohten. Is
het mogelijk, vraagt hij, dat zooiets kan? De
vrijheid van beweging van de ambtenaren
wordt belemmerd in Haarlem, daar Ls men
happig op. In de laatste vergadering van den
raad is de colportagebeperking gesanction-
r.eerd en deze sanctie is mee gegeven door de
vooraanstaande sociaal-democraten in den
raad. Op de ongegeneerds te wijze is men er in
Haarlem op uit de crisislasten voornamelijk af
te wentelen op de arbeidersklasse.

In het laatste kwartaal 1934 is 82000 M3. gas
minder geleverd, en dit is niet meer in te ha
len. Er komen meer ongelukken bij het nu
groeiend gebruik van petroleum.

De loonen van de gemeentewerklieden zijn
te laag. en dit personeel mag niet meer wor
den ingekrompen Tegen 23 arbeiders is tegen
Kerstmis ontslag aangezegd. De gasmeterhuur
moet worden afgeschaft.

Spr. critiseert. de voorstellen van den heer
Castricum. Hij eindigt met te spreken over de
Sowjet-Unie, een deel van de wereld waar
men opbouwt en opbouwen kan.

De heer Joosten (s.d.a.p.) kan geen hulde

brengen aan het college. De vertegenwoordi
gende lichamen kunnen zich alleen richten
naar het economisch en sociaal leven en spr,
heeft den indruk, dat men daar niet van
doordrongen is. Er zijn 6 maanden verloopcn
tusschen het besluit, een levensmiddelencom
missie in te stellen en de samenstelling er
van. Ze staat onder leiding van een markt
meester. De middenstand wordt gedrukt door
verminderde koopkracht van het publiek en
door de pogingen van velen om ook een han
deltje te beginnen. Het is verkeerd dat bij de
vele werkloozen nog een contingent honge
rende tusschenhandelaren komt.

B. en W vinden geen aanleiding de pro
gressie in de personeele belasting te handha
ven. Het gevolg is. dat de menschen met de
kleinste koopkracht het meest getroffen wor
den.

Al is spr. niet ongevoelig voor het argument
van ruime woningen met verborgen armoede,
toch houdt in het algemeen het inkomen ver
band met de woning, die men bewoont. De
personeele belasting beteekent een belasting
op de luxe in een woning en terecht zijn de
woningen beneden een bepaalde huurwaarde
uitgeschakeld.

Spr. stelt voor B. en W. uit te noodigen tot
het indienen van een voorstel om de progres
sieve regeling der opcenten in de bestaande
verordening op de personeele belasting te
handhaven. (Dit voorstel wordt ondersteund».

Voorts stelt hij voor B. en W. uit te noodi
gen tot het komen met een voorstel tot verla
ging van gas- en electriciteitsmeterhuur, des
noods met opoffering van de tarievenverla-
ging, (Ook dit voorstel wordt gesteund».

Spr. wijst er op. dat de heer Castricum met j
zijn voorstellen slechts bespaart 2.83 pet, op
het totaal dat bespaard moet worden. De rest,
f 422.500) zegt de heer Castricum, moet op een
zelfde manier gevonden worden. Deze methode
vindt spr. zeer onvoldoende.

Ook de voorstellen van den heer van Dam
acht hij verkeerd.

Spr. vindt het zeer onbehoorlijk dat een
ambtenaar, (Schuddeboom) mededeelingen
doet aan raadsleden over dingen die hem uit
zijn dienst bekend zijn. (Bijval van B. en W.»

Ieder ambtenaar heeft den plicht dergelijke
dingen niet naar .buiten mede te deelen, en
raadsleden beschouwde spr. in dit geval ook
als „buiten"-staanders. Hij is het eens met
hen, die de rapporten van den beauinigimgs-
inspecteur wenschen te zien.

Het vervangen van leerkrachten van de be
zinkingsklassen door fröbel-onderwijzeressen,
acht spr. volkomen verkeerd.

De heer Van T e t e r i n g (r.-k wijst op
de belangrijke plaats, die dè middenstand in
Haarlem inneemt. Het is de plicht van het ge
meentebestuur den middenstand te steunen.
Dat kan op vele manieren gebeuren. Spr. laat
zijn waarschuwende stem hooren tegen ge
meente-ordening in het middenstandsbedrijf.
Ordening moet er zijn, maar laat de organisa
ties het zelf doen.

De heer Kuiper (r.-k.) merkt op. dat voor
het gemeentepersoneel hier een salarisrege
ling is .die er zijn mag. gezien de omstandig
heden en gezien andere gemeenten. Een woord
van hulde aan B. en W. is hiervoor op zijn
plaats.

Er zijn tal van gezinnen, vooral kinderrijke,
waar gevaar voor ondervoeding bestaat. Spr.
vraagt den raad alles te doen wat mogelijk is
die crisisslachtoffers tegemoet te komen. De
steunbedragen zijn vastgesteld, en dit. heeft
men te aanvaarden. Maar de koopkracht van
die slachtoffers moet zoo groot mogelijk wor
den gemaakt. En de producten van de gemeen
te moeten hun gegeven worden voor den laagst
mogelijken prijs. Niemand heeft het recht pro
ducten te verlangen ver beneden den produc
tieprijs. Maar omgekeerd is het even verkeerd
gas enz. te leveren voor een prijs ver boven den
kostprijs uitgaande.

Spr. wenscht, dat de bedragen, die nu minder
ontvangen worden door de gemeente door de
tariefsvoorstellen van B. en W„ uitsluitend ten
goede komen aan hen die in nijpenden
nood verkeeren. Als die menschen een kwartje
per week sparen, dan wordt dat misschien
aangewend voor brood.

Antwoord van
Wethouder Roodenburg.

Wethouder Roodenburg wijst het com
pliment aan B. en W. gebracht door den heer
Reinalda over het zenden van de begrooting
aan Gedeputeerde Staten af. De begrooting
moest alleen worden toegezonden aan Gede
puteerden vóór de behandeling in den raad.
Een verkeerde opvatting is het te meenen, dat
de begrooting niet eerder aan de raadsleden
toegezonden mocht worden vóór Gedeputeer
den haar hadden goedgekeurd. Haarlem kon
met een gerust hart de begrooting insturen.

Er waren lastiger circulaires van de regee
ring, zooals de aankondiging van wetsontwer
pen, die noodzaakten om de begrooting als ze
bijna sluitend is, om te werken.

Over de verhooging van de personeele be
lasting loopen meeningen nogal uiteen. Som
migen zijn het eens met verhooging tot 160.
anderen willen er de progessie bij houden,
weer anderen wenschten tot 130 te gaan, en
één wilde ze op 100 houden.

Het gaat om het bedrag, dat noodig is. De
heer van Dam wil te dien einde niet een bedrag
van bijna f 200.000 in het pensioenfonds stor
ten, maar minder. Als men begint met een
lager bedrag de eerste jaren, dan beteekent
dat, dat in volgende jaren hoogere bedragen
gestort moeten worden. Men moet nu gaan
storten en kan niet meer uitstellen.

Spr. zou het onverantwoordelijk vinden uit
het reservefonds voor bizondere doeleinden van
f 138.000 een derde te nemen om de begrooting
sluitend te maken.

Men mag zich afvragen in verband met de
toenemende werkloosheid in de laatste weken
of een verhooging tot 160 opcenten wel genoeg
is. Maar B. en W. hebben het er op gewaagd.
Als men kijkt naar omliggende gemeenten,
ziet men, dat Haarlem daar boven staat, maar
in verhouding met andere gemeenten elders
staat Haarlem er nog gunstig voor. omdat ze
nog onder de 200 opcenten blijft.

Met het voorstel-Joosten om dat percentage
progressief te houden kan de wethouder niet
meegaan. De kleine vermindering voor de
minder gesitueerden, brengt mee een groote
vermeerdering voor de paar beter gesitueerden.

In het systeem van B. en W. is er geen groep,
die een verlaging krijgt, wat wel het geval is
bij 130 opcenten; dat zou een bevoorrechting
geven van een bepaalde groep. Spr. betoogt dat
het voorstel-Joosten op den middenstand een
zwaren last legt.

De tariefverlagingen zijn mede oorzaak, dat
de personeele belasting verhoogd moet worden.
B. en W. hadden moeten bezuinigen zegt men.
Maar als B. en W. komen met. bezuinigingen,
dan zijn er steeds groepen tegen.

B. en W. vonden 't beter de rapporten van
den bezuinigingsinspecteur niet ter inzage te
leggen, omdat de ambtenaren vrij moeten
staan tegenover B. en W., wat ze niet doen,
als ze critiek van den raad hebben te ver
wachten. De raad heeft gevraagd inzage van
die rapporten en B. en W. zijn daartoe bereid,
omdat B. en W. het gewenscht vinden, dat de
raad er kennis van neemt. Die ambtenaar
heeft dingen gedaan door de raadsleden rond
te gaan en daar dingen te zeggen, die B. en W.
niet dulden kunnen. Hij zou op 1 Januari weg
gaan, maar Woensdagmiddag is de man op
staanden voet ontslagen. De rapporten zullen
circuleeren in de commissies.

De invoering der tariefsverlagingen brengt
verlichting. Deze voorstellen zijn aangevuld
met meterhuurverlaging, die nog meer ver
lichting brengt, wat noodig is bij de belasting-
verhooging. Als de tarieven minder verlaagd
worden en de meterhuur afgeschaft, ligt het
voordeel niet bij de groep, die het het hardst
noodig heeft, tot staving waarvan spr. cijfers
noemt.

Spr. zegt de voorsteilen Joosten, Kuiper, van
Dam en Castricum te moeten afwijzen.

Het voorstel over de verlaging der precario-
belasting is gedaan om de zakenmenschen te
gemoet te komen en hun een verlichting te
brengen. Ze zal ongeveer gelijk staan met de
inkomsten voor het den heelen dag voor de
deur laten staan van de auto's.

Wethouder Gerritsz
antwoordt.

Wethouder Gerritsz betoogt dat een
onbeperkte vermeerdering van winkels niet
mogelijk is door het uitbreidingsplan der ge
meente. Voorts zijn er verbouwingsvoorschr f-
ten ontworpen die later in den raad zullen
komen die over die vermeerdering regelen
geven.

Wat de vraag om meer bezuinigingen betreft,
merkt spr. op, dat hoewel allerlei diensten uit
gebreid zijn in de laatste jaren, het aantal
ambtenaren daarvan verminderd is met 15
pet. Het onderwijzend personeel is hier niet
inbegrepen. (Dit op een vraag van mr. van
Dam).

Bij Openbare Werken is het aantal ambte
naren en werklieden o.a. sterk teruggeloopen.
Voortdurend let men er op het aantal te ver
minderen. De huidige organisatie van Open
bare Werken is ontstaan uit drie ontwerpen:
van een internationaal bekend bureau, van
den directeur en van den wethouder zelf. Dit
had plaats vóór men nog dacht over bezuini
gingsinspecteurs e.d. Verschillende plaatsen
zijn toen niet meer bezet. Toen kwam de be-
auinigingsinspecteur, die o.a. gesproken neeft
van een afspraak, die hij gemaakt zou hebben
met het college. Maar een ambtenaar staat in
hiërarchisch verband en daar is niets aan te
veranderen. Hij kon hier niet in berusten on
hij heeft zijn plaats niet geweten, wat blijkt
uit zijn daden. De inspecteur had een op
dracht waaraan hij niet voldaan heeft en
daarom heeft de wethouder geen kennis wil
len nemen van zijn rapport. Dit hebben B. en
W. goedgekeurd. Spr. heeft er voor gewaakt
een goed werkende organisatie omver te laten
werpen door iemand, zonder dat de wethouder
er bij was.

De heer Bijvoet: „Maar die gaat door een
rapport toch niet omver!"

Wethouder Gerritsz zegt, dat de inspecteur
in strijd heeft gehandeld met de instructie.
En daarom deed spr. zoo als hij gedaan heeft.
Men kan zeggen dat dit niet juist is. Dan zal
spr. er de verantwoordelijkheid voor dragen.
De inspecteur heeft gehandeld tegen beter
weten in, hoewei de directeur hem attent ge
maakt heeft op de noodzaak met den wethou
der te overleggen.

De vergadering wordt hierop verdaagd tot
Donderdagmiddag.

!GIS SHAG - LICHTE PIJPTABAK

Rookt Oobbelmann's Tabak en géén andorel

(Adv. Ingez. Med.)

INGEZONDEN

Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
Redactie zich niet verantwoordelijk.

Van ingezonden stukken, geplaatst of niet
geplaatst, wordt de kopij den inzender niet
teruggegeven.

Nog eens: Ervaringen uit
Duitschland.

M. de R„

In uw geacht blad las ik dezer dagen een
ingezonden stuk afkomstig van den heer J. M.
Gerritsen. Voordat ik daarop inga, vraag ik
mijzelf af, of al die z.g. oorlogspsychose stuk
ken wel geschikt zijn de vredesgedachte te
bevorderen. Men kan geen dag een courant in
de hand nemen of men ziet een anti-Duitsch
artikel. Zelfs eerwaarde pastoren doen er
aan mee. Terugkomende op het ingezonden
stuk van den heer Gerritsen: zijn betoog
raakt kant noch wal. Ik heb zelf 4 maanden
in Duitschland doorgebracht en 'k heb vol
strekt geen last of hinder ondervonden. In
tegendeel zelfs, hoewel men mij voor een
niet-Ariër zou kunnen aanzien ben ik overal
tegemoetkomend behandeld.

Ën als de geachte inzender schrijft, dat hij
overal Nazi's heeft ontdekt, die militaire
oefeningen hielden liefst 's nachts, is hij
niet op de hoogte met de plichten der S.S. en
S A. Een uniform maakt nog lang geen sol
daat, want dan zouden de sokols ook als
militairen beschouwd moeten worden

Dat in Duitschland orde heerscht zal de
heer Gerritsen wel ondervonden hebben, ge
zien het groote verschil wat men hier onder
orde verstaat in ons door partijgeest ver
stoord land. En dat ei' nog armoede is in
zekere kringen, is niet te verwonderen na
zoo'n vredesverdrag. En toch worden er mil-
lioenen voor de winterhulp bijeengebracht.
En tot slot het gezegde „Duitschland heeft
een dokter noodig", die is er reeds en zijn
naam is Hitier. Verder raad ik den heer Ger
ritsen aan het boek te lezen van Mr. Frank
H, Simons getiteld „Can Europe keep the
peace?" Dan weet hij wat de oorzaak is van
Europa's ziekte.

Tevens wou ik den brief van den z.g. koop
man bespreken. Ik heb don verkiezingstijd in
Augustus meegemaakt en constateerde, dat
de stembriefjes in groote bussen (vijf op een
rij) werden gedeponeerd, zoodat vaii een op
stapelen geen sprake was. Schrijver Is blijk
baar verkeerd ingelicht Of beschouwt hij de
menschen als onnoozele stumperds, die van
niets weten?

Met dank voor de verleende plaatsruimte,
hoogachtend.

A, NEDERHOF.