VOOR Pi VROUW JO Voor het komende seizoen. ONS WEKELIJKSCH KNIPPATROON. Cat DONDERDAG 29 AUGUSTUS 1935 HAARIE M'S DAGECAD Tö Onderstaande patronen zijn tegen den prijs van f 0.33 per stuk in één maat verkrijg baar en wel de volgende: bovenwijdte: 102 c.M,; taillewijdte 87 c,M. en heupwijdte 107 c.M. No. 582: aardige japon van gestreept mous seline. Benoodigd materiaal: 4.50 meter van 100 c.M. breedte. No. 583: snoezige jurk van voile of bedruk te mousseline. Benoodigd materiaal: 4 meter van 100 C.M. breedte. Deze patronen zijn dus in één maat en te gen den bovenmelden prijs te verklaren bij de „Afdeeling Knippatronen" van het bureau van dit blad. Toezending' zal geschieden na ontvangst van het bedrag, dat kan worden voldaan per postwissel, in postzegels of wel per postgiro 41632. Bij dit bedrag wordt echter 6 ets. extra berekend voor porto-kosten. DE GEMIDDELDE LEEFTIJD VAN DE VROUW NEEMT AF. Een Engelsche dokter waarschuwt voor de slanke lijn en te dunne kleeding. In het eerste oogenblik staat men een weinig sprakeloos tegenover de resultaten dis de Engelsche dokter professor James Irving ton van zijn onderzoekingen bekend maakt. Volgens de statistieken van den laatsten tijd is het onweerlegoaar vastgesteld, dat de ge middelde lijftijd van den menschbelangrijk gestegen is. Op de in het voorjaar van 1935 gehouden tentoonstelling in Berlijn, „Het levenswon der" kon men duidelijk nagaan, dat sedert 1800 de gemiddelde leeftijd steeds gestegen is. In het jaar 1800 was die gemiddelde leef tijd 29 jaar; in 1880 ongeveer 38 jaar. In 1900 bedroeg deze 44 jaar en in 1934 58 jaar. Daaruit ziet men dus, dat de mensch tegen woordig gemiddeld tweemaal zoo lang leeft; als de mensch 100 jaar geleden. Het spreekt vanzelf, dat dit gunstige resultaat terug te voeren is op de vorderingen der hygiëne en der medische wetenschap en niet in het minst op het inzien van de noodzakelijkheid een gezonde levenswijze te voeren. Wij leven langer, niet alzoo de vrouwen, zegt professor Irvington. De gemiddelde leeftijd der dames is, zoo beweert de Engelsche dokter den laatsten tijd 2 jaar achteruit gegaan. De oorzaken voor dit feit, dat de moderne vrouw 2 jaar korter leeft dan haar moeder en groot moeder, zoekt hij te verklaren met de mo derne levenswijze. De vrouw van tegenwoordig leeft intensiever dan de vroegere generaties De zenuwkracht is daardoor, volgens het zeg gen van den Engelschen dokter, sneller, ver bruikt. Maar de hoofd-oorzaak voor den korteren levensduur ziet hij in de moderne vrouwen- kleeding. in de „slanke lijn". Juist deze heeft een geheele reeks vrouwenziekten tengevolge gehad, die vroeger onbekend waren. De ge zonde vrouw heeft een vetlaag noodig; vooral de zenuwstrengen moeten in het vet liggen. Professor James Irvington beweert, dat in zijn jeugd de vrouwen meer weerstand had den dan tegenwoordig. We mogen ons niet laten bedriegen door records door vrouwen behaald, enz. Het is een bewezen feit, dat de vrouw van vroeger jaren zoowel bij ziek ten als bij noodlotsslagen van alle soort, een grooter weerstandsvermogen had. Juist bij ziekten enz. komt het uit, dat de moderne vrouw de noodzakelijke hoeveelheid van vitale energie niet bezit. En tenslotte de kleeding. Ook de moderne kleeding. zegt de Engelschman, is ongezond. En wat hij zegt. is nog zoo dom niet. Het lichaam wordt niet meer op ongezonde wijze ingesnoerd en in den zomer is de lichte en dunne kleeding zonder twijfel gezond. Maar in den winter is de kleeding van de moderne vrouw zeer ongezond. Begonnen met de zijden kousen tot de onnatuurlijke dunnen en niet de geringste beschutting biedende onder- kleeding geeft deze kleeding de vrouw abso luut geen warmte in de wintersche koude. Aan al deze treurige feiten hebben we het te "r'-en. det de 'r ouwen nu twee jaar kor ter leven. Maar de pessimistische betoogingen van Professor Irvington hebben tegenover zich de sportgestaalde van levensvreugde stralende vrouwengeneratie van tegenwoordig. Wie zou gelijk hebben? HORS D' OEUVRE. Een hors d' oeuvre-schotel die gemakkelijk te maken is, is de volgende. Schik op een ronde schotel een tiental sar dientjes twee aan twee op gelijke afstanden in de rondte met de staartjes aan de buiten zijde en de voorzijde naar het midden. Legt daartusschen rolletjes gerookte zalm in de andere richting en vul het midden op met plakken geschilde tomaat, bestrooid met. wat zout en fijngehakte peterselie. Garneer de schotel verder met waaiertjes van augurken, vierdepartjes hardgekookt i ei en ringetjes ui. Presenteer hierbij kleine Weerter beschuit jes of toast met boter. HET MENU VOOR DE HEELE WEEK spercieiboonen met zure saus; Russische biefstuk, gebakken aardappelen; gemlberpudding. Maandag: kalfslappen. doperwten, gekookte aardap pelen, fruit Dinsdag: carbonaden, andijvie, gekookte aardap pelen. vanillepudding met bessensap. Woensdag: tomatensoep. osselappen, snijboonen, gekookte aardap pelen. chocoladepudding. Donderdag: haringsla. saucijsjes, bloemkool, gekookte aardap pelen. kersencompote. Vrijdag- gestoofde paling, komkommersla, botersaus, gekookte aardappelen, rijst met rabarber. gehakt, postelein, gekookte aardappelen, gries met rozijnen. KOMT DE MOF TERUG? Twee jaar maakt men nu al werk van hem, legt men hem in de étalages en ziet men hem bij de mode-shows. Maar zal men hem werkelijk zien dragen? De mode voor dezen winter, die de mouwen met smalle reepjes bont bezet, schijnt een gunstig voorteeken te zijn voor hem. Maar past de sportieve houding van onze tegenwoordige vrouwen nog bij die van het bedeesde mofje? En heeft de dame, zonder auto, die nog altijd in de meerderheid is niet genoeg aan haar tasch en paraplu om daarbij nog een mof te dragen? Maar toch laat de vrouw zich bij koud weer misschien verleiden om een van die aardige modellen te koopen. Ze zullen dit jaar niet rond en klein zijn, maar een lang plat model hebben en vaak zijn ze niet eens van bont, maar van; stof met bont bezet. En practisch is, dat de tegenwoordige model len tegelijk tasch zijn waarin men al de kleine vrouwelijke attributen op kan ber gen. CEZONDH. EN SCHOONHEIDS INSTITUUT GEDIPLOMEERD VERPLEEGSTER EN SCHOONHEIDS-SPECIALISTE WAGENWEG 2 a rood HAARLEM TELEF. 15694 Spec. Hoofdbeh. tegen haaruitval (Adv. Ingez. Med.) OM ZELF TE MAKEN. EEN SLABBETJE. Niets is aardiger om te zien dan de luier mand van een zuigeling: die kleine kleertjes van wol gebreid, truitjes, broekjes, sokjes, die afgewerkt zijn met strikken of pompons, hemdjes van batist al of niet afgewerkt met een valenciennekantje. Verder hooren er leuke mutsjes en kapjes bij en dan een heele verzameling slabbetjes. Vooral de slabbetjes zijn zeer practisch en eerst dan als baby zijn eerste tandje krijgt. Want die kleine tandjes die soms het kind zoo veel pijn veroorzaken, maken ook. dat het zijn slabbetje voortdurend smerig maakt en dat moeder het telkens verwisselen moet yocr een schoon. Het is met de gedachte aan de jonge moe ders. die een aardig modelletje zoeken en aan haar die er een cadeau willen geven, dat we het hier afgebeelde slabbetje, dat ver vaardigd is van rose of lichtblauw toile de sole, hebben laten teekenen. Het is afgewerkt met een geschulpten fes- tonrand en bewerkt met een aard.»' motiefje. De ran de die geschulpt is, wordt bovendien versierd door eenige opgevulde cirkeltjes. Maar we hebben nu aldoor gesproken over de garneering van het slabbetje; we zullen het nu eerst hebben over het vervaardigen ervan. We maken eerst een vorm van dik (liest dubbel) flanel. Dat zoomen we af met een Valenciennekantje. Daarop komt het vormpje van zij met den uitgescbulpten rand. Dat is met het oog daarop, dat het slabbetje niet gauw doorweekt en het truitje van het kind nat. wordt. Beide deelen worden aan den hals vastgenaaid met een keurig zoompje. Aan den achterkant maakt men een split. Het slabbetje wordt gesloten met een knoop en knoopsgat. Dit is nu een bijzonder mooi- slabbetje; maar het spreekt vanzelf, dat we het ook van een steviger materiaal kunnen maken, zoodat 't goed vaak gewasschen kan wor den. De zomer loopt ten einde en iedere vrouw is nieuwsgierig, naar de dingen, die Madame Mode voor het komende seizoen ontworpen heeft. Die woordjes; ..het komende seizoen" hebben op iedere vrouw een betooverende uit werking. Plotseling hebben de zomertoiletjes, die we toch den geheelen zomer met zooveel plezier gedragen hebben, heelemaal geen aan trekkingskracht meer en heimelijk verlangen we er naar weer donkere japonnen met lange mouwen te dragen, die „zoo heerlijk slank kleeden", zooals een jong vrouwtje me laatst verzekerde. We hebben al een klein tipje opgelicht van den sluier, die nog over de ontwerpen voor dezen herfst ligt en we kunnen al vast een paar modellen laten zien. die in alle uitvoe ringen gedragen zullen worden. Allereerst de toiletjes voor de mooie herfst dagen. Deze zijn nog licht van kleur maar van warmer materiaal vervaardigd dan de zomer- kleeding. Zoo ziet u op onze teekening van links naar rechts: Aardig wandelcostumpje. bestaande uit een rok van wollen tweed, waarop een blouse en een jasje van wit piqué. De eenige garneering bestaat uit twee strikken aan de hals en in de taille van zwart gelakt lint. Daarnaast een complét bestaande uit een geplisseerde rok van zijde, waarop een halflange cape van be drukt materiaal gedragen wordt. Alleraardigst is de japon van zandkleurige wollen stof met de origineele garneering van plissée op de schouders. De eenige garneering bestaat uit een rood leeren ceintuur. Dan een „slank-kleedende" japon van don kerblauwe wollen stof. Opmerkelijk is aan dit toiletje de kraag, die niet één geheel vormt, doch in verschillende deelen is geknipt. Het toilet ernaast bestaat uit een wollen rok, waarop een blouse van zijde. Apart is van deze blouse de mouwoplossing. Een mantel-japon van donkerblauwe stof. gegarneerd met strikken, wordt door het vol gende figuurtje gedragen. De mouwen zijn in raglanvorm aangeknipt. De smalle ceintuur is in de kleur van de strikken gehouden. Tenslotte een aardig wandeltoilet, bestaande uit een japon van effen stof, gecompleteerd door een half-lang cape-je horizontaal ge streepte wollen stof. Het cape'je is uitgevoerd met hetzelfde materiaal van de japon. Ook hier vormen een paar donkere strik ken de garneering. NIEUWJAAR OP SCHOOL. Nog een paar dagen en dan begint de nieuwe cursus, het nieuwe schooljaar dat voor elk kind, dat naar een hoogere klas is over gegaan, de belofte inhoudt van iets nieuws, iets anders, wellicht zelfs iets bijzonders. Om te beginnen is die hoogere klas een stap verder in de richting van het vurig be geerde volwassen zijn; bovendien is het les lokaal een ander dan gewoonlijk, de leer krachten zijn weer andere en er zijn nieuwe boeken die er oneindig veel aanlokkelijker uitzien dan de oude, die niets anders dan saaie kinderboekjes waren. Om al dat nieuwe dat onbekende is het dan ook voor de meeste kinderen geen straf om het einde van de vacantie te zien, en met opgewektheid gaan zij schoolwaarts, boorde vol nieuws- en weetgierigheid, en niet min der boordevol goede voornemens. In sterker mate nog komt dit alles tot uiting bij kinderen die van de lagere naar de middelbare school overgaan; dan blijft het immers niet bij een ander lokaal, maar het wordt een heel ander gebouw, waartegen je vooral het laatste jaar met hunkerend ver langen hebt opgezien. De onderwijzer of onderwijzeres wordt vervangen door ieder- uur-een-andere leeraar, wat je zeer groote menschenachtig vindt; een heel rijtje nieuwe vakken, komen onder je bereik, en de daar mee annex zijnde boeken zien er zeer ge leerd uit in je oogen. Nog meer goede voornemens dan andere jaren stemmen je tot een zekere mate van deugdzaamheid die er voor je zwaar op de handsche ouders buitengewoon hoopvol uit ziet, en zoo tijg je straks met een onverschil lig gezicht, maar met een trotsch gevoel als van een pauw naar de nieuwe school. Natuurlijk is het voor de ouders prettig, wanneer hun kind zoo met de beste bedoe lingen bezield aan het middelbaar onderwijs begint. Maar laten zij zich door deze zelf verzekerde houding niet teveel zand in de oogen laten strooien. Zeker, de voornemens zijn opreoht genoeg, maar het zou niet goed zijn, wanneer de ouders van een kind dat moeilijkheden heeft met leeren, nu plotseling op de middelbare school het wonder ver wachtten, dat alle moeilijkheden waren ge weken. Laat het kind maar in den waan blijven dat het van nu aan vlot en gemak kelijk zal gaan leeren, want een middelmatige leerling met zelfvertrouwen maakt een betere kans, dan een ander zonder die eigenschap. Maar laten de ouders zich goed voor oogen houden, dat dit enthousiasme voor een deel op het nieuwe van het geval moet worden geschoven en dat dit ook heel begrijpelijk is: nieuwe bezems vegen schoon, ook in de wereld van de school en het leeren. Het zou niet aangaan om vl vertrouwen het kind op de middelbare school te doen en verder nergens naar om te kijken, misschien zelfs om na een doorgetobd jaar met zitten blijven als resultaat, met het verwijt voor den dag te komen: je zei immers dat het op deze school altijd goed zou gaan! Daarmee leggen de ouders het kind een verantwoordelijkheid op de schouders die het nog niet dragen kan. Men moet niet vergeten dat bij al de op winding van het nieuwe ook de moeilijkheden daarvan komen, de veel meer uitgebreide leerstof, de verschillende manieren van les geven van de leeraren en leeraressen, de grootere hoeveelheden huiswerk, dit alles mist zijn uitwerking niet, vooral niet op het kind dat moeilijk leert. En nu i.s het de taak der ouders om het nieuwe enthousiast toe te juichen met het kind, maar daarbij een oogje in het zeil te houden, zonder te laten merken dat hij als „vervelende vader of moeder natuurlijk alweer met maren aan komt". Er wordt weieens beweerd, dat de drie eerste maanden op een nieuwe school be slissend zijn voor de verdere loopbaan van het kind op die school. Dit is een waar woord: komt het kind bij dien overvloed van nieuwig heden achterop, dan zal het dit moeilijk meer kunnen inhalen, omdat de allereerste grond ontbreekt. Is daarentegen die grond hecht en stevig gelegd, dan zal het voort bouwen van de rest met minder moeite ge paard gaan. Het is dus van het grootste belang om alles wat met school en leeren verband houdt van September tot de Kerstvacantie nauw keurig in het oog te houden en niet, zooals weieens gebeurt, tegen Paschen in een paniek stemming willen probeeren het verloren ter rein terug te winnen. Dat maakt de taak der ouders niet gemakkelijk in die eerste maanden, omdat er natuurlijk nogal eens wat tact zal worden vereischt, teneinde het enthousiasme niet te remmen en toch het oog erop te houden. Maar juist omdat die eerste maanden beslissend zijn, gaat het dan allicht op den duur weer gemakkelijker, behalve natuurlijk wanneer de leerling heelemaal niet mee kan, maar dat stelt weer heel andere eischen, en daarvoor zou zelfs de grootste belangstelling en het meest inten sieve meehelpen misschien geen nut hebben. E. E. J.—P.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 8