ILETTËIREIM IIM SCUNST Vraagt onze Voor jaarsstalen HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor 10 ct. ALEXANDER MOISSI t Die Pfeffermühle. BIOSCOPEN. Radiomuziek der week Radio-Programma I B RADIO MOORS n.v. ZATERDAG 23 MAART 1935 H A A RLEM'S D A G B E A D 9 Moissi gestorven! Dat bericht zal vele tooneelliefhebbers in Haarlem zeker een schok geven, want sinds hij hier voor het eerst in 1923 als Fedja in Der lebende Leichnam optrad, is hij bijna ge regeld elk seizoen terug gekeerd en het aan tal bewonderaars van dezen heel bersoonlijken, sterk lyrischen en genialen kunstenaar was ook in oiize stad zeer groot. Zijn bezoek in die seizoen was reeds aangekondigd en hij zou hier Zaterdag 30 Maart in onzen Stadsschouw burg in het nieuwste stuk van Pirandello op treden. Helaas zullen wij hem nooit meer op de planken zien, nooit meer die melodieuse stem ook hooren, maar de herinnering aan zijn zeer suggestief spel blijft en met dank baarheid zullen wij steeds denken aan de mo menten van schoonheid, welke hij ons ge schonken heeft. Het is 14 jaar geleden, dat ik Moissi voor het eerst zag spelen. Het was op de Festspiele te Salzburg, waar hij op het Domplein in Jedermann de titelrol vervulde. De indruk, dien hij toen op mij maakte, zal mij heel mijn leven bij blijven. Nooit zal ik het oogenblik vergeten, toen hij als Jedermann te spreken aanving. Onmiddellijk kwam ik onder den ban van zijn prachtige, weeke stem. Die stem van Moissi! Zij was van een won dere bekoring. Hij fascineerde door die stem welk nu eens fluweel zacht dan weer scherp demonisch kon klinken. Een tooneelspeler van de ziel heeft Ludwig Ullmann Alexander Moissi eens genoemd. En waarlijk, wie Moissi als de bede laar in „Das grosse Welttheater" heeft hooren zeggen: ..Jetzt komm, wir wollen gehen und mit einander singen!", wie hem als Fedja heeft zien sterven, of hem in Jedermann het ,Onze Vader" heeft hooren bidden, zal de uit spraak van Ullmann beamen Het was dat .seelische" in zijn spel, waardoor het publiek zoo diep onder den indruk van Moissi kwam. Herhaaldelijk, als ik Moissi zag optreden in Salzburg. Amsterdam of Haarlem, beleefde ik het wonder, dat de toeschouwers aan het slot de stilte niet durfden verbreken door banaal, luidruchtig handgeklap. Moïssl had een zeer eigen opvatting van de kunst van den tooneelspeler. In de gesprek ken. welke ik het voorrrecht had met hem te mogen voeren, eerst in Salzburg en later in Haarlem, zeide hij mij bij herhaling, dat men ook in den tooneelspeler steeds den kunste naar zelf moest herkennen. „Men herkent toch ook Rembrandt onmiddellijk in zijn schilderijen!" was een van zijn uitspraken. Niet de rol was voor hem hoofdzaak, maar de kunstenaar, die haar speelde. Maar dan moest deze ook werkelijk een groot kunstenaar zijn. Wij kunnen wel zeggen, dat Moïssi in deze opvatting vrij wel alleen stond. In tegenstel ling met acteurs als Bassermann. Wegener, Krauss, Körtner, Jannings, Louis Bouwmeester en andere grooten was hij afkeerig van geheel in de huid van een ander mensch te kruipen. Er moest in elke rol iets van hem zelf te ge ven zijn. Dat was het „seelische", waarvan Ullmann schreef. Het was een stelling, die zeker aanvechtbaar genoemd mag worden en er waren dan ook vele rollen zooals zijn Hamlet, zijn Oswald in Gespenster, zijn Piderit in 12000 van Bruno Frank, zijn koning Alphons in Die Ju- din von Toledo en vooral zijn Faust, die ik niet als geheel heb kunnen bewonderen. Maar in de rollen in het bijzonder de lyri sche waarin hij van zich zelf kon geven, rees hij tot een hoogte, als maar weinig an deren. Ik denk hier vooral aan zijn Fedja, zijn Je dermann, zijn bedelaar in Das grosse Welt theater, zijn Louis Dubedat in Der Arzt am Scheideweg van Shaw in welk stuk indertijd Else Mauhs als Jennifer naast hem stond zijn Posa in Don Carlos en der Wanderbursch in Tolstoi's „Er ist an allem Schuld". Zijn spel was dan van een groote bezieling en meeslee- penden, lyrischen gloed of vlammende geest drift. En ook van een innigheid, die diep ont roerde. Dan kon hij ons, toeschouwers, tot betere menschen maken. Db grootte van een tooneelspeler kan in één oogenblik opvlammen; het is dan. of het genie ons op eens wordt geopenbaard. Bij geen en kelen tooneelspeler was dit zoo sterk het ge val als bij Moïssi. Hij was voor mij de speler van de groote en aangrijpende momenten, momenten, die je plotseling in een andere wereld verplaatsten, en waarin je de andere •king voelde van een menschenziel. Wie, die ooit Moïssi zag in Des lebende Leichnaar zal ooit. Moïssi zag in Des lebende Leichnam zal Fedja voor Lisa en Karenin bij den rechter van instructie vergeten en zijn stervenscène. Geen ander wist als hij zoo atmosfeer te scheppen enkel met een blik, een gebaar. Ik denk weer aan dat moment, waarin hij als Fedja bij het verhaal van zijn levensgeschie denis plotseling den hem antipathieken Arentjew ontdekte en zweeg. Hoe veelzeggend was dat zwijgen. En dan die „verklaarde" glimlach, wanneer Mascha op het laatste oogenblik verscheen en hij zeide: Du bist zu spat gekommen!" Ik hoor nog zijn stem, zoo als hij zeide: „So ist es gut!" Ja, de tooneelspeler van de ziel, dat is hij altijd voor mij geweest en daarom heeft hij mij momenten van opperste schoonheid en diepe ontroering geschonken als nooit een an der tooneelspeler. al waren die anderen zooals Bouwmeester. Wegener en Körtner misschien ook grooter tooneelspelers. Geen ander bijvoorbeeld wist het martelaarschap, de zelfvernering en de hooge vervoering zoo te geven als Moissi het deed in Fedja en Jedermann. Uit Moissi's wisselvallig kunste naarsleven nog het volgende: Hij is zijn loopbaan begonnen als figurant aan het Burgtheater te Weenen. Daar zag hij eiken dag den beroemden Kainz, en als eenvoudig cadet van Gascogne stond hij naast den in Weenen en heel de wereld ver maarden Cyrano. Na Weenen ging hij naar Praag, waar de toen nog zeer jonge kunste naar door zijn groot talent en zijn dikwijls zeer eigene, van de traditie afwijkende op vattingen vele vereerders maar ook veel be strijders vond. Op Praag volgde Berlijn, waar hij een tijdlang geheel onbekend in een derde rangstroepje speelde.... totdat Reinharöt hem ontdekte. Reinhardt heeft in Moissi altijd den tooneelspeler van bijzon dere gaven gezien. Max Reinhardt heeft in hem steeds een groot vertrouwen gehad en hij is het vooral geweest, die dezen tooneel speler met zijn Zuidelijke temperament Moissi was in Triest geboren en had van vaders zijde Grieksch en van zijn moeders kant Italiaansch bloed in zich zoo sterk op den voorgrond heeft gebracht. Bij Rein hardt heeft Alexander Moissi triomfen op triomfen gevierd. Zijn tooneelspelersloopbaan is een tijdlang onderbroken geweest, toen hij in 1914 vrijwillig in het Duit-sche leger dienst nam als oorlogsvrijwilliger. Of Moissi daar later nooit spijt van heeft gehad? Met zijn spon taan karakter meende hij in dien tijd, toen hij nog geloofde in het Duitsche „recht", daartoe verplicht te zijn. Later stond Moissi op heel anderen „bodem". Zelden heb ik iemand ontmoet, die zoo fel „das Militar" haatte. Het leven in de loopgraven en later in krijgsgevangenschap hij is als oorlogs vlieger gevangen genomen had hem „zien de" gemaakt. Om zijn zeer geprononceerde persoonlijke opvattingen van sommige rollen werd hij dikwijls door de kritiek hevig aangevallen maar zijn roem als een van Duitschlands grootste en meest belangwekkende tooneel spelers was onbestreden. Niemand minder dan Kainz zag in Moissi zijn opvolger. In de laatste jaren had hij zich van Duitschland afgewend en speelde hij voor namelijk in Italië, dat hem het Italiaansche burgerschap verleende. Langer dan eenige weken mocht hij het niet zijn. Thans is deze zwerver, die nooit rust had. heengegaan naar het land. vanwaar geen reiziger ooit terug keert. Voor ons, tooneelliefhebbers. betee- kent dat een onherstelbaar, groot verlies. J. B. SCHUIL. Erika Maiin. Op Maandag 25 Maart zal in onzen stads schouwburg voor het eerst te Haarlem op treden Erika Mann in haar cabaret „Die Pfeffermühle". Erika Mann, de dochter van den beroemden schrijver Thomas Mann, was jaren lang als tooneelspeelster verbonden aan de Kammerspiele te München. Toen in de laatste jaren de crisis ook in de theater wereld zoo sterk voelbaar werd. besloot zij met enkele andere tooneelspelers en caba retiers een Klein-Kunst-theater te stichten, om de gebeurtenissen van dezen tijd te be spreken en te bezingen in een nieuwen litte- rairen vorm van cabaret. Erika Mann zelve en haar broer, de schrijver Claus Mann, schre ven de teksten. Het was Thomas Mann, die den .naam „Die Pfeffermühle" voor het ge zelschap vond. Tot aan de omwenteling in 1933 trad het gezelschap met groot succes op in de bekende „Bonbonnière" te München. maar de veranderde omstandigheden in Duitschland dwongen Erika Mann en haar medewerkers uit te wijken naar Zwitserland, waar hun succes niet minder groot was dan in München. En na een succesvolle tournee door Zwitserland volgde Tsjecho-Slowakije en kwam „Die Pfeffermühle" ook in Nederland. Thans zijn Erika Mann en haar cabaret waarvan o a. Therese Giehse. Sybille Schloss, de karakterdanseres Lotte Goslar, de Russi sche voordrachtskunstenaar Igor Pahlen en de Oostenrijkers Heinrich Órtmayer en Hans Sklenka deel uitmaken voor de tweede maal in Nederland. Het is zeer modern cabaret. Erika Mann houdt het publiek een spiegel voor. waarin het de barbaarsche en onmenschelijke toestanden in de wereld van tegenwoordig herkent. Erika Mann klaagt aan, maar doet tegelijk een beroep op onze betere mensche- lijkheid. En die Pfeffermühle geeft haar pro gram, dank zij de routine en de geschooldheid der artisten in artistieken en virtuozen vorm. Met belangstelling mogen wij het eerste op treden van dit modern cabaret van Duitsche uitgewekenen te Haarlem tegemoet zien. CINEMA PALACE. Een auto enliefde. De regisseur E. W. Emo, die voor de Para mount reeds dikwijls tot tevredenheid van het publiek heeft gewerkt met filmsterren als Martha Eggerth, Trude Berliner en Elisa Iliard, heeft in zijn speciaal genre de reeks amusementswerkjes als Een moderne bruids schat, De vrouwendiplomaat, Walsen aan de Newa en dergelijke vermeerderd met Een auto enliefde, in het oorspronkelijk ge- heeten: Kleines Madel, grosses Glück, waarin Dolly Haas en Willy Eichberger de hoofdrollen vervullen. Het stuk is volgens het gebruikelijke recept klaargemaakt: de persoonsverwisseling tus- schen een paar lieve jonge meisjes, van wie de één een rijke gravin en de andere een arme slotenmakersdochter is en op elk van wie een knappe aardige jonkman verliefd wordt; de Rit met de limousine en met de decoratieve ouderwetsche equipage door bosschen en beemden in lentepracht, het vorstelijk slot met de statige trappen, hallen en vertrekken en daarnaast- het eenvoudige milieu van de burgermanswoning, de winkel van een auto handelaar en het onvermijdelijk politiebureau; en het happy end, waarin de adel den adel en de burger het burgermansdochtertje krijgt en ieder tevreden is, tot zelfs de barsche tante met het goede hart en de huzarenstem van Adèle Sandrock, men kan zich het wel zoo'n beetje voorstellen. In zijn soort is het een niet onverdienste lijke proeve en in elk geval amuseert men zich op luchtige en onschuldige wijze met de gui tige gezichtjes en de hupsche Schlagers en kan men, behalve van de schilderachtige foto's nog genieten van grappige intermezzo's, waarvoor de lakei en de chef van de auto-zaak zich leenen benevens een advocaat, die tever geefs zijn best doet om trouwbreuk te plegen. Het bijprogramma bevat een komische film met een paedagogische strekking: in het eerste deel ziet men een reeks menschen in allerlei pijnlijke situatie's door kortaangebon denheid eikaars leven bederven; in het tweede deel worden dezelfde scènes herhaald, maar nu laat de film zien, hoeveel pleiziger alles zou afgeloopen, wanneer men de zaak met welwil lendheid en geduld opvatte. Inderdaad, een leerzaam stukje aanschouwelijk onderwijs in de levenskunst. De gebruikelijke muziekfilm ontbreekt ook deze week niet. Wij krijgen een paar uitvoe rige gedeelten uit Carmen, waarin een tenor zanger het Toreador-lied ten gehoore brengt. Voor muziek-technici hebben deze films mis schien het nut, dat men van nabij en in ver- groote opname kan zien, hoe de verschillende instrumenten worden gebruikt en welke ge zichten de blazers en strijkers daarbij trek ken; overigens is het aanschouwelijk genot van een concert negatief zoo niet positief- hinderlijk, weshalve vermoedelijk de meeste menschen muziek liever in de concertzaal of door de radio hooren dan in een fotografische reproductie. In het journaal treft den bezoeker een zeer geslaagde opname van de eerstesteenlegging van de Oranjekerk in Den Haag door~ de Koningin. Bevallige vroolijkheid levert een vrouwelijk danspaar tijdens de filmpauze op het tooneel. De meisjes zijn aardig gecostumeerd, rap in hun bewegingen en prettigvan voorkomen. Alleen maakt het samenspel wel eens een niet al te gedisciplineerden indruk. H. G. CANNEGIETER. REMBRANDT THEATER. Wilde Ballast De expeditie-film van Frank Buck: Wilde Ballast, die verleden Zondag zulk een succes had in het Rembrandt Theater, zal a s. Zon dagmorgen om half 12 nog eens worden ver toond. Men heeft dus nog gelegenheid van dit werk kennis te nemen. Richard Willm en Harry Baur in de film „Moscousche Nachten", die deze weck in het Rembrandt Theater zal worden vertoond. FRANS HALS THEATER. De Familie van mijn Vrouw. Johan Kaart. „De Familie van mijn Vrouw", die deze week geprolongeerd wordt, heeft bij het pu bliek heel vee.l succes. Voortdurend klinkt ge lach op uit de zaal. en in de vroolijkste stem ming verlaat men het theater. Het Paramount Wereldnienws en Poly- goon's Holland nieuws brengen de gebruike- ijke beelden, als is het niet altijd kers- irersche nieuws. Een grappig kleurenfilmpje en een aller aardigst Betty Boop-je completteeren het programma. Ongeluk bij cross-country te Amersfoort. Onze stadgenoot ritmeester J'hr. J. G. A. van Spengler had Donderdag bij een dooi de Kon. Militaire Sportvereeniging georga niseerde cross-coutry het ongeluk te vallen. Hij kwam onder zijn paard terecht. Jhr. Van Spengler kreeg een fractuur aan den halswer vel. In ernstigen toestand werd hij naar het nospitaal te Amersfoort vervoerd. Hedenmorgen elf uur vernamen we, dat de toestand van Jhr. Van Spengler Vrijdagavond laat iets minder ongunstig was, maar de patiënt was vanmorgen nog steeds buiten be wustzijn. „MERCURIUS" De afd. Haarlem van den Nat. Bond van Handels- en Kantoorbedienden houdt Dins dag 26 Maart a.s. haar algemeene jaarverga dering in Hotel „De Leeuwerik Aan de orde komt o.a. de verkiezing van een voorzitter, wegens bedanken van den heer C. Kwantes. Voorts: behandeling van enkele belangrijke circulaires, uitgaande van eenige afdeelingen in de provincie Zuid-Holland, be vattende oa. een voorstel, zoo spoedig moge lijk een bondsvergadering uit te schrijven. (Adv. Ingez. MedJ DIRECTEUR VAN HET POSTKANTOOR. Met ingang van 16 Mei a.s. is benoemd to: directeur van het Postkantoor te Zandvoort dt heer K. R. Klaasesz, thans directeur van het Postkantoor te Maarssen. EEN VOORBESPREKING DOOR KAREL DE JONG De symphonieen van Robert Schumann zijn vrij zeldzame verschijningen op de Nederland- sche concertprogramma's geworden, in tegen stelling met die van het buitenland, waar men ze, voor zoover uit de radioprogramma's op te maken valt, nog al eens aantx-eft. Schumann's „romantiek" wil er over 't algemeen niet zoo goed meer in als b.v. een halve eeuw geleden. Als men b.v. eens nagaat hoe weinig van zijn zeer omvangrijk piano-oeuvre zich heeft kun nen handhaven, moet men wel tot de overtui ging komen dat veel er van door den tijd ver bleekt is. Het weinig effectvolle, men zou haast geneigd zijn te zeggen: onpractische in strumentale gewaad, waarin Schumann vele zijner gedachten gekleed heeft zal daarvan ook wel een niet gering deel oorzaak zijn. Ik hoorde nog dezer dagen zijn Marchenbilder voor altviool en piano en zijn eerste klavier trio en werd weer opnieuw getroffen door de dikte en eentonigheid van het coloriet. Ook wat zijn symphonieën betreft is onoordeel kundigheid der instrumentatie en gebrek aan afwisseling van kleur dikwijls den componist verweten. Men heeft zelfs wel eens voorgesteld een nieuwe orkestreering er van te onderne men. En toch zou dit waarschijnlijk onbe gonnen werk zijn, want die kleur is net zoo goed Schumann's eigendom als de aard en de aaneenvoeging zijner muzikale gedachten.Wat men er ook van zegge en hoe men er ook over denke: Schumann was in elk geval een mar kante en scherp gemarkeerde persoonlijkheid, die geheel uit zijn werken spreekt en als men hierixi bestanddeelen van vreemde herkomst zou willen aanbrengen, zou men vermoedelijk lappendekens krijgen. Schumann's Vierde Symphonie, die a.s. Zondag in 't Concertge bouw gespeeld wordt en die het hooge opus getal 120 draagt is, wat de volgorde van ont staan betreft eigenlijk zijn Tweede Zij is dan ook in het jaar 1841 als no. 2 uitgevoei'd, niet lang na de Eerste, die we als op. 38 kennen. De symphonie in d kl. t. werd echter door den componist later overgeïnstrumenteerd voor een kleinere orkestbezetting dan de oorspron kelijke was, en het schijnt dat die omwerking nu niet bepaald een voordeel geweest is. De symphonie, die we nu als Vierde kennen heeft eenige bijzonderheden, die voor den tijd van haar ontstaan zeer merkwaardig zijn. Voor- eei-st gaan de hoofddeelen zonder onderbre king in elkaar over; ten tweede keeren de zelfde thema's in de verschillende hoofd deelen terug en is dus het werk cyclisch ge bouwd. Het begint met een langzame inleiding, waarvan we het thema a zullen noemen. Het daaropvolgeixd Allegro heeft een zeer bewege lijk hoofdthema (b) dat dit deel nagenoeg geheel beheerscht. In de doorwerking treden nog een door een marschachtig rhythme ge kenmerkt thema (c) en een teere-echt-Schu- mannsche melodie op. Het tweede hoofddeel, de „Romanze" begint met een weemoedige cantilene, die spoedig afgewisseld wordt dooi de hernieuwe intrede van a. Zij wordt ge varieerd in majeur overgebracht; de solo viool omspeelt ze met rollende triolen .Deze keeren in het Trio van het Scherzo terug. In de coda daarvan schijnen de motieven zich hoe langer hoe meer te verwijderen; slechts door pauzen afgebroken stukjes or van wor den nog hoorbaar. Eindelijk wordt het geheel stil. Dan komen de violen weer met het be gin van a. Nieuwe motieven voegen zich daar bij: een vrij spel der fantasie, dat na een ge weldige stijging uitloopt op het marschthema c, dat, in verbinding met a het hoofdthema der finale vormt. Van nu af aan zijn de wol ken der zwaarmoedigheid weggevaagd; op enkele momenten na stormt alles in levens vreugd voort. Nog twee nieuwe thema's tre den op: het speelsche, gracieuse zangthema en een dat zich pas tegen het einde aankondigt. De coda gaat over in een versnelling (stretta» van meeslepende kracht, die de symphonie op schitterende wijze bekroont. Via Huizen zullen we Dinsdag den eminen- ten pianist Robert Casadesus kunnen hooren in Mozart's wondermooie klaviei-concert in c. kl. t. en in een werk van eigen compositie, dat hij samen met zijn vrouw zal spelen. Tegenover deze compositie hebben we een af wachtende houding aan te nemen: zijn ver tolking van Mozart's concert heb ik enkele jaren geleden gehoord; die was boven elke critische bedenking vei heven De symphonie „La Reine" van Haydn (Hil versum, Dinsdag) heeft haar naam ontleend aan de Fransche koningin Marie Antoinette, die naar verluidt, bijzonder behagen in dit werk vond. Zij behoort tot Haydn's vrooge werken: het jaar 1786 beteekende voor hem nog geen stilstand in zijn ontwikkeling. Ver geleken met de beste der z.g. Londensche sym phonieën toont een werk als „La Reine" dan ook nog een minderen rijkdom aan interessan te materiaalverwerkingen en geestige détails. Het thema van het tweede hoofddeel („Ro manze") is ontleend aan de Fransche roman ce „La gentille et jeune Lisette". Van de in den hoofdvorm der Sonate gehouden Finale is de doorwerking het merkwaardigste gedeelte; in de plaats van de behagelijke aanvangs- stemming komt hier een kolossale stijging. GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN Politiebureau, Smedestraat 9 handschoenen en ceintuurs,stormlantaarn. Van Asselt, So- phiastraat 63 en Van Bei'k, Hodsonstraat- 8 brillen, Westra, Schoterveenstraat 14. radio condensator, Coccoris. Kruissti-aat 38, han denpenning, Van Lunenburg. 2e Vooruitgang straat 9, muts. Uitenbogaard, Rollandstr. 86, portemonnaie met foto's. Groen, Zaanenstraat 56, portemonnaie met zegels, De Groot, Schalk burgei-gracht 38, rozenkrans, van Ketel. Jan van Zurenstraat 16, damesschoen, „St. Joannes de Deo M. v. Heemskerkstraat, vulpenhouder Van Leersum, Nassaulaan lOrood, bruine wanten. ZONDAG 24 MAART. HILVERSUM 1875 M. 9.00 VARA. 12.00 AVRO. 5.00 VARA. 6:00 VPRO. 8.00 AVRO. 9.00 Gram.pl. 9.03 Voetbalnieuws. 9.05 Tuin- bouwpraatje S. S. Lantinga. 9.30 Gram.pl. 9 40 H. v. Laar: Van dieren en platen. 10.00 Gram. pl. 10.15 S. de Vides: Van de planken. 10.30 Uitz. v. d. Mijnwerkers (zang, voordracht, orgel, piano, toespraak). 11.30 A. Pleysier: Van Staat en Maatschappij. 11.45 Gram.pl. 12.00 Tijdsein en klokkenspel v. d kleine of Gasthuistoren te Zaltbommel. 12.01 AVRO- Octet olv. L. Schmidt. 12.40 Amy Groskamp- ten Have: Waarheden als koeien. 1.00 „Mein Madchen wohnt am Donaustrand", door het Ensemble Fritz Hirsch. 1.50 Gram.pl. 2.00 Boekbespreking Dr. P H. Ritter Jr. 2.30 Con certgebouw-orkest olv. Prof. Dr. W. Mengel berg, mmv. G. v. Renesse (piano) a 4.Q0 Pauze. 4.05 Gram.pl. 4.10 W. G de Bas: Het koning schap van ons vorstenhuis. 4.40 Gram.pl. (Om 4.45 Vaz Dias). 5.00 VARA-orkest olv. H. de Groot. 5.30 Voetbalpraatje. 5.45 Vervolg or kestconcert. 5.55 Sportnieuws. 6.00 Boekbe spreking D. Coster. 6.30 Causerie. 6.45 Wij- dingsdienst i. d. Studio. Voorg.: Ds, N. Wes tendorp Boerma. 8.00 Vaz Dias. 8.15 Gram.pl. 8.35 Jascha Heifetz (viool), mmv. het Om roeporkest olv. A. v. Raalte. 9.20 Voordracht Mi1. A. W. Kamp. 9.45 Ox-gelspel P. Palla. 10.10 Radio-Journaal. 10.25 The Ramblers olv. Theo Uden Masman. 11.00 Vaz Dias. 11.10 Kovacs Lajos en zijn orkest. HUIZEN 301 M. 8.30 NCRV. 9.30 KRO. 5.00 NCRV. 7.45—11.00 KRO. 8.30 Morgenwijding olv. Ds. I. Groenenberg, mmv. alt en orgel. 9.30 Hoogmis. 11.45 Gram.pl. 12.00 Hoorspel. 12.15 Gram.pl. en causerie. 2.00 Cursus. 2.30 Kwartetconcert en Gram.pl. 4.30 Ziekenhalfuur. 5.00 Dameskoor olv. F. Kloek. 5.20 Kerkdienst uit de Ned. Herv. Kapel te Assen. Voorg.: Ds. L. M. J. S. Herfkens. Orgel: H Somers. Hierna gewijde muziek. 7.45 Sport nieuws. 7.50 Kath. RVU. 8.10 Vaz Dias. 8.15 Orkestconcert mmv. tenor. 9.00 Gram.pl. 9.15 Orkestconcert mmv. cellist 10.00 Gram.pl. 10.30 Vaz Dias. Gram.pl. 10.40—11.00 Epiloog. KONINGSTRAAT 27, TELEFOON 14609 OFFICIEEL PHILIPS REPARATEUR (Adv. Ingez. Med.) MAANDAG 25 MAART 1935. HILVERSUM 1875 M. Algemeen programma verzorgd door de AVRO. 8.00 Gram.platen; 9.00 Ensemble Rent meester; 10.00 Morgenwijding; 10.15 Gewijde muziek; 10.20 Vervolg Ensemble Rentmeester 11.00 Orgelconcert Fr. Hasselaar, m.m.v. H Smedes (tenor); 12.00 Het Cantabile-orkest o.l.v. E. Beeckman; 12.45 Gram.platen; 1.15 Vervolg concert; 2.00 Voordracht K. Kleyn en pianorecital mevr. Trude Stein; 3 00 Omroep orkest olv. N. Treep; 4.15 Gram.platen: 4.30 Causerie Max Tak (met gr.platen'; 5.30 Gra- mofoon platen; 6.30 Vioolspel B. Lensky, a.d. vleugel E. Veen; 6.50 Het Lyra-trio: 7.45 P.T.T.-kwartiertje door J. G. Pater: 8.00 Vaz Dias; 8.05 Kovacs Lajos en zijn orkest, de AVRO-girls. de Hodlars (accordeon) en H. Hollander: 930 Louis Noiret in zijn reper toire: 9.45 Omroeporkest o.l.v. N Treep. m. m. v. R. Lanes 'cello-1100 Vaz Dias: 11.10 Uit Carlton. Amsterdam: Het orkest Kasuiakow o.l.v. Ch. v. Dinteren en het Ensemble Ray Binder. HUIZEN, 301 M. NCRV -uitzending. 8.00 Schriftlezing en meditatie; 8.15 Gi-am. nlaten: 10.30 Morgendienst o.l.v. Ds. E. H. Blauwendraad; 11.00 Chr. lectuur; 11.30 Gra- mophoonplaten; 12.30 Arahemsch Mandoline Sextet ..Vita Nuova" ol.v. D. v. Tee.seling en gram.platen; 2.00 Voor de scholen; 2.35 Gra- mophoonplaten: 2.45 Wenken voor de keu ken: 3.15 Kniples; 4.00 Bijbellezing, Ds. J. Hettinga. m.m.v. sopraan en orgel; 5.00 Gra- mophoonplaten-; 5.30 Pianorecital A. Koole: 6.30 Vragenhalfuur; 7.00 Ned. Chr. Pei-&bu- reau; 7.15 Gram.platen; 7.30 Vragenhalfuur, 9.00 Vaz Dias; 8.05 Orgelspel L. Blaauw; 8.25 Zaandamsch Chr. Mannenkoor o.l.v. M. Smeer; (Van 845—9.15 Lijdensmeditatie door Ds. J H. C. Kamsteeg); 9.35 Concert door H. Hermann (viool) en L. Blaauw (or gel). Om 10.05 Vaz Dias; 10.35 Gramophoon- muziek.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 15