EEN LIEFDE IN CHINA De eerste groep van 150 schoolkinderen heeft Woensdag een bezoek gebracht aan de tentoon stelling „Mooi Nederland" in de Apollo-hal te Amsterdam MacPherson Robertson, de Australische organisator van de Melbourne race, is Woensdagmiddag in ons land gearriveerd Bij zijn aankomst op Schiphol werd hij o.m. verwelkomd door den piloot Parmentier, die met de .Uiver" aan de race deelnam Willy den Ouden boekte bij de internatio nale zwemwedstrijden te Stockholm groote successen Hierboven Willy den Ouden (links) en Lilian Thiel aan den start voor het nummer 100 meter dames Een overzicht tijdens de laatste voorbereidingen voor de Bouw- en Architectuurtentoonstelling in het R.A.I.-gebouw te Amsterdam De anti-lawaai-actie voor het verkeer en het be drijf is deze week in Duitschland begonnen. In verschillende fabrie ken en werkplaatsen worden thans metingen van het geluid gedaan De internationale dames golfwedstrijd Nederland - België is Woensdag op de links te Zandvoort gespeeld Een der deelneemsters in actie Een eeuwenoude kersenboom te West Einde, met een stam van meer dan twee meter omtrek, geeft haar jaarlijksche lenteweelde FEUILLETON. £Jit het Engefech door BEN BOLT. 42) Een paar seconden later trok een der roovers aan de gordijnen van den stoel. Deze laatste werd ruw opgetild en de colonne zette zich in beweging. Geruimen tijd later, naar het Kathleen toescheen, wekten een plotselinge schok van den draagstoel en een gegons van luidruch tige stemmen, haar uit de trieste overpein zingen, waaraan zij zich gedurende den tocht geheel had overgegeven. Lichten flakkerden door de gordijnen, eenige malen bonsden menschen tegen den nu stilstaanden stoei en door het algemeen geraas heen, hoorde zij het scherpe gekef van honden. Ze lichtte het gordijn op en keek om zich heen. Een volksmenigte van hetzelfde type als de mannen die hen gevangen genomen had den, stond bijeen; ook vrouwen waren erbij; vrouwen die opvielen door haar wonderlijken haardos. Sommigen hadden het haar als een hoorn op zij gedraaid, andex*en droegen het als een spitsen toren boven op het hoofd. Een paar dozijn lantaarns en toortsen ver lichtten de gezichten om haar heen en gun. den haar ook een blik op een collectie arm zalige woningen en hutten, die tezamen een onaanzienlijk dorp vormden. Ah Yeo kon zij nergens ontdekken, en terwijl haar oogen hem zochten, baande de man, die straks met Li Weng-Ho's secre taris gesproken had en die blijkbaar een persoon van gewicht was, zich door de ru moerige toeschouwers een weg naar den draagstoel. Hij was vergezeld van een vrouw, dik en forsch, maar met een vriendelijk gezicht. Hij zei iets tegen Kathleen, waar van het meisje echter geen syllabe be greep. Toen probeerde hij het met gebaren en daaruit maakte zij op, dat ze uit den stoel moest komen. Zij gehoorzaamde, tegelijker tijd op haar verbonden voet wijzend. De man wendde zich naar de vrouw naast hem, voeg de haar een paar woorden toe en onmiddellijk nam zij Kathleen in haar armen en droeg haar weg alsof het Engelsche meisje een baby was. Ah Yeo verdwijnt van het tooneel. De woning, waar Kathleen door de forsche vrouw heengedragen was, was weinig meer dan een hut, een bouwsel van één vertrek zonder verdieping. De kamer was in tweeën gedeeld door een schot van ruwe matten. Er was geen stookplaats, maar- op de harde leemen vloer brandde een houtvuurtje, waar van de rook een zoo goed mogelijk heen komen zocht. Zachter dan iemand van deze vrouwelijke kolos zou hebben verwacht, zette de gast vrouw het meisje op een ongemakkelijken stoel neer. Een oogenblik nam zij haar gast met nieuwsgierige oogen op, toen, haar ge wonden voet opmerkend, plaatste zij een krukje zoodanig, dat de voet daarop kon rus ten. Kathleen dankte haar in 't Chineesch, welke taal de vrouw blijkbaar verstond, want ze gaf onmiddellijk antwoord, echter in een dialect, dat voor het meisje zoo goed als on verstaanbaar was. Daarop nam de vrouw een kroes van een plank en ging naar buiten. Toen ze enkele minuten later terugkeerde, was de kroes ge vuld met geitenmelk. Ze reikte den drank aan Kathleen, die. omdat de vrouw zoo haar best deed vrien delijk te zijn, de nog warme melk aannam' en er langzaam van nipte. Maar het was een heele zelfoverwinning om die lafenis tot zich te nemen Direct daarop werd de deur geopend en traden twee mannen binnen: Ah Yeo en de rooverhoofdman; op het gezicht van eerst genoemde lag een eenigszins bezorgde trek. De vrouw begroette de heuvelbewoner "met een scherpe vraag. De man antwoordde op geruststellenden toon, maar de vrouw praatte rad en heftig door en daar Kathleen zag dat Ah Yeo verstond waar het over gin? ondervroeg zij den secretaris: „Wat zegt die vrouw?" Zij vraagt waar haar man is, en dit heer schap beweert dat hij het niet weet, maar ik heb zoo'n idee dat hij liegt!" „Waarom?" „Omdat er op den weg hierheen een man gevallen is en zijn been gebroken heeft en ze hem hebben laten liggen waar hij neerviel Als nu de man van deze vrouw niet mee teruggekomen is, ligt de veronderstelling voor de hand dat hij de gewonde is". „Hebben ze hem alleen in de duisternis ge laten met een gebroken been? riep Kathleen ontzet uit. „Och ja", was het onbewogen wederwoord. „Zoo is dat. soort dat in deze bergen rond zwerft! Maar wat zullen we ons drukmaken om een roover, die zonder twijfel zijn ver diende loon krijgt? Ik heb belangrijk nieuws met u te bespreken. Die schurk daar heeft den prijs van uw losgeld verhoogd tot drie duizend zilveren taels". „Neen", klonk het poeslief. „Het is nog meester wenscht te betalen?" informeerde Kathleen smalend. „Neen", klonk het poeslief. „Tet is nog niet het tiende van hetgeen het hem waard is om u in Pi-Chow terug te hebben, maar het is niet de bedoeling van dien schavuit om u te laten gaan. Kijk hem aan! Ziet u wel hoe hij zijn oogen geen seconde van u af heeft?" Het was maar al te waar wat Ah Yeo zei. Al den tijd dat hij met de vrouw des huizes had gepraat, had de rooverhoofdman gretige blikken op Kathleen geworpen en zich realiseerend wat Ah Yeo bedoelde, kreeg het meisje een kleur als vuur, om direct daarna doodsbleek te worden. „Wat wat „Het is niet alleen mijn achtenswaardige meester, die gevoel voor schoonheid heeft", vervolgde Ah Yeo veelbeteekenend. Het meisje huiverde toen zij den bergbewoner nog eens opnam en toen ging de secretaris van den mandarijn voort: „Over een half uur moet ik weggaan „Weggaan!" Kathleen schreeuwde het bijna uit, want hoewel zij den man uit den grond van haar hart haatte, had zij toch het ge voel dat zijn aanwezigheid in zekeren zin bescherming zou zijn. „Ja. Ik word verondersteld naar Pi-Chow te gaan om voor de drie duizend taels los prijs te zorgen. Ik twijfel echter of het de bedoeling is, dat ik den Yamen zal bereiken. Het lijkt mij waarschijnlijker dat ik onder weg in de duisternis gedood zal worden". Kathleen keek hem aan met oogen vol ver schrikking. Ah Yeo's manier van doen was zoo ernstig, dat zij geen oogenblik aan de juist heid van zijn veronderstelling twijfelde. „Ja. en als ik gedood wordt zal er geen los prijs komen; u zult hier blijven en niemand zal ooit weten wat er van u geworden is: noch mijn achtenswaardigen meester, noch uw vader, noch de barbaar van een dok ter Hij brak plotseling af, maar te laat. Het meisje liad zijn fout opgemerkt en een plot seling licht van vreugde daagde in haar blik. „Maar ik dacht dat dokter Forsyth dood was?" viel zij hem vlug in de rede. De secretaris probeerde zijn vergissing te herstellen, maar het resultaat van zijn poging was maar magertjes. „Ik was het vergeten", hernam hij, zonder I ziin eew.one zekerheid;, „he.t spreekt vanzelf dat hij dood is.... Hij.... kan u niet hel pen". „Neen!" gaf Kathleen zacht toe,,, niet als hij dood is". Maar hoewel ze het niet uit. sprak, geloofde zij Ah Yeo niet langer. Dick was niet dood, zooals ze had gedacht. En die wetenschap gaf haar nieuwe kracht, vormde een prikkel om haar uiterste best; te doen aan het gevaar dat van de zijde van den roover dreigde, te ontsnappen. „Maar ik kan u helpen!", vervolgde Ah Yeo rustig. „U kunt me helpen? Hoe?" „Luister! Ik heb weinig tijd. Ze verkeeren: in de meening dat ik bezig ben u uit te leggen waarom ik vertrek, is de vrouw van mijn! achtbaren heer, die ik niet mag verlaten j zonder eenige verklaring begrijpt u? Daar- j om ben ik hier gebracht. Ik ga direct alleen'. Ik word de duisternis ingezonden om op een geheel onbekenden weg terecht te komen. Daar zullen zij mij vermoorden. Pi-Chow terugzien zal ik niet. den bergweg erheen' zelfs niet bereiken. Maar ik ben niet van plan blindelings in de val te loopen. Zoodra ik alleen gelaten wordt zal ik.nog maar een klein eindje verder gaan en dan terugkeeren- om u te halenals u dat tenminste wilt.- Blijkbaar is alleen die vrouw hier in huis en het zal niet zoo moeilijk zijn haar te overmeesteren. terwijl, als u hier wacht tot morgen....". Hij zweeg abrupt, wierp een blik op den rooverhoofdman en voegde, met een sluwe klank in zijn stem, er aan tqe: „Die man heeft misschien niet het geduld van mijn achtbaren meester! Die zou mij trouwens nooit vergeven als ik zijn liefelijke bloem in handen liet van zoo'n monsterachigen heuvel bewoner. Kathleen dacht vlug na. Hier vandaan te komen, zelfs met Ah Yeo als gezelschap be- teekende winst. Dick leefde: hij zou haar opsporen, haar inhalen. Maar opeens schoot haar een moeilijkheid te binnen. (Wordt vervolgd)^ J

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 9