Waarom luchtbescherming? Flora 1935 Heemstede. ZATERDAG 11 MEI 1935 HAARCEM'S DAGBEAD Wat majoor Schimmel van den Generalen Staf daarover op een persconferentie mededeelde. Op het departement van Buitenlandsche Zaken heeft dezer dagen een persconferentie plaats gehad waarop majoor A. H. Schim mel, hoofd van het Bureau voor Luchtverde diging van dn Generalen Staf. inlichtingen gegeven heeft over de noodzakelijkheid van Luchtbeschermingsdiensten. Hoe vreeselijk de lucht oorlog zal zijn. Er bestaat over de Luchtbescherming in ons land veel misverstand zoo begon majoor Schimmel zijn uiteenzetting het is daarom van belang precies te zeggen hoe het daar mede staat. Om dit te kunnen beoordeelen is het evenwel noodig eenig begrip te hebben van den komenden luchtoorlog. Ervaring van een luchtoorlog hebben wij niet. In den wereldoorlog 1914,1918 werden de vliegmachines nog alleen als h u 1 p-middel gebruikt, meest voor verkenningsdoeleinden Er werden toen ook wel luchtgevechten ge leverd maar die ontstonden alleen als de te genpartij die verkenningen wilde beletten. Er werden door bommenwerpende vliegmachine.' slechts weinig aanvallen op steden onderno men. Nu is men er van overtuigd, dat de machi nes, die in den tusschenliggenden tijd tech nisch veel volmaakter zijn geworden, als zelf standig strijdmiddel in den oorlog gebruikt kunnen worden. De snelheid, die in den we reldoorlog 180 K.M. per uur bedroeg, werd op gevoerd tot 400 K,M. Ook het draagvermogen is belangrijk vermeerderd, zoodat nu groote hoeveelheden bommen meegenomen kunnen worden, Bovendien is de betrouwbaarheid der machines veel verbeterd, o.a door het blind- vliegen en radiopeilingen. De ervaringen over den luchtoorlog opge daan, kunnen als verouderd ter zijde gesteld worden. Hoe de komende luchtoorlog ge voerd zal worden, weten wij niet. alles berust slechts op gissingen, veronderstellingen. Ze ker is evenwel, dat militaire objecten gebom bardeerd zullen worden. Daartoe behooren alle militaire centra, opslagplaatsen van le- gervoorraden. enz. Maar dan komen de sem:- miütaire objecten zooals stations die van belang zijn voor troepenvervoer, spoorbrug gen, munitiefabrieken, enz. Maar welke fa briek valt er dan eigenlijk buiten, want in oorlogstijd levert bijna elke fabriek aan het leger. Een fabriek van wollen stoffen kan bij voorbeeld als object beschouwd worden, want die levert immers de stof voor militaire klee ding. Als men eenmaal den voet op dit pad gezet heeft, weet men niet waar het heen gaat. Men kan de watervoorzieningen en electrische centrales der steden aanvallen, de aanvoer van levensmiddelen belemmeren en nog veel meer. Er is wel geen enkel land dat propageert om zoo ver te gaan. maar men ziet de. mogelijk heid onder oogen dat de vijand het zal doen. Men vertouwt elkaar niet Misschien is het mogelijk, dat in den eersten tijd van een oor log de partijen zich „beperken", al zou het alleen slechts zijn, omdat men op zijn vingers kan narekenen dat, als men zelf met den onbepërkten oorlog begint, de vijand onmid dellijk in gelijken geest zal antwoorden. In elk geval is te vreezen, dat de oorlogvoerende partij die dreigt den oorlog te verliezen in laatste instantie den onbeperkten oorlog zal voeren als redmiddel. Er zijn drie soorten bommen bekend. Allereerst de zware brisant-bommen die 59 tot 1000 K.G. wegen. Die zullen bestemd worden voor het verwoesten van belangrijke objecten. Eén voltreffer is voldoende om een groot gebouw totaal te vernielen. Tegen zulke zware bommen helpen geen ..bomvrije" kel ders, want volkomen veiligheid is zelfs nog niet te garandeeren als men in een kelder kruipt met een beschermend dak van 3 meter ge wanend beton. Als een vliegtuig ongehinderd zijn bommen kan gooien is de trefkans vrij groot. Er bestaat 82 kans, dat de bom terecht komt in een doel van 200 Meter in het vierkant. Maar het is natuur lijk aan te nemen, dat men aanvallende vliegmachines niet ongemoeid zal laten bij het bommenwerpen op belangrijke objecten. Het is dus te vreezen. dat een deel der bom men ook in de omgeving valt, want -de „uit verkoren" objecten staan soms in een be woonde omgeving. Maar gelukkig kan aangenomen worden, dat de vijand zulke zware bommen alleen zal aanwenden voor de beslist militaire ob jecten, alleen reeds omdat een machine er niet veel van kan meenemen en omdat die bommen duur zijn. Dan zijn er de gasbommen. Daartegen hel pen wel gasvrije kelders, mits de huizen waarin de kelders zijn niet zelf getroffen worden. Nu kan men zeggen, dat in de mo derne huizen weinig kelders gevonden wor den. maar het kan tot troost strekken, dat de vijand bij voorkeur aanvallen zal doen op de centra der steden en daar zijn nog wel veel huizen met kelders. Tenslotte de brandbommen van 3 tot 5 K.G.. die geworpen zullen worden om bran den te veroorzaken Daar deze bommen licht zijn. kan een machine er veel van mee nemen. De luchtverdediging niet berekend voor volkomen afweer. Natuurlijk zijn ook sinds den wereldoorlog de verdedigingsmiddelen tegen de aanval lende luchtmacht belangrijk verbeterd. Het afweergeschut is thans zeer goed en hoewel er nog geen tabellen bestaan is wel te zeg gen, dat de trefkansen zeer goed zijn. Maar Nederland kan het gevaar van een aanval lende luchtvloot niet voldoende keeren door middel van een luchtverdediging. Dan zou men bij elk object waarop de vijand een aanval zou kunnen ondernemen en hoe veel zijn er dat niet! luchtafweergeschut moeten plaatsen Daaraan is natuurlijk geen denken, want daarmee zouden fantastische sommen gemoeid zijn. Afweergeschut dat alleen waarde heeft als het geheel mecha nisch is kost namelijk zeer veel. Het zal daarom alleen mogelijk zijn op de meest vi tale punten voldoende afweergeschut te plaatsen. Verplaatsing van afweergeschut is ook niet mogelijk, want als een vijande lijke machine bij Arnhem over de grens komt- en koers zet naar Deventer, kan men niet het afweergeschut dat in Utrecht staat naar Deventer sturen, want voor het opge laden is, zijn de bommen al op Deventer gevallen. Wel zullen als er vijandelijke machines bo ven ons land komen om bommen te werpen onze eigen machines opstijgen om hen zoo mogelijk te straffen voor hun daad. maar., dan zullen in veel gevallen de bommen al geworpen zijn! Er moet dus rekening mede gehouden wor den. dat als Nederland in een oorlog betrok ken wordt, het land en de bevolking te lijden zullen hebben van de aanvallen van de vij andelijke luchtvloot. Die ellende zooveel mogelijk te beperken is de taak van de luchtbescherming. De luchtbescherming heeft geen militarie taak. De luchtbescherming heeft alleen tot doel het lijden der burger-bevolking zoo veel mogelijk te beperken. Militaire waarde heeft zij iii het geheel niet. Van daar ook dat de militaire overheid de organisatie geheel aan de burgemeesters, dus aan de gemeentebesturen, heeft over gelaten. Het Bureau voor de Luchtver dediging van den Generalen Staf geeft alleen als daarom gevraagd wordt, aan de gemeenten advies. Geen deelnemer aan de luchtbeschermingsdienst behoeft dan ook ban* te zijn, dat hij in oorlogstijd zal worden aangezien voor een franc ti- reus en door den vijand opgehangen zal worden. Dat doet meri immers ook niet met een Roode Kruiszuster of dokter In 1926 is men in ons land op zeer beschei den schaal begonnen met het oprichten van luchtbeschermingsdiensten. Het succes was evenwel uitermate beperkt. Men beschouwde die diensten eerst (geheel ten onrechte) als onderdeeltjes van het leger, vond alles dwaas en dreef er den spot mee. Erkend moet dat enkele oefeningen in het land zonder vol doende voorbereiding gehouden zijn, waar door zij een komedie werden. Dat moet in de toekomst voorkomen worden, ieder moet door drongen worden van den bitteren ernst. In sommige gemeenten is reeds vrij veel aan luchtbescherming gedaan, in ander daaren tegen nog vrijwel niets. Omdat het aan de rpgeering gebleken is, dat men deze zaak niet aan het initiatief der gemeenten kan overlaten, zal daarin verandering komen. Luchtbescherming bij de wet verplicht. De regeering heeft een wetsontwerp samen gesteld om de luchtbescherming verplicht te stellen. Dit ontwerp heeft reeds verschillende instaties doorloopen, zoodat de indiening bij de Kaïn er binnenkort te verwachten is. Het ligt in de bedoeling dat deze wet nog dit jaar op de agenda zal komen. Bij deze wet zullen de gemeenten in drie gevarenkl assen verdeeld worden. Een ge meente waarin de meest bedreigde objecten liggen, zal tot de uitgebreidste voorzorgen verplicht worden, omdat verwacht kan wor den. dat de bevolking in oorlogstijd daar zal zijn. Daaruit bib'kt dus, dat het niet noo dig geacht wordt dat elke gemeente een groot- grootscheeos oosrezette luchtbeschermings dienst krijgt. Alleen waar het noodig is moe ten voorzorgen genomen worden. Maar de in deeling in gevaren-klassen is gebaseerd op den vredestoestand. In tijd van oorlog kan een dorpje dat eerst buiten eike gevaren-klasse viel, in eens een gevaarlijk object worden, alleen reeds omdat daar militairen gelegerd worden. Een waarschuwingsdienst. De luchtbeschermingsdiensten zullen in oorlogstijd geholpen worden door een waar schuwingsdienst. Aan onze grenzen worden uitkijkposten ingesteld, die onmiddellijk alarm maken als de vijandelijke vliegers gezien worden. Overal in ons land worden dan de vliegers gadegeslagen. Om geen noodelooze ongerustheid te verwekken die bovendien nog het nadeel zou hebben dat de paraat heid zou verslappen worden de gemeenten gewaarschuwd die in de richting liggen die de vliegers kiezen. Bij die waarschuwings dienst zal gebruik gemaakt worden van de telefoon en de radio. Mochten al onze zenders door den vijand vernield zijn, dan zal gewerkt worden met verplaatsbare kleine -zenders. Men moet evenwel bedenken dat de vlieg tuigen zich zeer snel verplaatsen. Het zal alleen mogelijk zijn tijdig te waarschuwen als de bedreigde steden ongeveer 80 K.M. van de grens liggen. Voor een aanval uit Oost zal men Utrecht, Amsterdam, Haarlem Rotterdam tijdig kunnen alarmeeren, maar voor een aanval uit West zal dat zeer moeilijk zijn. Een klein land is in een veel nadeeliger positie dan een groot land. Het zal immers heel wat moeilijker zijn om een onverwachten aanval op Berlijn te ondernemen dan op Am sterdam. Er is bovendien nog kans, dat in oorlogstijd ons land nog kleiner wordt, namelijk als ons leger gedwongen zou zijn in het Oosten achter de IJssel terug te trekken en in het Zuiden achter de groote rivieren. Luchtbeschermingsdiensten zijn in de Ne- derlandsche steden dus heel wat noodiger dan in Berlijn en toch is die te Berlijn beter georganiseerd dan hier. De luchtbeschermingsdiensten der gemeen ten zullen ook eigen uitkijkposten moéten in stellen. Willen deze evefhvel eenigen tijd heb ben om de bedreigde stad te waarschuwen, dan zullen zij niet op 20 K.M. afstand moeten staan. Een vliegmachine- legt dien afstand immers reeds in 3 minuten af! Veel speling is er dus niet. De inrichting van een luchtbeschermingsdienst. Wil een dienst op alles zijn voorbereid, dan is het noodig, dat daarbij veel in woners betrokken worden. Het percen tage is misschien wel op 10 te stellen. Daarbij moet bedacht worden, dat bij den dienst geen personen ingedeeld kun nen worden waarover men in oorlogs tijd niet kan beschikken. Het was bijvoorbeeld een fout. dat bij een in het land gehouden oefening een heid als leider van den geneeskundigen dienst optrad, want deze man zou in oor logstijd gemobiliseerd zijn. Het personeel van de brandweer zal zeer sterk uitgebreid moeten worden. Thans is een brandweer slechts berekend op het blus- schen van één, hoogstens twee branden, tegelijk, maar dan moet men helaas reke ning houden met de mogelijkheid, dat brandbommen op misschien 200 punten tegelijk brand veroorzaken. Eén vlieg machine kan immers wel 2000 a 3000 brand bommen meenemen en uitstrooien. Over brandbommen bestaan onjuiste mee. ningen. Het is een feit, dat een brandbom niet met water te blusschen is (wel met zand) maar in één minuut is de bom zelf uitgebrand. De brand die dan ontstaan is onderscheidt zich in niets van een gewone brand en kan wel met water gebluscht wor den. Daarvoor is dan natuurlijk personeel noodig. terwijl ook wel over meer materiaal beschikt, zal moeten kunnen worden. Ook is het mogelijk.' dat bij een lucht aanval op een stad de watertoevoer op 10 of 20 plaatsen vernield wordt Het gewone per soneel van de waterleiding zal dus versterkt moeten worden om die lekken te herstellen. Ook zal er personeel beschikbaar moeten zijn om hulp te verleenen bij instortingen. De Geneeskundige dienst moet veel dokters, verpleegsters en transporteerders hbben. Bij deze hulpverleeningen zal decentrali satie toegepast moeten worden. In alle wijken moet immers zoo spoedig mogelijk hulp ver leend worden. Vrouwen zijn bij de luchtbescherming uit stekend te gebruiken voor verpleegster, tele foniste. ordonance-diensten enz. In oorlogstijd zal. om luchtaanvallen tegen te gaan, bij avond en nacht in de steden een beperkte duisternis worden in gevoerd. Dadelijk als een aanval aangekon digd wordt zal ieder inwoner verplicht zijn mede te werken om de volkomen duisternis in te stellen. Nergens mag dan licht schij nen, want elk licht zou een aanwijzing zijn voor een vlieger. Een luchtbeschermingsdienst, ook al is die zoo goed mogelijk georganiseerd en uitgerust, kan niet voor 100 pCt. het luchtgevaar keeren. Er blijft een groot gevaar voor de bevolking bestaan, men kan alleen den omvang verkleinen en het lijden verzachten. Maar dat is toch geen reden om het na te laten. Beter wat dan niets! Indien door de lucht- bec-.i-.ovmir.o-sdiensten slechts 5 pet. van de ellende van een luchtaanval voorko men zou kunnen worden, zou het im mers toch nog de moeite loonen om net te doen. Maar gelukkig kunnen wij zoo besloot majoor Schimmel het per centage veel hooger stellen. Het bezoek der Amerikanen. FLORA 1935 HEEMSTEDE. Minister Colijn en echtgenoote vergezeld van de echtgenoote van minister Oud hebben Vrijdagmiddag een bezoek aan Flora gebracht. Zij werden rondgeleid door de heeren Krelage en Voors. HOOFDAKTE-EXAMEN. In de commissie belast met het afnemen van het hoofdakte-examen te Haarlem zijn benoemd: dokter in uniform van officier van gezond- lem. a. tot lid en voorzitter: H. van de Weijer, inspecteur van het lager onderwijs in de inspectie aHarlem te Haar lem; b. tot lid en ondervoorzitter; H. W. Korenstra, directeur eener bijzondere kweekschool voor onderwijzeressen, te Haar lem; c. tot leden: P. J. Debets, leeraar aan een bijzondere kweekschool voor onderwijzers en onderwijze ressen te Haarlem; drs. A. de Fouw, leeraar aan een bijzondere kweekschool voor onderwijzers en onderwij. zeressen te Haarlem; J. H. van Ginkel. leeraar aan een kweek, school voor onderwijzers en onderwijzeres sen te Bloemendaal: O. A. Houwen, directeur eener bijzondere kweekschool voor onderwijzers en onderwij zeressen te Overveen; H. Marwitz, leeraar aan de Rijkskweek school voor onderwijzers en onderwijzeressen te Haarlem H. J. Sarink, onderwijzer aan een school voor uitgebreid lager onderwijs te Haarlem; drs. J. A. A. Verlinden, leeraar aan een bijzonder lvceum te Utrecht; G. Th. Vermeulen, directeur eener bijzon dere kweekschool voor onderwijzers te Be verwijk; H. B. J. Vlas, leeraar aan een bijzonder lyceum te Alkmaar. A. H. de Wilde, hoofd eener openbare lagere school te Amsterdam; L. van der Zweep, hoofd eener bijzondere lagere school te Haarlem; d. tot plaatsvervangende leden: L. Alles, leeraar bij het middelbaar onder wijs te Haarlem; J. J. Boolen, leeraar aan de gemeentelijke kweekschool voor onderwijzers en onderwij zeressen te Amsterdam. J. Bovenberg, leeraar aan een bijzondere kweekschool voor onderwijzers en onderwij zeressen te Oegstgeest; drs. K. H. van Dijk. leeraar bij het mid delbaar onderwijs te Amsterdam; J. van Keulen, leeraar aan een bijzondere kweekschool voor onderwwijzers en onder wijzeressen te Laren; D. G. Magé, leeraar aan de gemeentelijke kweekschool voor onderwijzers en onderwij zeressen te Leiden. D. Th. Rodenburg, leeraar aan een lyceum te Zaandam; A. B. Roosjen, leeraar aan een bijzondere kweekschool voor onderwijzers en onderwij zeressen te Amsterdam; Dr. A. Vega. leeraar aan het gemeentelijk lyceum te Utrecht; J. van der Worp, directeur der Rijkskweek school voor onderwijzers en onderwijzeressen te Alkmaar; R. IJzer, leeraar aan de Rijkskweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen te Haarlem. In de comissie te Amsterdam zijn o.m. tot leden benoemd: Th. P. J. Snijders, leerar aan een bijzon dere kweekschool voor onderwijzeressen te Amsterdam, te Driehuis-Velsen; R. L. J. Warnars, leeraar aan bijzondere hoofdaktecursussen te Haarlem en te Alk maar. te Haarlem; d. tot plaatsvervangende leden: J. B. J. Haanen, leeraar aan bijzondere hoofdaktecursussen te Haarlem en te Alk maar, te Beverwijk en G. van Hees, hoofd eener centrale school voor het 7de en 8ste leerjaar te Vrijdagmiddag hebben de Amerikaansche bezoekers aangezeten aan een lunch in res taurant Flora. De burgemeester van Heem stede, Jhr. J. P. W. van Doorn heette de gas ten welkom in zijn gemeente. Het is een buitengewoon goed idee geweest van de tuinliefhebbers om Holland te be zoeken in den lente-tijd. Want in dat jaar getijde is ons land vooral aantrekkelijk en in zijn volle weelde van bloemen en kleuren, waardoor men dan ook den indruk krijgt, dat dit gedeelte van het oude Continent nog steeds frisch is eri jong. Wanneer ieder jaar de natuur weer ont waakt in nieuwe zuiverheid, dan wordt weer opnieuw gezocht naar ondernemende ideeën om alles zoo aantrekkelijk mogelijk te maken, en dan zult U in vele opzichten kunnen op merken de scheppende kracht der inwoners. U heeft, gaande door de gemeente Heem stede. aldus spr., vele voorbeelden van fraaie architectuur kunnen bewonderen, en U zult niet alleen hebben kunnen zien een groote weelde van bloemen in dit paradijs „Flora", maar tegelijk een idee hebben gekregen van wat bereikt kan worden door hechte samen werking. Ik ben overtuigd, dat U allen, tuinliefheb bers en leden van de Horticultural Society en de Society of American Florists, niet alleen hier bent gekomen om op Uw pilgrimage" voor U zelf de schoonheid der bloemen te zien. maar tevens de kunst te leeren om thuis Uw landgenooten te onderwijzen: Say it with flowers. Ik wensch U verder een aangenamen en prettigen tijd hier in Holland, en een goede reis naar de Vereenigde Staten". Hierna kreeg de heer John T. Scheepers het woord, die de volgende boodschap overbracht namens de Horticultural Society of New York. Aan liet Nederlantlsche Volk. Aan de leiders van de Internationale Bloe mententoonstelling te Heemstede en het Ne- derlandsche Volk: Wanneer wij U, de ontwerpers van de In ternationale Bloemententoonstelling te Heem stede, de groeten zenden van de Horticultural Society of New-York, doen wij dit met waar deering, niet alleen voor Uw durf en ijver, waarvan dit bloemfestijn van 1935 getuigenis aflegt, maar ook voor hetgeen het geheele Hoilandsche volk heeft tot stand gebracht op het. gebied der schoone voortbrengselen van tuinbouw, die hebben bijgedragen om van de Nieuwe Wereld een fraaier woonplaats te maken. Uw bollen en andere tuinbouw-voortbreng- selen vertegenwoordigen een zeer aantrekke lijk deel van ons dagelijksch leven in Ameri ka, daar wij. nadat zij gedurende de koude maanden in de aarde verborgen zijn, geduren de vele weken vóór de Lente het vreugdevolle vooruitzicht op haar bloei hebben, waarna groote kleurenweelde de meest bevredigende verwezenlijking brengt. Daarom zendt onze Vereeniging aan het geheele Nederlandsche Volk haar groeten, en spreekt de beste hoop uit voor het welslagen van Uw bloemententoonstelling, en de voort durende voorspoed van Uw natie. Mag ik ook mijn persoonlijke gelukwenschen en beste wenschen toezenden. bloemententoonstellingswerk ten volle de grootheid begrijpen van de taak, die U zoo meesterlijk heeft vervuld. Ik heb nu de hoogst aangename taak de Horticultural Society of 'New York te verte- genwoordigen, om hulde te brengen aan den- gene. die zoo buitengewoon gewerkt heeft, om dit bloemenfeest te doen welslagen, de man, die niet alleen de plannen voorstelde, maar de schetsen teekende en uitwerkte, en na zorg vuldige studie erin geslaagd is, zoon volmaakt geheel te scheppen. Dit is de heer Voors, wien ik thans de Gouden Medaille van deze ver- eeiiiging mag overreiken. (Applaus). De heer Voors. (Wij teekenen hierbij aan, dat deze Speciale Gouden Medaille thans voor de zesde maal is uitgereikt, in 1925 aan den heer Krelage, thans aan den heer Voors; het is een medaille die wordt uitgereikt voor bijzondere prestaties op tuinbouwkundig gebied.) Mrs. Seabury dankte voor de prachtige ontvangst en bracht de beste wenschen over van de American Garden Clubs. AUTOBANDEN met 50 »/o korting 1ste kwaliteit. Geen Duitsche banden. GARAGE MODERN, KOUDENHORN 40 Telefoon 11022, (Adv. Ingez. Med.) Flora. HENRY F. DUPONT, Voorzitter. Des avonds zat het Amerikaansche gezet schap aan een maaltijd in het Flora-Restau rant aan, waarbij o.a. ook aanwezig waren de heer Jhr. Mr. A. M. Snouck Hurgonje, secre taris-generaal van Buitenlandsche Zaken, de heer A. G. Boes als waarnemend burgemees ter van Haarlem, de heer Jhr. J. P. W. van Doorn, burgemeester van Heemstede, de heer Van der Lugt en Mr. Van Lier, resp. onder voorzitter en secretaris van de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Rotterdam. Mr. E. H. van Baumhauer, gedelegeerd lid van de Ned. Amerikaansche Kamer van Koophandel te Amsterdam, de heer G. D. Gratama, direc teur van het Frans Halsmuseum en de heeren Krelage en Voors van het Uitvoerend Comité de Flora, van wie enkelen vergezeld van hun dames. De bezoekers en bezoeksters uit Amerika werden aan tafel toegesproken door den heer Krelage, die zijn vreugde uitsprak over de komst van een zoo uitgelezen schaar waardige priesteressen en bekoorlijke dienaressen van Flora. Tot nu toe was bij dit bloemenfeest steeds uitsluitend door mannen aan de maal tijden deelgenomen en spreker achtte het een gelukkig verschijnsel dat het evenwicht dooi de aanwezigheid der talrijke Amerikaansche dames nu hersteld was. Deze zijn bovendien geestdriftige propagandisten voor verfijnde schoonheid in tuinen en kennen beter dan wie ook de bezwaren van invoerbelemmeringen voor planten en bollen. Misschien zullen zij deze nog beter ervaren, na een bezoek aan de Flora, waar zoo vele plantenschatten te zien zijn, die zelfs de volmaakte Amerikaansche tuinen nog zouden kunnen verrijken. Met een verwijzing naar de aankondiging der Amerikaansche Regeering van vrijen Nar- cisseninvoer na 1936, bracht de heer 'Krelage hulde aan de American Garden Club, die ja renlang naar dit resultaat heeft gestreefd en begroette hij met vreugde de officieele afge vaardigde dier club, Mrs. Seabury. Vervolgens richtte spr. woorden van groote lof en waardeering tot den heer Scheepers, die als officieel vertegenwoordiger van den Gou verneur van den Staat New York aanwezig was, maar tevens ook door de Horticultural Society of New York en de Society of American Florests was afgevaardigd. De heer Scheepers heeft zeer veel bijgedragen tot de bekendma king van Nederlandsche bloembollen in Ame rika en zijn verdienste zijn door onze Konïn gin erkend door zijn benoeming tot Ridder in de Oranje Nassau Orde .Als voorzitter van het Flora propaganda comité in Amerika is hij er jeslaagd deze belangrijke pilgrimage te organiseeren, waarvoor spr. hem warmen dank bracht, zijn toast eindigende met een dronk op het gezelschap in 't algemeen en den heer Scheepers in 't bijzonder. De heer John T. Scheepers bracht de groeten en de beste wenschen over van den Gouverneur van den Staat New York. Amerika, vertegenwoordigd door deze groep van geestdriftige tuinliefhebbers, zendt U haar groeten en allerbeste wenschen voor het succes van Uw volk, zei spr. Holland is in zekeren zin geen vreemd land. want wij leven bijna dagelijks, óf in afwach ting, óf in de werkelijkheid van de voort- brenselen van Uw bodem. Wij staan vol be wondering en waardeering voor Uw onderne mingsgeest en wat daardoor is tot stand ge bracht. Wij. tuinders uit de Vereenigde Staten wenschen U te danken voor de bloembijdra gen, die zooveel doen om onze Lente- en Zo mermaanden zoo mooi te maken. Thans breng ik U ook de felicitaties over van Uw tijdgenooten uit de Vereenigde Sta ten, de^ociety of American Florists en de Hor ticultural Society of New York. Dit is een groep kweekers en tuinders van overzee, die met groote belangstelling de vorderingen van l Haar- Uw werk hebben gadegeslagen, en door 1 Hofdijkplein hun eigen ondervinding op het gebied van Van Egmondstraat De bekroningen van de 4de Tijdelijke. Aan inzending van vervroegde, afgesneden gladiolus in vazen en manden van de Ned. Gladiolusver. Eereprijs. Extra eereprijs kleine gouden medaille-West Friesland. Haarlemsche Bloemenwinkeliers Vereeni ging stand „Fleurop" (bindwerk). Eereprijs. Aan inzending winter lathyrus, ingezonden door N.V. Kweekerij Enchantres v./h. H. Car- lee, Haarlem. Zilveren medaille. Aan inzending vervroegde dahlia's in pot, ingezonden door J. G. Ballego Zn. te Lei den. gouden medaille. Extra eereprijs zilveren beker van NederI, Dahlia Vereeniging. Aan inzending vervroegde dahlia's in pot, ingezonden door Kweekerij Dalvaroste, Zand- voort. Eervolle vermelding. Aan groep Lilium Tenuifolium, Regale eri Longiflorum, ingez. door N.V. G. C. van Meeu wen Zn., Heemstede. Groote gouden medaille Aan inzending Orchideeën, ingezonden door B. D. de Jong Zn., Rijswijk. Eereprijs. Extra eereprijs, Groote gouden medaille vari de Alg. Ver. voor Bloembollencultuur. Aan inzending bloeiende struiken (Horten sia. Rhododendrons, Jap. Azalea's en Azalea Mollis) ingezonden door D. Keessen Czn. Co., Aalsmeer. Groote gouden medaille. Aan inzending anemonen en ranonkels, in gezonden door J. Rusman, Hillegom. Zilveren medaille. Aan uizending Chrysanten in pot, ingezon den door de firma P. en J. W. Mantel te Aven- horn. Eervolle vermelding. Aan inzending Iris-Germanica, Iris Regelio- cyclus, narcissen en andere snijbloemen en planten, ingezonden door N.V. C. G. van Tu- bergen, Haarlem. Gouden medaille. Aan inzending bloeiende struiken (Japan- sche Azalea's, Azalea Mollis Acer en Glycina)' ingezonden door de firma Felix Dijkhuis, Boskoop. Groote gouden medaille. Aan inzending afgesneden bol-ïris in soor ten. ingezonden door Iriskweekers, leden der A. V. v. B. C. Eereprijs. Extra eereprijs gouden medaille van de firma R. Mees en Zonen, Rotterdam. Aan inzending afgesneden rozen, ingezonden door Aalsmeersche Tuinbouwbond. Aalsmeer. Eereprijs. Aan inzending nieuwe tulpen, in soorten (van het vrije veld) ingezonden door N.V, Gebrs. van Zonneveld, te Sassenheim. Gou den medaille. Aan inzending blad-begonia's, ingezonden door J. C. Maarse, Aalsmeer. Groote gouden medaille. Aan inzending Astilbe in soorten, ingezon den door Fa. G. Lubbe Zn. Zilveren medaille. Aan inzending bloeiende pot-planten en snij bloemen, ingezonden door Bloemen en Plan ten veiling Utrecht en Omstreken. Eereprijs. Extra Eereprijs bronzen medaille Kamer van Koophandel, Rijnland. Aan inzending afgesneden Anjers, ingezon den door Jos. Klinkenbergh's Kweekerij en, Loosduinen. Eereprijs. Aan inzending nieuwe tulpen in soorten, (Warenhuis) ingezonden door: N.V. F. Rijn- veld Zn., Hillegom. Groote gouden medaille. Extra eereprijs, zilveren Beker. Exp.onder- neming v.h. van v. d. Linden, Hillegom. Aan collectie nieuwe tulpen (Warenhuis) in gezonden door N.V. Gebrs. de Graaff en S. A. van Konijnenburg, Noord wijk. Gouden medaille. Aan inzending Rehmannia-Angulata: inge zonden door A. Koper, Bennebroek. Verguld zilveren medaille. Aan inzending Narcissus Snowsprite, inge zonden door: de Fa. John Mooy Jr., Haarlem. Zilveren Medaille. Aan inzending nieuwe parkiet-tulpen, in gezonden door Fa. v. d. Zaal, Lisse. Gouden medaille. Aan inzending Sparaxis-Fireking. ingezon den door Fa. Roozen-Kramer, Overveen. Eer volle vermelding. BADHUIZEN „WITTE KRUIS". Het aantal genomen baden in de afgeloo- pen maand April 1935 was: Badhuis. Koudenhorn Leischeplèin Schotelsingel <D "O a <y Mannei 3 p .O - O.T5 23 •gM w 3 975 455 91 1415 710 436 126 1804 905 873 165 1566 644 737 loG Io22 1037 702 342 1521 2687 3747 3133 3903

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 9