Het geheim van Lady Littenton
Flatteuze zomermode bij de wedstrij
den, welke op het vliegveld te Brook-
land door de „Brooklands Aero Club"
zijn gehouden
FEUILLETON.
door
ELSA KAISER.
16)
,.Ik kan met papa niet zoo praten over
alles als met jou.Hij is half gek van blijdschap
met al dien adel en dat- oude slot en mijn
ladyschap en al dat gedoe meer. En Arthur,
nu ja, ik vindt hem nog altijd erg aardig en
■wil ook wel met hem trouwen, maar mijn
vertrouwde zal hij nooit kunnen worden, ik
kan niet met hem praten, ik durf nooit goed
en daarbij is hij zoo correct en springt
nooit uit de band, daar kan ik op den duur
niet tegen."
„Maar dat is erg verdrietig, Claire."
„Nu ja, misschien zal het over twintig jaar
anders zijn, ik voel heel veel sympathie voor
hem. Maar je mag mij nu niet verlaten Alice,
beloof je mij dat?"
Alice weerde lachend af. „Toe lieverd ik kan
toch geen twintig jaar op je wachten en ove
rigens, wat ben ik dan hier, wat zal ik hier
worden?"
„Toe, Alice laat mij toch niet zoo smeeken,
ik heb toch voor jou ook gedaan wat ik
kon."
Alice zweeg. Maar Claire praatte opgewon
den verder. „Morgen komt lady Angelique, de
weduwe van Arthur's oom, de man die de boei
hier zoo verwaarloosd heeft. Maar van deze
Angelique houdt Arthur het meeste op de ge-
heèïe wereld. Hij heeft mij haar portret laten
zien, zij is heel mooi en zij moet een buiten
gewoon lieve vrouw zijn. Je moet eerst nog
met haar kennis maken. En denk er toch eens
aan, Alice, wat ik tegen papa en Arthur zeg
gen moet als je zoo ineens weggaat. Je bent
toch op reis groote vrienden met Arthur 'ge
worden, wat moet hij ervan denken als je
mij zoo ineens verlaat?"
„Zulke groote vrienden, wel Claire dat is
een beetje te vee] gezegd
Ze zweeg en dacht: „Hem nooit meer terug
zien, nooit meer zijn stem hooren, en zij wist
op het zelfde oogenblik dat zij het niet zou
kunnen. „Je blijft dus bij mij, Alice," drong
Claire aan en Alice stamelde:
„Ja, Claire, ik zal hel probeeren.
HOOFDSTUK XIII.
Den volgenden middag ging Arthur zelf
naaar Londen om lady Angelique Littenton
af te halen. John Misters ging een wandeling
door het dorp maken en zou door de bosschen
terug wandelen om het landgoed met de om
liggende bezittingen, die weldra het eigendom
van zijn dochter zouden worden eens op te
nemen. De jonge Amerikaansche meisjes gin
gen met de dochters des huizes een rond
gang door het park maken. Claire liep voorop
met de oudste dochter en Alice volgde met
Vivian. Vivian, de bakvisch. vei-raadde in dit
wandeluur zoowat alle geheimen van de huize
Littenton en zoo hoorde Alice dat de oudste
dochter een ongelukkige liefde voor een ba
ron had, omdat de twee gelieven beiden arm
waren en er dus van een huwelijk geen spra
ke zou kunnen zijn en Vivian zelf hoopte door
het huwelijk van haar broer nieuwe moge
lijkheden te krijgen. Claire's geld zou dus
tot zegen worden voor de gansche familie en
voor die van den baron incluis, dacht Alice en
lachte een beetje. Waarom was Claire dan
ontevreden, het was toch mooi dat door haar
drie menschen gelukkig zouden kunnen wor
den.
Opeens riep Vivian uit: Misschien is de
auto uit Londen al terug!"
„Zullen we dan maar teruggaan?" vroeg
Claire met een zucht. De oudste dochter Lit
tenton keek uit de hoogte op Alice neer en
zeide koel. „Ik meen dat je gezelschapsdame
wel even naar het slot kan gaan om te infor-
meeren."
Alice stond doodstil, nog altijd was het
niet tot haar doorgedrongen welke positie zij
in dit huis bekleedde. „Zij was een bediende
en behoorde zich daarnaar te gedragen, het
was toch ernst." .Hebt u nog iets noodig miss
Misters?" vroeg zij.
Claire schudde mismoedig het hoofd, zij
wilde niet alleen blijven met haar toekom
stige schoonzusters, maar het kon niet an
ders. Alice liep vlug door de lanen van het
park naar het slot terug.
De auto was zoo juist uit Londen gekomen.
De schoonzusters hadden in de hall elkander
begroet, de bedienden waren juist bezig de
koffers van lady Angelique naar haar kamers
te brengen, toen Alice de hall binnen k-n-sm.
Lady Angelique keek plotseling naar het meis
je, maar Alice bleef stom en zonder te bewe
gen staan, zij voelde dat het eigenlijk onge
past was en dat zij zich als Claire's gezel
schapsjuffrouw anders moest gedragen, maar
zij was geheel betooverd door de schoonheid
van lady Angelique, zij meende nog nooit zoo'n
mooie vrouw gezien te hebben. En 'zonder te
weten wat zij deed. lachte zij de nieuw-aan-
gekomcn dame vriendelijk toe.
Lady Angelique zeide verrast tot lord Ar
thur die nog steeds naast haar stond.
..O. Arthur, hoe mooi is je bruid."
Want dat dit jonge meisje Claire Misters
was over wie Arthur haar geschreven had.
stond bij haar vast.
Lord Arthur was zichtbaar onaangenaam
aangedaan, zijn gelaat stond donker toen
hij het een koude harde stem, een stem zooals
Alice nog nooit van hem gehoord had, zeide.
„U vergist u tante Angelique, dit is miss Forth
de gezelschapsdame van miss Misters.
Alice vloog als opgejaagd weder naar het
park.De tranen stonden haar in de oogen, wat
had zij gedaan, dat hij op zulk een kouden,
harden toon over haar sprak. Dat lady Ange
lique haar voor zijn bruid gehouden had fsn
was toch niet haar schuld? Zij was gestuurd
en had dus haar plicht gedaan. Was hij mis
schien jaloersch, dat deze mooie vrouw haar
aardig vond. Gunde hij haar de sympathie
zijner tante niet? Zij begreep hem, noch zich
zelf en voelde zich radeloos ongelukkig.
De meisjes kwamen haar halfweg tegemoet.
„Dus tante Angelique is gekomen?" vroeg de
oudste jongedame met een sarcastisch lachje.
„Nu Claire dan kan ik enkel voor je hopen,
dat je haar bevalt, zij is een gewichtig per
soon op het slot en Arthur doet alleen wat zij
zegt, als zij er is ziet hij ons niet meer. Pro
beer dus tante's hart te winnen en je hebt
Arthur's liefde voor eeuwig." Dit moest schert
send gezegd worden maar de ondertoon dezer
woorden was bitter.
„Tante Angelique is heusch erg lief!" riep
Vivian. Jij bent enkel maar jaloersch, omdat
men veel meer naar haar kijkt dan naar ons.
Niet alleen Arthur houdt van haar, ze heeft
een massa huwelijken kunnen doen als zij
maar gewild had, maar zij is erg ziek en kan
nooit meer beter worden."
Arthur Littenton wachtte zijn bruid in den
rooden salon om haar aan tante Angelique
voor te stellen. Alice had direct naar haar
kamer willen gaan, maar Claire wenkte na
drukkelijk, dat zij moest blijven, dus stond zij
stil en verlegen bij de deur. Arthur's oogen
zagen haar bedroefd en verwijtend aan en zij
begreep niet waarom. Zijn warm gevoel voor
haar dat haar eerst zoo gelukkig gemaakt en
later zoo verschrikt had, straalde weder uit
zijn oogen. Maar ook een verwijt, zij begreep
het niet, -wat had zij dan gedaan? Lady An
gelique begroette Claire hartelijk, heel anders
dan de overige familieleden het den vorigen
dag hadden gedaan. Zij kuste haar teeder en
zeide allerlei lieve dingen. Claire werd voor de
eerste maal sedert- zij op Littenton Castle was,
lief en vriendelijk. Lady Angelique had dade
lijk haar hart veroverd. Er bestond niemand
die haar weerstaan kon.
Alice bleef als betooverd deze mooie vrouw
aankijken. Wat was zij mooi met haar bleek
gezicht,, haar groote donkere oogen en het
wondervolle kastanjebruine haar. Zij was lang
en slank, zoodat zij er jonger uitzag dan zij.
in werkelijkheid was. Maar men zag haar dui-:
delijkaan dat zij zeer lijdend was. Toen Claire,
haar na een oogenblik goedendag zeide, om
dat zij wilde gaan rusten, knikte lady Angeli
que ook Alice vriendelijk toe.
Lady Angelique verscheen niet aan de lunch,
maar zij liet John Misters en Claire verzoeken
met Arthur de thee bij haar te komen ge
bruiken.
Na het theeuur kwam een bediende Alice
meedeelen, dat lady Angelique haar verzocht
bij haar te komen. Het meisje gehoorzaamde
met kloppend hart want zij was blij, dat zij
een poosje met deze mooie vrouw mocht pra-
ten.
„Hier is lady Angelique", zeide de bediende
en opende een deur voor Alice. De groote ka-
mer was leeg. Besluiteloos stond Alice stil.
Plotseling hoorde zij in de kamer er naast,
die slechts door een zijden gordijn van de
voorkamer gescheiden was, lord Arthur's
stem: „Ik meen dat mijn bruid u niet bevalt".
En daarop de heldere stem van lady Angeli
que: ..Hoe kom je daaraan, was ik dan niet
vriendelijk?"
„Dat was u. lieve tante. U zoudt nooit on
vriendelijk kunnen zijn en zeker niet tegen
mijn toekomstige vrouw. Maar ik ken u zoo
goed, u bent niet tevreden met mijn keuze.
Geeft u het maar toe."
Alice wilde weggaan of kloppen, hoe dan
ook in elk geval iets doen om te laten weten,
dat zij hier was, want- zij moest zich met
schaamte bekennen dat zij luisterde. Maar
voordat zij iets doen kon, hoorde zij weder
die heldere stem en liet gesprek nam een
wending dat haar vèrstijfd op haar plaats
deed blijven.
(Wordt vervolgd.)
De bekende „Acht van Chaam" b Dinsdag ver.
reden, Winnaar van de nieuwelingen werd
v. Voorden
Het monument voor het Nederlandsch Reddingwezen is Dinsdag te den Helder
door H. M. de Koningin onthuld. De Koningin voor het zoo juist onthulde
monument
broken en de Blauwe Wimpel veroverd. - Een radio-foto van de aankomst van het zeekasteel in de
haven van New York, geëscorteerd door talrijke schepen
Hel leggen van een krans bij het borst
beeld van wijlen Z. K. H. Prins Hendrik
te den Helder na de onthulling door
H. M. de Koningin
Het défilé der oorlogsbodems voor den Helder werd door H. M. de Koningin
Dinsdag gadegeslagen, ^waartoe de vorstin zich aan boord van de „Hertog
Hendrik" begaf en daarmede de haven uitvoer
Vliegen „op den kop". Een
staaltje kunstvliegen van
den Duitschen kampioen
Willi Stoer op den laatsten
dag van de Duitschland-
vlucht 1935
Een valschermsprong, die uitstekend
gelukte bij de demonstraties, welke
ter gelegenheid der Oostenrijksche
luchtvaartdagen te Weenen werden
georganiseerd