Geschenken voor Prinses Ingrid en Kroonprins Frederik van Denemarken
Het geheim van Lady Littenton
Een aantal Scheveningsche haringloggers is Maandag ter vischvangst vertrokken.
Familieleden en verwanten wenschen de bemanning van een der schepen een goede reis
Het slangenverblijf In de Rotterdamsefi*
diergaarde wordt schoongemaakt, een bezig
heid, die de onverdeelde belangstelling van
het publiek heeft
Voor het huwelijk van Prinses Ingrid van Zweden en Kroonprins Frederik van Denemarken.
Boven de gouverneurs der provincies bieden het huldigings adres en het geschenk der be
volking aan. Onder: Koning Leopold van België en Prinses Margaretha van Denemarken bij
het officieel diner te Stockholm
De St. Laurenstoren te
dam in de steigers,
restauratiewerk is in
gang
W-W
De Koning en de Koningin van Engeland
werden tijdens hun rijtoer door het Zuidea
van Londen hartelijk door de enthousiaste
menigte begroet. - De stoet passeert d«
feestelijk versierde straten
Staatslieden in .civiel
minister van Buitenlar
golfwedstrijden voor di
op di
Sir John Simon, de Engelsehe
dsche Zaken, als deelnemer aan de
e leden van het Engelsehe Parlement
links te Walton Heath
Het negende Douglasvliegtuig, de „Oeverzwaluw", dat met het s.s. .Rotterdam" uit Amerika was over
gebracht, is Maandag te Waalhaven aan wal gezet, waar het verder gemonteerd zal worden
Rotterdamsche politiecorps
de oude uniformen voor d«
ïeuwe verwisseld
FEUILLETON.
door
£LSA KAISER.
HOOFDSTUK III.
,ïk ben voor niemand te spreken voor nie
mand", zeide Alice toen zij weder in haar
kamer kwam, waar de kamenier haar
wachtte.
Suzette keek ontsteld naar het bleeke ver
anderde gezicht van haar jonge meesteres,
maar zij durfde niets ae vragen. Zwijgend
verliet zij de kamer.
Alice viel snikkend op den divan neer. O,
niets meer zien, niets meer hooren, kon zij
maar vergeten en alle gedachten verbannen.
Het scheen haar toe alsof de hemel boven
haar hoofd was ingevallen en zij kon zich
tusschen de puinhoopen van haar leven niet
meer bewegen. Er was iets dat geen „terug"
meer gebood en voor dat „iets" wilde zij
vluchten.
Leugen dus! Alles! Haar heele jeugd. Haar
onbezorgde meisjesleven, leugen, zelfs de
vrouw die zij moeder genoemd had en die zij
zoo had liefgehad was een leugen. Bah, alles
op de wereld was verachtelijk en nu, moest
zij haar dankbaarheid toonen door met een
ouden man te trouwen, een man die zij ver
afschuwde.
Alice dacht na over haar leven Wat had zij
voor eischen gesteld, wat al niet had ze ver
langd en aangenomen van het leven en van
den man die daar beneden achter zijn
schrijftafel zat en die haar opgevoed had
enkel voor zijn plannen, die geen atoom liefde
voor haar had gevoeld en nu een offer van
haar verlangde, een offer dat veel te groot
was, een offer dat zij niet brengen kon. Ach
had zij toch nooit dezen Nelson leeren ken
nen, zonder hem zou zij nimmer de waarheid
omtrent haar geboorte gehoord hebben en
zou nu vroolijk en vrij verder kunnen leven,
aannemende wat men haar bood. Nu was er
niemand meer tot wien zij zich wenden kon,
zij stond alleen en verlaten op deze wereld
zonder een cent, niemand had haar noodig,
niemand verlengde naar haar, zelfs haar
eigen ouders hadden haar van zich afgescho
ven.... Zij moest weg van hier, zij mocht
niet langer de weldaden van Gordon aanne
men. Zij moest hen beiden ontvluchten, Gor
don en Nelson Maar waarheen, waarheen?
Zij schrikte op. Suzette was op haar teenen
binnen gekomen. „Miss., daar is een dame
aan de telefoon, die zich niet laat wegzen
den," zeide het meisje, „Zij zegt, dat zij u
dringend moet spreken. Het is mis Claire Mis
ters."
Claire! Alice sprong op. „Gauw, breng de
telefoon hier", riep ze gejaagd. Claire was de
eenige mensch op de wereld die haar mis
schien zou kunnen helpen. De hemel zond
haar. Claire was de eenige echte vertrouwde
vriendin van Alice geweest. Zij hadden samen
de universiteit bezocht en hadden een paar
jaar samen in Chicago gewoond.
„Ik ben voor eenige dagen hier." hoorde
Alice haar vriendin door de telefoon zeggen
„Ik wou je zoo graag even komen bezoeken
en je iemand voorstellen."
„Ik ben ziek en heelemaal buiten mezelf,
ik kan nu niemand ontvangen, alleen jou
Claire."
„Maar Alice ik ga morgen naar Engeland
en daarom wilde ik je nu zoo graag het ca
deau brengen dat ik voor je huwelijk heb ge
kochten ik wilde je aan iemand voor
stellen die erg nieuwsgiering naar je is."
Allee snikte. „Ach Claire, je huwelijks
cadeau kan ik niet gebruiken,".
„Ga je niet trouwen?"
„Neen, neen".
„Is er dan iets gefeeurd, Alice?"
„Ja, ik kan het je mondeling wel vertellen.
Waar ben je nu?"
„In Astoria Waldorf".
„Dan ben je dichtbij, kom toch alsjeblieft
gauw Claire, maar alleen".
„„Alleen? Wat jammer."
„Ben je dan verloofd?"
„Neen, nog niet kind, maar wel zoo'n beetje
onofficieegl, snap je? En nu wilde ik hem zoo
graag eens aan jou laten zien."
„Later wel, kom nu even alleen bij mij.
Misschien kun je me helpen."
Olaire beloofde dadelijk te zullen komen en
Alice ging* een beetje rustiger geworden, haar
kleedkamer binnen om de sporen van tranen
weg te wasschen. Zou ze alles aan Claire ver
tellen? Maar een diepe schaamte voor het ge-
geheim van haar geboorte deed haar blozen.
Neen, waarom? Daarin kon niemand haar
helpen en zij kon zoo heel moeilijk daarover
praten. „Misschien zijn zij beiden dood", hoor
de zij haar stiefvader weer zeggen en op
nieuw snikte zij het uit. Zoo vond Claire haar.
De beide meisjes omhelsden elkander.
„Help mij, Claire, help mij toch?" snikte
Alice. „Over vier dagen moet ik met Nelson
trouwen en ik kan niet, ik kan beslist niet en
ik weet niet wat ik doen moet."
„Eerst moet je mij alles vertellen, zeide
Claire, „misschien, als ik alles weet, dat ik je
raad kan geven, maar waarom heb je dan in
deze verloving toegestemd, dat begrijp ik niet
goed als je toch zoo'n hekel aan hem hebt?"
„Ja, waarom, ik begrijp het nu zelf ook niet
meer. Tóén had ik geloof ik niet zoo'n af
schuw van hem. Ik was zoo ellendig en ver
langde naar troost en hulp. Moeder was net
gestorven een paar maanden te voren
Emile. Ik heb je alles immers geschreven."
„Ja, jullie zouden je verloven toen het on
geluk gebeurde, ik weet het...."
„Nu„ en toen begon iedereen over mij te
praten en van alle kanten keken de men-
schen mij zoo eigenaardig aan. Vader meende
dat dit door een verloving met Nelson anders
zou worden en dat ik dan weer in de kringen
zou worden opgenomen. Bovendien is dit hu
welijk zijn hartewensch, al sedert jaren, er
moet een fusie tusschen de twee fabrieken tot
stand komen, begrijp je. Hij heeft mij letter
lijk gedwongen. Ach Claire, je weet toch ook
wel dat men zich somtijds kan laten ompra
ten en dan iets doen wat je hart eigenlijk
niet wil?"
„Natuurlijk begrijp ik dat," antwoordde de
vriendin zacht. „Ook ik, Alice, zal mij zonder
een groote liefde moeten verloven".
„Jij ook? Maar dat is vreeselijk, waarom
dan?"
„Het is heelemaal niet vreeselijk, ik doe het
half uit trots tegenover een ander die mijn
liefde niet verdient en half uit' overreding,
Om honderd redenen, die ik je later wel zal
zeggen, nu moeten wij eerst over jou praten."
„Je zult er spijt van hebben. Claire geloof
mij, doe het niet, doe geen belofte voor het te
laat is".
„Ik zal er geen spijt van hebben. Leer maar
eerst Arthur Littenton kennen, dan zal je
wel van gedachte veranderen. Geen enkele
vrouw zal er ooit spijt van hebben als zij zijn
vrouw geworden is."
„Arthur Littenton? Dien naam ken ik".
„Ja, dat kan, hij was een intiem vriend
van Emile Detroit, van hem zal je den naam
gehoord hebben."
„Ja, dat is waar, want toen Emile naar
Engeland ging voor die erfeniskwestie heeft
hij hem opgezocht. Grappig kan alles loopen
in de wereld, niet?"
„Ja, en nog zeldzamer is dat Arthur op het
bericht van Emile's dood, naar Amerika is
gekomen, want hij vond, zooals trouwens
iedereen, Emile's dood een raadsel. Hij wilde
hier probeeren of hij het raadsel niet kon op
lossen en daarom wilde hij jou leeren ken
nen. Maar zijn reis werd uitgesteld en toen
hij later in Amerika kwam hoorde hij in
New-York iedereen over je verloving met Nel
son praten. Onder die omstandigheden wil
de hij niet meer naar je toegaan.
Hij blee| een poosje in New-York, dat hij
een nare stad vindt en toen ging hij naar;
Californië. Op reis leerde papa hem kermeaj
en haalde hem over bij ons te komen. Hi#j
deed het en zoo komt het dat ik hem héb»!
leeren kennen en nu zijn wij zoo half en baJfj
verloofd. De officieele verloving zal bij zij™
familie in Engeland gevierd worden en daar-^
om gaan wij morgen naar Europa. Het is;
papa's hartewensch dat ik een echte Engel-j
sche lady zal worden en aan het Hof worden!
voorgesteld, dat schijnt voor hem het top
punt van geluk te zijn die goeie Daddy. Voor]
onze vaders die zich opgewerkt hebben zied
het leven er anders uit dan voor ons die vans
jongs af aan de grootste luxe gewend zijnJ
voor ons is de rijkdom van otfzen vader iets]
vanzelfsprekends." i
„Ben je dan niet gelukkig, Olaire, vindt jëj
het dan niet prettig om een Engelsehe lady b
worden Houdt je niet van lord Littenton?"
„Ik vindt hem aardig, zooals iedereen hei
vindt, maar ik ben zoo'n gewoon
kaansch meisje, zoo'n flapuit en dat is 1
maal niet ladylike, maar laten we
niet over praten. Als ik naar jou kijk Alice
er aan denk dat Arthur eigenlijk naar jou t
wilde, geloof ik beslist dat hij van jou zou si.
gaan houden als hij je had leeren kennen.®
„Ach dat is onzin, Claire, hij houdt tod»
van jou?"
„Daar ben ik nog niet zoo .zeker van, Alice.,
ik geloof eerder dat mijn geld een groote roF
speelt. Ik bekijk de dingen gewoonlijk nogaJ
nuchter en weet ook dat de Littenton's erg;
verarmd zijn, hun kasteel is zwaar verhypo
thekeerdMaar wij praten veel te veel ove©
mij. Toen Arthur hoorde dat jij mijn vriendin-!
bent, wilde hij beslist een dag in New-York,
blijven om kennis met jou te maken, toe Alice
wil je hem nu niet ontvangen?"
„Ik kan niet Olairewees niet boos. Je moeüi
weten dat ik weg wil. Ik kan hier niet büj-w
ven, vader dwingt mij tot dat huwelijk erij
daarom wil ik vluchten".
XY&rdi vemlga&t