Haarlem's Kunstschatten. WOENSDAG 5 JUNI 1935 HAARDE M'S DA'GBCAB 3 Het koninklijk bezoek aan Den Helder. De monumenten op het Westplein onthuld. Koningin bezocht ook de Remavi. Tegen kwart voor drie, het tijdstip waarop door de Koningin de plechtigheid van de onthulling en inwijding der beide monumen ten zou plaats hebben had zich een groote menschenmassa op het Westplein in den Hel der verzameld. De ruimte ter plaatse is be perkt, zoodat buitengewone maatregelen van orde genomen moesten worden. Aan de Noordzijde van het plein waren 500 zangers en de musici van het Stedelijk Muziek corps, die de plechtigheid zouden opluisteren, geplaatst. Nadat de Koninklijke auto's waren gearri veerd en H.M. was uitgestapt zetten koor en orkest het oude Wilhelmus in. Hierna werden de verschillende autoritei ten aan de Koningin voorgesteld door den burgemeester van Den Helder, den heer W. F. G. L. Driessen. Vervolgens werd het „Vlagge- lied" van Verhulst ten gehoore gebracht, waarna de burgemeester van Den Helder een rede hield waaraan wij het volgende ont- leenen: Tijdens den bouw van het monument voor het Nederlandsche Reddingwezen kwam het denkbeeld naar voren om voor onzen gewe zen Beschermheer wijlen den Prins der Ne derlanden in de onmiddellijke nabijheid van het Reddingmonument een borstbeeld op te richten. Hij was het, die, ook als Bescherm heer der beide reddingsmaatschappijen, zeer veel voor het reddingwezen heeft gedaan en zichzelf met stoere eenvoudige mannen te midden der woeste golven waagde om zoo mogelijk aan de zee haar prooi te ontrukken. Maar daarnaast wist hij zich met grooten eenvoud de harten der ingezetenen te winnen Hij is als Duitsche vorst gekomen, maar als Nederlandsche prins van ons gegaan. Dat dit denkbeeld met sympathie is ontvangen kan hieruit blijken, dat de vereischte gelden in den tijd van drie weken zijn bijeengebracht. Tenslotte bracht spr. dank aan allen die op eenigerlei wijze aan de totstandkoming van het monument medewerkten, in het bijzonder de secretaris van het comité, de heer L. Bandsma. Daarna verzocht spr. aan de Kc ingin de plechtigheid van de onthulling en inwijding te willen vervullen. Rede van de Koningin. De Koningin sprak hierop de volgende rede uit: „Meneer de Voorzitter van het „Comité Mo nument Reddingwezen", Alvorens aan Uw verzoek te voldoen door het borstbeeld van mijn geliefden gemaal fe onthullen en daarna in de plaats mijner dochter, die nog niet voldoende hersteld is om hier tegenwoordig te kunnen zijn, het „Monument voor het Nederlandsche Redding- wezen'' in te wijden wensch Ik van deze plaats een woord van bijzondere waardeering te richten tot Uw Comité voor zijn initiatief in deze genomen. Moge dit gedenkteeken tot in lengte van dagen den dank van ons volk ver tolken voor de daden van moed, van zelfop offering en van naastenliefde, door de kloeke redders op onze kust verricht. Te meer ge voel Ik Mij gedrongen uiting te geven aan Mijn waardeering voor hetgeen U heeft tot stand gebracht, waar Ik overtuigd ben daar mede weer te geven de gevoelens van Hem die Beschermheer was van Uw Comité en van de beide Reddingmaatschappijen, die met warme belangstelling Uw arbeid volgde en voor wien het heden een groote dag zoude geweest zijn. Met ontroering en dankbaarheid hebben mijn Dochter en Ik kennis genomen van Uw voor nemen, tegenover het Monument voer het Reddingwezen het borstbeeld te plaatsen van Onzen Echtgenoot en Vader, wiens naasten liefde en medeleven hem zoo nauw verbon den met de ziel van ons volk en het opof ferende werk van de helden der zee. En thans wensch Ik de Nederlandsche Reddingsmaat schappijen en met name de bemanningen der reddingbooten en redding-sloepen oprecht ge luk te wenschen met dezen voor hen allen zoo heugelijken dag. Met groote voldoening kunnen zij terugzien op een meer dan 100- jarigen zegenrijken arbeid op de golven ver richt dank zij de persoonlijke plichtsbetrach ting en durf van hen die hun leven voor an deren waagden. En nu verzoek Ik de aanwezigen met Mij op te staan, teneinde op deze wijze met eenige oogenblikken stilte plechtig te gedenken de velen, die in hun moedige pogingen om schip breukelingen te redden hun leven gaven. Moge God het schoone voorbeeld van stille opoffe ring en naastenliefde, door de kloeke zonen van ons Vaderland bij hun reddingwerk te al len tijde gegeven, in heden en toekomst doen strekken tot bezieling en zegen van ons Volk." De onthulling. Hierna begaf de Koningin zich naar het plantsoen, waar de plechtigheid der inwij ding en onthulling zou plaats hebben. Het borstbeeld van wijlen Prins Hendrik, vervaar digd door den beeldhouwer G. v. d. Veen, is ingebouwd in den mum-, die hier het Helder- sche kanaal afsluit. Twee leerlingen der Zeevaartschool hielden er de wacht bij. Het beeldhouwwerk was om huld met de Prinsevlag, het oranje-blanje- bleu. Onmiddellijk na de onthulling van dit borstbeeld had de inwijding van het monu ment plaats. Deze plechtigheid zou aanvan kelijk door Prinses Juliana geschieden, het geen door haar ongesteldheid evenwel verviel, en nu geschiedde door de Koningin. Door een druk op een electrische contactknop werd een alarmschei in het inwendige in werking ge steld, De vlag viel en de carillonnist;, de be kende Utrechtsche beiaardier Johan Wage naar. zette het Wilhelmus is. Een aardig moment was het toen op dit zelfde oogenblik duizend postduiven werden opgelaten. Bij het vallen der vlaggen ging een aantal witte duiven de lucht in, en onmiddel lijk daarna iedere seconde honderd gekleur de duiven. Nu liet zich het zangkoor met or kest weer hooren. Handei's Zegezang en een compositie van den dirigent, den heer Lee- wens, „De kabels los", klonken schoon dooi de lucht. Door het Comité werden beide monumenten thans aan de Gemeente overgedragen en door Wethouder P. A. Smits aanvaard. Namens het Nederlandsche Reddingwezen sprak vervolgens de heer P. E Tegelberg, voorzitter van de Noord- en Zuid-Hollandsche Redding Maatschappij te Amsterdam. Met het spelen van Handels machtige Hal leluja-koor eindigde de plechtigheid. Vanzelfsprekend bestond voor deze histo rische gebeurtenis groote belangstelling.-Zoo waren de redders van de tien stations der maatschappijen te Den Helder tezamen ge komen. en deze mannen woonden de plechtige gebeurtenis bij. Na afloop van de plechtigheid begaf de Ko ningin zich met Haar gevolg naar de ten toonstelling Remavi, welke zij om ongeveer vijf uur verliet. Met den gewonen trein van 19,53 uur, waar aan de Koninklijke wagens waren aangehaakt, is de Koningin met gevolg uit Den Helder vertrokken. Gemeenteraadsverkiezingen. Bij de gisteren gehouden verkiezing is de samenstelling van den nieuwen gemeenteraad van Egmond aan Zee geworden: 1 S.D.A.P. (thans 01, 1 R.K. (1), 0 Onafh. <24 OucL Kath. (4) 1 Landbouwerspartij (0). .Te Molenaarsgraaf was de uitslag: 2 lib. 2). 2 S.D.A.P. 133 Gemeentebel. 0 A.R. (1), Staatk. Ger. (0), 0 Onafh. A.R. (3). Te Nieuw-Helvoet zijn gekozen 2 Lib. (thans 2), 2 S.D.A.P. (3), 3 Gementebel. 0 A.R. (1). 0 C.-H. (1). Uitgebracht zijn te Noordwijk: Totaal aantal geldige stemmen 4424 (in 1931: 3958)), waarvan op Gemeentebelang 353 496A.R. 677 (549. C.H. 691 (734). R.K. 1980 (1823). C.D.U. 239. Algemeen Arbeiders belang IS.D.AP.) 214 )356i. De samenstelling van den gemeenteraad is geworden: 1 Gemeentebelang (2), 3 A.R. (2). 3 CE. (3), 7 R.K. (71, 1 C.D.U. Te Willemstad werden gekozen: 1 S.D.A.P. thans (0>. 0 Gemeentebel. (1), 2 A.R. (2), 2 C.H. (2). 2 Onafh. (2). DELI MAATSCHAPPIJ MAAKT EEN GOED JAAR. Commissarissen der Deli Maatschappij be sloten, om op de Jaarlijksche Algemeene Ver gadering aan aandeelhouders voor te stellen van het na ruime afschrijvingen verkregen winstbedrag, groot f 1.969.917 (v. j. verlies f 2.120.542, afgeboekt op reserves) uit te kee- ren een dividend van 5 pCt. (nihil) en het saldo van 687.217 te gebruiken ter verster king van de statutaire reserve. K.L.M.-VERBINDING MET HULL EN LIVERPOOL. Verlaging der passagetarieven. De K.L.M. heeft besloten, om met ingang van 10 Juni a.s. de luchtpassagetarieven en de bagagetarieven op de lijn RotterdamAmster damHullLiverpool in beide richtingen te verlagen. N.V. NEDERLANDSCHE SCHEEPSBOUW MIJ. De jaarlijksche algemeene vergadering van aandeelhouders van de N.V. Nederlandsche Scheepsbouw Mij. heeft de balans en winst en verliesrekening over 1934 goedgekeurd. Be sloten werd het verliessaldo ad f 194.879.98 af te boeken op het Uitbreidings- en Vernieu wingsfonds. waardoor dit fonds op f 5.241.18 wordt teruggebracht. De heer Dr. C. J. K, van Aalst, die volgens rooster aan de beurt was van aftreden als Commissaris, werd als zoodanig herkozen. De decisie inzake het voorstel van Commissarissen en Directie tot wijziging dei- Statuten moest wegens onvoltalligheid dei- Vergadering worden uitgesteld. OOK EEN KRUISTOCHT VOOR MEISJES NAAR NOORWEGEN. De Rotterdamsche Lloyd deelt ons mede, dat men voornemens is in de tweede helft van Juli en of in de eerste helft van Augustus a.s. met haar passagiersschip „Slamat" 12.000 BRT, een kruistocht naar Noorwegen te onderne men, uitsluitend voor meisjes van 12—19 jaar. De tarieven zijn zeer laag gesteld en omvat ten accomodatie in hutten, volledige voeding en verzorging. Mevrouw C. A. RegelinkMeer burg te Amersfoort heeft zich welwillend be last met de hoofdleiding. „Sumatra" kostte reeds 2>j millioen aan reparatie. Tevens reeds 2Va jaar „in groote herstelling". Bij het afdeelingsonderzoek van wetsont werpen betreffende aanvulling van de Indi sche begrooting voor 1935. hebben vele Tweede Kamerleden gevraagd welk bedrag sedert de indienststelling is besteed aan herstellingen van den kruiser „Sumatra" en hoeveel dagen dit schip wegens reparatie buiten dienst is geweest. In de memorie van antwoord wordt thans medegedeeld, dat het totaalbedrag der her stellingskosten van de ..Sumatra" 2.408.502 bedraagt. De Memorie geeft- verder nog het volgende lijstje over de dienst- en hersteltijden van dezen kruiser. 1 Juni 1927: aankomst m Ned.-Indië 28 Oct. '2727 Febr. '28: jaarlijksche stil- ligtijd. 7 Sept. 286 Nov. '28: kruisvaart, turbine defect. Gedeeltelijk gereed voor den dienst. 6 Nov. '28—4 Maart '29: volledig geschikt voor den dienst. 22 Mei '291 Juni '29: stuurboord lage drukturbïne defect.. In de vaart met bakboord- zijturbines en middenturbines 1 Juni '2927 Juli '30: in herstelling we gens bedrijfsstoring (stuurboordzijturbine), niet. geschikt. voor den dienst. 27 Juli '2922 Maart '31: ten gevolge van brand in ketelruim 3 wederom in herstelling 22 Maart '3114 Mei '31: volledig geschikt voor den dienst. *14 Mei '3120 Sent '31: in herstelling ten gevolge van beschadiging scheepsromp bij op rif loopen. 20 Sept. '316 Nov. '31: volledig geschikt voor den dienst. 6 November '316 Juni '32: in de vaart met maximumvaart 15 mijl in verband met tril lingen in lagen druk ziiturbine. Niet volledig geschikt voor den dienst. 6 Juni' 328 Aug. '32: jaarlijksche stillig- tijd. 8 Aug. '3227 Oct. '32: in de vaart doch max. 15 mijl in verband met trillingen in lagen druk ziiturbine. Niet volledig geschikt voor den dienst. 27 Oct '321 Maart'35 in groote herstelling Lage druk turbinesysteem gewijzigd JAARLIJKSCHE AT.GEMEENE VERGADE RING DER K.L.M. In de jaarlijksche algemeene vergadering van aandeelhouders der Koninklijke Lucht vaart Maatschappij voor Nederland en Kolo niën N.V. werden de jaarstukken over 1934 goedgekeurd. Het aftredend lid van den Raad van Bestuur, de heer Ir. M. H. Damme, werd herkozen, terwijl in de plaats van Mr. J. W. Beyen, die uit den Raad van commissarissen is getreden, benoemd werd de heer Mr. H. J. Wolterson. Botsing tusschen motor en auto Motorrijder kon zijn reis niet voortzetten. Gisterenmiddag reed de motorrijder L. H., komende van de richting Amsterdam, op weg naar zijn woning te Amersfoort, nabij de Vechtbrug te Muiden. toen van de tegenover gestelde zijde de heer J. F., wonende te IJmuiden, in zijn auto naderde en zijn rich tingwijzer uitstak, omdat hij bij de aan den wegkant staande benzinepomp wilde laden. Hoewel de heer H. zag, dat de automobilist den weg overstak in de richting van de ben zinepomp, kon hij zijn motor niet doen stop pen, vermoedelijk naar later door hem te genover de Muider politie verklaard is door een defect aan de gasklep. Een botsing met de auto was het gevolg, waarbij de mo torrijder kwam te vallen en aan kin en lin kerbeen verwondingen opliep, welke in de wo ning van den brugwachter door dr. Niekerk van Muiden verbonden werden. De auto werd licht beschadigd; de bescha diging. weike het motorrijwiel opliep was van dien aard, dat de heer H. er zijn thuis reis niet op kon voortzetten. Trouwens vond de dokter het beter, daar hij na zijn val door duizelingen overvallen werd. dat hij met een passeerende auto naar Amersfoort reed. Nog een arrestatie te Oss. Oude roofoverval opgelost. De koninklijke marechaussee te Oss heeft in verband met een brutalen nachtelijken roofoverval op een hoog bejaarden landbou wer te Veghel, welke twee jaar geleden is gepleegd, thans een 25-jarig Ossenaar F. v. d. W„ bijgenaamd „den Brommert", gearres teerd. UIT DE PERS „De Standaard" over Mr. Steenberghe's houding. „De Standaard" (a.r.) schrijft in een drie star: „Wij kunnen het louter prijzen, dat het Ka binet in zijn grootst mogelijke meerderheid" de devaluatie heeft afgewezen: dat het, nu gekozen moest worden tusschen het verlies van mr. Steenberghe èn de devaluatie, zonder aarzeling heeft gekozen voor het verlies van den bekwamen bewindsman, omdat tot de valuatie niet mag worden overgegaan Deze beslissing van het Kabinet zegt duidelijker dan elke uiteenzetting, welk standpunt de Re geering inneemt terzake van het monetaire vraagstuk. Zij is. hoewel veroorzaakt door de houding van minister Steenberghe, een niet voor twee erlei uitlegging vatbare manifestatie voor het behoud van een muntpolitiek, welke ook wij. het is onzen lezers bekend, de eenig juiste achten. Al was het van een Kabinet-Colijn een andere beslissing niet te verwachten, zij doet in deze dagen van onrust en enerveerende ge beurtenissen goed, zij maakt een einde aan gekweekte onzekerheid, en is een nieuwe les voor de speculanten, die het toeleggen op de verzwakking van onze munt. Zullen deze nu eindelijk verstaan, vraagt het blad. dat de Regeering zich niet laat afdringen van den weg. haar door plicht in 's lands belang voor geschreven?" „De houding van minister Steenberghe ver staan wij niet, gaat het verder. Hij heeft het wetsontwerp tot verlaging van de openbare uitgaven mede onderteekend. Hij was dus van oordeel, dat de voorgestelde verlaging van de Rijksuitgaven, van de openbare uitgaven in het algemeen, noodzakelijk is. Ten overvloede bevestigt het bericht, dat een toelichting geeft op zijn besluit, dat hij met de zienswijze van het Kabinet, neergelegd in het genoemde ont werp, instemt. Maar heeft hij dan ook maar één oogenblik kunnen aannemen, dat dit wets ontwerp op aanvaarding kans zou hebben, wanneer tot devaluatie was besloten? Het be richt zegt, dat hij niet slechts een oogenblik, maar blijkbaar eenigen tijd in deze gedachte heeft geleefd. Dit nu begrijpen wij niet. Men behoeft geen ervaren politicus te zijn om met zekerheid te weten, dat het besluit tot deva luatie tevens den doodsteek aan dit ontwerp zou hebben toegebracht. De Tweede Kamer zou. zeker in meerderheid, dan gezegd hebben, laat ons nu eerst de resultaten van de de valuatie maar eens afwachten. Er zijn in verband met de houding van minister Steenberghe meer punten, welke tot vragen aanleiding geven, al gaan wij daarop hecien niet in. Zijn besluit draagt een zeer opzienbarend karakter. Het is te betreuren, dat hij gemeend heeft dit te moeten nemen. Vooral in de huidige omstandigheden hadden wij hem gaarne zijn gewichtigen arbeid zien voortzetten. Het heeft niet zoo mogen zijn. Worde het Kabinet-Colijn voor verdere mu taties gespaard, besluit het blad. En blijke spoedig, dat de Volksvertegenwoordiging be reid is met de Regeering samen te werken aan het eerstnoodige, n.l. het herstel van het evenwicht in 's Rijks financiën, opdat daardoor hetgeen verder moet worden gedaan, mogelijk wordt." De Jan Miense Molenaar uit het Bisschoppelijk Museum. Van dezen vroolijken schilder, die als kunstenaar sterk onder den invloed van Frans en Dirk Hals en Rembrandt stond, zijn voor stellingen aan den Bijbel ontleend, zeldzaam heden. In een enkel Europeesch museum zult ge een „Gebed voor den maaltijd" van hem aantreffen, doch zijn meest geliefde onder werpen zijn bruiloften, drinkgelagen, krijgs knechten, die pret of ruzie maken, mannen en vrouwen uit 't volk in hunne niet altijd even gekuischte genoegens. Ook de brave Immer zeel, die van de Molenaars (er zijn er twee, misschien zelfs drie geweest) niet veel zake lijks te vertellen weet. beklaagt er zich over dat ze klaarblijkelijk zoo weinig kieskeurig in hun onderwerpen waren. Hot zou onbillijk wezen, om enkele dartele, uitingen het geheele werk van zulk een meester te kleineeren. Want hij was, door alles heen, zeker een knap schil der, die met groot gemak samengestelde com posities met een massa figuren ontwierp en uitvoerde. Juist een maand geleden zagen wij in Antwerpen, op een groote tentoonstelling van oude kunst uit particulier bezit, een Brui loftsfeest van Jan Miense, waarop wel zestig personen aan dat feest deelnamen en het ge heel toch prachtig in evenwicht en samenhang gegeven was. Het zeer groote doek nu, dat in het Bis schoppelijk Museum van Haarlem, op Jan Miense Molenaar's naam staat, bewijst even eens dat de maker een knap schilder geweest is. Het is vermoedelijk een werk dat hem in zijn Haarlemsche jaren voor een kerkversie- ring werd opgedragen, een opdracht die hij aanvaard heeft, al behoorde het onderwerp niet tot wat hij meestal placht te schilderen. Het is een voorstelling van den Christus, die na door Pilatus vrijgegeven te zijn, door solda ten en volk bespot en gehoond wordt, vóór hij den tocht naai- Golgotha aanvaardt. Men heeft Jezus een doornenkroon op het hoofd gezet, een soort vischhengel in de gebonden hand egeven: ongure kerels slaan Hem met stokken óp het hoofd, een paar nog onsmakelijker oude lieden spuwen Hem in het gezicht. Regel voor regel heeft de schilder het Evan gelieverhaal hier geilustreerd. Of de verheven tragiek van al dat gebeuren ook in zijn eigen innerlijk weerklank vond.... wij willen ons daar niet verder in verdiepen; uit de schilderij zelve zou men willen aflezen dat hij er in hoofdzaak als illustrator, als knap techni- cien tegenover heeft gestaan. Er is iets van rommeligheid in de compositie, die ontstond doordat hij alle gegevens van den tekst wilde samenbrengen. Misschien ook doordat men in het werk allerlei stijlen gewaar wordt die met den hem eigenen verweven zijn. Wat de typen zijner modellen aangaat, die had hij wel rijke lijk ter beschikking. Alleen voor de Christus figuur zelf had hij een iets nobeler type kun nen bezigen zonder van sentimentaliteit ver dacht te worden. Deze centrale figuur is uit sluitend als peinture bekeken, niet de geluk kigste op dit schilderij. Veel beter ging hem de geharnaste soldaat af, die vlot en fleurig ge schilderd werd in zijn kleurig costuum en in wiens tronie-typeering een souvenir aan Hals te erkennen valt, zooals in den achtergrond de redeneerende wetsgeleerden en het bemin nelijke jongmensch met zijn gard en zijn tal hout, sterk aan Rembrandt's school doen den ken. De twee groote, staande figuren op de bank zijn wel echte figuren voor Molenaar, hij is daarin wel op z'n best. zooals hij ook in het stilleven, links op den voorgrond, de kope ren bak op de witte doek, zich als uiterst be kwaam kunstenaar doet kennen. Het is per slot van rekening, een merkwaardig schilderij deze Bespotting Christi,. omdat er als het ware de geheele Haarlemsche en Rembrandt- ieke schilderschool in vertegenwoordigd te vinden is. Zij zal door haar uitvoerige gedocu menteerdheid vooral ook den leek geboeid hebben, daar deze zich er aan gewend heeft te verlangen dat er op een schilderij veel ge beurt, veel verteld wordt. Jan Miense Mole naar is hoogstwaarschijnlijk Haarlemmer van geboorte geweest; zeker is dat hij er in 1668, ruim zestig jaar oud, is overleden. Dat hij er Frans Hals' invloed onderging werd reeds ge zegd, dat hij in dien kring verkeerde kan ook blijken uit het feit dat hij in Juli 1836 met Hals' eenig-bekende vrouwelijke leerling Judith Leyster in het huwelijk trad. Het jonge paar ging toen in Amsterdam wonen en daar kwam, een jaar of acht later, de schilder Jan Lievens bij hen inwonen, hetgeen weer wijst op nauwe relaties met den Rembrandt-kring in de hoofdstad. Zijn arbeid schijnt hem vol doend gewin te hebben ingebracht, want weer eenige jaren later koopt Molenaar een huis in Heemstede en wordt weer. wat wij thans Groot-Haarlemmer zouden noemen. Misschien zal het vandaag besproken kerk- schilderij hem in dien tijd zijn opgedragen. Want uit onze bespre king blijkt in ieder ge val wel dat de schilde rij zelve een werk is van een rijp man die zijn métier onder de knie had. Van zijn naamge- nooten is meen ik tot nu toe niet veel be kend geworden. Er was in het Haarlemsche Lucas Gilde in het jaar 1684 ook een Jan Mo lenaar als schilder in geschreven. een artist die in dat jaar juist dertig jaar oud gewor den was. Of er tusschen dezen en Jan Miense eenige relatie bestond is niet vastgesteld, al is de waarschijnlijkheid natuurlijk groot. In het oeuvre van onzen Jan Miense neemt het hier gere produceerde werk nu wel niet dit zal thans duidelijk zijn een representatieve plaats in, zijn ge- slaagdste werk ligt in indere richting, doch interessant is het zeker en het zijn juist de kleine, weinig gekende musea als het Bis schoppelijke in onze stad, die het vaakst mverwachte curiositei ten voor den kunststu dent en liefhebber op- cveren. J« H. DE BOIS. Een halve eeuw geleden. Uil Haarlem's Dagblad van 1885. 5 Juni: De heer Ph Simons, te 's-Hage, is op een aardig denkbeeld gekomen. Door hem zijn n.l. schoolschriften in den han del gebracht op welker omslagen de portretten voorkomen der zeven laatste mannelijke leden van ons Vorstenhuis, alsmede van Prinses Wilhelmina, bij welke portretten passende bijschriften zijn gevoegd. De uitvoering is doelmatig en een en ander leerzaam voor het jonge volkje, welks aandacht op school wel niet mag worden afgeleid op de buitenomslagen der cahiers, maar waarvoor hier toch wel een uitzondering mag worden ge maakt. daar het er veel nut uit kan trekken. Door onze lens gesnapt. MR. J. N. J. E. HEERKENS THIJSSEN. Mi-. J. N. J. E. Heerkens Thijssen werd te Arnhem geboren op 27 Juni 1866. Hij be zocht het gymnasium te Haarlem en stu deerde te Leiden rechtswetenschappen. Van 1892 tot 1895 was hij commies-redacteur ter gemeente-secretarie te Arnhem en van 1895 tot 1903 ambtenaar ter Prov. Griffie van Noord -Holland. In dien tijd in 1900 promoveerde hij tot doctor in de rechtswetenschappen op een dissertatie, getiteld „Het geheim van den medicus". Van 1903 tot 1917 was Mr. Heerkens Thijs sen voorzitter van den Raad van Beroep in zake de Ongevallenwet te Haarlem. Gedurende een lange periode van 1902 tot 1931 maakte de heer Thijssen deel uit van den Haarlemschen Gemeenteraad, na 1915 als wethouder, Bovendien was hij lid van de Provinciale Staten van Noord-Holland van 1904—1922. Van- 1923 tot de annexatie in 1927 vervulde hij de functie van waarnemend burgemeester van Schoten. Sinds 1922 is hij lid der Eerste Kamer en sinds 1932 lid der Legercommissie. Behalve zijn officieele ambten heeft Mr. Heerkens Thijssen altijd vele functies ver vuld in besturen en commissies. Armenzorg, werkloosheidsbestrijding, re- classeering en in 't algemeen het lot der misdeelden in de maatschappij hadden steeds zijn bijzondere belangstelling. Zoo is hij vele jaren voorzitter geweest van het toenmalig Burgerlijk Armbestuur alhier. Hij is nog voorzitter van de A.V.O. (Vereeniging tot bevordering van den Arbeid voor Onvol- waardigen). Ook heeft Mr. Thijssen zitting in het be stuur van de Burgerwacht. DIEVEN MAAKTEN VIERHONDERD GULDEN BUIT. Een tweetal nog onbekend gebleven per sonen hebben tijdens afwezigheid der be woners bij den landbouwer J. J. te Roggel in gebroken en een bedrag van ongeveer f 400 buit gemaakt. De dieven, van wie een vol gens ooggetuigen in een bruin grijs costuum gekleed was, en die ieder in het bezit van een rijwiel waren, drongen door de staldeur binnen. CULTUUR MAATSCHAPPIJ „PRIOK" N.V. In de algemeene vergadering van aan deelhouders der Cultuur Maatschappij Priok N.V. werden hel verslag, de balar.s en winst en verliesrekening over 1934 goedgekeurd en het verliessaldo a f 261.016 52 naar het vol gende boekjaar overgebracht. De heer Th. P. C. J. Op de Coul verd als commissaris herkozen. CULTUUR MAATSCHAPPIJ „GOENOENG MALANG" N.V. AMSTERDAM. 4 Juni. In de algemeene vergadering van aandeelhouders zijn de ba lans en de winst- en verliesrekening over 39ste boekjaar goedgekeurd. Het dividend werd bepaald op 17 1 2 pet. De aftredende commissaris, de heer Jhr. W. Röell. werd her kozen. PREANGER LANDBOUW MAATSCHAPPIJ NAAML. VENN. De algemeene vergadering van aandeel houders, den 4den Juni te Amsterdam ge houden. heeft de balans en de winst- en ver liesrekening over het 45ste boekjaar goedge keurd. Het dividend werd bepaald op 20 pet. De aftredende commissaris, de heer A. Bos Pzn., werd herkozen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 5