KARTELWET IN DE BRANDING Examenvrees? DONDERDAG 23 MEI 1935 HAAECEM'S DAGB1AD 3 EERSTE KAMER Voor- en tegenstanders van de wet inzake de ondernemersovereenkomsten. v. d. Bergh. 's-Gravenhage Woensdag Nadat de voorzitter Dinsdagavond Mr. Smeenge had herdacht, begon vandaag het werk. Alle agendapunten, ook de wijziging- der kieswet, werden stilzwijgend aange nomen.. De senatoriale tongen kwamen pas los bij de behandeling van het ontwerp inzake het alge meen verbindend en onverbindend verklaren van ondernemers- overeenkomsten. Dr. Wibaut (s.d.) zou lang van stof zijn, want dit on derwerp ging hem reeds zeer vele jaren bij zonder ter harte. Slechts zij aan gestipt, dat hij van het verbond van Nederland- sche werkgevers een brief had gekregen, waarin op zijn vraag omtrent het aantal hier te lande bestaande kartels, het antwoord luidde, dat die gege vens in het algemeen niet voor publicatie geschikt zijn! Het wezen van een kartel is aldus deze afgevaardigde het behalen van een zoo groot mogelijke en zoo regelmatig moge lijke winst. De Regeering tracht de quadratuur van den cirkel op te lossen, als zij meent door haar voorstel kartelvorming te kunnen be vorderen in 't belang der ondernemers én tevens de belangen der consumenten te kun nen dienen. Citroenen zijn nu eenmaal zuur en niet zoet. Kartels dienen voor onderne merswinst. niet voor behartiging van het be lang der verbruikers. De verbindend verkla ring heeft ten doel de concurrentie uit te schakelen, terwijl de mogelijkheid van on verbindend verklaring wegens strijd met het algemeen belang een illusie is. Na in herinnering gebracht te hebben hoe ter Geneefsche economische conferentie van 1923 op publicatie internationale samenwer king en toezicht op kartelgebied was aange drongen, gaf spr. te kennen dat z i. de Me morie van Antwoord een veel te idealistische voorstelling van zaken bevatte omtrent de plaats door de ondernemers in het produc tie-stelsel ingenomen. In dezen tijd is meer dan ooit noodig als men over ordening spreekt, te weten waar die ordening heen zal gaan en ook in dat op zicht had Dr. Wibaut kritiek op de M. v. A„ welk stuk hij nog nader op eenige punten onder handen nam. Eindelijk was hij uitgepraat en kon de heer v. d. Bergh (lib.) verklaren in het verleden t.a.v, hier te lande bestaande verhoudingen tusschen onder nemers onder ling geen enkel misbruik te heb ben bespeurd, dat een wettelijk in grijpen als thans wordt voorge steld, zou kunnen rechtvaardigen. Wetgeving als deze was in elk geval in normale tijden ten onzent overbodig. En hebben zich de toestanden in de crisis dusdanig gewijzigd, dat er zich nu leemten !n de wetgeving openbaren, waarin voorzie ning noodig ware? Maar dan ook alleen in den vorm van een crisiswet, dus met een uit sluitend tijdelijk karakter. Mede op deze vraag moest volgens den liberalen woordvoerder het antwoord negatief luiden. Minister Steenberghe echter denkt er an ders over en durft wel in te grijpen in de ver houdingen tusschen particulieren. Spr. be treurde dit en wees dit ontwerp vierkant af. Samenwerking door onderling overleg is thans o zoo gemakkelijk te bereiken. Daarop diende deze Minister zich toe te leggen. Aldus de heer v. d. Bergh, die zich echter door Excellentie Steenberghe hoorde toevoegen, dat de onder nemers, als ze door de Regeering tot overleg worden uitgenoodigd, niet eens komen op dagen. Na den liberalen senator verlustigde zich Prof. v. Embden (v.d.) eerst in eenige theore- tisch-economische boks-ronden met Dr. Wi baut om vervolgens te betoogen. dat juist in dezen tijd overleg tusschen de ondernemers geboden is. ook over den prijs. In tegenstelling met den s.d. spreker kende de v.d. afgevaar digde wèl beteekenis aan de onverbindend- verklaring toe. Als waar is wat de heer v. d. Bergh beweerde, dat er eigenlijk in dezen tijd geen ondernemers meer zijn, die zich aan sa menwerking willen onttrekken, dan valt zeker tegen dit wetsvoorstel niets aan te voeren. Ook zonder deze wet is er toch kartelvorming. Maar dan op vaak minder verkwikkelijke wijze, nl. met behulp van verre van fraaie dwangmiddelen. Vergeleken nu met kartel vorming in het wild, is de wettelijke regeling een belangrijke stap vooruit. Overdreven som ber bezien de tegenstanders van dit ontwerp de daarvan te verwachten nadeelige gevolgen voor het persoonlijk initiatief. Intusschen zij de Regeering sober met het toestaan van prijs-afspraken, al behoeft zij dit op het ge bied van den export niet zoo schaarsch te doen. Met instemming begroette spr. 's Ministers opvatting dat sluiting van het bedrijf evenmin doel van de kartels mag zijn als in het leven houden van zwakke niet levensvatbare ondernemingen. Ook in andere opzichten achtte hij waakzaamheid tegen be vordering van bepaalde privaat-belangen boven het algemeen sociaal belang geboden. Mr. Knottenbelt (lib.) zette hierna uiteen, dat hij dit wetsontwerp in 9trijd achtte met de grondslagen van ons verbintenissenrecht; er zitten ongekende revolutionaire elementen in. Het is een zeer belangrijke wijziging in een eeuwen-oud recht, zonder dat de noodzaak van het voorstel zelfs maar is aangetoond. De deur voor willekeur wordt door deze regeling ge opend. Al is het ontwerp niet ongrondwettig, onaanvaardbaar is, dat aan de uitvoerende macht zoo gewichtige beslissingen t.a.v. het bedrijfsleven worden overgelaten. Na dezen tegenstander kwam de voorstan der de Bruyn (R.K.) aan het woord, die in dit voorstel zag „een ordening opgebloeid in vrij heid" en die ver-der in den breede principieele uiteenzettingen over de verhouding tusschen ondernemer, onderneming, mensch en maat schappij enz ten beste gaf. Hierbij betoogde hij, dat de ondernemer z.i. allesbehalve een Prof. Kranenburg- sociaal „Übermensch" is, doch eer in de so ciaal-economische onderwereld thuis hoort. Eenmaal wet geworden zal dat ontwerp na tuurlijk de economische moeilijkheden nog niet kunnen oplossen, maar zelfs los van de crisis ware een dergelijke regeling reeds ge- wenscht. Dit wetsontwerp biedt de mogelijkheid, dat er een redelijke prijs voor goederen en diensten wordt vastgesteld en het biedt perspectief voor een passende blijvende ordening van ons sociale leven. Mr. Pollema (c. h.), die vandaag de hekken sluiter was. gaf te kennen dat er hier grooter belang op het spel staat dan men zoo denken zou. Zoowel de staatkundige als de economi sche traditie als het contractenrecht worden door deze regeling in het hart getroffen. Dit wetsontwerp staat volstrekt buiten het c.h. beginsel als zoodanig. Dit wetsontwerp strijdt allereerst met de staatkundige orde van zaken en zulks is te wijten aan den vorm, waarin het voorstel door Minister Steenberghe is gegoten. Oor spronkelijk was het er alleen op gericht ge weest enkelen bedrijven hulp te verleenen om ze over de tegenwoordige crisis-moeilijkheden heen te helpen. Dat was geschied toen de Pre mier ad interim aan het hoofd van Economi sche Zaken stond. Doch later, toen Mr. Steen berghe deze portefeuille had aanvaard, kwa men er zeer belangrijke wijzigingen in het voorstel. Hierdoor werd het een ontwerp tot verandering van de economische structuur van ons productie-wezen en daartoe werd pas bij de M. v. A. overgegaan. Dus op 'n moment, waarop de Raad van State hierover niet meer advies had uit te brengen. „Ik wil de Regee ring gaarne verstrekkende machtigingen ge ven als ze nauw verband houden met de crisis, maar niet voor structuurwijzigingen, wat im mers buiten het kader valt van hetgeen het kabinet-Colijn zich als taak heeft gesteld. Een tweede hoofdgrief van den heer Polléma tegen het ontwerp was, dat het ernstige in breuk maakt op het tot nu toe volgens hem terecht gehuldigde beginsel van het particu lier productie-wezen. „De particuliere onder nemer is de golfbreker voor de maatschappe lijke welvaart; zijn initiatief moet men zelfs in dezen tijd, zoo weinig mogelijk breidelen". Als laatste, niet het minst voorname, argu ment tegen de ontworpen regeling voerde de spreker aan, dat zij indruischt tegen het con tractenrecht, zooals dat sinds geslachten in ons wetboek is neergelegd. Tot nu toe strekte de onderlinge wils-overeenstemming partijen tot wet, doch hier krijgt men de tot dusverre in onze juridische structuur onbekende figuur, dat de wet de' overeenkomst breekt en haar macht ook uitstrekt over wie niet bij die overeenkomst betrokken waren. Zeker, ook in 't arbeidsrecht bestaat er wel zoo iets. maar daar gaat het alleen om de vraag of men niet om der wille van de gemeenschap zekere uitwassen moet verzachten. Daar is zoo iets als een ethischeachter^ grond van het contractenrecht, waarmee dit wetsontwerp breekt. Ook vroeger beleefden we moeilijke tijden, doch steeds hield men vast aan het heilige beginsel van ons contractenrecht. Wordt dit ontwerp wel aangenomen dan zal men naast elkaar krijgen enkele bedrij ven die de vruchten van de Regeeringspoli- tiek zullen binnenhalen, maar daarnaast een groote klasse paupers voor wie het paradijs van het geordende bedrijf gesloten zal zijn. Aldus het slot dezer philippica, waarop mór gen de Minister van antwoord zal moeten dienen. E. v. R. NOODKREET DER MEUBELTRANSPORT ONDERNEMERS. De Nationale Bond van Meubeltransport ondernemers zendt ons een schrijven over den noodtoestand van de Meubelstransportbe drijven. Hierin wordt gezegd, dat men gemeend had op zeer spoedig ingrijpen der regeering te mogen vertrouwen teneinde deze bedrijven voor algeheelen ondergang te behoeden. Tot heden is men hierin echter bitter teleurgesteld De groote moeilijkheden acht de Bond een di rect gevolg van de ongunst der tijden, waar tegen de zakenlui schouder aan schouder maatregelen hebben te nemen. Ten aanzien van één feit echter wil men de hulp der regee ring inroepen; tegen de geweldige expansie in het aantal meubeltransportbedrijven, waar voor vele ooi-zaken zijn aan te wijzen, o.m. het afbetalingssysteem, dat het mogelijk maakt met een luttel bedrag een autotapissière in bezit te krijgen. Om deze redenen hebben een aantal bona-fide bedrijven besloten de hulp der regeering in te roepen, teneinde een licen tiestelsel voor haar bedrijven ingevoerd te krijgen. Men is evenwel door de regeering te leurgesteld, welke door de per 1 Januari 1935 ingevoerde verkeersbelasting nog een extra- last op verhuistransportbedrijven heeft gelegd, waardoor nu gemiddeld f 500 per autotapis sière per jaar moet worden betaald, tegen ge middeld f200 per jaar vóór 1 Januari 1935. De Bond vraagt de Regeering de reddende hand uit te steken, want als dit niet zeer spoedig geschiedt, dan liquideert het meubeltransport in ons land. EEN BROCHURE VAN MR. H. P. MARCHANT Naar wij vernemen zal aan het einde van deze week een brochure verschijnen van Mr. H. P. Marchant, getiteld: „Tot Verweer". Mijnwerkersbonden hebben bezwaar tegen regeerings- voorstel. Inzake het A. M. F. Woensdag vergaderden de gezamenlijke mijnwerkersbonden, ter vaststelling van het antwoord aan den Rijksbemiddelaar. In hun antwoord hebben zij hun waardee ring uitgesproken voor het besluit van de Regeering tot instelling van een onderzoek naar den algemeenen toestand van het mijn bedrijf, o.l.v. oud-minister Verschuur. Zij hebben er verder op gewezen, dat er bij hen overwegende bezwaren bestaan tegen de for muleering van de bevoegdheden van den re- geerings-commissaris in het Algemeen Mijn werkers Fonds, welke bezwaren zich vooral richtten tegen het feit. dat er besluiten zul len kunnen worden genomen ook wanneer slechts één der direct-belanghebbende groe pen een wijziging wenscht en zonder dat de andere groep daartoe eenigerlei medewerking verleent. NOODLANDING VAN EEN MILITAIR VLIEGTUIG. Woensdagmiddag omstreeks éen uur heeft een militair vliegtuig, de Z 16, afkomstig uit het vliegkamp De Kooi bij Den Helder, een noodlanding gemaakt wegens een motor defect op een terrein aan den Apeldoornschen straatweg bij Arnhem. De beide inzittenden van het vliegtuig ble ven ongedeerd. Het vliegtuig, dat licht be schadigd is, zal ter plaatse worden gedemon teerd. Beerta krijgt weer een gemeenteraad. Regeering wil onder curateelestelling intrekken. Een wetsontwerp is thans ingediend om de wet, waarbij in het bestuur van Beerta werd voorzien, in te trekken. Minister De Wilde herinnert er in de Me morie van Toelichting aan. dat in de bedoelde wet werd bepaald, dat, zoodra het gevaar van verwaarloozing van het bestuur van de huis houding van Beerta geacht kan worden niet langer aanwezig te zijn. aan de Staten-Gene- raal een voorstel van wet zou worden gedaan tot intrekking. De wetsvoordracht van thans beoogt, aan dit voorschrift te voldoen. Stellige waarborgen, dat de toestand te Beerta zal verbeteren, zijn nimmer te geven; wel echter mag z-edelijkerwijs worden aange nomen, dat de scherpe maatregel van correc tie invloed ten goede zal hebben op het beleid der plaatselijke bestuursorganen in de toe komst. Het is redelijk, dat het nieuw gevormd college op welks totstandkoming de correc tieve maatregel van invloed kan zijn geweest in de gelegenheid wordt gesteld, te toonen, dat het uit den loop van zaken leering heeft geput. De nieuwe raad vindt bij zijn optreden geen anderen toestand, dan wanneer een nor male bestuursperiode ware voorafgegaan. Geen sprake van, indien gij slechts Mijnhardt's Zenuwtabletten gebruikt Buisje 75 ct. Bij Apoth. en Drogisten. (Adv. Ingez. Med.) Vlieghavens worden beter beveiligd. Een vrije zone van vijf kilometer. Geen hooge gebouwen enz. in de omgeving. De wenschelijkheid doet zich gevoelen om in afwachting van een in voorbereiding zijnde algeheele herziening van de Luchtvaartwet, een partieele wijziging-aan de orde te stellen, opdat spoedig wijziging kan worden gebracht in de bepalingen rakende luchtvaart terreinen. Ten aanzien van deze bepalingen, opgesteld in een tijd, waarin de ontwikkeling, welke de luchtvaart de laatste jaren heeft genomen, niet was te voorzien, zijn bezwaren aan het licht getreden, welker wegneming urgent is te achten. De mogelijkheden, welke het bestaande ar tikel 22 biedt voor het leggen van een bouw- verbod. zijn in de practijk te beperkt gebleken, zoodat het veilig gebruik van de belangrijkste luchthavens dreigt te worden belemmerd. De zones, waarop een bouwverbod kan wor den gelegd, dienen belangrijk te worden uit gebreid en in beginsel moet de mogelijkheid worden geopend tot een afstand van 5000 M. van de grenzen van het luchtvaartterrein de daarvoor in aanmerking komende terrein-ge deelten van hooge bouwwerken of beplantin gen vrij te houden. Bij een mistlanding met behulp van een radiobaken zal het vliegtuig immers reeds op evengenoemden afstand beginnen de koers- lijn van het radiobaken op geringere hoogte boven den grond en daaraan evenwijdig te volgen. De regeering ontveinst zich niet, dat de thans voorgestelde bevoegdheden van vér gaande strekking zijn. Te allen overvloede wordt er in dit verband nog op gewezen, dat in de practijk steeds bij een bouwverbod over leg wordt gepleegd. Onmenschelijk optreden. Boerenknecht na auto-ongeval door een boer op straat gezet. Men schrijft ons uit het Gooi: Een 26-jarige boerenknecht, wiens ouders in Eemster «Dr.) wonen, trad j.l. Zaterdag bij den veehouder J. H. aan den rijksweg bij den Hakkelaar (gem. Muiden) in betrekking. Dien zelfden avond had de jongeman het ongeluk, bij het oversteken van den weg, gegrepen te worden door een auto, waardoor hij achter over op het wegdek sloeg en de eerste oogen- blikken bewusteloos bleef liggen. De automo bilist met wiens auto de aanrijding had plaats gehad, en Roode Kruis-soldaten. die hun post bij de Hakkelaar betrokken hadden, verleen den de eerste huln. De val bleek vrij ernstig aangekomen te zijn, want de jongeman had een bloeduitstorting in het achterhoofd, zijn ledematen deden hem hevig pijn en hij Kon moeilijk ademhalen. Gelukkig was hij dicht bij zijn nieuw tehuis, waar hij zich te bed moest begeven. Den volgenden ochtend was hij niet in staat, te voldoen aan de opdracht van den boer. om het vee te gaan melken. Toen Maandagavond de toestand nog zoo was. dat de knecht met koorts te bed lag. deel de de boer hem mede, dat hij hem niet langer in betrekking wenschte te houden. De knecht moest, ziek als hij was. het huis verlaten. De beklagenswaardige jongeman begaf zich daarop naar de Muider politie, om hulp. Deze zegde toe. te zullen trachten, voorloopig on derdak voor hem te krijgen. Inmiddels moest de knecht nog zijn goed bij den boer weghalen In welk een toestand de jongeman zich op dat oogenblik bevond, wordt duidelijk, als men weet, dat hij op zijn fiets anderhalf uur noodig heeft gehad, om van Muiden naar de Hak kelaar te komen (een afstand van 20 minuten gaans). Dank zij de tusschenkomst van de politie slaagde men er in, bij de familie de J. te Mui- den den patiënt voorloopig logies te verschaf fen. Intusschen wordt deze zaak verder door de politie onderzocht. Op het oogenblik dat de boerenknecht zich bij de politie vervoegde had hij hevige koorts. ONVOORZICHTIGHEID MET DEN DOOD BEKOCHT. Te Tegelen is bij het plotseling oversteken van den weg een 14-jarige knaap door een auto gegrepen en tegen den grond geslingerd. De knaap liep daarbij eenige bloedende hoofdwonden op en moest in zeer zorgwek- ker.den toestand naar het ziekenhuis te Te- zelen worden overgebracht waar hij is overle den. Het ongeluk geschiedde, doordat de jongen die zich door een vrachtauto had laten voort trekken plotseling van daarachter te voor schijn kwam waardoor de bestuurder van de aanrijdende auto hem niet had gezien. Dezen treft dan ook geen schuld MISDAAD OF MISDADIGE ONVOORZICH TIGHEID? SOERABAJA, 22 Mei (Aneta). De Raad van Justitie ving heden de behandeling aan van de zaak tegen A. Machille (vroeger ge- heeten Macaré), die beschuldigd is van een Javaansch jongetje met opzet spiritus over schouders en hals te hebben uitgegoten en daarna in brand te hebben gestoken. Beklaagde ontkent opzet, doch erkent on voorzichtig geweest te zijn. Beklaagde beweer de dat hij een brandende sigaretten-aanste ker in de hand had en om het kind te plagen spiritus over den knaap uitwierp welke op onverklaarbare wijze vlam vatte. Beklaagde behandelde de wonden met inkt. Gebr. Gerzon's Mode magazijnen. In het verslag van Gebr. Gerzon's Mode magazijnen wordt o.m. het volgende medege deeld: De in 1934 verkregen resultaten zijn niet bevredigend te achten. De in het vorig verslag geuite verwachting, dat de bedrijfs resultaten meer en meer van het achteruit gaan van de koopkracht een ongunstigen in vloed zouden ondervinden, zagen wij helaas bewaarheid. Optimistische toekomstklanken dienaangaande kan men niet doen hooren. Ook ons bedrijf is hiervoor afhankelijk van de resultaten van het geheele bedrijfsleven hier te lande en in Indië. Een modebedrijf als het onze ondervindt uiteraard eveneens groote moeilijkheden bij de voorziening van goederen door de invoerrestrictie. Een herstel van het vrije handelsverkeer, wanneer mo gelijk, achten wij dan ook uiterst gewenscht. Wij hebben in 1934 ons onkostenbudget aan merkelijk verlaagd, ook in het loopende jaar zullen wij trachten zooevel mogelijk maatre gelen in dien zin te treffen. Er is een netto winst gemaakt van f 194.445. Van deze som komt aan de houders van pre ferente aandeelen f 120.000. Aan de gewone aandeelhouders komt f 74 445. Op de prefe rente aandeelen kan worden uitgekeerd een dividend van 5 1/2 (5.7) pet., op de gewone aandeelen van 4 (8) pet. De balans vermeldt als activa: vaste goe deren f 3.612.923 «f 3.256.0001winkelinrich tingen f 1.244.076 (f 1.049.075), goed. f 1,564.491 if 2.201.965). debiteuren f711.250 «f740 104) effecten f337.040 (642.585). kas en kassiers f993.261 (f 1.255.001). Als passiva o.m.: aandeelen kapitaal f 4.000.000 (onv.), reservefonds f 1.260.935 (f 1.251236», pensioen- en ziekenf. f268.650 (f286.048). hypotheken f 1.270.000 (onv.). crediteuren f 647.654 «f 1.140.313), gedepo neerde gelden f801.033 (f840.478), winst f 194.445 (f337.000). De winst- en verliesrekening staat debet voor: algemeene onkosten f4 000.566 (f4.313.602), afschrijving op vaste goederen enz. f70.430 (f226.178). winst f 194.445 (f337.000). en credit voor: goederenwinst in terest enz. f4.265.442 (f4.896.780). I Een halve eeuw geleden. Uit Haarlem's Dagblad van> 1885. 23 Mei: Het volgende adres aan den Gemeente raad ligt ter teekening bij den heer W. Kiippers, boekhandelaar. Jansstraat, alhier De ondergeteekenden. belangstellen den in en belanghebbenden bij den bloei van deze gemeente, zijn van meening, dat daartoe op de eerste plaats behoort een hoogst zuinig beheer van de ge- meentefinanciën. Zij hebben de innige overtuiging, dat het verleenen van sub sidie aan schouwburgen en andere inrichtingen van publieke vermakelijk- mag worden beschouwd en dat een heid. niet als een zuinigheidsmaatregel dergelijk subsidie niet behoort te ge schieden uit de kas der gemeente, aan gezien zulk een bijstand een privilegie zou zijn voor enkelen, ten koste van velen. Zij nemen daarom de vrijheid, den Raad dezer gemeente met verschul- digden eerbied, maar tevens met hoogst bescheiden aandrang, te verzoeken, de door het hier bestaande schouwburg- comité of door andere personen, ge vraagde of nog te vragen subsidie, onder welken vorm ook. niet te verleenen. Door onze lens gesnapt. H. van Borssum Buisman. De heer H. van Borssum Buisman, die sedert 1913 verbonden is aan de Teyler's Stich ting als conservator, heeft speciaal de kunst verzameling onder zijn wetenschappelijke be rusting. Op 1 Januari 1873 werd de heer Van Bors sum Buisman te Wieringerwaard geboren, doch zijn jeugd bracht hij door in Delft, waar zijn vader predikant was. Daar bezocht hij ook het gymnasium en later de Polytech nische school, waar hij A. Le Comte als leer meester had. Na dezen tijd bezocht hij achter eenvolgens de Haagsche en de Antwerpsche academie. In den Haag vestigde hij zich als schilder, waar in zijn atelier verschillende hoogge plaatste regeeringspersonen zich lieten por- tretteeren. Tegelijk was hij leeraar in Rotterdam aan de Academie voor Beeldende Kunsten, wat de heer Buisman tien jaar is geweest. Doordat de heer Van Borssum Buisman zich geheel specialiseerde op kunstweten schappelijk gebied, kwam hij in 1913 in aan merking voor de positie van conservator aan Teyler's Stichting UIT DE STAATSCOURANT RECHTERLIJKE MACHT De rechtbank te Den Haag heeft ter vervul ling van de vacature van kantonrechter al daar opgemaakt de volgende alfabetische lijst van aanbeveling: mr. W. G. F. Borgerhoff Mulder, rechter-plaatsvervanger te Den Haag; mr. dr. A. Fontein, kantonrechter te Amster dam en mr. J. F. Hymans, advocaat en procu reur te Den Haag. PRINSES JULIANA AANVAARDT BESCHERMVROUWSCHAP. Naar wij vernemen heeft Prinses Juliana het Beschermvrouwschap aanvaard van de Nederlandsche Vereeniging ten behoeve van Zeelieden van elke Nationaliteit „Hospitaal Kerkschip".

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 5