De Vliegtuigen van de K.LM. DINSDAG 19 FEBRUARI 1935 HAARLEM'S DAGBLAD 3 Waarom is men in dezen tijd buiten- landsche toestellen gaan koopen, terwijl de Nederlandsche industrie uitstekend is Eenige vragen naar aanleiding van de Memorie van Antwoord op de begrooting van Waterstaat. (Van onzen Haagschen correspondent.) Er is sinds eenigen tijd in ons land iets aan de hand met de aanschaffing van vliegtui gen, dat eigenlijk wel heel vreemd aandoet. Ik bedoel het feit, dat een door den staat ge subsidieerde onderneming als de K. L. M., on danks de tot dusverre uitstekende ervaringen met Nederlandsche machines opgedaan, be stellingen in het buitenland is gaan doen. Dat begon al met den tenslotte zoo ongelukkig omgekomen Uiver, een Douglas-vliegtuig, en dat is nu voortgezet met de aanschaffing van een veertiental andere Douglas-machines, In een tijd, waarin men dubbel en dwars blij moest wezen als men bij goed Neder landse h fabrikaat terecht kan gaat het bui tenland strijken met leveranties aan onze nationale luchtvaartonderneming, die zich fi- nantieel door het Rijk gesteund ziet. Daar zit iets kroms in. Dat heeft men blijkbaar ook wel degelijk in ons Parlement gevoeld, met name in de Eerste Kamer. Want het V. V. over de begrooting van Waterstaat vermeldt, dat verscheidene leden het betreurden, dat 14 Douglas-machines in Amerika zijn besteld. Zij idie verscheidene leden) waren van meening dat men hier te lande zeker over voldoend bekwame vliegtuigbouwers beschikt en dat de Nederlandsche industrie dergelijke groote orders zeer wel kan gebruiken. Deze leden, zoo leest men verder, hadden niet den indruk, dat de K. L. M. in alle opzichten heeft getracht de order voor Nederland te behouden en achtten den gang van zaken te meer onbe vredigend, daar deze maatschappij door den Staat wordt gesubsidieerd. Zaterdag jl. is de Memorie van Antwoord op dat V. V. verschenen. En nu kan men daaruit vernemen, dat, toen het zich liet aanzien, dat de K. L. M. niet tijdig de beschikking zou kun nen verkrijgen over een voldoend aantal vliegtuigen van de door de N.V. Nederland sche vliegtuigenfabriek ontwikkelde typen F 22 en F 36, zij ministerieele goedkeuring heeft verworven op het onvermijdelijk geble ken besluit om in hare onmiddellijke behoefte te voorzien door aanschaffing van Douglas D C. 2 vliegtuigen. Zij (de K.L.M.) heeft er, audus de steller der M. v. A., steeds naar ge streefd de Nederlandsche industrie te bevor deren en het lag dan ook aanvankelijk in de bedoeling de benoodigde Douglas D. C 2 vlieg tuigen door de N.V. Nederl. Vliegtuigenfa briek hier te lande in licentie te laten ver vaardigen. Maar aangezien nader bleek, dat dan de eerste vliegtuigen in het gunstigste geval eerst tegen het einde van dit jaar zou den kunnen worden geleverd, hoewel de K.L.M. deze reeds binnenkort noodig heeft om de diensten, welke met het aanstaande zomer seizoen eenige uitbreiding moeten ondergaan, naar behooren te kunnen uitvoeren, moest zij besluiten tot bestelling in Noord-Amerika, zij het dat deze bestelling wegens de door Fokker verworven rechten over de N, V. Neder landsche Vliegtuigenfabriek liep. „Hierdoor is intusschen zoo heet het dan de Fokkerfabriek in staat haar eigen typen verder te ontwikkelen en binnenkort is dan ook de bestelling van een tweede F 36- vliegtuig bij de fabriek te verwachten". Dat doet zoo op het eerste gezicht nog een beetje aan als pleister op de wonde. Niet waar. het is tenminste een troost en tevens een aangename gedachte te weten, dat dank zij dezen vorm van leverantie de Fokkerfa briek straks toch beter in staat zal zijn haar eigen typen verder te ontwikkelen. Wie zich echter door dit fraaie zinnetje niet in slaap laat wiegen, moet wel tot de ontdekking ko men, dat 't slechts de waarde heeft van een,... dooddoener. Want de Douglasmachines ge lijk deze thans besteld zijn, hebben niet de minste overeenkomst met het bedoelde Fok kertype en zoo is er in de praktijk geen kwestie van, dat zij door wat zij als vergelij kend materiaal aan nieuwer en meer inzicht zouden kunnen opleveren, tot de verdere ontwikkeling der Fokkermachines zouden kunnen bijdragen. Maar zelfs wanneer een dergelijke, op zijn zachtst uitgedrukt niet zeer waardevolle zin snede niet in de M. v. A. ware opgenomen, be vat het aan dezen zin voorafgaande al meer dan genoeg, dat aanleiding tot een zeer kri tische beschouwing geeft. Bij het afdeelingsonderzoek is de zaak al gemeen principieel gesteld met de opmerking, dat men hier te lande over voldoende be kwame vliegtuigbouwers beschikt om een der gelijke groote order, die de Nederlandsche industrie zeer wel kan gebruiken, aan haar te gunnen. De Minister is zoo verstandig hierop eigen lijk niet in te gaan. Hij beroept er zich op. dat de K. L. M. niet tijdig de beschikking zou kunnen verkrijgen over een voldoend getal vliegtuigen van het type F 22 en F 36 en ver zekert voorts, dat de K. L. M. er steeds naar gestreefd heeft de Nederlandsche industrie te bevorderen. Het spijt mij, doch ik kan de neiging niet onderdrukken hier de vraag te stellen of de Minister zich wel eens vergewist heeft, of de K. L. M. niet reeds in den aanvang van 1934 een aanbod heeft gekregen voor een vliegtuig volgens Nederlandsch ontwerp, in Nederland gebouwd, minstens gelijkwaardig aan de eigenschappen van den vervolgens uit Amerika betrokken (later Uiver gedoopte) Douglas, nog sneller dan deze en bovendien nog enkele tienduizenden guldens goedkooper dan dat Amerikaansche toestel? Zoo ja, dan zou het ook bijzonder belangwekkend zijn eens te ver nemen om welke gegronde redenen, dus re denen dit niet slechts met eventueele plan nen tot deelneming aan den Melbourne-race moesten samenhangen doch met de normale verkeersbehoeften der K. L. M.. op het Neder landsche aanbod niet is ingegaan. En al even interessant ware het, wanneer de Regeering zich eens in staat zou kunnen stellen na te gaan, of het nu werkelijk tot de onmogelijkheden behoorde tijdig een voldoend aantal goede en snelle aan de behoeften der K. L. M. geheel en al beantwoordende in Ne derland ontworpen en in Nederland gemaakte vliegtuigen te betrekken. Zelfs wanneer de Fokker-fabrieken om redenen, die ik momen teel niet vermag te bevroeden, niet. tijdig ge noeg voor een dergelijke levering zorg had den kunnen dragen, behoefde men toch nog niet onmiddellijk zijn toevlucht tot het bui tenland te nemen. Vergis ik mij niet dan be staat er zeker nog wel een andere betrouwbare vliegtuigenfabriek hier te lande! Vandaar dus, dat er op grond van wat ik zooeven vragenderwijze meende te mogen aanroeren, waarlijk wel aanleiding is om als nog eens precies na te gaan hoe de vork in den steel zit. Dit geldt in de eerste plaats voor den Minister, wien men misschien niet al die inlichtingen verstrekt heeft, noodig om het geval goed te kunnen beoordeelen, en voorts, in niet mindere mate voor de Eerste Kamer leden welke terecht bevreemding kenbaar hebben gemaakt, dat geen Nederlandsch doch buitenlandsch fabrikaat onze nationale lucht vloot moest komen „versterken". Er is, wellicht mede in verband met het droeve ongeluk den Uiver overkomen, hier en daar eenige twijfel gerezen omtrent de deug delijkheid van wat men thans uit het land van Uncle Sam heeft betrokken. Op het eerste gezicht ziet, wat de M. v. A. hieromtrent me dedeelt, er geruststellend uit. „Van de Douglas-vliegtuigen is in Noord- en Zuid-Amerika sedert enkele jaren een groot aantal in geregeld gebruik, zonder dat zich een enkel ongeval heeft voorgedaan." Dat klinkt prachtig en s c h ij n t voldoende om allen minder gunstigen gevoelens omtrent de aan de K.L.M. gedane Douglas-leveranties den kop in te drukken. Doch het is niet voldoende. Met de Douglas van het type, dat men hier heeft aangeschaft (en daarop komt het toch aan, daarover al leen hebben wij het) is voor het eerst proef- .evlogen tusschen October en December 1933. Nadat dit type toen in Januari 1934 in pro ductie is genomen, ondernam op 19 Februari 1934 het allereerste exemplaar dezer produc tie-machine de groote Oost-Westvlucht en vervolgens kwamen dan eindelijk op 10 Maart 1934, m.a.w. nog geen jaar e 1 e d e n, de eerste 8 machines in geregeld gebruik. En dat heet dan in de M. v. A., dat er al „sedert enkele jaren een groot aan tal in gebruik is". Dat zulk een opmerking in een M. v. A. terecht kon komen, is helaas weer een bewijs te meer voor de stelling, dat 't pad van Ministers ook niet uitsluitend over rozen loopt en de raadslieden der Kroon ten gevolge van hun verschafte niet nauwkeurige inlichtingen soms iets kunnen neerschrijven, zij zelf daar is m.i. geen twijfel aan nooit op papier gezet of onderteekend zouden hebben als zij hadden kunnen vermoeden, hoe onvoldoende zij tenslotte waren ingelicht! Tot besluit bevat de Memorie van Antwoord nog de mededeeling. dat de Directeur van den Rijksstudiedienst voor de Luchtvaart en een inspecteur bij den Luchtvaartdienst een stu diereis naar Amerika gemaakt, hebben tot nader onderzoek van de qualiteiten van type vliegtuigen, thans aan de K.L.M. geleverd, waarbij hun gebleken is, dat het aldaar goed voldoet. Op het zooeven gespatieerde woordje komt het aan. Het is best( mogelijk, dat men in Amerika met het oog op de wijze waarop daar evlogen wordt, zeer tevreden is en kan zijn met de bedoelde Douglasmachines. Doch dat heeft voor onze luchtvaart pas volledige beteekenis, indien de omstandighe den en voorwaarden waaronder deze het luchtverkeer verzorgt, gelijk zijn aan die Amerika. In dit verband zijn dus zeker eenige vragen op haar plaats. Zoo b.v. of de vlieg velden in Amerika niet''als regel over een gladde betonbaan beschikken wat dus bij vertrek en aankomst dit belangrijk verschil met Europa en elders uitmaakt, dat buiten Amerika de machines heel wat op den grond hebben af te hobbelen hetgeen dus van de machines op den duur veel meer eischt terwijl zijn daar ginds een gladden rit vol brengen zonder eenig stooten. Ten tweede: is het op vele Amerikaansche lijnen niet zoo, dat bijkans op elke 50 mijl een landingssta tion is, waarvan terstond bij eenigermate slecht weer gebruik wordt gemaakt, zoodat dan de „kisten" in de lucht veel minder lijden, dan b.v. de K. L. M. het geval is, aangezien deze ook onder slechte weersomstandigheden speciaal denk ik hier ook nog aan de Indië- vluchten doorzet. Onze Fokkers kunnen daar best tegen, zijn nl. zoo deugdelijk, dat in dit doorzetten geen enkel bezwaar gelegen is Doch hoe is het met de bewuste Douglasvlieg- tuigen gesteld? Ten derde: wordt niet in Ame rika zoodra er eenige sterke remous is nauw lettend het daar geldend voorschrift opge volgd, dat men het aantal vlieg-K. M.'s per uur terstond moet doen afnemen, wat ook al weer tengevolge heeft, dat het toestel meer wordt ontzien? Ten vierde: vliegt in Amerika een machine per jaar niet zooveel K.M., dan dikwerf op vluchten op geruimen afstand zon der onderbreking, zooals bij ons het geval is? Het Eerste Kamerlid, dat ook aan deze pun ten nog eens speciale aandacht zou wijden, zou allicht bij de behandeling der afdeeling Luchtvaart van de Waterstaatbegrooting een nieuw licht kunnen werpen op de in vele op zichten zóó uiteenloopende vlieg-toestanden en verhoudingen in Amerika en in Europa, daaronder begrepen de van Europa uit bedien de overzeesche lijnen, dat het duidelijk zou worden, dat men bij het maken van vergelij kingen wel heel voorzichtig dient te zijn. Of dit nu wel gezegd kan worden van de betref fende passage uit de M. v. A. is misschien wel voor eenigen twijfel vatbaar! Doch genoeg over dit document en over het verleden. Met betrekking tot de toekomst valt er hier nog een woordje in het midden te brengen. Nederland kan, zoo meende ik, prat gaan op zijn knappe ingenieurs, zijn knappe technici en op de uitstekende en degelijke opleiding die zij in Delft, aan de Middelbare Technische Scholen enz. genieten. Nederland bezit eenige _oede vliegtuigfabrieken. Is het in het licht hiervan nu waarlijk te veel gevergd, gezien ook hoezeer juist het Hollandsch fabrikaat, van Fokker, tot dusverre prachtig voldaan heeft, te verlangen, dat de staat of een door den staat gesubsidieerde onderneming voor taan zijn vliegtuigen zal laten maken in Ne derland op een Nederlandsche fabriek en naar een Nederlandsch ontwerp? Bouwen op bui- tenlandsche licenties is waarlijk niet noodig. Integendeel, onze vliegtuig-ontwerpers kun nen met eere hun licenties aan den vreemde verkoopen. Dat men zoo nu en dan eens 'n buitenlandsch merk koopt om als vergelij kingsmateriaal dienst te doen en zoodoende aan de eigen ontwerpen nog hier of daar ver beteringen te kunnen aanbrengen, is natuur lijk best. Maar overigens mag zeker, waar men hier dubbel en dwars in staat is de noodige vliegtuigen zelf te ontwerpen èn te bouwen, de eisch gesteld, dat niet noodeloos onze han delsbalans door bestellingen in den vreemde of door het aanmaken van machines op bui- tenlandsche licenties) wordt benadeeld en men voor onze nationale luchtvaart, nationale liegtuigen betrekt. Dit jaar in geen geval een nieuwe tijdregeling. Naar wij vernemen heeft de Minister van Bmnenlandsche Zaken bepaald, dat, in dien het wetsontwerp tot herziening van den wettelijken tijd door de Eerste Kamer mocht worden aangenomen, het om technische redenen niettemin onmogelijk zal zijn die nieuwe tijdregeling nog dit jaar in werking te doen treden. Provoceerend en niet-provo- ceerend onderscheidings- teeken. Hooge Raad over N. S. B.-insigne en roode tulp. De hooge raad heeft thans arrest gewezen in de zaak van den Officier van Justitie te Roermond, die cassatie had aangeteekend tegen het vonnis van de rechtbank aldaar, waarbij J. J. B. te Eindhoven was ontslagen van rechtsvervolging van het hem ten laste gelegde dragen van een opzichtig politiek onderscheidingsteeken. in casu het insigne van de N.S.B., welk insigne B had gedragen op een openbare terechtzitting van die recht bank. De hooge raad heeft overwogen dat hij met den kantonrechter en de rechtbank van oordeel is, dat uit de van het schildje gegeven omschrijving niet noodzakelijk het opzichtig karakter van dat schildje voort vloeit. De hooge raad zegt. dat ook de om standigheden, waaronder B. dit onderschei dingsteeken heeft gedragen, niet zonder meer dit. onderscheidingsteeken opzichtig doen worden. Dat door den officier zelf is aangevoerd, dat het optreden van een ver dachte tegenover den rechter voor wien hij terecht staat in verband met het standpunt, dat de regeering tegenover de N.SB. inneemt, uittartend moet worden genoemd, doch daarbij wordt voorbij gezien dat de regeering wel aan haar ambtenaren het lidmaatschap van de N.S.B. heeft verboden, doch de N.S.B. niet is een verboden vereeniging. Op deze gronden heeft de Hooge Raad het beroep van den Officier van Justitie verworpen. Roode tulp provoceert. De Raad heeft verder arrest gewezen in zake het cassatieberoep van H. P.. die wegens het dragen van een roode tulp in het open baar in een optocht der S.D.A.P. door de rechtbank te Utrecht is veroordeeld tot f 0.50 boete. De Hooge Raad heeft overwogen, dat het opzichtige van een onderscheidingstee ken. namelijk het sterk in het oog doen val len van wat men bedoelt te toonen. niet en kel behoeft te zijn gelegen in de eigenschap pen van dat teeken. maar mede kan zijn ge legen in de wijze waarop of de omstandighe den waaronder dit geschiedt' dat daarom de rechtbank een tulp, in het openbaar in het knoopsgat gedragen, tengevolge van de groot te van de bloem terecht als opzichtig heeft kunnen aanmerken, dat een roode tulp door kleur en grootte zoodanig opvallend is, dat zij in het bijzonder op 1 Mei, wanneer zij gedragen wordt in een optocht van een partij die een bepaald staatkundig streven heeft, als de S.D.A.P., zoo in het oog vallend is. dat zij op andersdenkenden provoceerend kan werken. Daarom heeft de Hooge Raad het beroep verworpen. In 1934 bevatte HAARLEM'S DAGBLAD 41841 Advertenties Vraag en Aanbod van Dat is gemiddeld 135 per num mer. Een stijging van 1693 ver geleken met 1933. Deze cijfers zeggen alles voor het succes der Kleine Adver tenties van HAARLEM'S DAGBLAD Onderwijzeres wegens deviezenzwendel aangehouden Een maand in Wiesbaden in de gevangenis gezeten. Slachtoffer van haar werkgever. Naar thans bekend is geworden is een 23- jarige Amsterdamsche onderwijzeres, die werkloos was op 12 Januari te Wiesbaden we ens overtreding der deviezenvoorschriften earresteerd. Het meisje bleek het slachoffer te zijn geweest van een deviezenzwendelaar, bij wien zij naar aanleiding van een adver tentie in dienst was gekomen om gedurende een reis door Duitsehland en eventueel door andere landen, zijn drie kinderen onderwijs te geven. Aangezien met het onderzoek van deze vreemde geschiedenis ook de afdeeling Am sterdam van het Nederlandsch Onderwijzers Genootschap bemoeiingen heeft gehad, heb ben wij ons tot aeze afdeeling gewend. Men deelde ons mede, dat de onderwijzeres was aangesloten bij de lessencentrale van het N. O. G., welke instelling er zich mede be- om jonge werklooze onderwijskrachten werk te helpen, bestaande in het helpen bij net huiswerk van moeilijk leerende kinderen, het bijwerken van leerlingen en andere werk zaamheden van dezen aard In dit verband had het meisje gereflecteerd op een adver tentie, waarin een jonge vrouwelijke onder wijskracht werd gevraagd. welke zich zou moeten belasten om een fami- door een reis door Duitsehland cn eventueel door andere landen te vergezellen, teneinde aan drie kinderen onderwijs te ge ven. De vergoeding zou bestaan uit f 25 per maand, terwijl ook de reis- en verblijfkosten voor rekening van de familie zouden komen. Na^at het meisje kennis met de familie had gemaakt, welke aan beide zijden tot tevreden heid was uitgevallen, trad zij bij de familie in dienst en vertrok reeds spoedig naar Duitseh land. Het werk bleek haar, gezien de opge wekte brieven, die zij naar huis schreef, zeer te bevallen. Na 19 Januari echter ontvingen de ouders geen brieven meer. Ruim een week ging voorbij, waarna de ouders een in het Duitsch geschreven brief ontvingen, waar van de inhoud nog al verward was, maar waarvan de laatste zin, luidende: ..ik hoop spoedig weer vrij te komen", hen zeer deed ontstellen. De ouders wendden zich tot het N. O. G. waarvan het afdeelingsbestuur on middellijk een onderzoek instelde met het gevolg, dat kwam vast te staan, dat het meis je op 12 Januari in een hotel te Wiesbaden was gearresteerd, aangezien zij op haar naam geplaatste chèques had geïnd van bedragen, welke aanmerkelijk hooger waren dan in Duitsehland wettelijk was toegestaan. Toen ;ij zich na haar arrestatie tot haar werkgever wilde wenden, teneinde diens hulp in te roe pen bleek de geheele familie, welke geregeld per auto pleegt te reizen, te zijn verdwenen. Het verdere onderzoek wees uit, dat door de Duitsche justitie werd aangenomen, dat het meisje geweten heeft dat zij zich aan straf bare feiten had schuldig gemaakt. Op 8 Februari stond de onderwijzeres we gens medeplichtigheid aan overtreding van de deviezenvoorschriften terecht. De officier van Justitie eisente één maand gevangenis straf en 150 Mark boete. Bij haar vonnis sprak de rechtbank haar echter vrij, aangezien aangenomen werd dat het meisje het slacht offer was geworden van haar werkgever, die geregeld alle geïnde gelden ontvangen had. Naar verder kwam vast te staan had laatst genoemde reeds in Nederland de chèques op haar naam gekocht. Met dat al is is het wel gebleken, dat het meisje door haar werkgever gebruikt is voor onwettige financieele transacties. De familie is tot nu toe niet in Nederland teruggekeerd: waarschijnlijk bevindt de man zich thans in Rusland. I Eert halve eeuw geleden. Uit Haarlem's Dagblad van 1885. De suikerproductie in Nederl.- Indië. Regeering wil haar tot 50 percent terug brengen. BATAVIA, 18 Februari (Aneta). De re- geeringsgemachtigde voor economische zaken deelde in den Volksraad mede, dat het huidige suikerproductieapparaat, thans drie millioen pond groot, tot ongeveer 50 percent moet wor den teruggebracht met een reserve voor een eventueele situatiewijziging. De regeering zal de aanplant in de jaren 1936 tot 1938 bepalen op grond van de afzetcijfers. De centrale verkooporganisatie dient te blijven bestaan. De aanplant voor 1935 is voor- loopig bepaald op 455.000 ton. Clearing met Duitsehland. Stand per 15 Februari. 1. Stortingen in Nederland per 15 Febr. f 25,343,900 (per 8 Febr. f 22.144.1001waarvan bestemd voor: a. achterstallige vorderingen f 4.566,400 (f 3,990.400): b. rentedienst Dawes- en Youngleening en Stillhalte; Rentetransfer f 4.065.000 (f 2,700.000); c. vrije rekening Reichsbank f 1,010,400 (f 882.4001; d. nieuwe onder de clearing vallende vorderoingen f 15.702,100 (f 14,571,300). 2. Stortingen in Duitsehland (nieuwe onder de clearing vallende vorderingen) (inclusief saldo 1934 ad f 11,501,466) f 36,717,900 (f 32,657.900). 3. Uitbetalingen in Nederland op nieuwe vorderingen (in mindering komend van het bedrag onder 1 d.) f 14.183,800 (f 12.224.400). 19 Februari: De gezant van China Li-Fong-Pao. Maandag te 's-Hage aangekomen, ver wijlde gisterenmiddag geruimen tijd bij de boekenstalletjes in de galerijen langs het Binnenhof te 's-Hage en kocht eenige werken. In de kleeding van zijn land trok de gezant natuurlijk de aandacht dei- voorbijgangers en het publiek vormde ten laatste een nauwen kring rondom den vertegenwoordiger van het Hemel- sche Rijk. zoodat deze zich nauwelijks meer vrij kon bewegen en de menschen hem als op het lijf hingen. De beschermende hand der politie liet zich ditmaal wachten, daar gedurende een half uur in den omtrek geen enkele agent te bespeuren viel. die een goed werk had gedaan met het straatpubliek op eenigen afstand te houden. Door onze lens gesnapt. Mr. W. G. DEL BAERE. Mr. W. G. Del Baere werd 31 October 1868 te Schiedam geboren en studeerde te Leiden, waar hij in 1892 promoveerde. Van 1893—1900 was hij rechterlijk ambte naar in Indië en daarna bekleedde hij ver schillende rechterlijke functies in ons land. Sedert 1914 is hij Kantonrechter te Haarlem. Mr. Del Baere is ook lid van het College van Regenten over de gevangenissen en van de Kamer van Toezicht op de notarissen. Publicatie van Uiver-rapport gevraagd. Het Tweede Kamerlid de heer Boon heeft aan den minister van Waterstaat a.i. de vol gende vragen gesteld: Is de minister niet van meening, dat de zon derlinge geruchten omtrent het droevig onge luk van de ..Uiver", waarin de geheele natie heeft gedeeld, welke eerst in tal van kringen in het buitenland de ronde deden en die daar na in de buitenlandsche pers werden gepu bliceerd, het best weerlegd kunnen worden door onmiddellijke publicatie van het rapport van den rijksinvlieger van toestellen, dr. ir. H. J. van der Maas, die door het departement van Waterstaat werd uitgezonden om een onderzoek ter plaatse in te stellen, welke pu blicatie dan later gevolgd dient te worden door openbaarmaking van het verslag, uit te brengen door de bijzondere commissie, belast met de bestudeering van het rapport-Van der Maas? Is de minister niet van meening, dat ge heimzinnigheid in dezen allerminst in het be lang van de Nederlandsche luchtvaart kan zijn? NEEMT DE K.P.M. DE K.N.I.L.M. OVER. Naar de „Java-Bode" mededeelt, koestert de Koninklijke Paketvaart-Maatschappij plannen om het geheele bedrijf van de K.N I.L.M. door aankoop van de aandeelen. over te nemen. Reeds eerder wendde de K.P.M. zich tot de re geering met een betoog over de wenschelijk- heid voor samenwerking tusschen K.P.M. en K.N.I.L.M.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 5