Lente in Zuid Limburg EEN LIEFDE IN CHINA De luisterende menigte In de Groote Kerk te Naarden, waar Vrijdag onder leiding van den heer Anton van der Horst de Matthaus Passion van Bach werd uitgevoerd Op Waalsdorp te den Haag zijn Vrijdag de jaarlijksche Mixed Hockeywed strijden gespeeld, waarvan hierboven een interessant detail ln de Groote Kerk te Naarden werd Vrijdag de Matthaus Passion van Bach uitgevoerd onder leiding van den heer Anton van der Horrst. -Heè koor en orkest achter het koorhek Een modderballet tijdens de jaarlijksche schoolwedstrijden welke Vrijdag nabij het Ajax-stadion te Amsterdam plaats hadden De „Normandie", de nieuwste Fransche mailboot Is gereed. Een kijkje in een der eerste klas salons FEUILLETON. Uit liet Engelsch floor BEN BOLT. 27) „In orde", stemde de Chinees opgewekt toe. hoewel zijn gezicht teleurstelling ver ried. Zij deden hun maskers voor alsof zij naar het feest gingen, kwamen door de rijstvelden op den weg en liepen dien af in de richting van de stad en bereikten zoo den buitenrand van den Yamen. Met den muur tusschen hen en den tuin, was er weinig van te zien maar een ding viel Forsyth als een onheil spellend voorteeken op, namelijk dat er veel mer soldaten zichtbaar waren en deze hun taak veel waakzamer en serieuzer opnamen dan hun kameraden, die in den afgeloopen nacht, in zoete rust het met hun dienst op een accoordje hadden gegooid. ,.Ching", vroeg hij bezorgd. „Weet je of LI Weng-Ho aangekomen is?" „Ik weet niet. Ik zal vragen". Hij begaf zich naar de bewaakte poort Een man of vijf, die de zware houten hals. banden droegen, welke te kennen gaven dat zij iets misdreven hadden tegen den wil van den mandarijn of tegen de wetten, die hij hij had verkozen uit te vaardigen, stonden daar op een rij. De houten blokken waren heel zwaar en bevestigd aan kettingen, die op den nek hingen en over de schouder? omlaag vielen, waarbij het gewicht der blok ken de ijzeren schakels in het vleesch dreef •Drie der mannen hadden zich bijna dubbel gebogen, de eenige manier om een oogen- felü^_ecn vleugje verlichting-te vinden van de folteringen van den houten halsband. Ching ging recht op hen af, slaagde er in een vluchtige conversatie te beginnen en was spoedig terug. „Neen", berichtte hij, „de mandarijn is er nog niet, maar Missie Barrington is bin nen vrij genoeg". „Hoe weet je dat?" „Een van de gestraften was in den Yamen vanmorgen. Heeft haar gezien in den tuin, en hoorde zij de vrouw was, met wie Li Weng-Ho gaat trouwen". „Ching", zei de dokter ernstig. „We hebben geen tijd te verliezen. Laten we rondom den Yamen loopen". „Kan niet nu nog niet", antwoordde Ching beslist. „Als bij daglicht iemand ons ziet zijn we erbijGaan nu naar de stad, dan terug als donker". Ondanks zijn koortsachtig ongeduld, wist Forsyth, dat Ching gelijk had, en aarzelend keerde hij zich van Kathleen's gevangenis af. Het feestgedruisch, dat Ching tot in het diepst van zijn Chineezenziel roerde, liet den dokter koud. De zijden banieren aan de muren en de wapperende papieren draken op de palen vormden geen attractie voor hem hoe schilderachtig hij het tooneel onder andere omstandigheden gevonden zou heb ben. In zijn gekweldeiT geest was slechts plaatsruimte voor gedachten aan het meisje dat wachtte op den komst van Li Weng-Ho, den machtigen en onmedoogenloozen gou verneur, die in deze stad heer was van leven en dood. Zoo afwezig was hij, dat hij vlak bij een kraampje buiten de stadspoorten, bijna over het half-ontkleede lichaam van een man struikelde. De zielige stakker lag op zijn rug, zijn hoofd rustend op 'n plukje gras, de oogen gesloten, de mond open, en zooals Dick For syth als medicus met één oogopslag con stateerde, den dood nabij. Een toomelooze verontwaardiging maakte zich van hem meester over een land, dat zich in de internationale politiek het.air .gaf van een beschaafde natie en waar men doodge moedereerd een doodzieken man zijn huis uit droeg en aan den weg neerlegde om daar te laten sterven, zoodat de straatarme na bestaanden niet met de kosten van een be grafenis werden bezwaard, Maar met den besten wil kon hij voor dit menschelijke wrak niets meer doen en met een gevoel van on uitsprekelijke walging liep hij -door en merkte nog op dat de feestgangers nauwelijks eenige aandacht aan den stervende schonken. Zoo iets was hier immers een dagelijks evene ment! Eindelijk kwam de lang gewensehte barm hartige schemering. De vele lampions zoowel binnen als buiten de stad, gaven kleur aan het tooneel, dat door een uitbundigen vloed van vuurwerken met flitsende regens van gouden vuur in gloed werd gezet. Forsyth keerde zich om. om iets tegen Ching te zeg gen, maar ontdekte, dat zijn metgezel verdwe nen was. Verbluft en angstig bleef hij staan waar hij stond, in de hoop dat de Chinees hem zou vinden. Overal om hem heen ge maskerde gezichten; het was onder deze omstandigheden heel gemakkelijk iemand uit het oog te verliezen. Hij durfde zijn eigen masker niet af te nemen en al was Ching in de nabijheid, hij zou hem toch niet kun nen hei-kennen. De dokter bleef een heelen tijd op dezelfde plaats staan, maar Ching verscheen niet, en op het laatst, toen de schemer in duisternis was overgegaan,trok hij alleen op de residentie van Li Weng-Ho af. De hoofdpoort was vroolijk met lampen verlicht en daar de schildwachten nog steeds scherp op hun hoede waren, vermeed hij het heldere schijnsel en begon langs den muur te loopen, van tijd tot tijd stil staand om te zien of hij erover zou kunnen komen. Eindelijk, na lang zoeken, vond hij een punt waar het mogelijk was er zonder hulp over te klimmen; twee minuten later lag hij plat voorover op den muur en keek in den tuin. De tuin was ook al geïllumineerd als voor een feest, maar lag, voor zoover hij kon na gaan, geheel verlaten. Zijn oogen wendden zich naar het huis. De blinden van latwerk aan zijn kant waren allemaal open en de kamers verlicht. Hij tuurde, gretig en met oogen strak van spanning, in de hoop een spoor van Kathleen Barrington te ontdek ken, maar zijn moeite werd niet beloond. In een van de kamers echter, zag hij een man die zat te schrijven. Het was Ah Yeo, in rijke kleeding voor een festiviteit of voor een officieele gelegenheid. Behoedzaam hield hij den secretaris een oogenblik in het oog, keek nog eens naar alle kanten om zich heen en liet zich daar na in den tuin neer. De secretaris verliet de kamer en keerde geen minuut later terug met zijn hoed op. Forsyth had het wel kunnen uitschreeuwen van blijdschap: de man ging uit. Hij wachtte tot Ah Yeo opnieuw de kamer had verlaten en ving toen een rondgang om het huis aan. Het hoofdgebouw was donker, maar in den daaraan vastgebouwden vleugel, lagen de verlichte kamers. Een latwerk gaf toegang tot een ruim vertrek waar zachtgekleurde schemerlampen brandden en waar zich op dit moment niemand bevond. Hij keek naar binnen, besluiteloos wat te doen. Toen gebeurde er plotseling iets wat tot een onmiddellijke beslissing noopte. Een zijden voorhang aan het andere einde dei- kamer werd op zij geschoven en een meisje trad binnen, gekleed als de Chineesche dames uit den hoogsten stand, in een hemelsblauw zijden kimono, zalm-rose kousen en gouden schoentjes van het traditioneele model aan de voeten. Het kostte Dick Forsyth geen moeite haar te herkennen. „Kathleen", kwam het hijgend over zijn trillende lippen, „Kathleen!" XVI. Van aangezicht tot aangezicht. Een oogenblik na de ontdekking bleef Dr. Fosyth in de kamer turen. Toen greep een verschrikkelijke twijfel hem aan. Dit weel derige vertrek met zijn zachte lampen, zijn zijden gordijnen, zijn gebeeldhouwde nissen met kostbare schilderijen, leek niet veel op een gevangenis. Het had een vergulde kooi kunnen zijn, maar de open vensters spraken een andere taal. En die Chineesche kleedij de kleedij van een dame van stand? Wat deed Kathleen Barrington daarin, als zij niet reeds den trots van haar ras had afgelegd? De twijfel werd nadrukkelijker. Had hij zich dan achteraf toch vergist?" Was ze dan. zoo als Ah Yeo had geïnsinueerd geen gevan gene. maar een gewillige bruid? Deze gedachte deed enkele seconden den adem in zijn keel stokken, tot zijn oogen, die hij weer op het meisje gericht had, zagen hoe er een verandering over haar kwam. Zé staarde het donker in en vouwde toen plot seling de handen in gebed. Een uitdrukking van nameloos, beklemmend verdriet lag op haar gezicht. Neen, dat was geen verlangen de bruid. Die verschrikte oogen, door tranen verduisterd, waren niet de oogen van een jonge vrouw, die de zonnige uren telde. Het volgend moment had hij den afstand die hem van haar scheidde, afgelegd; hij zocht zijn weg door het latwerk, zonder er aan te denken, dat het msaker dat hij droeg en zijn beslijkte kleeren, een allesbehalve; aantrekkelijke verschijning van hem maak te. Toen ze de vreemde gestalte zag, stond' het meisje als gehypnotiseerd. Vol angst wa ren haar violette oogen op hem gericht; ze' scheen niet in staat zich te bewegen, en hij was de kamer in voordat zij zich omkeerd^' om de vlucht te nemen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 16