Helga's weddenschap.
FEUILLETON.
Dit het Noorsch door
SIGRID BOO.
(Nadruk verboden).
19)
Ik heb nooit geloofd, dat het mogelijk was
Iets anders te verbinden aan het woord
„lente", dan wat schoon en heerlijk is: Bloe
men en zonneschijn en zuidenwind en voch
tige, geurende aarde, en bruisende beken
en lichte avonden en liefde. Maar voor zoo
ver ik nu begrijp, wekt het bij oudere men-
schen heel andere voorstellingen op: scher
pe. gure winden, plotselinge temperatuurs
wisseling, rheumatiek. Ik hoop. dat het nog
even zal duren, voor ik tot laatstgenoemde
categorie ga behooren. hoewel ik al beden
kelijk oud begin te worden. Volgende maand
twintig! Toen Stein hier was. vertelde hij
aan Lot-ten en Lotten vertelde het aan mii
dat een actrice tegen hem gezegd had: Wij
tooneelspeelsters moeten ons al van ons
twintigste jaar jonger gaan maken; want
als we met liegen wachten tot we dertig zijn.
is het te laat. dan gelooft niemand ons meer
Hm. Het lijkt mij niet kwaad, de volgende
maand zeventien te worden. Het is voor
jaar! En het leven is heerlijk!
Trouwens niet altijd. Tjonge nog antoe.
hoe ingewikkeld, ronduit gezegd miserabel
kan het dikwijls zijn. Een paar dagen ge
leden miste mevrouw Bech een van haar ]u-
weelen, zoo'n moderne „veiligheidsspeld" van
platina, met drie briljanten. Groote verwar
ring. Het heele huis werd ondersteboven ge-
k-.-crd, zonder resultaat. Dus moet de speld
gestolen zijn. Maar door wie? Gasten waren
er op het oogenblik niet. Laurense is hier al
vijftien jaar en doodeerlijk met een pieke
rig haarknoeaeltje en ouderwetsche opvat
tingen. Andreas komt evenmin in aanmer
king; hij gaat iederen vrijen Zondag naar
de kerk en heeft oogen als een pasgeboren
kind, blauw en onschuldig. Olga? Nee. Olga
behoort tot een der meest geziene families
van het dorp, dikwijls kan ze echt mal en
oppervlakkig zijn, maar oneerlijkheid is in
deze familie uitgesloten. Ola is hier al even
lang als Laurense, zijn trouw is de jaren
door beproefd. Dus bleef alleen over Helga
Breder Haraldsen. Zij, die hier kwam met
het meest schitterende getuigschrift zonder
te weten hoe je een servet moest vouwen of
hoe je de koffie moest klaren. Zij, die onder
goed droeg van zijden tricot en Fransche
liedjes zong. Zij, die op haar handen kon
loopen en als 't er op aankwam best een weg
geloopen circuskind zou kunnen zijn.
Je begrijpt, de verdenking viel op mij.
•Dat had ik er van, dat ik geheimzinniger
deed dan streng genomen noodzakelijk was.
Boontje komt om zijn loontje. Het was een
ellendige tijd. Zij beschuldigden me niet
ronduit, maar uit- alles bleek hun wantrou
wen; als een ijzige wind sloeg het me tegen,
wanneer ik de kamers binnen trad. M'n col
lega's konden wel is waar niet aannemen,
dat ik zoo slecht was. dat moet ik ze tot hun
eer nageven. Doch ook rondom de keuken
tafel was de stemming zeer gedrukt. Dit
duurde zoo drie dagen, en het is onmogelijk
er schriftelijk een juiste voorstelling van te
geven, hoe eindeloos lang deze drie dagen
waren. Gedurende dezen korten tijd leed en
dacht ik meer dan in mijn heele vorige leven
te zamen, en het is een wonder, dat mijn
haar niet grijs geworden is. Wel zijn er mid
den op mijn hoofd eenige haren, die een be
denkelijke kleur hebben, maar Laurense be
weert. dat ze enkel wat blonder zijn.
Deze nachtmerrie had drie etmalen ge
duurd, toen de oplossing kwam. die een ware
verademing bracht. Mevrouw Bech kreeg per
aangeteekenden brief haar speld terug van
een stoomerij uit de stad met de mededee-
ling, dat deze op haar grijze crêpe de chine
japon was blijven zitten.
Ja, heb ik aldoor niet gezegd, dat ze wel
terecht zou komen? zei mevrouw Bech en
keek me aan met een blik, waaruit duidelijk
een slecht geweten sprak.
Maar wat ze gezegd had. was iets heel
anders: Ik weet zeker, dat ik mijn broche
in het bakje op mijn toilettafel gelegd heb,
voor ik naar beneden ging om te ontbijten:
dat had ze telkens en telkens weer herhaald,
met de niet uitgesproken conclusie, dat de
speld op haar toilettafel gelegen moest heb
ben, toen ik boven kwam om de kamer te
doen.
Nu is het voorbij, en dus weer vergeten,
hoewel ik helaas hierdoor een bittere erva
ring rijker geworden ben. wat zich niet laat
wegredeneeren. Het is wel door harde erva
ring, dat menschen wijzer worden en
banger. Jong en moedig is misschien ten
deele hetzelfde als jong en dom, wat dunkt
jou. hooggeachte vriendin?
Wat hij dacht? Geen idee van. Maar den
dag. dat het raadsel opgelost werd, floot hij
driemaal achter elkaar de Marseillaise. Ge
loof jij. dat ik haar moet opvatten als een
uiting van sympathie?
Intusschen nrofiteer ik geweldig van me
vrouw Bech's berouw: sinaasappels na tafel
zijn een herhaaldelijk voorkomend extra'tje,
en dikwijls verscheen Lotten met de gramo-
phoon in de keuken. Zeg Helga. u hebt
zooveel smaak, zegt mevrouw Bech. en in
haar stem klinkt groot vertrouwen kunt
u me niet helpen een nieuw model te be
denken voor een japon? Of: Helga u
bent zoo ontwikkeld, hebt u misschien ook
lust, binnen te komen om te luisteren naar
een lezing in de radio? Maar het toppunt
van beminnelijkheid was. dat Laurense en
mij een plaats in de auto werd aangeboden,
toen meneer Bech op een dag naar de stad
moest.
Het werd een reis, om nooit te vergeten.
Na vijf maanden onthouding van alles wat
winkelen en inkoopen doen heet, brandde ik
van kooplust. Dus gingen we rechtstreeks
naar de winkelstraten. Laurense, die een
aangeboren wantrouwen heeft tegen de stad
en derzelver bewoners, omknelde kramp
achtig haar handtaschje, alsof ze vreesde
ieder oogenblik te zullen worden overvallen
en geplunderd Laurense heeft zooveel ver
halen uit de tijdschriften gelezen over on
schuldige meisjes, die in het verderf gelokt
zijn, dat ze weet wat iemand te wachten
staat; en iederen keer, dat een arme stakker
van een man bij ongeluk naar haar keek,
kreeg hij een woedenden bik terug. Daarna
knikte ze mij met een trotsch gezicht toe.
dat zooveel wil zeggen als: nee. het geeft
dien brutalen stadschen kerel niets, mooi
weer te spelen tegen Laurense Mobakke.
Ze was over het algemeen genomen niet
genegen zich te laten imponeeren. en wilde
niet toegeven, dat de dames in de stad
chiquer waren dan die thuis in het dorp.
Voor de etalages der groote modezaken ver
klaarde ze mij ten stelligste dat ik. als ik
meeging naar het jaarfeest in „het lokaal"
japonnen zou zien, die heel wat mooier wa
ren dan alles, wat hier hing.
Laurense nam een houding van verweer
aan tegenover de vreemde omgeving. Er wa
ren meer dan genoeg dingen om een goed
moedige ziel tot razernij te brengen Een
auto kan sympathiek werken op een lande
lijk gemoed, maar drie na mekaar, op een
kruispunt waar men wil oversteken, zijn ir
riteerend. en zes. zeven, acht, werken beslist
provoceerend als een roode lap op een stier
en brengen er een mensch toe, allerlei ver-
wenschingen uit te spreken aan het. adres
van alles wat auto heet. En het bellen van
de tram deed een arme stumper van het
platteland van schrik omhoog springen, om
dat het zoo onverwacht kwam. En dan het
asphalt, dat, samen, met nog niet uitgeloo-
pen Zondagsche schoenen, een globetrotter
tot wanhoop zou brengen. Verder al die men
schen, die men niet gewend was te beschou
wen als een massa, behoorend tot dezelfde
soort, maar die je aanstaarde met oogen op
stokjes. En dan had je die winkeljuffrou
wen, die wel koninginnen leken en zoo uit
de hoogte deden en beweerden dat je, als je
een mantel koopen wilde, heusch niet op een
honderd kronen meer of minder moest kij
ken.
Kortom, voor Laurense drie kwartier in
de stad was. deden haar voeten pijn, voelde
ze zich doodop en was ze giftig. Die goeie,
gemoedelijke Laurense.
Trouwens, ik zelf was weinig beter. Het'
scheelde niet veel, of ik raakte van de wijs,
de eerste vijf minuten in de groote-stads-
drukte. Maar uit principe steek ik den neus
in den wind, dat weet je, en spreek me zelf
moed in met al die ver-Amerikaanschte na-
oorlogsjeugd (noemen we het zoo niet?) I
dwaze leuzen: Keep smiling! Go on! Go
ahead! enz. En het helpt reusachtig. Ik zou
me gewoon niet kunnen redden op de met
doornen bezaaide paden van het leven zon
der goede krachttermen. Zijn ze niet de
kern van de ervaringen van duizenden?
Om te beginnen vereerden we de groote
zaken met ons bezoek.
Vast besloten, moedig op te treden, dron
gen wij voort tusschen toonbanken en glas- f
vitrines, doch reeds een electrische ventila
tor in de zoldering deed Laurense stilstaan
om te vragen of dat een kleine vliegmachine
was. en een hooge uitstalling van lawines van
verblindend glanzende zijden stoffen bracht
mij van de kook. waar ik den heelen winter
gesmacht had naar mooie dingen. O. vrou
welijke ij delheid. Het personeel echter had
blijkbaar niet het juiste begrip van lande
lijke onschuld. Ons steeds aarzelender wor
dende tempo wekte hun opmerkzaamheid.
En toen wij later bij een toonbank stonden
om inkoopen te doen en Laurense gemoede
lijk de stoffen bekneep, zooals ze gewend was
te doen met het katoen in onzen dorpswin- f
kei, begrepen ze dit geheel verkeerd. Ze had-
den absoluut niet door. dat hier enkel de
provincie om den hoek kwam.
(Wordt vervolgd)',
Wip zoekt er enen mee 3 welke een*beïa^rfke vo'or^naT^de'Tnèi: Een ieudi9 h*1 "«b °p buitenzijde van zijn tent in het wereld-
beid bij de afwikkeling van het zakelijk verkeer jeugdkamp, dat te Kuhlmühle bij Rheinsberg geopend is
beteekent, is officieel in gebruik genomen
aerae overspanning van de brug over het Hollandsch Diep nabij
Moerdijk is Vrijdag geplaatst. Het transport op de plaats van
bestemming
De Kaagweek is Vrijdag geopend. Een kijkje op de haven der zeiivereeniging «De Kaag", dia
haar zilveren jubileum viert
Een actueele foto uit Addis Abeba, de hoofdstad van Abessinië. De Keizer temidden
van zijn gevolg en verdere onderdanen, Ten teeken van zijn verbroedering met da
soldaten draagt hij zelf zijn geweer over den schouder