Haarlem's Kunstschatten.
WOENSDAG 5 JUNI 1935
HAARDE M'S DA'GBCAB
3
Het koninklijk bezoek aan
Den Helder.
De monumenten op het Westplein
onthuld.
Koningin bezocht ook de Remavi.
Tegen kwart voor drie, het tijdstip waarop
door de Koningin de plechtigheid van de
onthulling en inwijding der beide monumen
ten zou plaats hebben had zich een groote
menschenmassa op het Westplein in den Hel
der verzameld. De ruimte ter plaatse is be
perkt, zoodat buitengewone maatregelen van
orde genomen moesten worden.
Aan de Noordzijde van het plein waren 500
zangers en de musici van het Stedelijk Muziek
corps, die de plechtigheid zouden opluisteren,
geplaatst.
Nadat de Koninklijke auto's waren gearri
veerd en H.M. was uitgestapt zetten koor en
orkest het oude Wilhelmus in.
Hierna werden de verschillende autoritei
ten aan de Koningin voorgesteld door den
burgemeester van Den Helder, den heer W. F.
G. L. Driessen. Vervolgens werd het „Vlagge-
lied" van Verhulst ten gehoore gebracht,
waarna de burgemeester van Den Helder een
rede hield waaraan wij het volgende ont-
leenen:
Tijdens den bouw van het monument voor
het Nederlandsche Reddingwezen kwam het
denkbeeld naar voren om voor onzen gewe
zen Beschermheer wijlen den Prins der Ne
derlanden in de onmiddellijke nabijheid van
het Reddingmonument een borstbeeld op te
richten. Hij was het, die, ook als Bescherm
heer der beide reddingsmaatschappijen, zeer
veel voor het reddingwezen heeft gedaan en
zichzelf met stoere eenvoudige mannen te
midden der woeste golven waagde om zoo
mogelijk aan de zee haar prooi te ontrukken.
Maar daarnaast wist hij zich met grooten
eenvoud de harten der ingezetenen te winnen
Hij is als Duitsche vorst gekomen, maar als
Nederlandsche prins van ons gegaan. Dat dit
denkbeeld met sympathie is ontvangen kan
hieruit blijken, dat de vereischte gelden in
den tijd van drie weken zijn bijeengebracht.
Tenslotte bracht spr. dank aan allen die op
eenigerlei wijze aan de totstandkoming van
het monument medewerkten, in het bijzonder
de secretaris van het comité, de heer L.
Bandsma.
Daarna verzocht spr. aan de Kc ingin de
plechtigheid van de onthulling en inwijding
te willen vervullen.
Rede van de Koningin.
De Koningin sprak hierop de volgende
rede uit:
„Meneer de Voorzitter van het „Comité Mo
nument Reddingwezen",
Alvorens aan Uw verzoek te voldoen door
het borstbeeld van mijn geliefden gemaal fe
onthullen en daarna in de plaats mijner
dochter, die nog niet voldoende hersteld is
om hier tegenwoordig te kunnen zijn, het
„Monument voor het Nederlandsche Redding-
wezen'' in te wijden wensch Ik van deze plaats
een woord van bijzondere waardeering te
richten tot Uw Comité voor zijn initiatief in
deze genomen. Moge dit gedenkteeken tot in
lengte van dagen den dank van ons volk ver
tolken voor de daden van moed, van zelfop
offering en van naastenliefde, door de kloeke
redders op onze kust verricht. Te meer ge
voel Ik Mij gedrongen uiting te geven aan
Mijn waardeering voor hetgeen U heeft tot
stand gebracht, waar Ik overtuigd ben daar
mede weer te geven de gevoelens van Hem die
Beschermheer was van Uw Comité en van de
beide Reddingmaatschappijen, die met warme
belangstelling Uw arbeid volgde en voor wien
het heden een groote dag zoude geweest zijn.
Met ontroering en dankbaarheid hebben mijn
Dochter en Ik kennis genomen van Uw voor
nemen, tegenover het Monument voer het
Reddingwezen het borstbeeld te plaatsen van
Onzen Echtgenoot en Vader, wiens naasten
liefde en medeleven hem zoo nauw verbon
den met de ziel van ons volk en het opof
ferende werk van de helden der zee. En thans
wensch Ik de Nederlandsche Reddingsmaat
schappijen en met name de bemanningen der
reddingbooten en redding-sloepen oprecht ge
luk te wenschen met dezen voor hen allen
zoo heugelijken dag. Met groote voldoening
kunnen zij terugzien op een meer dan 100-
jarigen zegenrijken arbeid op de golven ver
richt dank zij de persoonlijke plichtsbetrach
ting en durf van hen die hun leven voor an
deren waagden.
En nu verzoek Ik de aanwezigen met Mij op
te staan, teneinde op deze wijze met eenige
oogenblikken stilte plechtig te gedenken de
velen, die in hun moedige pogingen om schip
breukelingen te redden hun leven gaven. Moge
God het schoone voorbeeld van stille opoffe
ring en naastenliefde, door de kloeke zonen
van ons Vaderland bij hun reddingwerk te al
len tijde gegeven, in heden en toekomst doen
strekken tot bezieling en zegen van ons
Volk."
De onthulling.
Hierna begaf de Koningin zich naar het
plantsoen, waar de plechtigheid der inwij
ding en onthulling zou plaats hebben. Het
borstbeeld van wijlen Prins Hendrik, vervaar
digd door den beeldhouwer G. v. d. Veen, is
ingebouwd in den mum-, die hier het Helder-
sche kanaal afsluit.
Twee leerlingen der Zeevaartschool hielden
er de wacht bij. Het beeldhouwwerk was om
huld met de Prinsevlag, het oranje-blanje-
bleu.
Onmiddellijk na de onthulling van dit
borstbeeld had de inwijding van het monu
ment plaats. Deze plechtigheid zou aanvan
kelijk door Prinses Juliana geschieden, het
geen door haar ongesteldheid evenwel verviel,
en nu geschiedde door de Koningin. Door een
druk op een electrische contactknop werd een
alarmschei in het inwendige in werking ge
steld, De vlag viel en de carillonnist;, de be
kende Utrechtsche beiaardier Johan Wage
naar. zette het Wilhelmus is.
Een aardig moment was het toen op dit
zelfde oogenblik duizend postduiven werden
opgelaten. Bij het vallen der vlaggen ging een
aantal witte duiven de lucht in, en onmiddel
lijk daarna iedere seconde honderd gekleur
de duiven. Nu liet zich het zangkoor met or
kest weer hooren. Handei's Zegezang en een
compositie van den dirigent, den heer Lee-
wens, „De kabels los", klonken schoon dooi
de lucht.
Door het Comité werden beide monumenten
thans aan de Gemeente overgedragen en
door Wethouder P. A. Smits aanvaard.
Namens het Nederlandsche Reddingwezen
sprak vervolgens de heer P. E Tegelberg,
voorzitter van de Noord- en Zuid-Hollandsche
Redding Maatschappij te Amsterdam.
Met het spelen van Handels machtige Hal
leluja-koor eindigde de plechtigheid.
Vanzelfsprekend bestond voor deze histo
rische gebeurtenis groote belangstelling.-Zoo
waren de redders van de tien stations der
maatschappijen te Den Helder tezamen ge
komen. en deze mannen woonden de plechtige
gebeurtenis bij.
Na afloop van de plechtigheid begaf de Ko
ningin zich met Haar gevolg naar de ten
toonstelling Remavi, welke zij om ongeveer
vijf uur verliet.
Met den gewonen trein van 19,53 uur, waar
aan de Koninklijke wagens waren aangehaakt,
is de Koningin met gevolg uit Den Helder
vertrokken.
Gemeenteraadsverkiezingen.
Bij de gisteren gehouden verkiezing is de
samenstelling van den nieuwen gemeenteraad
van Egmond aan Zee geworden: 1 S.D.A.P.
(thans 01, 1 R.K. (1), 0 Onafh. <24 OucL
Kath. (4) 1 Landbouwerspartij (0).
.Te Molenaarsgraaf was de uitslag: 2 lib.
2). 2 S.D.A.P. 133 Gemeentebel. 0 A.R. (1),
Staatk. Ger. (0), 0 Onafh. A.R. (3).
Te Nieuw-Helvoet zijn gekozen 2 Lib. (thans
2), 2 S.D.A.P. (3), 3 Gementebel. 0 A.R. (1).
0 C.-H. (1).
Uitgebracht zijn te Noordwijk:
Totaal aantal geldige stemmen 4424 (in
1931: 3958)), waarvan op Gemeentebelang
353 496A.R. 677 (549. C.H. 691 (734). R.K.
1980 (1823). C.D.U. 239. Algemeen Arbeiders
belang IS.D.AP.) 214 )356i.
De samenstelling van den gemeenteraad is
geworden: 1 Gemeentebelang (2), 3 A.R. (2).
3 CE. (3), 7 R.K. (71, 1 C.D.U.
Te Willemstad werden gekozen: 1 S.D.A.P.
thans (0>. 0 Gemeentebel. (1), 2 A.R. (2), 2
C.H. (2). 2 Onafh. (2).
DELI MAATSCHAPPIJ MAAKT EEN
GOED JAAR.
Commissarissen der Deli Maatschappij be
sloten, om op de Jaarlijksche Algemeene Ver
gadering aan aandeelhouders voor te stellen
van het na ruime afschrijvingen verkregen
winstbedrag, groot f 1.969.917 (v. j. verlies
f 2.120.542, afgeboekt op reserves) uit te kee-
ren een dividend van 5 pCt. (nihil) en het
saldo van 687.217 te gebruiken ter verster
king van de statutaire reserve.
K.L.M.-VERBINDING MET HULL EN
LIVERPOOL.
Verlaging der passagetarieven.
De K.L.M. heeft besloten, om met ingang
van 10 Juni a.s. de luchtpassagetarieven en de
bagagetarieven op de lijn RotterdamAmster
damHullLiverpool in beide richtingen te
verlagen.
N.V. NEDERLANDSCHE SCHEEPSBOUW MIJ.
De jaarlijksche algemeene vergadering van
aandeelhouders van de N.V. Nederlandsche
Scheepsbouw Mij. heeft de balans en winst
en verliesrekening over 1934 goedgekeurd. Be
sloten werd het verliessaldo ad f 194.879.98 af
te boeken op het Uitbreidings- en Vernieu
wingsfonds. waardoor dit fonds op f 5.241.18
wordt teruggebracht. De heer Dr. C. J. K, van
Aalst, die volgens rooster aan de beurt was van
aftreden als Commissaris, werd als zoodanig
herkozen. De decisie inzake het voorstel van
Commissarissen en Directie tot wijziging dei-
Statuten moest wegens onvoltalligheid dei-
Vergadering worden uitgesteld.
OOK EEN KRUISTOCHT VOOR MEISJES
NAAR NOORWEGEN.
De Rotterdamsche Lloyd deelt ons mede,
dat men voornemens is in de tweede helft van
Juli en of in de eerste helft van Augustus a.s.
met haar passagiersschip „Slamat" 12.000 BRT,
een kruistocht naar Noorwegen te onderne
men, uitsluitend voor meisjes van 12—19 jaar.
De tarieven zijn zeer laag gesteld en omvat
ten accomodatie in hutten, volledige voeding
en verzorging. Mevrouw C. A. RegelinkMeer
burg te Amersfoort heeft zich welwillend be
last met de hoofdleiding.
„Sumatra" kostte reeds
2>j millioen aan reparatie.
Tevens reeds 2Va jaar „in groote
herstelling".
Bij het afdeelingsonderzoek van wetsont
werpen betreffende aanvulling van de Indi
sche begrooting voor 1935. hebben vele Tweede
Kamerleden gevraagd welk bedrag sedert de
indienststelling is besteed aan herstellingen
van den kruiser „Sumatra" en hoeveel dagen
dit schip wegens reparatie buiten dienst is
geweest.
In de memorie van antwoord wordt thans
medegedeeld, dat het totaalbedrag der her
stellingskosten van de ..Sumatra" 2.408.502
bedraagt.
De Memorie geeft- verder nog het volgende
lijstje over de dienst- en hersteltijden van
dezen kruiser.
1 Juni 1927: aankomst m Ned.-Indië
28 Oct. '2727 Febr. '28: jaarlijksche stil-
ligtijd.
7 Sept. 286 Nov. '28: kruisvaart, turbine
defect. Gedeeltelijk gereed voor den dienst.
6 Nov. '28—4 Maart '29: volledig geschikt
voor den dienst.
22 Mei '291 Juni '29: stuurboord lage
drukturbïne defect.. In de vaart met bakboord-
zijturbines en middenturbines
1 Juni '2927 Juli '30: in herstelling we
gens bedrijfsstoring (stuurboordzijturbine),
niet. geschikt. voor den dienst.
27 Juli '2922 Maart '31: ten gevolge van
brand in ketelruim 3 wederom in herstelling
22 Maart '3114 Mei '31: volledig geschikt
voor den dienst.
*14 Mei '3120 Sent '31: in herstelling ten
gevolge van beschadiging scheepsromp bij op
rif loopen.
20 Sept. '316 Nov. '31: volledig geschikt
voor den dienst.
6 November '316 Juni '32: in de vaart met
maximumvaart 15 mijl in verband met tril
lingen in lagen druk ziiturbine. Niet volledig
geschikt voor den dienst.
6 Juni' 328 Aug. '32: jaarlijksche stillig-
tijd.
8 Aug. '3227 Oct. '32: in de vaart doch
max. 15 mijl in verband met trillingen in
lagen druk ziiturbine. Niet volledig geschikt
voor den dienst.
27 Oct '321 Maart'35 in groote herstelling
Lage druk turbinesysteem gewijzigd
JAARLIJKSCHE AT.GEMEENE VERGADE
RING DER K.L.M.
In de jaarlijksche algemeene vergadering
van aandeelhouders der Koninklijke Lucht
vaart Maatschappij voor Nederland en Kolo
niën N.V. werden de jaarstukken over 1934
goedgekeurd. Het aftredend lid van den Raad
van Bestuur, de heer Ir. M. H. Damme, werd
herkozen, terwijl in de plaats van Mr. J. W.
Beyen, die uit den Raad van commissarissen
is getreden, benoemd werd de heer Mr. H. J.
Wolterson.
Botsing tusschen motor en auto
Motorrijder kon zijn reis niet voortzetten.
Gisterenmiddag reed de motorrijder L. H.,
komende van de richting Amsterdam, op weg
naar zijn woning te Amersfoort, nabij de
Vechtbrug te Muiden. toen van de tegenover
gestelde zijde de heer J. F., wonende te
IJmuiden, in zijn auto naderde en zijn rich
tingwijzer uitstak, omdat hij bij de aan den
wegkant staande benzinepomp wilde laden.
Hoewel de heer H. zag, dat de automobilist
den weg overstak in de richting van de ben
zinepomp, kon hij zijn motor niet doen stop
pen, vermoedelijk naar later door hem te
genover de Muider politie verklaard is
door een defect aan de gasklep. Een botsing
met de auto was het gevolg, waarbij de mo
torrijder kwam te vallen en aan kin en lin
kerbeen verwondingen opliep, welke in de wo
ning van den brugwachter door dr. Niekerk
van Muiden verbonden werden.
De auto werd licht beschadigd; de bescha
diging. weike het motorrijwiel opliep was
van dien aard, dat de heer H. er zijn thuis
reis niet op kon voortzetten. Trouwens vond
de dokter het beter, daar hij na zijn val door
duizelingen overvallen werd. dat hij met een
passeerende auto naar Amersfoort reed.
Nog een arrestatie te Oss.
Oude roofoverval opgelost.
De koninklijke marechaussee te Oss heeft
in verband met een brutalen nachtelijken
roofoverval op een hoog bejaarden landbou
wer te Veghel, welke twee jaar geleden is
gepleegd, thans een 25-jarig Ossenaar F. v.
d. W„ bijgenaamd „den Brommert", gearres
teerd.
UIT DE PERS
„De Standaard" over
Mr. Steenberghe's houding.
„De Standaard" (a.r.) schrijft in een drie
star:
„Wij kunnen het louter prijzen, dat het Ka
binet in zijn grootst mogelijke meerderheid"
de devaluatie heeft afgewezen: dat het, nu
gekozen moest worden tusschen het verlies van
mr. Steenberghe èn de devaluatie, zonder
aarzeling heeft gekozen voor het verlies van
den bekwamen bewindsman, omdat tot de
valuatie niet mag worden overgegaan Deze
beslissing van het Kabinet zegt duidelijker
dan elke uiteenzetting, welk standpunt de Re
geering inneemt terzake van het monetaire
vraagstuk.
Zij is. hoewel veroorzaakt door de houding
van minister Steenberghe, een niet voor twee
erlei uitlegging vatbare manifestatie voor het
behoud van een muntpolitiek, welke ook wij.
het is onzen lezers bekend, de eenig juiste
achten. Al was het van een Kabinet-Colijn een
andere beslissing niet te verwachten, zij doet
in deze dagen van onrust en enerveerende ge
beurtenissen goed, zij maakt een einde aan
gekweekte onzekerheid, en is een nieuwe les
voor de speculanten, die het toeleggen op de
verzwakking van onze munt. Zullen deze nu
eindelijk verstaan, vraagt het blad. dat de
Regeering zich niet laat afdringen van den
weg. haar door plicht in 's lands belang voor
geschreven?"
„De houding van minister Steenberghe ver
staan wij niet, gaat het verder. Hij heeft het
wetsontwerp tot verlaging van de openbare
uitgaven mede onderteekend. Hij was dus van
oordeel, dat de voorgestelde verlaging van de
Rijksuitgaven, van de openbare uitgaven in
het algemeen, noodzakelijk is. Ten overvloede
bevestigt het bericht, dat een toelichting geeft
op zijn besluit, dat hij met de zienswijze van
het Kabinet, neergelegd in het genoemde ont
werp, instemt. Maar heeft hij dan ook maar
één oogenblik kunnen aannemen, dat dit wets
ontwerp op aanvaarding kans zou hebben,
wanneer tot devaluatie was besloten? Het be
richt zegt, dat hij niet slechts een oogenblik,
maar blijkbaar eenigen tijd in deze gedachte
heeft geleefd. Dit nu begrijpen wij niet. Men
behoeft geen ervaren politicus te zijn om met
zekerheid te weten, dat het besluit tot deva
luatie tevens den doodsteek aan dit ontwerp
zou hebben toegebracht. De Tweede Kamer
zou. zeker in meerderheid, dan gezegd hebben,
laat ons nu eerst de resultaten van de de
valuatie maar eens afwachten.
Er zijn in verband met de houding van
minister Steenberghe meer punten, welke tot
vragen aanleiding geven, al gaan wij daarop
hecien niet in. Zijn besluit draagt een zeer
opzienbarend karakter. Het is te betreuren,
dat hij gemeend heeft dit te moeten nemen.
Vooral in de huidige omstandigheden hadden
wij hem gaarne zijn gewichtigen arbeid zien
voortzetten. Het heeft niet zoo mogen zijn.
Worde het Kabinet-Colijn voor verdere mu
taties gespaard, besluit het blad. En blijke
spoedig, dat de Volksvertegenwoordiging be
reid is met de Regeering samen te werken
aan het eerstnoodige, n.l. het herstel van het
evenwicht in 's Rijks financiën, opdat daardoor
hetgeen verder moet worden gedaan, mogelijk
wordt."
De Jan Miense Molenaar uit
het Bisschoppelijk Museum.
Van dezen vroolijken schilder, die als
kunstenaar sterk onder den invloed van Frans
en Dirk Hals en Rembrandt stond, zijn voor
stellingen aan den Bijbel ontleend, zeldzaam
heden. In een enkel Europeesch museum zult
ge een „Gebed voor den maaltijd" van hem
aantreffen, doch zijn meest geliefde onder
werpen zijn bruiloften, drinkgelagen, krijgs
knechten, die pret of ruzie maken, mannen en
vrouwen uit 't volk in hunne niet altijd even
gekuischte genoegens. Ook de brave Immer
zeel, die van de Molenaars (er zijn er twee,
misschien zelfs drie geweest) niet veel zake
lijks te vertellen weet. beklaagt er zich over
dat ze klaarblijkelijk zoo weinig kieskeurig
in hun onderwerpen waren. Hot zou onbillijk
wezen, om enkele dartele, uitingen het geheele
werk van zulk een meester te kleineeren. Want
hij was, door alles heen, zeker een knap schil
der, die met groot gemak samengestelde com
posities met een massa figuren ontwierp en
uitvoerde. Juist een maand geleden zagen wij
in Antwerpen, op een groote tentoonstelling
van oude kunst uit particulier bezit, een Brui
loftsfeest van Jan Miense, waarop wel zestig
personen aan dat feest deelnamen en het ge
heel toch prachtig in evenwicht en samenhang
gegeven was.
Het zeer groote doek nu, dat in het Bis
schoppelijk Museum van Haarlem, op Jan
Miense Molenaar's naam staat, bewijst even
eens dat de maker een knap schilder geweest
is. Het is vermoedelijk een werk dat hem in
zijn Haarlemsche jaren voor een kerkversie-
ring werd opgedragen, een opdracht die hij
aanvaard heeft, al behoorde het onderwerp
niet tot wat hij meestal placht te schilderen.
Het is een voorstelling van den Christus, die
na door Pilatus vrijgegeven te zijn, door solda
ten en volk bespot en gehoond wordt, vóór hij
den tocht naai- Golgotha aanvaardt. Men heeft
Jezus een doornenkroon op het hoofd gezet,
een soort vischhengel in de gebonden hand
egeven: ongure kerels slaan Hem met stokken
óp het hoofd, een paar nog onsmakelijker
oude lieden spuwen Hem in het gezicht.
Regel voor regel heeft de schilder het Evan
gelieverhaal hier geilustreerd. Of de verheven
tragiek van al dat gebeuren ook in zijn eigen
innerlijk weerklank vond.... wij willen ons
daar niet verder in verdiepen; uit de schilderij
zelve zou men willen aflezen dat hij er in
hoofdzaak als illustrator, als knap techni-
cien tegenover heeft gestaan. Er is iets van
rommeligheid in de compositie, die ontstond
doordat hij alle gegevens van den tekst wilde
samenbrengen. Misschien ook doordat men in
het werk allerlei stijlen gewaar wordt die met
den hem eigenen verweven zijn. Wat de typen
zijner modellen aangaat, die had hij wel rijke
lijk ter beschikking. Alleen voor de Christus
figuur zelf had hij een iets nobeler type kun
nen bezigen zonder van sentimentaliteit ver
dacht te worden. Deze centrale figuur is uit
sluitend als peinture bekeken, niet de geluk
kigste op dit schilderij. Veel beter ging hem de
geharnaste soldaat af, die vlot en fleurig ge
schilderd werd in zijn kleurig costuum en in
wiens tronie-typeering een souvenir aan Hals
te erkennen valt, zooals in den achtergrond
de redeneerende wetsgeleerden en het bemin
nelijke jongmensch met zijn gard en zijn tal
hout, sterk aan Rembrandt's school doen den
ken. De twee groote, staande figuren op de
bank zijn wel echte figuren voor Molenaar,
hij is daarin wel op z'n best. zooals hij ook in
het stilleven, links op den voorgrond, de kope
ren bak op de witte doek, zich als uiterst be
kwaam kunstenaar doet kennen. Het is per
slot van rekening, een merkwaardig schilderij
deze Bespotting Christi,. omdat er als het
ware de geheele Haarlemsche en Rembrandt-
ieke schilderschool in vertegenwoordigd te
vinden is. Zij zal door haar uitvoerige gedocu
menteerdheid vooral ook den leek geboeid
hebben, daar deze zich er aan gewend heeft te
verlangen dat er op een schilderij veel ge
beurt, veel verteld wordt. Jan Miense Mole
naar is hoogstwaarschijnlijk Haarlemmer van
geboorte geweest; zeker is dat hij er in 1668,
ruim zestig jaar oud, is overleden. Dat hij er
Frans Hals' invloed onderging werd reeds ge
zegd, dat hij in dien kring verkeerde kan ook
blijken uit het feit dat hij in Juli 1836 met
Hals' eenig-bekende vrouwelijke leerling
Judith Leyster in het huwelijk trad. Het jonge
paar ging toen in Amsterdam wonen en daar
kwam, een jaar of acht later, de schilder Jan
Lievens bij hen inwonen, hetgeen weer wijst
op nauwe relaties met den Rembrandt-kring
in de hoofdstad. Zijn arbeid schijnt hem vol
doend gewin te hebben ingebracht, want weer
eenige jaren later koopt Molenaar een huis
in Heemstede en wordt weer. wat wij thans
Groot-Haarlemmer zouden noemen.
Misschien zal het vandaag besproken kerk-
schilderij hem in dien
tijd zijn opgedragen.
Want uit onze bespre
king blijkt in ieder ge
val wel dat de schilde
rij zelve een werk is
van een rijp man die
zijn métier onder de
knie had.
Van zijn naamge-
nooten is meen ik
tot nu toe niet veel be
kend geworden. Er was
in het Haarlemsche
Lucas Gilde in het jaar
1684 ook een Jan Mo
lenaar als schilder in
geschreven. een artist
die in dat jaar juist
dertig jaar oud gewor
den was. Of er tusschen
dezen en Jan Miense
eenige relatie bestond
is niet vastgesteld, al
is de waarschijnlijkheid
natuurlijk groot.
In het oeuvre van
onzen Jan Miense
neemt het hier gere
produceerde werk nu
wel niet dit zal
thans duidelijk zijn
een representatieve
plaats in, zijn ge-
slaagdste werk ligt in
indere richting, doch
interessant is het zeker
en het zijn juist de
kleine, weinig gekende
musea als het Bis
schoppelijke in onze
stad, die het vaakst
mverwachte curiositei
ten voor den kunststu
dent en liefhebber op-
cveren.
J« H. DE BOIS.
Een halve eeuw geleden.
Uil Haarlem's Dagblad van 1885.
5 Juni:
De heer Ph Simons, te 's-Hage, is op
een aardig denkbeeld gekomen. Door
hem zijn n.l. schoolschriften in den han
del gebracht op welker omslagen de
portretten voorkomen der zeven laatste
mannelijke leden van ons Vorstenhuis,
alsmede van Prinses Wilhelmina, bij
welke portretten passende bijschriften
zijn gevoegd.
De uitvoering is doelmatig en een en
ander leerzaam voor het jonge volkje,
welks aandacht op school wel niet mag
worden afgeleid op de buitenomslagen
der cahiers, maar waarvoor hier toch
wel een uitzondering mag worden ge
maakt. daar het er veel nut uit kan
trekken.
Door onze lens gesnapt.
MR. J. N. J. E. HEERKENS THIJSSEN.
Mi-. J. N. J. E. Heerkens Thijssen werd te
Arnhem geboren op 27 Juni 1866. Hij be
zocht het gymnasium te Haarlem en stu
deerde te Leiden rechtswetenschappen. Van
1892 tot 1895 was hij commies-redacteur ter
gemeente-secretarie te Arnhem en van 1895
tot 1903 ambtenaar ter Prov. Griffie van
Noord -Holland.
In dien tijd in 1900 promoveerde hij
tot doctor in de rechtswetenschappen op een
dissertatie, getiteld „Het geheim van den
medicus".
Van 1903 tot 1917 was Mr. Heerkens Thijs
sen voorzitter van den Raad van Beroep in
zake de Ongevallenwet te Haarlem.
Gedurende een lange periode van 1902
tot 1931 maakte de heer Thijssen deel uit
van den Haarlemschen Gemeenteraad, na
1915 als wethouder, Bovendien was hij lid
van de Provinciale Staten van Noord-Holland
van 1904—1922.
Van- 1923 tot de annexatie in 1927 vervulde
hij de functie van waarnemend burgemeester
van Schoten.
Sinds 1922 is hij lid der Eerste Kamer en
sinds 1932 lid der Legercommissie.
Behalve zijn officieele ambten heeft Mr.
Heerkens Thijssen altijd vele functies ver
vuld in besturen en commissies.
Armenzorg, werkloosheidsbestrijding, re-
classeering en in 't algemeen het lot der
misdeelden in de maatschappij hadden
steeds zijn bijzondere belangstelling. Zoo is
hij vele jaren voorzitter geweest van het
toenmalig Burgerlijk Armbestuur alhier. Hij
is nog voorzitter van de A.V.O. (Vereeniging
tot bevordering van den Arbeid voor Onvol-
waardigen).
Ook heeft Mr. Thijssen zitting in het be
stuur van de Burgerwacht.
DIEVEN MAAKTEN VIERHONDERD
GULDEN BUIT.
Een tweetal nog onbekend gebleven per
sonen hebben tijdens afwezigheid der be
woners bij den landbouwer J. J. te Roggel in
gebroken en een bedrag van ongeveer f 400
buit gemaakt. De dieven, van wie een vol
gens ooggetuigen in een bruin grijs costuum
gekleed was, en die ieder in het bezit van
een rijwiel waren, drongen door de staldeur
binnen.
CULTUUR MAATSCHAPPIJ „PRIOK" N.V.
In de algemeene vergadering van aan
deelhouders der Cultuur Maatschappij Priok
N.V. werden hel verslag, de balar.s en winst
en verliesrekening over 1934 goedgekeurd en
het verliessaldo a f 261.016 52 naar het vol
gende boekjaar overgebracht. De heer Th.
P. C. J. Op de Coul verd als commissaris
herkozen.
CULTUUR MAATSCHAPPIJ „GOENOENG
MALANG" N.V.
AMSTERDAM. 4 Juni. In de algemeene
vergadering van aandeelhouders zijn de ba
lans en de winst- en verliesrekening over
39ste boekjaar goedgekeurd. Het dividend
werd bepaald op 17 1 2 pet. De aftredende
commissaris, de heer Jhr. W. Röell. werd her
kozen.
PREANGER LANDBOUW MAATSCHAPPIJ
NAAML. VENN.
De algemeene vergadering van aandeel
houders, den 4den Juni te Amsterdam ge
houden. heeft de balans en de winst- en ver
liesrekening over het 45ste boekjaar goedge
keurd. Het dividend werd bepaald op 20 pet.
De aftredende commissaris, de heer A. Bos
Pzn., werd herkozen.